Diagnostiek bij oudere migranten Mammate Yahyaoui, psychotherapeut i.o. KP Maureen Jaggan, SPV en systeemtherapeut
QUIZ Kennis van culturen???
Wie vieren het Diwalifeest. A. Suriname B. Boeddhisten C. Indiërs D Wie vieren het Diwalifeest? A. Suriname B. Boeddhisten C. Indiërs D. Hindoestanen D
In welk jaar werd Suriname onafhankelijk. A. 1976 B. 1981 C. 1975 D
Wat betekent Islam. A. Wil van Allah B. Vrede C. Godsdienst D Wat betekent Islam? A. Wil van Allah B. Vrede C. Godsdienst D. Onderdanig B
In welk land is Sranantongo de meest gesproken taal. A. Egypte B In welk land is Sranantongo de meest gesproken taal? A. Egypte B. Zimbabwe C. Suriname D. Indonesië C
In welk jaar kregen vrouwen in Nederland kiesrecht. A. 1925 B. 1898 C In welk jaar kregen vrouwen in Nederland kiesrecht? A. 1925 B. 1898 C. 1922 D. 1919 D
In welk land is Raki de nationale drank. A. Rusland B. Roemenië C In welk land is Raki de nationale drank? A. Rusland B. Roemenië C. Turkije D. Duitsland C
Uit welke streek van Marokko zijn de meeste Marokkanen in Nederland afkomstig? A. Het zuiden B. Het noorden C. Het midden D. Het westen B
In welk gebedshuis hoort de Minbar. A. Moskee B. Kerk C. Synagoge D In welk gebedshuis hoort de Minbar? A. Moskee B. Kerk C. Synagoge D. Tempel A minbar (Ar: منبر, hetgeen waarmee men zich verheft) is de preekstoel in de moskee waar de imam een aantal zegeningen en de preek, de khutbah (Ar: خطبه), uitspreekt tijdens het gezamenlijke gebed op vrijdag. De minbar is rechts van de mihrab gesitueerd.
Wat zijn odo’s. A. Tropische vruchten B. Een vogelsoort C Wat zijn odo’s? A. Tropische vruchten B. Een vogelsoort C. Marokkaanse noten D. Surinaamse spreekwoorden D
Hoeveel zuilen kent de Islam? A. 3 B. 4 C. 7 D. 5 De geloofsbelijdenis (sjahada) De rituele gebeden (salat of salah) Het geven van aalmoezen (zakat of zakah) Het vasten tijdens ramadan (saum/sawm of siyam) De pelgrimstocht naar Mekka (hadj, hajj of haj)
Klachten Moeilijk te herkennen Camouflage door somatisch lijden Somatische klachten Geleidelijk ontstaan Acuut ontstaan Moeizame erkenning
Klachten Verandering van gedrag “Ze is niet meer de oude” “Ze is veranderd” “Ze doet niet meer, wat ze altijd deed” “Ze doet andere dingen” Lichamelijke klachten en/of ongemakken, zonder lichamelijke oorzaak (pijnklachten)
Klachten Terug trekken (isoleert zich; wil alleen zijn) Gaat niet meer op bezoek; ontvangt geen bezoek meer Kan niet meer op de kleinkinderen passen Verdrietig Zegt weinig of niets meer Verward gesprek Vergeet
Klachten Stelt telkens weer dezelfde vraag, ook als ze het antwoord heeft gekregen Moet aangezet worden tot zelfzorg Moeite met aankleden of draagt de kleren verkeerd Verdwaalt Moeite om een gesprek te voeren Verward gedrag; afwijkend gedrag
Klachten Vaak klagen Ontevreden Kan niet meer alleen zijn (angsten) Huilbuien Pijnklachten Snel boos Wantrouwen Inactief
Ziektebeelden Meest voorkomende aandoeningen: Depressieve stoornis Angststoornis Cognitieve stoornis (o.a. dementie) Levensfaseproblemen Apathie (als syndroom; als symptoom) Delirium (somatiek gerelateerde psychiatrische stoornissen) Somatische uitingen van psychiatrische aandoeningen Psychotische stoornissen (o.a. late onset) Culture bound syndrome (o.a. trance, bezetenheid) Slaapstoornissen Acculturatieproblematiek Rol van somatische aandoeningen zijn van belang
Aandachtspunten Herkenning Erkenning Overname door de omgeving Mantelzorger(s) Als mantelzorger overvraagd wordt, wie neemt het dan over? Behandeling Begeleiding
Ouderenpoli bij I-psy September 2014 Doelgroep: 55+ Levensfasen Hoe is het begonnen? De filosofie erachter Doelgroep: 55+ & levensfasen Koemar heeft dia over de 55+ Ouderen die psychische/psychiatrische/cognitieve klachten hebben waarbij culturele en/of migratie factoren een belangrijke rol in de problematiek spelen
Leeftijd vs. Levensfase Ouderen: ≥ 65 jaar Levensfase: perioden in levensloop die worden gekenmerkt door veranderingen in de fysieke, geestelijke en/of sociale gesteldheid ≥ 55 jaar
