Participatie Nieuwe Stijl Schakdeldag 21 juni 2016 Annemieke van Brunschot, VNG Heleen Smit, ministerie IenM Even voorstellen: wie zijn wij? Directie Participatie (1) bundelt kennis en ervaring over participatie, (2) richt participatieprocessen in en voert participatieactiviteiten uit (3) organiseert samenwerking en uitwisseling tussen overheden en burgers bedrijven en maatschappelijke organisaties, (4) ontwikkelt participatiebeleid (bijv. notitie met visie, strategie en handelingsperspectieven voor benutten energieke samenleving, Code Maatschappelijke Participatie, Stakeholdermanagement IenM). We werken ook voor EZ en decentrale overheden als stafdirectie van IenM VNG Onze overtuiging als het om participatie gaat? het gaat om mensen en om 1+1 = 3.
Participatie in de wet Er staat niet zoveel over participatie in de wet Artikel 2.1: rekening houden met de “rechtstreeks betrokken belangen” Hoofdstuk 16 Procedures: “regels stellen voor participatie van en overleg met derden” Woordenboek: par·ti·ci·pa·tie (de; v; meervoud: participaties) het hebben van aandeel in iets; deelname En het uit zich in diverse gedaantes: Overheidsparticipatie, burgerparticipatie, doe-democratie, participatiesamenleving, energieke samenleving, en ga zo maar door en in diverse vormen G1000, focusgroepen, webinars, rondetafelgesprekken, huiskamergesprekken, online samenwerkingsruimten, co-creatiesessies, etcetera. Even polsen Wie weet hoe vaak participatie in de wettekst staat? Slechts 2 keer. (en daar is niets mis mee!; betekent weinig vormvereisten) Wie weet hoe vaak participatie staat in de memorie van Toelichting van de wet? 78x keer. Wie weet hoe vaak participatie is benoemd in de Eerste Kamerbehandeling? 163x Artikel 2.1 (uitoefening taken en bevoegdheden) Een bestuursorgaan van een gemeente, een provincie of het Rijk of, met inachtneming van de Waterschapswet, van een waterschap oefent zijn taken en bevoegdheden op grond van deze wet uit met het oog op de doelen van de wet, tenzij daarover specifieke regels zijn gesteld. Het bestuursorgaan houdt daarbij rekening met de samenhang van de relevante onderdelen en aspecten van de fysieke leefomgeving en van de rechtstreeks daarbij betrokken belangen. Artikel 16.88 (delegatiegrondslag procedurele en vormvereisten) Daarnaast regelt de Omgevingswet dat overheden bij algemene maatregel van bestuur regels kunnen stellen over o.a. de totstandkoming van omgevingsvisies en programma’s. Die kunnen ook van toepassing zijn op “participatie van en overleg met derden”.
Bedoeling van de wet In de Memorie van Toelichting staat des te meer: Paradigmawisseling: ruimte voor initiatieven Vertrouwen: van overheid in de burger en vice versa Participatie en actieve betrokkenheid van burgers bij projecten, bij voorkeur in een vroegtijdig stadium Hoe & wanneer = maatwerk Participatie en de Omgevingswet Participatie is maatwerk. Een goed participatieproces is gebaat bij maatwerk en niet bij het afvinken van een lijstje met voorgeschreven stappen. De regering wil aan bestuursorganen dan ook meer ruimte geven om te kiezen voor het meest passende proces van beleids- en besluitvorming, gelet op de aard van een besluit. Van het bestuursorgaan wordt dus verwacht dat het zelf, vanuit het oogpunt van democratische legitimatie, de juiste wijze en het moment bepaalt waarop burgers, bedrijven, organisaties en medeoverheden worden betrokken. Over