Imperialisme H6 geschiedenis Memo.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Grote ontdekkingsreizen en hun gevolgen
Advertisements

Hoofdstuk 1A: Europeanen
H3 Industralisatie en Ismen.
Afrika en de slavenhandel
Plantagekolonies Transatlantische slavenhandel Abolitionisme
Grote ontdekkingsreizen en hun gevolgen
De economie in de gouden eeuw
8.6 Het moderne imperialisme
AANTEKENINGEN Basisboek Paragraaf 4
Imperialisme 12.
Het cultuurstelsel verdwijnt
Paragraaf 3 Honger en ellende.
Nederland en Indonesië
Modern imperialisme.
1-arbeiders 2-technische kennis 3-kapitaal 4-grondstoffen 5-afzetmarkten 6-vervoersmogelijkheden 7-politieke vrijheid 8-ondernemerslust.
Modern imperialisme.
Paragraaf 2 Het cultuurstelsel.
Hoofdstuk 2.
Spanningen tussen de grootmachten
Paragraaf 5.6 Islam.
Hoofdstuk 1 Koude Oorlog en dekolonisatie in Indochina
De Eerste Wereldoorlog: oorzaken en aanleiding
De economie in de Zilveren Eeuw
8.6 HET MODERNE IMPERIALISME
De tijd van regenten en vorsten
Hoofdstuk 3 De Romeinen.
Historisch Overzicht Paragraaf 1.
De economie in de gouden eeuw
Paragraaf 1: Kolonies inpikken.
Kolonialisme en slavernij
Kolonisatie en Dekolonisatie
Tijd van burgers en stoommachines,
 Industriële revolutie Uitleg  Periode waarin de landbouw voor de meeste mensen in Europa als belangrijkste middel van bestaan verdrongen werd door.
Europeanen in Amerika, Afrika en Azië
Middeleeuws wereldbeeld
H6 Imperialisme §6.3 De verovering van Azië Wat moet je weten aan het eind van de les? Wat de invloed van de VOC was op Indonesië Wat er veranderde voor.
Grote Ontdekkingsreizen en hun gevolgen
H6 Imperialisme §6.4 De verovering van Afrika Wat moet je weten aan het eind van de les? Hoe de contacten tussen Europa en Afrika voor 1884 waren Waarom.
Wat moet ik weten aan het einde van de les?
Afrika en de slavenhandel
Context 2: Duitsland Les 1 –
De sociale kwestie = het sociale probleem (dat ontstaat door de IR)
55 punten te behalen, groepje met meeste punten wint. Score tijdens het nakijken. De quiz bestaat uit 22 vragen. QUIZ HOOFDSTUK 2: ONTDEKKING & VEROVERING.
H9.3 Het Modern Imperialisme
H5.2 Europeanen ontdekken de wereld
De Verenigde Staten. §2. Voor indianen is geen plek meer. Voordat de Europeanen kwamen, waren de indianen de enige bewoners van Amerika. De indianen hadden.
De Verenigde Staten. §1. Dertien Staten vormen één land. In 1607 stichtten de Engelsen dertien kolonies aan de oostkust van Noord- Amerika.
H6 Imperialisme §6.5 Gevolgen van het imperialisme Wat moet je weten aan het eind van de les? Wat de politieke gevolgen voor Europa waren Wat de economische.
Ontdekking en verovering 2.4 Europeanen in Amerika
Tijd van Regenten en Vorsten 1600 – 1700
Blok 2 Tweede Wereldoorlog
Koloniale verleden.
Tijdvak 9 ‘De tijd van de wereldoorlogen’
Paragraaf 13.4 Noord en Zuid.
Paragraaf 4.4 Het ontstaan van machtige staten
Ontdekking en verovering 2.2 De Europese expansie begint
Geschiedenis van Suriname
Wereldeconomie KA 25.
De kolonie Nederlands-Indië
Paragraaf 3 MODERN IMPERIALISME
Nederland en Indonesië
Europa in 1914.
Cursus 2.2 Plantages en Slavenwerk Klas 2 BK Lesweek 2
Cursus 2.2 Plantages en Slavenwerk Klas 2 KGT Lesweek 2
VROEG MODERNE TIJD Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van de wereldeconomie.
Slaven op de plantages.
Blok 2 Koffie en suiker Deelvraag:
Sociaal-culturele dimensie:
Ontmoetingen in verre streken
§2.1 Van stad tot wereldrijk
Transcript van de presentatie:

Imperialisme H6 geschiedenis Memo

Periode rond 1800 en rond 1900 imperialisme 1. Start: Portugezen en Spanjaarden 1500 2. Goud, zilver, specerijen, suiker en slaven 3. Eeuw later: Europeanen naar Afrika en Azië 4. Vestigingen aan de kust 5. 2e helft 19e eeuw: steeds meer binnenlands 6. Ontstaan modern imperialisme

Eerste contacten met Afrika en Azië In Afrika waren de eerste mensen: missionarissen, ontdekkingsreizigers, handelaren en zendelingen. Vanaf 1600 al contacten in Azië en India  VOC (handelsposten) Door verschillende uitvindingen was het makkelijker om Afrika en Azië binnen te vallen en hier delen te veroveren: betere bewapening (de Maxim – 1884), telegraaf, directe scheepvaartverbindingen en stoomtrein.

