TAALSITUATIE & - ONTWIKKELING IN VLAANDEREN
TAAL IS EEN AJUIN (of ui?)
BEGRIPSBEPALING De standaardtaal, een definitie: Kenmerken van een standaardtaal: geschreven vorm gecodificeerd functioneel domein algemeen erkend als de norm
BEGRIPSBEPALING De standaardtaal, een definitie: De standaardtaal is niet statisch. Een tweede definitie: het Nederlands dat algemeen bruikbaar is in het publieke domein, dat wil zeggen in alle belangrijke sectoren van het openbare leven, zoals het bestuur, de administratie, de rechtspraak, het onderwijs en de media (taaladvies.be) Andere benamingen voor onze standaardtaal: Algemeen Nederlands (AN) Standaardnederlands
VARIATIE BINNEN STANDAARDTAAL Belgische versus Nederlandse standaardtaal Uitspraak Een Nederlander neemt de [trem] naar de [teeraapuit]. Een Vlaming neemt de [tram] naar de [teeraapeut]. Woordenschat (BE vs NL) ajuin / ui croque-monsieur / tosti vijgen na Pasen / mosterd na de maaltijd kleedje / jurk gsm / mobieltje microgolf / magnetron zeker en vast / vast en zeker Constructies BE: ‘Van wortels hou ik niet.’ vs NL: ‘Wortels, hou ik niet van.’
BEGRIPSBEPALING Het dialect, een definitie: Een tweede definitie: Dialecten zijn regionale taalvariëteiten die zijn voortgekomen uit anderhalf millennium spontane ontwikkeling in het mondelinge gebruik, zonder van boven- of buitenaf opgelegde normen en regels. (Magda Devos)
DIALECTLANDSCHAP IN VLAANDEREN
HET BRABANTS Fonologische kenmerken scherpe uitspraak ‘i’ en ‘u’ (diek en puut) lang uitspreken van ‘ie’ en ‘oe’ (biet versus bier / boek versus boer) uitspraak van tweeklanken als ‘ei’ en ‘ui’ als lange eenklanken (De trèèn staat bèùten.) overgang van ‘oe’ naar ‘uu’ of ‘ie’ (grien / gruun) Typisch voor de Denderstreek = mouillering / gemouilleerde medeklinkers kiendj, geldsj, moesj
HUIDIGE POSITIE DIALECT Dialectverlies: sinds ’60 gedaan met geleidelijke ontwikkeling Systeemverlies: de dialecten verliezen hun authenticiteit (lokale kenmerken) o.i.v. de standaardtaal Functieverlies: steeds minder mensen / steeds minder omstandigheden Oorzaken: toegenomen mobiliteit sociale profilering
ONGELIJK TEMPO DIALECTVERLIES regio West-Vlaanderen & Limburg en Antwerpen (reden?) sekse vrouwen versus mannen (reden?) sociale klasse (opleidingsniveau) handarbeiders versus vrije beroepen, academici, hogere bedienden leeftijd oudere mensen versus jongeren
WANNEER WEL NOG DIALECT? Profiel van een dialectspreker: man van een lagere sociale klasse ouder dan 40 jaar uit West- Vlaanderen Nuance: ook tussen oudere generatiegenoten in vertrouwde kring (ouders en grootouders)
ZULLEN DE DIALECTEN VERDWIJNEN? Allicht wel! objectieve omstandigheid: grootschalige communicatiemaatschappij ≠ voedingsbodem voor dialecten subjectieve factor: negatieve attitude gemiddelde Vlaming Ondanks dialectrenaissance… dialectkringen, publicaties, muziek, dialecttoneel enzovoort.
DIALECTKAART ‘GLIJBAAN’