de participatie voorafgaand aan de formele besluitvorming, de vorm en wijze waarop een bestuursorgaan dit regelt, is niets wettelijk in de Omgevingswet geregeld. De kwaliteit van de fysieke leefomgeving wordt niet alleen bepaald door wet- en regelgeving. De bestuurlijke cultuur, de kennis en kunde van bestuurders, ambtenaren en initiatiefnemers zijn minstens zo belangrijk. Een professionele houding is doorslaggevend voor een goed participatieproces. Participatie bij de voorbereiding van projecten brengt lokale kennis, ideeën en belangen op tafel. Het primaire belang is het betrekken van de maatschappij in het besluitvormingsproces. Formele procedures kunnen dan worden beperkt tot plannen, complexe projecten en internationale verplichtingen. Opgave = verandering in werkwijze, houding en gedrag. Een aantal quotes/reacties uit bijeenkomsten die eerder hebben plaatsgevonden: Vooral voor de interne organisatie heeft het vergaande gevolgen’. ‘Het werken volgens de Omgevingswet dwingt sectoren van de provincie tot samenwerken. Dat is best lastig als je al jaren gewend bent je eigen plan te maken.’ Het menselijke aspect is even noodzakelijk was als de focus op inhoud. (leerpunt uit omgevingsvisie provincie Gelderland) Als we de cultuur niet weten te veranderen, verandert er helemaal niks.” Roadshow omgevingswet Utrecht, maart 2016) Regels maken is mooi, maar het gaat erom wat je er in de praktijk mee doet (interview Gerd de Kruif)
Wat het werken in de geest van de Omgevingswet betekent voor de werkprocessen. Dat betekent ook iets voor onze eigen werkwijze vanuit het implementatieprogramma van de overheden. Wat vanuit het interdepartementale programma Eenvoudig Beter al is ingezet, wordt voortgezet tijdens implementatie Werkwijze EB: inspraak/participatie bij het tot stand komen van regelgeving leidt tot meer draagvlak voor wetgeving en meer open en duurzame wetgeving. Dit heeft toekomstbestendige regelgeving tot gevolg. ‘Practice what you preach’ Noemen: motiveringsplicht. Overheden moeten bij het vaststellen van omgevingsvisies, omgevingsplannen en programma’s aangeven hoe ze burgers, bedrijven en belanghebbenden hebben betrokken. Ook initiatiefnemers zijn straks verplicht om bij de aanvraag van een vergunning aan te geven hoe ze omwonenden en andere belanghebbenden hebben geïnformeerd en betrokken. Participatie is hiermee nog sterker verankerd. Hierdoor ontstaan vaak betere plannen, is er meer draagvlak en verlopen procedures soepeler. Aan de zienswijzeprocedure (voor ingrijpende projecten) verandert niets. Blijft zoals het is.
Verbeterdoelen Omgevingswet Samenhangende benadering beleid, besluitvorming en regelgeving Inzichtelijkheid, voorspelbaarheid en gebruiksgemak Bestuurlijke afwegingsruimte Versnellen en verbeteren besluitvorming Verbeterdoelen: Het vergroten van de inzichtelijkheid, de voorspelbaarheid en het gebruiksgemak van het omgevingsrecht; Het bewerkstelligen van een samenhangende benadering van de fysieke leefomgeving in beleid, besluitvorming en regelgeving; Het vergroten van de bestuurlijke afwegingsruimte door een actieve en flexibele aanpak mogelijk te maken voor het bereiken van doelen voor de fysieke leefomgeving; Het versnellen en verbeteren van besluitvorming over projecten in de fysieke leefomgeving. In de Omgevingswet is brede participatie een belangrijke voorwaarde voor snellere en betere plan- en besluitvorming.
