Shock en vloeistoftherapie.. Wat is shock? Onvoldoende perfusie = doorbloeding van de weefsels. Waardoor de weefsels te weinig zuurstof krijgen.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Vocht & Voeding tijdens Inspanning
Advertisements

Hyponatriemie en de hersenen
Shock SHOCK en uitwendige bloedingen nemen een bijzondere positie in tussen ‘stoornissen in de vitale functies’ en ‘plaatselijke stoornissen’
Chronische nierinsufficiëntie
Je lichaam in balans suikerbalans waterbalans.
Hitteletsels In dit hoofdstuk komt aan de orde: Achtergrondinformatie Hittekramp Hitte-uitputting Hittestuwing Hitteberoerte Zonnebrand.
Water en zouthuishouding
HAGMA High Anion Gap Metabolic Acidosis H. NEELS Algemeen Centrum Ziekenhuis Antwerpen.
Functies van de nier Uitscheiden van afvalstoffen. Productie van urine. Waterhuishouding. Mineraalhuishouding. Regelen van de bloeddruk. Regelen van.
Hartfalen De voedingsadviezen Barbara K. van Dam
Workshop + EHBO bij de hond.
Nefrotisch syndroom.
Transport Bs 1&2 Bloed en bloedsomloop. Transport van stoffen Klein afstanden: van cel tot cel –DIFFUSIE Bloedsomloop (mens) –Dubbele bloedsomloop Grote.
Transport Bloed en bloedsomloop Informatie en animaties over het bloed.
Les 10 Bloeddruk en Nieren
Anatomie / fysiologie Nieren 3 Bloeddruk AFI1
Vulling Hoeveel water heeft een mens en waar zit het?
Hyponatriemie Maartje Salomons.
Urogenitale aandoeningen
Paragraaf 10.3 Cellen in Bad.
Ziekte van Addison.
Wees niet bang, maar alert
SHOCK.
2012.
SHOCK.
Vocht huishouding.
Bloedonderzoek.
1 T-onderwijs 30 Twee vermoeide mannen met een ernstige chronische aandoening.
Voetbal & Voeding Angela Schokker, (sport)diëtist 15 december 2015.
Shock en vloeistoftherapie.
Hoofdstuk 10 Paragraaf 1: Goed geregeld. Wat gaan we doen vandaag?  Bespreken eerste deel paragraaf 1  Maken paragraaf 1.
Verdrinking.
Lichamelijk onderzoek bij dieren
Valkuilen bij laboratorium onderzoek
10.1 Goed geregeld Hst 10 Gezondheid 3 VWO.
VPH Les 3.
HbA1c Leonie van der Heul Klinisch chemicus io Symposium 17 jan 2014.
Stedelijk Ziekenhuis Roeselare | Brugsesteenweg 90 | 8800 Roeselare | T | F | E | W 1 Sportdranken, een.
SPOEDGEVALLEN: Het zieke kind Marloes Jacobs, HAB, september 2014
Bloedonderzoek.
Johan Bugel Campus Winschoten. Hoeveelheid bloed Johan Bugel Campus Winschoten  Man 5 liter  Vrouw 4,5 liter.
1 SHOCK door Petri Snel lotusdocent Sandra van Poortvliet, lotusdocent Joyce Snel, lotusinstructeur Marjane Austin, aspirant lotus.
Het uitscheidingsstelsel
Lever en Nieren Les 1 di 2de uur ’11 Uitleg lever en nieren en opdracht Les 2 wo 3de uur ’11 Uitleg bloedonderzoek formulier, maken.
Allergie & Anafylactische shock
Obstipatie Definitie: Ontlasting komt minder vaak dan normaal en is hard(minder dan 3 maal per week), Gevolg: Verstopping.
Diabetes.
Na het sporten.
Noorderpoort PRS Pijn Thorax
Welke functies zijn in het menselijk lichaam van direct levensbelang?
Urine Geproduceerd in nieren
Uitscheidingsstelsel
EHBO Deel 2.
Voeren en Verzorgen Niveau 3/4 Blok 2.
Actief bloedverlies en Shock
Warmteletsels Achtergrondinformatie De stofwisseling:
Voeren en Verzorgen Niveau 4 Blok 2.
Blok 3 Gezondheid en gedrag
Stofwisseling (metabolisme), uitdroging en oedeem
Lichamelijk onderzoek bij dieren
Circulatie pathologie
Bloed en afweer pathologie
Diabetes.
Digestie pathologie.
Shock en vloeistoftherapie.
Kalverziekte.
Cholesterol en triclyceriden
Hoofdstuk 3 Levenslange diëten
Transcript van de presentatie:

Shock en vloeistoftherapie.

Wat is shock?

Onvoldoende perfusie = doorbloeding van de weefsels. Waardoor de weefsels te weinig zuurstof krijgen.

