ARMOEDE DOOR DE EEUWEN HEEN
MIDDELEEUWEN - Armen zijn het evenbeeld van Jezus - Rijken kunnen de tijd in het vagevuur verkorten door het geven van aalmoezen.
Fra Dolcino
16e eeuw: Europa verandert Verbeterde landbouwtechnieken leiden tot bevolkingsgroei: meer mensen kunnen gevoed worden In Holland ontstaat een efficiënte, gecommercialiseerde landbouw die produceert voor de steden Echter ook: niet iedereen kan in de nieuwe manufacturen werk vinden Mede door oorlogen raken hele populaties armen en werklozen op drift en trekken van de ene stad naar de andere
Het Liber Vagatorum
Kapitalisme en Calvinisme Armenzorg is niet georganiseerd en kan de toestroom van armen niet opvangen Burgerij kan door de toestroom van ‘vreemdelingen’ het onderscheid tussen ‘echte’ en ‘onechte’ armen niet meer maken Gevolg: bedelen wordt verboden Versterkt door Calvinisme Protestanten zien het verrichten van goede daden om aflaat te verkrijgen als ‘sjacheren’. Goede daden verricht je omdat ze intrinsiek goed zijn, niet vanwege een beloning. Weinig begrip voor de sociale achtergronden van armoede
Allegorie van de armoede
Tuchthuizen Armenzorg wordt professioneel aangepakt. Armen moeten zich in laten schrijven bij diakenen, die hen een leefgeld uitkeren Bij een ‘onfatsoenlijke’ leefwijze wordt de uitkering verminderd of stopgezet
Rasphuis Amsterdam
Werklozen worden tewerkgesteld in tuchthuizen Jongeren ter rehabilitatie Ouderen worden gezien als goedkope arbeidskrachten Nederland kent in de 17e eeuw het beste systeem van armenzorg in Europa
ARMENZORG
Bedelaarsjongen
FINANCIERING Collectes Loterijen (!) Soms stelt de gemeente infrastructuur beschikbaar, maar ook dan dienen de kerken zélf de verdere kosten te dragen
ENGELAND Een wet uit 1547 legt vast dat vagebonden voor twee jaar tot slaaf gemaakt kunnen worden Mocht hij gedurende die tijd weglopen, dan wordt hij gebrandmerkt en voor de rest van zijn leven als slaaf tewerkgesteld 17e eeuw: geseling voor onwilligen of zelfs gevangenisstraf Vanaf 1697 moeten paupers verpicht een grote rode ‘P’ op hun kleding dragen
Huisuitzetting
Depressie Van circa 1780 tot circa 1860 vindt de grootste economische neergang uit de Nederlandse geschiedenis plaats Het systeem van armenzorg stort in Overheid gaat particuliere initiatieven ondersteunen Koloniën opgezet in Drenthe om armen te leren een werkzaam leven te leiden Projecten mislukken omdat armen er niets voor voelen en de zaak saboteren
Kolonie te Willemsoord
ARMENWET In 1854 wordt de Armenwet ingevoerd Verantwoordelijkheid voor de armenzorg komt bij de kerken te liggen Alleen wanneer er geen andere mogelijkheden zijn, kunnen mensen zich tot de overheid wenden In deze tijd begint de kerk echter juist langzaam aan maatschappelijke invloed te verliezen
An Englishman Pursued by Beggars in Rome
Tweede helft 19e eeuw Industrialisatie en urbanisatie Ontstaan van sloppenwijken
Huisvesting platteland
Huisvesting stad
Drie opvattingen Conservatief-christelijk: armen dienen onderwerp van liefdadigheid te zijn. Patriarchale houding Liberalen: vrije markt lost uiteindelijk het armoedeprobleem op Socialisten: maatschappij veranderen, want armoede is een gevolg van maatschappelijke structuren
Vakbondsmeeting
Revolutie
1917 In 1917 Algemeen Kiesrecht Plotseling zijn ook de armen interessant Angst voor revolutie onder conservatieven en liberalen Verzorgingsstaat wordt opgebouwd door liberalen, sociaal-democraten ‘en christenen. Essentieel: armenzorg is niet langer iets om dankbaar voor te zijn, maar een recht.
Jaren ‘70 In de jaren ‘70 raakt het kapitalisme in crisis: winsten lopen sterk terug en de kosten van de verzorgingsstaat stijgen Geleidelijk wordt de verzorgingsstaat afgebroken Opkomst neoliberalisme Neoliberale kijk op werkloosheid: werkloosheid ontstaat doordat mensen voor hun arbeid een te hoge prijs vragen
Huidige dominante opvatting Armoede, dakloosheid en zelfs armoede onder kinderen worden weer gezien als het resultaat van persoonlijk falen Dalrymple (held van Marco Florijn): ‘een groot deel armen is lelijk, agressief, gemeen, slecht opgevoed, onbeschoft en heeft misdadige neigingen’