Het team Team: ouderenpsychiater, SPV, (neuro)psychologen, systeemtherapeut, GZ-psychologen, psychotherapeut, klinisch pso i.o. Samenwerking met externen: maatschappelijke dienstverlening, dagopvangcentra’s, afdelingen neurologie van ziekenhuizen Multidisciplinaire team Qua culturele achtergrond ook divers
I-psy Ouderen Geen vooroordelen over migranten Kennis en knowhow Geen communicatieprobleem (o.a. taalbarrière) Culturele begrip door aanwezige kennis en ervaring Herkennen van andere wijze van uiten van klachten (zoals met somatische klachten, last hebben van djinns en bezetenheid, boze oog, zwarte magie) Accepteren van eerst hulp zoeken in de eigen omgeving (zoals bij een Imam, een traditionele of religieuze behandelaar) Rekening houden met delay (het herkennen en erkennen van klachten en/of symptomen door de patiënt, de omgeving en ook de hulpverlener) De kwaliteiten van het team
I-psy Ouderen Contextuele benadering Rekening houden met de achtergrond en ook de culturele achtergrond van de patiënt (o.a. religie, geloof, djinns, bezetenheid) Betrekken van de familie en naasten Hulpverleners hebben dezelfde (culturele) achtergrond als de patiënt Hulpverleners zijn op de hoogte van de waarden en normen van de groep Geen vooroordelen en geen onbegrip Geen communicatieproblemen (o.a. hulpverleners spreken dezelfde taal, als patiënt; behandeling in eigen taal) Betere invoeging van de hulpverlener bij de problematiek van de patiënt Er wordt rekening gehouden met de alternatieve hulp zoekgedrag van patiënt en dit wordt ook gerespecteerd
Het traject Aanmelding: huisartsen, ziekenhuizen (geriaters), horizontale doorverwijzingen, externe instellingen Intake: intakegesprek bij de intaker Psychiatrisch onderzoek bij de psychiater (Neuro)psychologisch onderzoek ((N)PO) Nader beleid bepalen Adviesgesprek Behandeling: individueel, groepsgewijs, medicamenteuze behandeling, co-behandeling supraregionaal (verwijzingen over het hele land) Afronding -primaire verwijzing (pt zijn niet elders onder behandeling) of secundaire verwijzing (bv bij stagnatie of vraag om verder onderzoek); of bv second opinion als bv pt of fam niet eens zijn met de diagnose, of verwijzing alleen voor een onderzoek. Horizontale verwijzingen vanuit de parnassia groep. Problematiek is divers, stemmingsklachten, angst tot persoonlijkheidsstoornissen en cognitieve stoornissen/dementie Intake: anamnese (klachten uitvragen), biografie, ook erg belangrijk: hetero-anamnese !! Nodigen fam. uit Intakers spreken verschillende talen (26 verschillende talen, verschillende dialecten!!!) Screenende vragenlijsten: moca, mmse, cst Psychiater: gaat meer in op de psychiatrische en somatische klachten, ook evt screenende vragenlijsten maar ook wordt gekeken of een NPO haalbaar is.; Duidelijk maken dat bv als pt erg somber is dan bv geen NPO dit kan bv tijdens PSA beoordeeld worden NPO: welke onderzoeksinstrumenten -behandeling: individuele, groepsgewijs, medicatie
Het psychiatrisch onderzoek Klinisch beeld Comorbiditeit bij oudere migranten Psychiatrische comorbiditeit Somatische comorbiditeit Letten op medicamenteuze verslaving, zoals benzo’s; alcoholverslaving; levensfaseproblematiek (rouw, lege nest syndroom) Somatische aandoeningen: bv delier! Bij psychiatrische comorbiditeit als blijkt dat iemand depressie heef, angst (trauma of ocd) dan eerst dat behandelen voordat er overgegaan wordt op de verdere diagnostiek in de vorm van NPO
Neuropsychologisch onderzoek Anamnese/hetero-anamnese (tolken!) Vragenlijstonderzoek (stemming&angst) GDS, BDI, HADS-A http://www.nkop.nl/praktijk/meetinstrumenten Beeldvormend onderzoek Nederlands kenniscentrum ouderenpsychiatrie
Neuropsychologisch onderzoek Screening: CCD, ADS-6, MMSE, Moca Intelligentie: Raven, Rekenen met munten Werkgeheugen, aandacht en executieve functies: Cijferreeksen, EMCT, Trail Making Test, Stroopkaart (indien taal beperkt alleen kleurkaart), Sleutel-Zoek taak Geheugen: 8/15 woorden test, VAT, Figure of Rey Taal: Wordfluency, benoemingstaken Perceptie/visuo-constructief: kloktekening, huis, kubus, meander evt. aanvullen met wais-onderdelen CCD is een screeningsinstrument geen compleet testbatterij // Afhankelijk van iq en taalkloof aanvullen met wais-onderdelen, emct, ads-6 Van belang om de 7 cognitieve domeinen te onderzoeken: orientatie,