Bestuur, gebieden bezetten Europese landen (Spanje, Portugal, Engeland, Frankrijk, Nederland, Duitsland, Italië en België) hadden rond 1900 grote delen van Afrika en Azië veroverd. Engeland en Frankrijk veroverde tussen 1870 en 1900 grote delen van Afrika en Azië.

3 belangrijke oorzaken ontstaan imperialisme: Goedkoper bestuur: 19e eeuw technische uitvindingen: tegen lage kosten groot gebied beheren. Indirect bestuur: Inlandse bestuurders behielden hun taak, maar kregen orders vanuit Engeland. Grondstoffen en afzetmarkt Afrika en Azië hadden ook grondstoffe zoals katoen, rubber en olie. Vanuit lage prijs in Afrika en Azië verbouwen. Engelse handelaren hoopte dat de inheemse bevolking hun producten zou kopen (afzetmarkt). Nationalistische gevoelens Mensen waren trots op hun vaderland en geschiedenis. Met veel koloniën had je als Europees land veel aanzien. Populaire kranten schreven over de expedities waarbij meer koloniën werden gesticht. Tot halverwege de 19e eeuw waren Frankrijk en Engeland grootmacht, Duitsland begon nu ook op te komen.

Nederlands-Indië Eerste contacten in 16e eeuw Azie: Portugezen, Engelsen, Fransen en Nederlanders. Dreven handel in specerijen, thee, koffie en katoen. Boek Max Havelaar van Edward Douwes Dekker (1859) VOC was grootste onderneming in handel drijven met Azië. 1799 ging de VOC failliet  regering nam bezittingen over  nieuwe naam: Nederlands-Indië. Tussen 1850 en 1860 kwam 32% van verdiensten Nederland uit Nederlands- Indië. 1870 Agrarische wet (door liberalen): ongebruikte grond van de regering pachten of rijstvelden van boeren huren. Interesse vanuit Nederland voor: rubber, tin en aardolie.

Brits-Indië Frans-Indochina In 1858 nam Engelse regering India over. Interesse van Britten: Katoen, jute, theeen indigo Frans-Indochina In 1887 ontstond Frans-Indochina. Interesse van Fransen: Rubber en rijst

Conferentie van Berlijn Rond 1800 eerste contacten in Afrikaanse binnenlanden met “blanke” Europeanen  1880 Europeanen koloniën in Afrika. Schotse arts Mungo Park maakte twee reizen door West-Afrika  bloeiende steden (handel en cultuur) onder Islam. Duitsland was sinds de Frans-Duitse oorlog (1870-1871) een eenheid. Duitse kanselier Bismarck wilde van Duitsland een belangrijk land maken. Conferentie in Berlijn door Bismarck (nov. 1884-febr 1885): Regels verdeling Afrika onder de grootmachten

Verdeling Afrika 20 jaar tijd: Afrika bezet Noord- en West Afrika: Frankrijk Midden-Afrika: België Zuid- en Oost Afrika: Engelsen 1900  Afrika bestaat uit 40 landen Grondstoffen uit Afrika naar Europa  goud, ivoor, cacao, koper en rubber Succes Christenlijke hervorming

Gevolgen imperialisme voor europa Onderlinge spanning tussen Europese landen (1898 oorlog tussen Frankrijk en Engeland over Sudan  Fasjoda incident) Invoer en uitvoer producten goed voor Europese industrie, weinig inkomsten in verband met spoorwegen aanleggen, scholen, medische zorg etc. Interesse naar nieuwe culturen en gebieden. Dt leidde soms ook tot racisme, mensen werden op grond van hun ras anders behandeld

Gevolgen modern imperialisme veroverde gebieden Economie afhankelijk van Europa Weinig landbouwgrond over voor eigen voedselproductie Geldeconomie werd geintroduceerd, mensen verlieten hun geboorteland door te weinig geld Groepen bevolking werden voorgetrokken, scheve verhoudingen onderling Geen eigen bestuur meer Last met de verdeling gericht naar oudere stammen en volkeren

Opdracht deze les: Maak een samenvatting van paragraaf 6 over koningin Victoria: Waarom was Koningin Victoria zo geliefd? Waarom werd zij de grootmoeder van Europa geoemd? Wat is de rol van haar kinderen hierin? Maak een samenvatting van paragraaf 7 over Japan: Wat werd er verbouwd in Japan? Hoe bestuurde de keizer zijn rijk en wie hielp daarbij? Wat wilde de Portugezen in Japan? Wat kun je vertellen over Deshima? Wie is admiraal Perry? Hoe ging het met de industrie in Japan? Oorlogen?