Ontwikkeling van participatie in Nederland 1e generatie: inspraak en informeren 2e generatie: interactieve beleidsvorming 3e generatie: burgerinitiatieven 4e generatie: overheids-participatie (zelforganisatie van burgers) Ontwikkeling van participatie in Nederland 1e generatie burgerparticipatie: inspraak en informeren (jaren ‘70 en ’80) Verzorgingsstaat 2e generatie burgerparticipatie: interactieve beleidsvorming (jaren ‘80 en ’90) Bezuinigen en no-nonsense beleid verandering + instrument participatieladder 3e generatie burgerparticipatie: burgerinitiatieven (jaren ’00) - De terugtrekkende overheid 4e generatie overheidsparticipatie (of 1e generatie overheidsparticipatie): zelforganisatie van burgers: responsieve, participerende overheid (nu) Er gebeurt dan ook al veel in het land. We beginnen lang niet bij nul! Het maakt onderdeel uit van een verandering die al jaren geleden is ingezet en nu een verdere impuls krijgt met de omgevingswet. Er wordt voortgebouwd op een ontwikkeling die al gaande was/is. ---------------------------------- Evt extra toelichting Burgerparticipatie Start bij de overheid Burger als participant Overheid als initiatiefnemer Gedacht vanuit beleidsprobleem Wijkniveau of hoger Overheidsparticipatie Start bij de burger Burger als initiatiefnemer Overheid als facilitator Gedacht vanuit mogelijkheden Wijkniveau of lager Jaren ‘70 & ‘80 Jaren ‘80 & ‘90 Jaren ‘00 Nu
3. Samenwerkende overheid Kenmerken bij vier rollen van de overheid in de samenwerking met de energieke samenleving Publieke prestaties 2. Presterende overheid 3. Samenwerkende overheid Prestatiesturing (verticaal) Marktdenken: overheid als bedrijf, burger als klant Effectiviteit en efficiency staan centraal, een goed doel moet meetbaar zijn Horizontale sturing Overheid is ‘in the lead’ en zoekt samenwerking met andere partijen (veelal koepels). Doelen gezamenlijk bepaald. Onderhandelen en compromis, afspraken vastgelegd in akkoorden of convenanten. Markt en Gemeenschap Overheid 1. Rechtmatige overheid 4. Responsieve, participerende overheid Overheid stuurt hiërarchisch Politiek debat bepaalt publieke belangen Bewaken rechten en plichten Procedurele zorgvuldigheid staat centraal Goed bestuur Initiatief vanuit de samenleving Netwerksturing Overheidsparticipatie (kan ook zonder overheid), ruimte en ondersteuning bieden aan maatschappelijk initiatief. Met georganiseerde maar ook ongeorganiseerde partijen. De indeling van rollen overheid is gebaseerd op terminologie uit het model van Van der Steen et al, uit “Leren door doen” van PBL/NSOB. Beweging van linksonder – linksboven, rechtboven, naar rechtsonder Participatie “samenspel van de moderne overheid met de energieke samenleving’ (2014) Energieke samenleving: - manifesteert zich al en levert meerwaarde op - het samenspel zorgt voor een rijker proces en integraler beleid - niet te koppelen aan een specifiek beleidsterrein, het is een ontwikkeling die alle overheden raakt - overheid moet kansen benutten Energieke samenleving is een trend en geen hype Deze trend levert meerwaarde op voor de overheid en samenleving Energieke samenleving is niet te koppelen aan een specifiek beleidsterrein, maar een ontwikkeling waar alle overheden mee te maken hebben Verschillende vormen van betrokkenheid kunnen parallel aan elkaar voorkomen Vormen samenspel overheid en samenleving 1: Rechtmatige overheid Publieksparticipatie : overheid in de lead. Bewaken van rechten en plichten. 2 = prestatiecontracten overheid/markt. Burger is een klant die zo goed mogelijk moet worden bediend. 3: Samenwerkende overheid Samenwerking van overheid met partijen uit de samenleving. Verhouding met de markt en samenleving wordt horizontaler en krijgt vorm in onderhandelingen en compromissen. 4a: Participerende overheid Maatschappelijke initiatieven, zo nodig met overheidsbetrokkenheid : maatschappij in de lead. Ruimte en ondersteuning aan maatschappelijk initiatief en samenwerking met georganiseerde en ongeorganiseerde partijen. 