PBL Ruimteconferentie Rotterdam,

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Universiteit van Amsterdam
Advertisements

Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Zuid-Holland.
Utrecht Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen
De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Oost-Vlaanderen Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Drenthe.
Samenvatting: Stedelijke gebieden
Nicole Janssen (RIVM) Gerard Hoek (IRAS)
De aantrekkingskracht van uitzendwerk voor werkgevers De rol van ontslagbescherming Amsterdam, 9 juni.
Korte inleiding, expertmeeting woonwerkmilieu’s Atelier Zuidvleuigel, 11 juli 2007 Pieter Tordoir Stedelijke samenhang en synergie komen niet vanzelf RUIMTELIJK.
Demografische veranderingen op het platteland
5 vwo Stedelijke gebieden § 5
Expertmeeting 3 Kansen en initiatieven tussen regionale en locale economie.
1.
(Gebieds)kenmerken Regio Groningen en Assen
Waar een kleine gemeente groot in kan zijn Schaal van een kleine gemeente vraagt samenwerking: -Inhoud -geografisch Kleinere teams Minder formatie plaatsen.
OV en Ruimte Effecten van beter OV,ruimtelijk beleid en flankerend beleid. Is het geheel meer dan de som der delen? Hans Hilbers, PBL.
Concurrentie, Complementariteit en Buitenlandse Investeringen Martijn J. Burger.
Hoofdstuk 3 Nederland: stedelijke gebieden Paragraaf 1 t/m 4
Steden: van hier tot Tokyo
2 havo/vwo H3 steden, §2 1.
Titel presentatie Vragen subsets OM1 Gemeente Amsterdam 1 januari 2003.
Hoofdstuk 5. par 5 Help! De wereld krimpt!
Ruimte en bereikbaarheid
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Limburg.
Measuring of Organisation Structures D.S. PUGH Nele Van Dooren 2 de Bachelor Sociologie 28 maart 2006.
Hst 3: De wereld van de stad
Wonen in Nederland Hst 3: Stedelijke vraagstukken van grote en middelgrote steden in Nederland.
Woon-werkdynamiek in de Randstad W oningbouw in de Noordvleugel als voorwaarde voor economische groei Frank van Oort, Thomas de Graaff, Gusta Renes & Mark.
De energieneutrale stad visievorming met stakeholders Rob Folkert.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de regio Münster.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Friesland.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Flevoland.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de regio Köln.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de regio Düsseldorf.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Gelderland.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Liège.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Overijssel.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Antwerpen.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie West-Vlaanderen.
De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de regio
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Groningen.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Noord-Holland.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Noord-Brabant.
Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari 2013 De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de regio Weser-Ems.
De internationale concurrentiepositie van de topsectoren in de provincie Limburg (NL) Otto Raspe, Anet Weterings, Mark Thissen & Frank van Dongen Februari.
Symposium Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Strategisch Leren in Regionale Netwerken Willem Salet Hgl planologie UvA.
22 juni 2011 | Maarten Hajer 1 De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte in het licht van PBL- analyses NIROV-debat.
Hoofdstuk 4 Nederland: stedelijke gebieden Paragraaf 5 t/m 8
Hoofdstuk 4 Nederland: stedelijke gebieden Paragraaf 1 t/m 4
Strategie Ontwikkeling Zuidvleugel
2 havo/vwo H3 steden, §2 1.
Hoofdstuk 3 Wereld: stedelijke gebieden in de VS Paragraaf 4
Langer doorwerken door oudere werknemers
Een ziekenhuis, HTSM en logistiek 8 december 2014 Kennispunt Twente, presentatie Twente Index dr. Duco Bannink Vrije Universiteit Amsterdam Bestuurswetenschappen.
Krimp beroepsbevolking betekent geen krappe arbeidsmarkt Paul de Beer Ruimteconferentie Workshop Demografische krimp en regionale economie 3 november 2009.
Echtscheiding en sociaal kapitaal in Vlaanderen Belinda Wijckmans, Maaike Jappens & Jan Van Bavel Interface Demography Vlaanderen Gepeild 2009 Brussel,
Hoofdstuk 2 De wereld, een regionaal mozaïek
De Impact van een Superstore: een case study van Primark Alexandrium
2 TH Hoofdstuk 3 Steden, van hier tot Tokyo §6 en 7
Werkpakket 1: Polycentrisme Polycentrisme als leidend concept voor analyse en toekomstig ruimtelijk beleid dr. Veronique Van Acker (promotor: prof. dr.
Meer bereiken door ruimtelijk inrichten Barry Zondag 9 maart 2016.
‘ Concentreren op kwaliteit’ Presentatie gemeenteraad Groningen J.B.R. Wijma - Programmadirecteur Regio Groningen-Assen 19 Oktober 2010.
Hoofdstuk 4 Ontwikkeling van het internationale concurrentievermogen.
Raadscommissie ruimte - 15 oktober 2014 Maatschappelijke effecten van grote projecten.
taking care of energy and the environment
Welkom Havo 5..
Samenhangende verstedelijking en hoogwaardig OV langs de Oude Lijn
Gebiedsontwikkeling en de Omgevingswet
Onderzoek naar effecten van schaal
Transcript van de presentatie:

PBL Ruimteconferentie Rotterdam, 03-11-2009 Polycentriciteit en Agglomeratievoordelen in Stedelijke Regio’s De Randstad vanuit Amerikaans Perspectief Martijn J. Burger Evert J. Meijers PBL Ruimteconferentie Rotterdam, 03-11-2009

Structuurvisie Randstad 2040 De Structuurvisie Randstad 2040 buigt zich over de ontwikkeling van de Randstad in de toekomst. Hoe kan de Randstad uitgroeien tot een internationaal krachtige, duurzame en aantrekkelijke regio? Een belangrijk aspect van concurrentiekracht is ruimtelijke structuur.  Randstad, Groot-Amsterdam of de Vleugels?

Structuurvisie versus Nota Ruimte Vijfde Nota/Nota Ruimte: Stedelijke netwerken, complementariteit, organisatie functies op Randstedelijk niveau. “samenwerking moet de kracht zijn van de binnen het netwerk gelegen steden bevorderen en zorgen voor een concurrerend vestigingsklimaat en een grote diversiteit aan stedelijke functies” Structuurvisie Randstad 2040 Randstad losse verzameling onderling concurrerende steden met een historisch bepaald functieprofiel. “massa in de Randstad te verspreid om als een samenhangend stedelijk milieu te functioneren met bijbehorende agglomeratievoordelen”

Structuurvisie versus Nota Ruimte Drietal koerswijzigingen: Het Rijk is afgestapt van het idee om complementarieit tussen steden te ontwikkelen door samen te werken. In plaats daarvan streeft men naar verdere concentratie van topfuncties in Amsterdam Men richt zich primair op het niveau van de Noord- en Zuidvleugel om agglomeratievoordelen te benutten in plaats van op de Randstad.

Verantwoording Koerswijzigingen Zijn deze koerswijzigingen te verantwoorden? Zou de Randstad inderdaad beter af zijn wanneer een van de steden dominanter was dan de anderen? M.a.w. wanneer de Randstad minder polycentrisch en meer monocentrisch zou zijn? Kunnen agglomeratievoordelen beter behaald worden op het niveau van de Vleugels danop dat van de Randstad als geheel? Op het opgeven van complementariteit gaan we niet in (zie hiervoor Van Oort et al., 2009; Meijers, 2009).

Urbanisatievoordelen in Stedelijke Regio’s Urbanisatievoordelen zijn voordelen voor bedrijven die te maken hebben met kostenbesparingen die voortvloeien uit grootschalige concentratie van bedrijven en huishoudens. Voordelen gaan op voor alle bedrijven in een stad en zijn onreguleerbaar en oncontroleerbaar voor een enkel bedrijf. Bijvoorbeeld: beschikbaarheid van groot arbeidsaanbod, aanwezigheid van universiteiten, goede infrastructuur, aminiteiten. Hoe groter de stad hoe groter de voordelen. Schaduwzijde van grote steden zijn urbanisatienadelen, zoals criminaliteit, congestie en hoge prijzen voor grond en bedrijfshuisvesting.

Urbanisatievoordelen in Stedelijke Regio’s In de literatuur leeft steeds meer het idee dat agglomeratie-effecten niet langer voorbehouden zijn aan de stad, maar zich spreiden over stedelijke regio’s. Echter, de vraag is hoe groot de reikwijdte is van agglomeratie-effecten en in welke mate een agglomeratie van kleinere steden een substituut is voor een grote stad. Duidelijk is wel dat het niveau van agglomeratievoordelen in de Randstad uitsteekt boven het niveau van het grootste stadsgewest, maar tegelijk kun je ook niet stellen dat de Randstad de voordelen biedt van een stad van 6 of 7 miljoen. Er zijn wel duidelijk voordelen en nadelen van een polycentrische t.o.v. een monocentrische stedelijke regio.

Polycentrische versus Monocentrische Vorm in Metropolitaanse Gebieden

Randstad vanuit Amerikaans Perspectief Recent onderzoek naar Amerikaanse stedelijke regio’s werpt hier licht op (Meijers & Burger, 2009). In dit onderzoek bestuderen we de determinanten van arbeidsproductiviteit binnen het raamwerk van een Cobb-Douglas productiefunctie. Hierbij voegen we ruimtelijke structuur als verklarende variabele toe aan modellen die zich oorspronkelijk richtten op het bestuderen van het effect van agglomeratievoordelen (bijv. stadsgrootte) op gelokaliseerde arbeidsproductiviteit. 113 metropolitane gebieden in de VS: Combined Statistical Areas (CSAs) + Metropolitan Statistical Areas (MSAs) die geen onderdeel uitmaken van een CSA.

