500-1500 ( algemeen) 1170-1500 (geschreven literatuur) middeleeuwen 500-1500 ( algemeen) 1170-1500 (geschreven literatuur)
Middeleeuwse samenleving Standenmaatschappij Adel ( Ridders) Geestelijkheid (In dienst van de rooms katholieke kerk of kloosterorden) Burgers ( in de steden) Horigen ( rechtenlozen)
Adel Aanvankelijk Adel = Ridderstand
Geestelijkheid
Burgerij kwam op in de steden door handel en nijverheid
Feodale stelsel Leenheer en leenmannen die trouw zijn aan hem in ruil voor land.
Hoofdkenmerken middeleeuwen Theocentrisme ( God en het rooms-katholieke geloof staan centraal.) Gemeenschapsgevoel ( het individu is ondergeschikt aan de samenleving) Memento mori ( het hiernamaals is belangrijker dan het heden)
Veel anonieme kunstenaars Wel bekend: Hendrik van Veldeke Jacob van Maerlant Diederic van Assenede Anna Bijns Hadewijch Ruusbroec
Manuscripten werden in kloosters in het scriptorium afgeschreven
Orale traditie en manuscripten Middeleeuwse literatuur werd aanvankelijk voorgedragen door rondtrekkende jongleurs. Literatuur was op rijm gesteld om gemakkelijker te onthouden De literatuur werd met de hand opgeschreven, aanvankelijk op perkament. Handschriften waren duur en voor de elite bestemd. Handschriften werden in kloosters en schrijfateliers vervaardigd. Veel handschriften zijn verloren gegaan.
Hebban olla vogala nestas higunnan is de oudste Nederlandse tekst, geschreven in een Engels klooster door een monnik.
Middelnederlands Middelnederlands is een verzameling dialecten Pas vanaf de 17e eeuw standaard taal (Het Haarlems dialect) Limburg en Vlaanderen zijn in de middeleeuwen belangrijk Holland komt op na 1585 ( Val van Antwerpen)
Gemeenschappelijk cultuurgoed In de middeleeuwen wordt veel vertaald en bewerkt van Franse en Engelse voorbeelden In alle landen is er de suprematie van het katholieke geloof met bijpassende symboliek De ridderidealen en hoofsheid vinden we in de gehele West-Europese cultuur
Bouwkunst middeleeuwen Romaans
Bouwkunst middeleeuwen Gotiek
Hoofsheid
EPIEK = VERHALENDE KUNST HELDENDICHT(Chanson de Roland) RIDDERROMANS KARELROMANS (Karel ende Elegast) ARTHURROMANS(Walewein) ( Qeeste) KLASSIEKE ROMANS (Eneïde-Veldeke) OOSTERSE ROMANS ( Floris ende Blanchefloer
DRAMATIEK = TONEEL Abele spelen(Gloriant) KLUCHTEN(De Buskenblazer) MIRAKELSPELEN(Mariken van Nimweghen) MORALITEIT(Elckerlijc)
LYRIEK =POËZIE WERELDLIJK: BALLADE, LIEFDESLIED , WACHTERSLIED GEESTELIJKE LIED ( Anna Bijns) PARODIE(Francois Villon- Ballade des Pendus)
Liedbundel:Antwerps Liedboeck
Verhalende literatuur in de middeleeuwen naast de ridderromans DUIVELS- EN TOVENAARSLEGENDEN FAUSTVERHALEN ( dr. Faustus) LEGENDEN OVER HEILIGEN ( St Servaes) MARIALEGENDEN(Beatrijs) SCHELMENVERHALEN(Tijl Uilenspiegel) DIERENVERHALEN- Fabels( Vandenvos Reinaerde= SATIRE) REISVERHALEN( De reis van St. Brandaan) RAAMVERTELLINGEN Decamerone- Boccaccio The Canterbury tales - Chaucer
Dr. Faustus
Overgang middeleeuwen naar renaissance: rederijkers Rederijkerskamers Verbonden met gilden en broederschappen Maatschappelijk actief, wedstrijdelement Kunst is ambacht Veel aandacht voor de vorm Veel toneel om op te voeren Veel gelegenheidspoëzie
Den Boeck uit Brussel werd aan het begin van de vijftiende eeuw opgericht en is waarschijnlijk de oudste rederijkerskamer.