KUNSTBESCHOUWING periode 1 – les 3
ROMAANSE KUNST 1000 - 1200
ROMAANSE KUNST Romaans: verwantschap met de Romeinse (bouw)kunst.
ROMAANSE KUNST - ALGEMEEN • Romaanse kunst verspreid over West-Europa • Kleine dorpen / steden • Christendom belangrijk •Feodale heer/ leenman leidt dorpen en steden •Gesloten economie
Romaanse kunst: standen. 1 Koning/ keizer. 2 Feodale heer / leenman. 3 Vazal. Vazal = een getrouwe van een koning, hoge edele of geestelijke in de middeleeuwen. Wanneer hij beleend wordt door zijn overste is hij een leenman. Dit gebruik begon onder de Karolingische koningen. Deze hoopten met de belening een groep loyale edelen tot hun beschikking te hebben. 3 Horigen (soort slaaf).
Monniken verrichten diverse ambachten: beeldhouwen, glasblazen, illustreren van bijbelgedeelten (initialen, miniaturen). Vanaf 10e eeuw veel heiligenverering hierdoor meer altaren en beelden in kerken, veel relieken. KLOOSTERLEVEN
RELIEK / RELIKWIE • overblijfselen of voorwerpen die in contact zijn geweest met de heilige
PELGRIMSTOCHTEN • Santiago de Compostella. • Tochten gevaarlijk PELGRIMSTOCHTEN • Santiago de Compostella. • Tochten gevaarlijk. • Doel: o.a. boetedoening. de Sint Jacobsschelp het attribuut van Jacobus de Meerdere. Hieraan dankt de schelp dan ook haar naam. De schelp is het embleem van de bedevaart naar Santiago de Compostela
Links: de goede wereld. • Rechts: de slechte wereld Links: de goede wereld. • Rechts: de slechte wereld. Angst belangrijk onderdeel maatschappij.
‘Initiaal Q door St. Gregorius’, detail, 1111, SCHILDERKUNST ‘Initiaal Q door St. Gregorius’, detail, 1111, Materiaal: perkament.
San Angelo in Fornis, eind 11de eeuw/ begin 12de eeuw, fresco. • Majestas domini (= majesteit des heren) is een bekend thema uit de christelijke iconografie. Het stelt de glorierijke verrezen Christus voor, die terugkeert op het einde der tijden, in een wolk van licht. Christus wordt dikwijls voorgesteld in een mandorla, gezeten op een regenboog, een wolk, een bol die de kosmos of de wereld voorstelt, of op een troon met de wereld aan zijn voeten, en een boek of boekrol in zijn hand, al of niet omgeven door andere figuren. • Symmetrie. • Functie fresco: onderwijs. San Angelo in Fornis, eind 11de eeuw/ begin 12de eeuw, fresco. Een mandorla is een amandelvormige figuur, waarin vaak Christus of een heilige wordt afgebeeld.
https://www.youtube.com/watch?time_continue=14&v=-prAIz0urTE
BEELDHOUWKUNST TIMPAANDECORATIES
Detail • geen vrijstaande figuren want dat is afgoderij • het gaat om het verhaal en de symboliek, niet om het naturalisme
Tapijt van Bayeux, 1077, detail. TAPIJTEN Tapijt: 70/ 73 meter lang. Gemaakt in het rijk van Karel de Grote (Franken). Onderwerp: verovering van Engeland door Willem de Veroveraar. Tapijt van Bayeux, 1077, detail.
Vormgeving: cartoonachtig. Boven- & onderrand.
ARCHITECTUUR De geweldige afmetingen en massiviteit van de kerk geven de bezoeker een gevoel van nietigheid ten opzichte van het goddelijke. Dwarsschip op middenschip; kruisvorm. Tongewelven erg zwaar, daarom dikke muren en kleine ramen. Ook helpen gordelbogen het gewicht te dragen.
GORDELBOGEN
INTERIEUR St. Sernin de Toulouse (1080- 1120) Kenmerken: Grote kerk. Tongewelf. Rondbogen. Halfzuilen. Zware muren. Kleine ramen.
https://www.youtube.com/watch?time_continue=1&v=onMiTBDHSOs
https://www.youtube.com/watch?v=xHBw-5G7i88