Meten van Metropolitane Structuur Morfologische visie op stedelijke structuur Classificatie metropolitane regio’s op basis van bevolkingsspreiding

Model Model gebaseerd op Ciccione & Hall (1996); Cobb-Douglas productiefunctie Afhankelijke variabele: Arbeidsproductiviteit = 2006 GDP van een metropolitane regio/ totaal aantal banen. Verklarende variabelen Kapitaal-arbeid ratio (2006) Land-arbeid ratio (2006) Human capital–arbeid ratio (2006; % bachelor degree of hoger) Metropolitane grootte (= urbanisatievoordelen; 2006) Monocentriciteit-polycentriciteit (2006) Concentratie-uitwaaiering (2006) Dummy variabelen voor Census regio’s OLS en TSLS berekeningen om te controleren voor endogeniteit.

Bevindingen

Bevindingen

Bevindingen Positief verband tussen polycentriciteit en arbeidsproductiviteit. Hoe meer de bevolking evenwichtig gespreid is over een aantal stedelijke kernen, hoe hoger de arbeidsproductiviteit. Echter, hoe polycentrischer een regio, hoe kleiner de agglomeratievoordelen gerelateerd aan de omvang van een metropolitaan gebied. M.a.w. het effect van polycentriciteit op arbeidsproductiviteit is groter naarmate de stedelijke regio kleiner is.

Bevindingen Het is makkelijker om bovenlokale agglomeratievoordelen te genereren in kleinere stedelijke regio’s. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat ruimtelijke interacties komen makkelijker tot stand op een lager schaalniveau (dwz kleinere stedelijke regio’s). Een niet onderzochte hypothese die hieruit voortvloeit is dat een gebrek aan agglomeratievoordelen in polycentrische regio’s mogelijk worden gecompenseerd door afwezigheid van agglomeratienadelen die beperkt blijven tot niveau van individuele stad.

Beleidsimplicaties De uitkomsten gelden voor Amerikaanse metropolitane regio’s en het is niet bekend in hoeverre ze ook opgaan voor Nederland in het algemeen en de Randstad in het bijzonder. Deze bevindingen bieden echter wel een houvast om de Structuurvisie Randstad 2040 nader te bekijken.

Beleidsimplicaties - Polycentraliteit Op zich is een polycentrische structuur concurrerend gezien het zorgt voor een positieve balans tussen agglomeratievoor- en nadelen. Zo’n structuur is an sich efficiënter dan een monocentrische structuur zoals die van bijvoorbeeld Londen of Parijs. Deze balans is het unique selling point van de Randstad

Beleidsimplicaties - Vleugels Het onderzoek toont echter ook aan dat meer polycentrische regio’s kampen met een gebrek aan agglomeratievoordelen in verelijking tot meer monocentrische regio’s. Kleinere regio’s doen het hierin beter dan grotere regio’s. Dit onderbouwt de Structuurvisie dat het meer efficiënt is agglomeratievoordelen op het niveau van de Vleugels te behalen.

Beleidsimplicaties – Amsterdam De vraag rest dan nog of het wijsheid is de internationale topfuncties in Amsterdam te concentreren. Geen bewijs dat een regio beter af is als alle topfuncties in een locatie geconcentreerd zijn. Concentratie laat zich niet forceren. Onduidelijk hoe de baten die samenhangen met topfuncties ten bate komt aan de rest van de Randstad. Concentratie topfuncties in Amsterdam ondermijnt samenwerking op Randstedelijk niveau.

Conclusies Afgezien van deze kanttekeningen is de Structuurvisie Randstad 2040 een stuk realistischer dan de Vijfde Nota en de Nota Ruimte. De onderbouwing ten aanzien van de concentratie van topfuncties in Amsterdam verdient wel meer aandacht.

Literatuur E.J. Meijers (2009), Complementariteit binnen stedelijk netwerken: zin en onzin van een beleidsdoelstelling. In: Salet en Jansen-Janssen (eds), Synergy in Stedelijke Netwerken, pp. 45-56. E.J. Meijers & M.J. Burger (2009), Randstad, Groot-Amsterdam of de Vleugels, Rooilijn, 42(6), 428-433. E.J. Meijers & M.J. Burger (2009), Spatial Structure and Productivity in U.S. Metropolitan Areas, Environment and Planning A (te verschijnen). F.G. van Oort, M.J. Burger & O. Raspe (2009), On the economic foundation of the urban network paradigm. Spatial integration, functional integration and economic complementarities within the Dutch Randstad, Urban Studies (te verschijnen).