CCD (Cross-culturele Dementiescreening) Dementie bij niet-Nederlandssprekende allochtone ouderen > 55 jaar CCD bepaalt de kans op de aanwezigheid van ernstige cognitieve stoornissen, indicatief voor dementie. Wat onderzoekt de CCD?: - geheugenfuncties (inprenting en herkenning), - executieve functies, - mentaal tempo. De CCD is een screeningsbatterij waarmee bij niet-Nederlandssprekende ouderen kan worden nagegaan of sprake is van cognitieve stoornissen (in geheugen, executief functioneren, mentaal tempo) passend bij een dementiesyndroom. Uitgangspunt van de CCD is het minimaliseren van het effect van cultuurbarrières. De test kan worden afgenomen zonder dat men de taal van de proefpersoon of patient spreekt, met behulp van digitaal af te spelen instructies in de eigen taal van de patiënt. De CCD bevat digitale instructies in het Turks, Marokkaans-Berbers, Marokkaans-Arabisch, Sranantongo, Hindoestaans en Nederlands. Van de patiënt worden alleen incidenteel zeer eenvoudige verbale responsen verwacht, zodat de test zonder tolk is af te nemen. De CCD is ook afneembaar bij laag-opgeleiden en analfabeten. De CCD kan worden afgenomen door getrainde (neuro)psychologen, geriaters, psychiaters en huisartsen, of gespecialiseerde verpleegkundigen. Afname en scoring De CCD wordt individueel afgenomen. De duur van de afname is ca. 30min. Afname van de CCD gaat handmatig (pen en papier) met behulp van online geluidsfragmenten. Scoring van de CCD kan zowel handmatig als geautomatiseerd
Objectentest Visueel geheugen (bestaat uit inprenting en herkenning) Eerste deel worden plaatjes getoond van alledaagse voorwerpen en de pt moet vervolgens de getoonde plaatje (doelstimuli) direct aan te wijzen op de volgende pagina waarbij ook andere plaatsjes staan (afleiders). Start eenvoudig met een plaatje en neemt in moeilijkheid toe. Circa 20 min na de inprentingstaak wordt de herkenningstaak afgenomen. De eerdere ingeprente doelstimuli getoond met nieuwe afleiders, de pt dient alleen de doelstimuli aan te wijzen.
Objectentest
Zoon-maan test Blad met 5 regels met reeksen van zonnen en manen. De test bestaat uit twee onderdelen: benoemtaak en interferentietaak. -benoemtaak: pt dient regel voor regel, item voor item z.s.m. benoemen of er een maan of zon staat afgebeeld Mentale snelheid en de spreeksnelheid getest. -interefentietaak: omgekeerde benoemen; als zon staat maan zeggen en andersom weerstand tegen interferentie en selectieve aandacht
Stippentest Twee onderdelen: die resp. snelheid en verdeelde aandacht meten Bedeoling de dominostenen met elkaar verbinden in oplopende volgorde Bedoeling dat weer in oplopende volgorde verbinden, maar afwisselend witte en zwarte dominostenen met elkaar verbinden. N.b. geen uitvinding op zich, is afgeleid van bestaande testen, zoals ads-6, stroop, tmt; maar de taligheid van deze testen maakt het moeilijk om ze af te nemen bij allochtone ouderen. Ook de ccd heeft zn beperkingen, omdat het niet alle cognitieve domeinen omvat en onderzoekt. De cognitieve domeinen als orientatie, taal en visuoconstructieve functies worden buiten beschouwing gelaten, terwijl die ook van belang zijn bij een dementie-onderzoek en evt stoornissen op die gebieden kunnen daardoor gemist worden. Als diagnosticus aandacht voor hebben en aanvullen met andere testen
Stippentest
Mogelijkheden / onmogelijkheden Haalbaarheid van diagnostiek - Analfabeten - Eigen taal - Familielid/Tolk bij afname van NPO met elkaar van gedachten wisselen over (on)mogelijkheden van diagnostiek bij deze doelgroep. Analfabeten: non-verbale testen In eigen taal heeft voorkeur (CCD ook mogelijk om als NL sprekende bij iemand van ander taal af te nemen) indien niet mogelijk dan gebruik maken van een tolk(!) geen familielid laten tolken
Dank voor uw aandacht