Renaissance en Opstand Hoofdstuk 1 Renaissance en Opstand
Aantekeningen §1.1 A Prehistorie = (=voorgeschiedenis) de periode uit de geschiedenis waaruit geen geschreven bronnen zijn gevonden Jagen, vissen en voedsel verzamelen waren de middelen van bestaan. Rond 10.000 v.C. landbouw uitgevonden in het Midden Oosten Gevolgen: Boeren trokken niet meer als nomaden rond, maar bouwden huizen Zo ontstonden dorpen en landbouwsamenlevingen 5 perioden: Prehistorie Oudheid Middeleeuwen Vroegmoderne tijd Moderne tijd
Aantekeningen §1.1 A Hoe ontstonden stedelijke samenlevingen? Landbouw bracht voldoende voedsel op voor de gehele bevolking Bevolking groeit Mensen hoeven niet allemaal in de landbouw te werken Andere beroepen zoals kooplieden, ambachten (bakker, smid etc.) en priesters De Grieken en Romeinen bereikten in de kunst een hoogtepunt. Denk aan gebouwen zoals het Colosseum. De Grieks-Romeinse cultuur werd verspreid over de gebieden die de Romeinen veroverden.
Willibrord de apostel der Friezen
Karel de Grote
Aantekeningen §1.1 A Feodaal bestuur. Edelen krijgen een stuk land in pacht van de leenheer (koning) Edelen moeten in ruil voor het land : Soldaten leveren Belasting betalen (geld of voedsel) Edelen zweren trouw aan de leenheer
Aantekeningen §1.1 B Mechanische klokken hierdoor efficiënter omgaan met de tijd Gilden regelden het leven van ambachtslieden, maar hun regels werden soepeler Schilders meer gezien als kunstenaars en minder als handwerkslieden 1582: Paus Gregorius kalenderhervorming beter kloppend met natuur