4b: Responsieve overheid Maatschappelijke initiatieven als reactie op overheidsplannen Let op: in alle vormen van samenspel zijn allerlei vormen van participatie mogelijk. Het 1 is niet beter dan het ander. Komt door elkaar heen voor. Handelingsperspectieven: 1: Publieksparticipatie Geef extra ruimte aan samenleving, vroeg in proces: samenleving kan meedenken en overheid benut kennis en creativiteit. 3: Samenwerking maatschappelijk initiatiefnemers en overheid Samenleving en overheid gaan regelmatig samen in gesprek om te komen tot gemeenschappelijke streefbeelden en doelen. 4a: Maatschappelijke initiatieven Geef podium en publiciteit 4b: Maatschappelijke initiatieven als reactie op overheid Vraag aan het begin van een verkenning om maatschappelijke initiatieven 1: Rechtmatige overheid Sturingsstijl: regisseren Competenties: zorgvuldige, onpartijdige, integere uitvoerder van beleid Voorbeelden: Uitvoering wet- en regelgeving 2: Presterende overheid Competenties: klantgericht, doelmatig en resultaatgericht. Voorbeelden: Onderhoudscontracten RWS, contract Prorail 3: Samenwerkende overheid Sturingsstijl: partneren Competenties: omgevingsbewust, responsief en samenwerkingsgericht Voorbeelden: Green Deals, Hedwige Polder, Beter Benutten, Gezonde verstedelijking, Living Labs, MIRT verkenningen 4: Responsieve, participerende overheid Sturingsstijl: faciliteren Competenties: faciliterend, voorzichtig en bescheiden Voorbeelden: Ruimtelijke transformatie krimpgebieden, Living Wall Utrecht, Overdiepse Polder, Markermeerdijk, Ring Ring Amsterdam, Markdal [toevoegen concrete voorbeelden vanuit pilots omgevingsvisie, Chw, etc. in later stadium] Samenwerkende overheid: Het Waterschap Amstel, Gooi en Vecht heeft met succes een omgevingsconvenant afgesloten voor het traject rondom de dijkverbetering van de Vechtdijken. Niet alleen zijn er afspraken gemaakt over de dijkverbetering zelf, maar samen met omwonenden zijn er ook afspraken gemaakt over zaken die zij belangrijk vinden. Deze afspraken zijn gebaseerd op de verschillende belangen, wensen en zorgen die omwonenden hebben ingebracht. Het resultaat is een convenant dat gedragen wordt door de belanghebbenden. Responsieve overheid: Markdal. De Vereniging Markdal Duurzaam en Vitaal wordt gevormd door een enthousiaste groep mensen: bewoners, agrariërs, grondeigenaren, vertegenwoordigers van dorpsraden, wijk- en buurtverenigingen, waterschap, natuur- en landbouworganisaties, betrokkenen en overige ondernemers en beheerders in het Markdal en directe omgeving. De Vereniging Markdal wil van onderop / binnenuit bouwen aan een vitaal en duurzaam Markdal. Met de gemeenten Alphen – Chaam en Breda, het Waterschap Brabantse Delta en de provincie Noord-Brabant wordt (ook op bestuurlijk niveau) intensief samengewerkt en zijn voor de uitvoering overeenkomsten gesloten. Zo wordt gewerkt aan de realisatie van de EHS en uitvoering van de Kaderrichtlijn Water. Daarbij heeft de Vereniging Markdal het mandaat om met gebiedspartijen tot innovatieve oplossingen te komen, waardoor veel overheidsgeld kan worden bespaard. In het verlengde van deze positieve ervaringen, heeft de Vereniging Markdal volgens de aanpak ‘van binnenuit’ met gebiedspartijen en bewoners een Visie Verkeer en Visie Strijbeek opgesteld. Nu wordt gewerkt aan een Visie Landbouw, Visie Water & Natuur en Visie Landschap & cultuur. In het gedachtegoed ‘van binnen uit’, hebben deze visies het karakter van een uitnodiging en richtingaanwijzers voor het proces en handelen naar uitvoering. Het zijn geen hiërarchisch opgelegde strakke richtlijnen. De vereniging heeft een stichting om risico dragend zelf projecten te kunnen uitvoeren, waarbij geldt: de vereniging bereid voor en de stichting realiseert. Politieke keuze
