5. Jezus over werken met de gemeenschap Uiteindelijk zullen we heel concreet moeten nadenken over onze inbreng als gelovige en als kerk in de gemeen- schap. Stel samen een lijst op met concrete voorstellen die je als kerk kunt uitwerken in die zin.
‘De Geest van de Heer rust op mij, want hij heeft mij gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft hij mij gezonden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan blinden het herstel van hun zicht, om onderdrukten hun vrijheid te geven, om een genadejaar van de Heer uit te roepen.’ Lucas 4:18,19
“zoals de aarde haar gewassen voortbrengt, zoals een tuin het gezaaide laat ontkiemen, zo laat God, de HEER, gerechtigheid ontkiemen en glorie voor het oog van alle volken.” (Jesaja 61:11) “Alle volken zullen je gerechtigheid zien!” (Jesaja 62:2a)
1.Bespreek met elkaar wat de concrete implicaties van Jezus’ beleidsverklaring kunnen zijn voor ons, zijn ‘discipelen’ die zijn werk moeten verderzetten. 2.In Jesaja 61:6 zegt God nog: “ jullie worden priester van de HEER genoemd, dienaar van onze God zul je heten.” Probeer dit eens om te zetten naar onze taak… 3.Wat te denken van het gegeven dat Jezus opzettelijk de idee van ‘wraak’ weglaat? Is dit niet in contrast met de oordeelsboodschappen die je hoort in tal van religieuze kringen? Wat betekent het voor ons getuigenis?
“ Jullie zijn het zout van de aarde. Maar als het zout zijn smaak (NBG: kracht) verliest, hoe kan het dan weer zout gemaakt worden? Het dient nergens meer voor, het wordt weggegooid en vertrapt.” Mat 5:13
Jezus spreekt tot zijn leerlingen… en de schare Zalig de armen Zalig wie treurt Zalig wie hongert naar gerechtigheid Zalig wie vervolgd wordt… zachtmoedigheid,barmhartigheid, zuiverheid van hart, vrede…
Matteüs 13 Het woord van het Koninkrijk… voudig vrucht!
1.Dat Jezus zegt ‘jullie zijn’ en niet ‘jullie moeten zijn’ is niet zonder belang. In plaats van te moraliseren geeft Jezus aan dat zijn discipelen iets waardevols hebben / zijn. Het evangelie van het koninkrijk is een waardevol pluspunt in het leven… Ervaar je dat zelf ook? Zo ja: hoe of wat? Spreek hierover met elkaar! 2.‘Gewone mensen’ die volgeling zijn van Jezus zijn ‘iets bijzonders’, een meerwaarde voor de maatschappij. Akkoord? Zo ja, waarom zijn ze bijzonder? Op welke manier uit zich dat, waaraan zie je dat? Kijk ook naar de kenmerken die Jezus vermeldt… 3.Jammer, zo immens jammer wanneer zout waardeloos wordt of goed graan geen vrucht opbrengt. Wanneer kan volgens jou het kenmerk ‘jammer’ gekleefd worden op een kerk of op een manier van godsdienst beleven? Kun je concrete voorbeelden geven? Je kunt je hierbij ook laten inspireren door wat Jezus jammer vond bij de schriftgeleerden en Farizeeën (Mat 23).
smaakmaker reinigend, zuiverend bewarend dorst gevend
1.Smaak geven, reinigen, zuiveren, bewaren, dorst gevend… Hoe kan elk van deze elementen toepast worden op de invloed van gelovigen op of in de maatschappij? Probeer zo concreet mogelijk te zijn! 2.Hoe zou een ‘zoutloos leven’, ‘zoutloos spreken’ enz. er kunnen uitzien in de praktijk? 3.Probeer eens, aan de hand van het beeld van het zout, een eerlijke analyse te maken van je kerk… In hoeverre is jouw kerk een ‘meerwaarde’ in de buurt / de stad waar ze gevestigd is? En hoe kun je daar zelf toe bijdragen? 4.Kan een getuigenis ook zo zoutig zijn dat het ‘niet meer te eten’ is?
“ Aan elk graanoffer moet zout worden toegevoegd: het zout, als teken voor het verbond met jullie God, mag bij het graanoffer niet ontbreken. Ook aan de andere offers moet zout worden toegevoegd.” Leviticus 2:13 “Alle volken die dat zien en van deze wetten horen, zullen zeggen: ‘Wat is dat grote volk wijs en verstandig!’ Want welk volk, hoe groot ook, heeft goden zo dichtbij als wij de HEER, onze God, telkens als wij hem om hulp roepen? En welk volk, hoe groot ook, heeft wetten en regels zo rechtvaardig als het onderricht (Hebr. = TORAH !) dat ik u nu geef?” (Deut 4:6-8)
Jullie zijn het licht in de wereld. Een stad die boven op een berg ligt, kan niet verborgen blijven. Men steekt ook geen lamp aan om hem vervolgens onder een korenmaat weg te zetten, nee, men zet hem op een standaard, zodat hij licht geeft voor ieder die in huis is. Zo moet jullie licht schijnen voor de mensen, opdat ze jullie goede daden zien en eer bewijzen aan jullie Vader in de hemel. Mat 5:14-16
"Eens zal de dag komen dat de berg met de tempel van de HEER rotsvast zal staan, verheven boven de heuvels, hoger dan alle bergen. Alle volken zullen daar samenstromen, machtige naties zullen zeggen: 'Laten we optrekken naar de berg van de HEER, naar de tempel van Jakobs God. Hij zal ons onderrichten, ons de weg wijzen, en wij zullen zijn paden bewandelen.' Vanaf de Sion klinkt zijn onderricht (Hebr. = Torah), vanuit Jeruzalem spreekt de HEER.” (Jesaja 2:2-4)
1.Hoe zie jij de rol van de TORAH in het getuigenis dat een gelovige / een kerk kan hebben? Spreek jij dan van ‘wetten die je moet gehoorzamen’ of eerder van ‘levensraad om waar geluk te realiseren’? Maakt het iets uit? 2.Deel met elkaar de ideeën die in u opkomen bij het beeld ‘licht zijn’ of ‘licht laten schijnen’. Vind je dit beeld passend in onze tijd? Is er nog sprake van ‘duisternis’? En zo ja, hoe kan een gelovige / een kerk heel concreet licht brengen? 3.Zelfde vraag als aan het begin: Stel samen een lijst op met concrete voorstellen die je als kerk kunt uitwerken om nog meer of nog beter zout en licht te zijn in onze huidige samenleving.