Voortplanting bij bloemen

De binnenkant van een bloem Vanaf het voorjaar komen allerlei planten in bloei. De eerste bloeiende planten in een tuin zijn sneeuwklokjes en krokussen, later bloeien narcissen, tulpen, hyacinten en sleutelbloemen. krokus Bloemen kunnen er heel verschillend uitzien. Toch zijn de meeste bloemen op dezelfde manier gebouwd. Ze hebben hetzelfde bouwplan.

Mannelijke delen Wanneer je van een meeldraad de helmknop dwars opensnijdt, zie je helmhokjes. In elk helmhokje zitten veel stuifmeelkorrels of pollenkorrels. Elke stuifmeelkorrel vormt een mannelijke voortplantingscel, de zaadcel. De meeldraad is dus het mannelijk voortplantingsdeel van de bloem. Helmknop Helmknop doorsnede Meeldraden

Dwarsdoorsnede stamper Vrouwelijke delen Wanneer je van de stamper het vruchtbeginsel dwars opensnijdt, merk je verschillende hokjes op. In elk hokje zie je kleine bolletjes, de zaadbeginsels. In elk zaadbeginsel ontwikkelt een vrouwelijke voortplantingscel, de eicel. De stamper is dus het vrouwelijk voortplantingsdeel van de bloem. stamper Dwarsdoorsnede stamper

De bestuiving Als een plant zich geslachtelijk wil voortplanten, moeten de stuifmeelkorrels op een of andere manier bij de vrouwelijke eicel in de stamper geraken. Stuifmeel op een bij Als de helmknop van de meeldraad rijp is, barsten de helmhokjes open en komen de stuifmeelkorrels vrij. Insecten of de wind helpen bij het vervoeren van de stuifmeelkorrels naar de stempel. Als er stuifmeelkorrels op de stempel van de stamper terechtkomen, is er bestuiving.

Soorten bestuiving Zelfbestuiving: stuifmeel komt op stam van dezelfde bloem. Buurbestuiving: stuifmeel komt op de stamper van een andere bloem van dezelfde plant Kersenbloem Kruisbestuiving: stuifmeel komt op de bloem van een andere plant van dezelfde soort.

Insectbloeiers Insectenbloeiers zijn planten met bloemen die door insecten bestoven worden. Insectenbloeiers zijn gemakkelijk te herkennen. De bloemen hebben opvallend gekleurde kroonblaadjes of bloemdekbladeren. Insecten worden gelokt door de felle kleuren. Zo worden bijen aangetrokken door gele en blauwe kleuren. Vlinders houden van rood. De bloemen zijn vrij groot. De bij gaat voor de nectar Een vlinder gaat vaak voor rood

Windbloeiers Windbloeiers zijn planten met bloemen die door de wind bestoven worden Windbloeiers hebben typische kenmerken. Ze hebben onopvallende bloemen. De bloemen zijn meestal klein. Ze verspreiden meestal geen geur. De helmknoppen met het stuifmeel van de windbloeiers bevinden zich op lange meeldraden buiten de bloem. Het stuifmeel is droog en vliegt gemakkelijk met de wind mee. Talrijke stuifmeelkorrels zweven tijdens de bloei in de lucht. Hooikoortspatiënten kunnen er last van hebben. windbestuiving

Bevruchting Bevruchting is de versmelting van de zaadcelkern met de eicelkern in het zaadbeginsel. Er ontstaat een bevruchte eicel. De bevruchte eicel ontwikkelt zich tot een kiem. Het zaadbeginsel wordt zaad. Het vruchtbeginsel wordt een vrucht.

Filmpje Klik op het plaatje voor een aflevering