NASK 2 3VMBO-T Thema 6 samenvatting. Basisstof 1: metalen en metaalmengsels Metalen hebben de volgende gemeenschappelijke eigenschappen. Metalen glanzen.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
2 Materie in 3 toestanden: vaste stof, vloeistof en gas
Advertisements

Materie, energie en leven
HST 5 Les 1: herhaling hst 4.
Paragraaf 2 van hoofdstuk 2: Warmtebronnen
Klik nu op de titel van dia 2 om verder te gaan
Warmte Hoofdstuk 4 Nova Klas 2V.
Door stofomzettingen nieuwe moleculen maken
Door stofomzettingen nieuwe moleculen maken
4T Nask2 Hoofdstuk 8 Metalen
Atomen , moleculen en reactieschema
Warmtebronnen Als je iets wil verwarmen heb je een warmtebron nodig.
Stofwisseling.
Ontleding en industrie
Scheikunde 3HV H5 chemische reacties SV
Kristalroosters, Legeringen, Corrosie, Biocompatibiliteit
Kringloop producent-consument-reducent………
5.6 Fotolyse Waterstof: belangrijk voor economie
Het kloppend maken van reactievergelijkingen
Het kloppend maken van reactievergelijkingen
Stoffenmoleculen Om te kunnen verklaren dat stoffen bepaalde stofeigenschappen hebben gebruiken we een modelvoorstelling De molecuultheorie: stoffen bestaan.
of : “Kunststoffen” … of : “Plastics” ...
Chemische reacties Reactieschema: Beginstoffen -> reactieproducten
Hoofdstuk 2 Samenvatting
Atomen , moleculen en reactieschema
4. Atomen in chemische symbolentaal
Hoofdstuk 4 en 5 Nova Scheikunde 3hv
Opstellen reactievergelijkingen
Paragraaf 3.1.
4T Nask1 2.1 Brandstoffen verwarmen
9.2 Alkanen en alkenen 4T Nask2 9 Koolstofchemie.
4.4 Chemische reacties 4T Nask1 H4 Stoffen.
Nieuwe stoffen, nieuwe materialen
Reactievergelijkingen kloppend maken.
3.4 Het kloppend maken van reactievergelijkingen
H 2 Bronnen van energie.
Marc Bremer Scheikunde Marc Bremer
Chemische bindingen Kelly van Helden.
Scheikunde 4 Atoombouw Kelly van Helden.
4.4.Doorstroom Scheikunde H 1
Materiaal en veiligheid
Scheikunde 4 W&L.
Energie en energieomzettingen
Synthesegas CH 4 (g) + H 2 O (g) ⇄ CO (g) + 3H 2 (g) Doel : snelle en hoge opbrengst Welke zaken beïnvloeden opbrengst?
Zwijsen College Test jezelf Pulsar Chemie Hfdst 4. Elementen. Klik telkens op de driehoek om verder te gaan! Zet deze toetspresentatie op volledig scherm.
Scheikunde Niveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 4
Eigenschappen. Bij kamertemperatuur zijn het vaste stoffen, behalve kwik (vloeistof) Geleiden de elektrische stroom. Hebben een glanzend oppervlak.
Reactievergelijkingen Een kwestie van links en rechts kijken.
In de loop van miljoenen jaren zijn ze ontstaan door vervorming van planten- en dierenresten. Voorbeelden:aardolie, aardgas, steenkool en bruinkool. Ook.
Koolstofchemie AARDOLIE.
Rekenen aan reacties Scheikunde Niveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 3.
Leskaart fotosynthese en verbranding Leskaart broeikaseffect
L1 Laboratoriumtechniek RAvIt 1 Namen en symbolen van elementen Per dia 10 s. de tijd Schrijf de antwoorden op!!
Duurzame energie. Wat is energie? Je hebt energie nodig om te kunnen bewegen of te denken Wij halen energie uit ons eten en drinken Om licht, geluid of.
Scheikunde klas 3 Herhaling
8.4 Moleculen en atomen Praktikum 36: Vragen:
8.3 Soorten stoffen, soorten reacties
Reactievergelijkingen kloppend maken.
Bronnen van energie Hfd 1: Energie in Nederland
MATERIALEN: VIJF TOEPASSINGEN
Basisstof 4 module 1 verkennen
Namen en symbolen van elementen
Synthesegas CH4 (g) + H2O (g) ⇄ CO (g) + 3H2(g)
Opstellen reactie vergelijking
Materialenleer. TransferW
Kunststoffen – nylon (PA)
Fossiele brandstoffen
Hoofdstuk 2 Natuur en milieu
Duurzaamheid C en D Hoofdstuk 3 Planet.
Hier links zie je een overzicht van alle dia’s met hun titels Als je naar de volgende (of een andere dia) wil klik je op de titel Klik nu nogmaals hier!!
Transcript van de presentatie:

NASK 2 3VMBO-T Thema 6 samenvatting

Basisstof 1: metalen en metaalmengsels Metalen hebben de volgende gemeenschappelijke eigenschappen. Metalen glanzen Metalen geleiden elektriciteit Metalen geleiden warmte De meeste metalen zijn grijs van kleur, behalve goud, en koper.

Verschillen tussen metalen Tussen alle metalen zitten wel verschillen. Zo is de dichtheid van aluminium veel lager dan de dichtheid van ijzer. Dat betekent dat aluminium veel lichter is dan ijzer. Daarom wordt er voor het maken van vliegtuigen geen ijzer gebruikt. Ook de hardheid van de metalen is verschillend. Lood is buigbaar en ijzer niet. Kwik is een metaal dat bij kamertemperatuur vloeibaar is. Toch is de dichtheid van lood en kwik hoger dan de dichtheid van ijzer, ze zijn veel zwaarder. Het bekende spreekwoord is ook: Het is zo zwaar als lood.

Magnetisch Alleen ijzer en nikkel worden aangetrokken door een magneet. Alle andere metalen niet. Als je wilt weten hoe een magneet werkt, klik dan op onderstaande hyperlink: Beeldbank: Magneten

Metaalmengsels Veel metalen die we gebruiken zijn geen zuivere metalen, maar metaalmengsels. Een ander woord voor metaalmengsel is legering. Om legering te maken, worden verschillende metalen in de vloeibare-fase (l) met elkaar gemengd. Een legering krijgt andere eigenschappen als de zuivere metalen. Meestal is een legering harder en/of beter bestand tegen invloeden uit het milieu.

Metaalmengsels die je moet kennen Goud (< 24 karaat)= Amalgaam= Zilveramalgaam= Staal= Brons= Messing= Au met Ag of Cu Hg met ander metaal Hg met Ag Fe met C en een ander metaal Cu en Zn Cu en Sn

Je moet ook weten waarvoor deze legering worden gebruikt. Goud (< 24 karaat)= Zilveramalgaam= Staal= Brons= Messing= Sieraden Tandvullingen Spijkers en bouw Leidingen en kranen Beelden

Basisstof 2: Metalen maken Metalen worden verdeeld in edel en onedel. De volgende edelmetalen moet je kennen: Goud Zilver Platina

Edel en onedel Edele metalen worden zuiver in de natuur gevonden. Onedele metalen worden alleen gevonden als verbinding met andere stoffen. Dit is meestal met zuurstof of met zwavel. Een metaalverbinding met zuurstof noemen we een metaaloxide. IJzeroxide = Fe 2 O 3 (s) Een metaalverbinding met zwavel noemen we een metaalsulfide. Kopersulfide = CuS (s) Hoe onedeler het metaal, hoe sneller het reageert met andere stoffen.

Metaalreactie met water Natrium, kalium en calcium zijn zo onedel, dat ze zelfs reageren met water. Zoals je tijdens de demonstratie gezien hebt gaat natrium in water vanzelf branden. Dat het ook anders kan gaan, laat deze hyperlink zien. Beeldbank: Natrium

IJzer maken Je moet weten hoe een hoogoven werkt. Gebruik daarvoor naar de volgende computerles Nova: Hoogoven Extra: hieronder zie je twee hyperlinks. Deze laten je zien hoe ijzererts wordt gewonnen en hoe het er in een hoogoven in werkelijkheid aan toe gaat. Beeldbank: Winning van ijzererts Het maken van ijzer

IJzer maken Het reactie schema en de reactievergelijking voor het maken van ijzer moet je kennen. Reactieschema: ijzererts (s) + cokes (s) + zuurstof (g) ruw ijzer (l) + koolstofdioxide (g) Reactievergelijking 2 Fe 2 O 3 (s) + 6 C (s) + 3 O 2 (g) 4 Fe (l) + 6 CO 2 (g ) Het is handig om alleen de symbolen te leren, als je zelf kunt kloppend maken.