Oorzaken van shock: Hypovolemie: te weinig ( bloed) volume in het vaatbed: bloedverlies, uitdroging Allergische reacties: vaatverwijding tgv histamine release, bloeddruk daalt Septicaemie: Tgv endotoxinen vaatverwijding. (Cardiogene shock): bloeddrukdaling tgv verminderde pompfunctie hart. Neurogene shock: bij stress of pijn komen endorphines vrij, die bloeddrukdaling veroorzaken.

Symptomen van shock: Tachycardie: versnelde hartslag Zwakke pols Bleke slijmvliezen CRT verlengd ( capillary refill time)

Symptomen van shock: Spierzwakte Snelle, oppervlakkige ademhaling Oligurie / anurie: weinig of geen urineproductie Koude extremiteiten

Behandeling van shock: Voldoende ventilatie / extra zuurstof. Stop aanwezige bloedingen. Vul vaatbed op met behulp van infuus. ( Herstel afwijkende PH en electrolytenbalans) Verbeter of stabiliseer lichaamstemp. Toedienen bep. Medicijnen ( cortico’s)

Vloeistof therapie (infuus) Waarom: DEHYDRATIE. Niet alleen vocht tekort. Tevens, elektrolyt tekort. Verschuiving PH balans.

Vloeistof therapie Totaal lichaamsgewicht | 60% water40% anders | \ Intracellair extracellulair. 40% 20% ∕ | \ Interstitieel plasma transcellulair

Hydratie toestand De hydratie toestand kun je op 3 manieren onderzoeken. Via de anamnese. Via lichamelijk onderzoek. Via laboratorium onderzoek.

Anamnese. Eet / drinkt de hond nog? Hoe lang heeft het dier al klachten? Is er sprake van braken / diarree? Hoe oud is het dier?

Lichamelijk onderzoek. Turgor. Diep liggende ogen. Droge, rode slijmvliezen. S.g. urine  ; pols 

Laboratorium onderzoek. Hematocriet bepaling. De hematocriet is de verhouding tussen het bloedcelvolume en het totale bloedvolume. Bij zoogdieren meestal tussen 0,4 en 0,5.

Elektrolyt veranderingen. Bij braken verlies van: H+, Na+, K+, Cl- Bij diarree verlies van: Na+, K+ en HCO3- Bij chron. Nierproblemen: Na+, evt K+ en HCO3-

Dehydratie types. Isotone dehydratie: verlies in gelijke mate van vocht en elektrolyten. Hypotone dehydratie: meer electrolyten dan vocht verlies. Hypertone dehydratie: meer vocht dan electrolyten verlies. Consequentie voor keuze infuus vloeistof!

Zuur- base evenwicht. Alkalose: dier verliest zuur, PH stijgt. »Bij chronisch braken Acidose: dier verliest HCO3-, PH daalt. »Bij chronische diarree, suikerziekte en nieraandoeningen.

Bepaling nierfunctie. Soortelijk gewicht urine hoger dan Concentratie ureum: 3,0- 6,5 mmol/ liter Concentratie creatinine: ≤50 + lich gew. ( ureum en creatinine zijn afbraak- producten,die via urine worden uitgescheiden)

Nierfunctie. Teveel ureum in bloed: Uremie. Oorzaak voor de nieren: pre- renaal. Oorzaak in de nieren: renaal. Oorzaak na de nieren: post- renaal.

Vloeistof therapie. Doel: Aanvullen van tekorten. Onderhoudstherapie. Aanvullen verdere verliezen.

Vloeistof therapie. Welke vloeistoffen zijn er? Waterige elektrolyt oplossingen. Parenterale voedingen. Plasma vervangende middelen. Bloed.

Waterige elektrolyt oplossingen. Bijvoorbeeld: Isolectrol. Bicarbonaat. Lactetrol.( Ringerlactaat, Hartmann) Fysiologisch zout.

Parenterale voeding. Bijvoorbeeld: Glucose 30% Aminosol 5%

Opdracht: A. Zoek van de volgende vloeistoffen op: 1.Samenstelling 2.Gebruiksdoel B. Maak op A5 formaat een “paspoort” van elke vloeistof Fysiologisch zout, Ringer lactaat, Hartmann, isolectrol, amynin, aminosol, lodevil, glucose, Ca/Mg, Calcitad

Wijze van toedienen. Oraal: via de bek Intraveneus: via een ader. Subcutaan: onderhuids. Intraperitoneaal: in de buikholte.

Toedieningssnelheid.(iv) Onderhouds infuus: –Hond: 50 ml/ kg/ 24 uur –Kat: 80 ml/ kg/ 24 uur Waakinfuus: 10 ml/ kg/ 24 uur Geforceerde diurese: 100 ml/ kg/ 24 uur

EINDE.