PROJECT ZOET ZWANGER SITUERING PROBLEEMSTELLING

2 ALGEMENE SITUERING Wereldwijd diabetesepidemie Tegen 2030: 1 op 10 Belgen heeft diabetes  dringend nood aan initiatieven die diabetes preventief helpen aanpakken met extra aandacht voor hoog-risicogroepen. Vrouwen met zwangerschapsdiabetes vormen in dat opzicht een unieke doelgroep aangezien ze een sterk verhoogd risico hebben om later in het leven blijvende diabetes te ontwikkelen.

3 PREVALENTIE De prevalentie varieert internationaal van 1 tot 14%, afhankelijk van wie wordt gescreend (populatie) en de gebruikte diagnostische criteria. Voor Vlaanderen tot nu toe geen echte prevalentiegegevens Volgens cijfers SPE (studiecentrum voor Perinatale Epidemiologie): 3,6% van alle bevallingen in Vlaanderen krijgen label ‘diabetes’  grote meerderheid is zwangerschapsdiabetes.

4 RISICO OP T2DM NA ZWANGERSCHAPSDIABETES Grote Amerikaanse studies –Kim C et al. (2002): van alle vrouwen met zwangerschapsdiabetes evolueert tot 50% in de eerste 5 à 10 jaar na de bevalling naar type 2 diabetes. –Bellamy L et al. (2009): vrouwen met ZWDM hebben 7,5 keer meer kans op diabetes dan vrouwen zonder ZWDM Europese studies zijn beperkter –Sivaraman S et al. (2013): na 5 jaar evolueert bijna 7% naar type 2 diabetes; na 10 jaar tot 21%  Vrouwen die ZWDM hebben gehad, hebben een sterk verhoogd risico om later in hun leven type 2 diabetes te ontwikkelen.

5 PREVENTIE VAN TYPE 2 DIABETES Goed nieuws! Type 2 diabetes is te voorkomen!! Diabetes prevention program (2002): door intensieve leefstijladviezen kan het risico om type 2 diabetes te ontwikkelen bij vrouwen die zwangerschapsdiabetes hebben gehad dalen met 50-60% na 3 jaar. Recente studie heeft aangetoond dat dit voordeel zelfs nog na 10 jaar behouden blijft (risicoreductie van 35%).

6 BESLUIT Regelmatige opvolging van vrouwen die zwangerschapsdiabetes hebben gehad maakt het mogelijk om –risicofactoren voor diabetes en cardiovasculaire problemen tijdig aan te pakken. –Verder laat een jaarlijkse controle ook toe diabetes vroegtijdig op te sporen en een adequate behandeling op te starten. Er wordt zo op verschillende niveaus gezondheidswinst bereikt.

7 BESLUIT Alle aanbevelingen stellen dat deze vrouwen na de bevalling opgevolgd moeten worden om –Mogelijke problemen zo snel mogelijk vast te stellen –Hen leefstijladviezen mee te geven om mogelijke problemen zo lang mogelijk uit te stellen. Probleemstelling: Tot voor Zoet Zwanger ontbrak deze opvolging meestal waardoor belangrijke kansen voor preventie gemist werden.