Oproep voor nieuwe experimenten Wij zijn op zoek naar… Projecten waarin op het gebied van de fysieke leefomgeving (Omgevingswet) wordt geëxperimenteerd met het organiseren van actieve betrokkenheid, interactie en zeggenschap voor bewoners en bedrijven op een vernieuwende, democratische manier. Dat kunnen experimenten zijn van gemeenten, maar ook van bewoners, bedrijven, maatschappelijke initiatieven en andere betrokken partijen De Democratic Challenge is een BZK/VNG-experimenteer/leerprogramma dat vernieuwing van de lokale democratie stimuleert. Dat doen ze door het uitvragen, bundelen en ondersteunen van experimenten. In 2015 zijn 99 lokale democratie-experimenten ingediend, zowel door overheden als niet-overheden. Drie daarvan hebben betrekking op de Omgevingswet. De experimenten worden vanuit de Democratic Challenge vooral ondersteund met expertise en exposure. Het is geen subsidieprogramma maar een experimenteer-, leer- en ontwikkel-programma waarbij lokale experimenten thematisch worden verrijkt door middel van expertsessies, nieuwe verbindingen, leerkringen, kennismakelaars en wetenschappelijke reflecties. Met als hoger doel om vanuit de experimenten te leren en tot kennisontwikkeling en -verspreiding te komen. En daarmee de lokale democratie te verbeteren. We zijn voor dit thema op zoek naar: ● experimenten die zich niet beperken tot het ophalen van ideeën bij bewoners, maar waarbij de regie ook bij hen komt te liggen. ● experimenten waarbij zeggenschap echt wordt overgedragen aan bewoners. ● Maar ook naar gemeenten, bewoners en organisaties die bij dat ‘loslaten’ het democratisch gehalte van het proces op een nieuwe manier invullen of bewaken. Denk daarbij aan experimenten waarbij: Meedenken op omgevingsvisies of -plannen op een echt vernieuwende manier wordt vormgegeven; (een deel van) de regie en/ of besluitvorming over plannen voor de fysieke leefomgeving bij bewoners komt te liggen; de gemeente de interactie tussen bewoners en andere actoren bij het ‘loslaten’ en overdragen van zeggenschap faciliteert – bijvoorbeeld door (democratische) ‘spelregels’ op te stellen, te borgen dat ook de belangen van minder actieve en assertieve bewoners zijn betrokken, of het faciliteren van een goed gesprek; andere betrokken partijen – bewoners, bedrijven, maatschappelijke initiatieven – dit proces van interactie en het invulling geven aan gedeelde zeggenschap en besluitvorming op nieuwe, democratische manier vormgeven
Kies een project waar je bij betrokken bent (geweest) Kies een project waar je bij betrokken bent (geweest). Hoe zit je nu (of hoe zat je toen) in het speelveld? Buzz hierover 5 minuten met je buurman/buurvrouw. + aantal deelnemers bevragen.
Je gaat een omgevingsvisie maken. Waar bevind jij je in het speelveld? Je gaat een omgevingsvisie maken. Voor welk type samenspel overheid - samenleving kies je? Buzz hierover 5 minuten met je buurman/buurvrouw. Is dit een ambitieniveau vanuit jezelf of vanuit je organisatie? (past dit bij jou/bij de organisatie?) Is er een verschil met hoe je tot nu toe te werk ging? Zo ja, wat is dit verschil? Hoe ga je participatie dan vormgeven naar de verschillende doelgroepen? Welke dilemma’s verwacht je tegen te komen? Waar kun je wel hulp bij gebruiken? Wat heb jij nodig voor een goed participatieproces? Wat vraag/verwacht je van de ander? Wat verwacht je dat een brede participatie oplevert voor je Omgevingsvisie? >>> Doel vragen: Spiegelen van deelnemers in hun rolopvatting. Laten de medewerkers van de overheden echt los? Is er echt ruimte voor de samenleving om te participeren? Wat vraagt dat van medewerkers bij gemeenten, provincies, waterschappen en rijk? Wat vraagt dat van bedrijven? Wat vraagt dat van maatschappelijke organisaties? Wat vraagt dat van burgers? Je gaat een omgevingsvisie maken. Waar bevind jij je in het speelveld?
Spiegelen van deelnemers in hun rolopvatting Spiegelen van deelnemers in hun rolopvatting. Laten de overheid echt los? Is er echt ruimte voor de samenleving om te participeren? Wat vraagt dat van overheden? Wat vraagt dat van bedrijven? Wat vraagt dat van maatschappelijke organisaties? Wat vraagt dat van burgers? Je bent inwoner van een gemeente die een omgevingsvisie gaat maken. Welke rol wil jij dat de gemeente aanneemt?
Afsluiting Welke vragen leven er nog? Welke ondersteuningsbehoefte is er?
Bedankt voor jullie aanwezigheid Annemieke.vanBrunschot@vng.nl Heleen.Smit@minienm.nl