Aluminium maken Ook de reactie voor het maken van aluminium uit bauxiet moet je kennen. Reactieschema: aluminiumoxide (l) aluminium (l) + zuurstof (g) Reactievergelijking: 2 Al 2 O 3 (l) 4 Al (l) + 3 O 2 (g) Het is handig om alleen de symbolen te leren, als je zelf kunt kloppend maken. Het maken van aluminium uit aluminiumoxide is een ontledingsreactie

Metalen hergebruiken Omdat de voorraden erts steeds minder worden, wordt er steeds meer gerecycled. Voordelen van recyclen zijn: Minder grondstof nodig Minder afval Omdat het al een metaal is heb je minder energie nodig. Het internationale teken voor recyclen is: Je moet het proces van recyclen kunnen beschrijven.

Basisstof 4: Fossiele Brandstoffen Fossiele brandstoffen zijn brandstoffen die miljoenen jaren geleden zijn ontstaan uit dierlijke en plantaardige resten. We kennen de volgende organische stoffen: Steenkool Aardolie Aardgas Om te zien hoe steenkool is gevormd, kun je de computeropdracht uitvoeren. Malmberg: Vorming van steenkool

Samenstelling van de brandstoffen Je moet weten waaruit de fossiele brandstoffen bestaan. Steenkool: Aardolie: Aardgas: Bestaat voornamelijk uit koolstof (C). Steenkool bevat ook veel zwavel (S). Daardoor komt er bij de verbranding veel SO 2 vrij, een belangrijke veroorzaker van zure regen. Bestaat uit veel verschillende koolwaterstoffen. Dit zijn stoffen die opgebouwd zijn uit koolstof (C) en waterstof (H), zoals bijvoorbeeld C 3 H 8 Bestaat voornamelijk uit methaan (CH 4 )

Basisstof 5: Aardolie Veel stoffen worden gemaakt van aardolie. Omdat aardolie uit veel verschillende stoffen bestaat, worden deze stoffen eerst in groepjes uit elkaar gehaald door te destilleren. Dit noem je een gefractioneerde destilatie. Hoe de gefractioneerde destillatie gaat, laat de website van malmberg prima zien. Gebruik daarom de volgende hyperlink. Nova: gefractioneerde destillatie.

Brandstof:Mengsel van:Formule: Aardgas Methaan en ethaan CH 4 C 2 H 4 LPG Propaan en butaan C 3 H 8 C 4 H 10 Campinggas Propaan en butaan C 3 H 8 C 4 H 10 Aansteker- benzine Pentaan en hexaan C 5 H 12 C 6 H 14 De volgende brandstoffen en hun samenstelling moet je kennen:

Basisstof 6: Kunststoffen Uit aardolie worden kunststoffen gemaakt. Kunststoffen worden gemaakt door de aardoliefractie (deel) nafta eerst wordt gekraakt. Dat betekend dat een lange ketting van koolstofatomen in kleine stukjes wordt gebroken. Van deze kleine stukjes worden vervolgens hele lange kettingen van koolstofatomen gemaakt. Dit maken van lange kettingen, noemen we polymeriseren. Zo’n lange ketting noem je een macromolecuul.

De bekendste kunststoffen zijn: PE= PP= PS= PVC= Polyetheen Polypropeen Polystyreen Polyvinylchloride Polyetheen, betekend dat het een polymeer is van etheen.

Basisstof 7: Kunststoffen gebruiken Een aantal algemene eigenschappen van kunststoffen zijn: Ze zijn licht van gewicht Ze gaan lang mee Ze zijn makkelijk te maken Ze zijn sterk Ze kunnen goed teken warmte en kou Ze zijn gemakkelijk te kleuren

Een aantal nadelen van kunststoffen zijn: Ze zijn moeilijk te recyclen, omdat er veel verschillende kunststoffen bestaan Ze vergaan in vuilnisbelten niet of nauwlijks en dus ook niet in het milieu Sommige kunststoffen worden zacht bij het verwarmen.

Thermoplast en thermoharder Alle kunststoffen worden verdeeld in twee groepen: namelijk in thermoplasten en thermoharders. Hieronder staan de eigenschappen van beide groepen Thermoplast: Meestal makkelijk te buigen Worden zacht als ze worden verwarmt Thermoharder: Meestal moeilijk te buigen Als ze verwarmt worden ontleden ze en verliezen ze hun eigenschappen

Veel succes bij het proefwerk.