VERHOUDING KERK STAAT: WEDERZIJDSE INMENGING EN POGING TOT DOMINANTIE. UNIVERSITAIRE THEOLOGIE EN MYSTIEKE THEOLOGIE. HERVORMINGSBEWEGINGEN IN KERK EN.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 2 - Investituurstrijd.
Advertisements

Tijd van monniken en ridders ( n. Chr.)
Kenmerk 16 De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van de Kruistochten Les 3: Het Grote Schisma van 1054.
Late Middeleeuwen.
Karel en grote problemen
Seculiere en Reguliere Geestelijken
Zingeving van het bestaan
Tijd van monniken en ridders
Kerstening van Noordwest-Europa - werkwijze
Christendom in Europa.
The shortest history of Europe
5 kenmerken van het tijdvak
Geschiedenis van de hofcultuur
De Christelijke Kerk in West Europa valt uiteen
De opkomst van het christendom
Paragraaf 4.4 Vorige les: staatsvorming en centralisatie
De kerk in de Middeleeuwen
469 Doop Frankische koning Clovis
De Middeleeuwen Les 10 – Betrekkingen tussen moslims en christenen
Kenmerk 21 De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had. Les 1: De Christelijke Kerk valt uiteen.
Strijd tussen De Kerk en De Staat Les 8 - Investituurstrijd
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 13 - Investituurstrijd.
Kenmerk 21 De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had. Les 20: Calvijn en de Reformatie.
Kruistochten.
Vroege Middeleeuwen.
De Romeinen en het christendom
De christelijke kerk valt uiteen
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 1 - Verzet en.
Hoofdstuk 1 Reformatie en Opstand
Tijd van steden en staten ( n. Chr.)
DE LATE MIDDELEEUWEN Het conflict in de christelijke wereld over de vraag of de wereldlijke dan wel de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben.
Tijd van steden en staten
Wat moet je weten aan het eind van de les?
Voorbeeldvragen examen geschiedenis
DE VROEGE MIDDELEEUWEN
Paragraaf 1.3 De Hervorming.
Wat moet je weten aan het eind van de les?
Rond 1500 was Europa een standenmaatschappij
Renaissance en Opstand
Opkomst van machtige vorsten 1.4. Vorsten brengen een scheiding aan tussen Kerk en Staat Tot de dertiende eeuw dachten de meeste Europeanen dat God maar.
Katholieke kerk Rond 1500 is bijna iedereen in Europa christen
Cultuur van de Kerk 11e t/m 14e eeuw.
§4 Christendom in Europa
De geschiedenis van het Christendom
Geschiedenis van het Christendom Keuzemodule Hogeschool Rotterdam.
Waarom bekeert Clovis zich tot christendom?
H 3 Monniken en ridders§ 3.4 Christendom in Europa Wat moet je weten aan het eind van de les? Hoe de hiërarchie van de rooms katholieke kerk in elkaar.
Tijd van steden en staten
H4.2 De expansie van het Christendom
H4.3 De Strijd tussen paus en keizer om de macht
CRISIS PAUSSCHAP HERVORMING PERSOONLIJK GELOOFSLEVEN TERUGKEER NAAR DE BRONNEN Hoofdstuk 4: herfsttij der Middeleeuwen.
Op naar feodaal Europa (een strijd om macht) (feodaal stelsel = Leenstelsel, adel regeert)
5.1 Leenheren en leenmannen Tijd van monniken en ridders ( ) Middeleeuwen ( )
Monniken en ridders 5.2 De kerstening van Europa
De vroege middeleeuwen
Monniken en ridders 5.1 Leenheren en leenmannen
Paragraaf 4.3 De strijd tussen paus en keizer
Europa wordt christelijk
Paragraaf 4.2 De expansie van de christelijke wereld
Kenmerk 21 De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had. Les 42: De Christelijke Kerk valt uiteen.
Kenmerk 16 De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van de Kruistochten Les 32: Het Grote Schisma van 1054.
Kenmerk 15 De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van de Kruistochten Les 28 - artikel - Frederik II von Hohenstaufen.
KA 12 - Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur
Cursus 5.2 : Monniken en Ridders 1 KB Lesweek 1
Groeiende kritiek op de katholieke Kerk rond (1)
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 27 - Verzet en.
KA 12 - Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur KA 09 - De verspreiding van het christendom in geheel Europa Les 22: Karel de Grote.
Kenmerk 15 Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke mach het primaat behoorde te hebben Les 28 - Investituurstrijd.
Tijd van Steden en Staten
Tijd van monniken en ridders ( n. Chr.)
Transcript van de presentatie:

VERHOUDING KERK STAAT: WEDERZIJDSE INMENGING EN POGING TOT DOMINANTIE. UNIVERSITAIRE THEOLOGIE EN MYSTIEKE THEOLOGIE. HERVORMINGSBEWEGINGEN IN KERK EN KLOOSTERLEVEN. Deel II: Kerk en Christendom in de Middeleeuwen

VERHOUDING KERK EN STAAT HERVORMINGEN VAN KERK EN RELIGIEUS LEVEN KRUISTOCHTEN UNIVERSITAIRE THEOLOGIE Hoofdstuk 3: Het bouwwerk van de ene katholieke kerk

Karolingische Rijk Merovingische koningshuis afgezet:  Karel Martel: 732: Poitiers.  Pepijn: 751: instemming paus. Pepijn helpt paus Stephanus II tegen Longobarden:  ‘Patricius Romanorum’.  Schenkt Midden-Italië aan paus:  Paus is nu ook wereldlijk heerser!  ‘Constantijnse schenking’. 732, Poitiers

Karolingische Rijk: Karel de Grote ( ) Verovert en bekeert gans Europa. Beschermt Kerk. 1 familie: paus geestelijk hoofd, Karel wereldlijk hoofd.  Bemoeit zich met kerkelijk leven.  Naleving kerkelijke wetten.  Toevoeging filioque.  Eenheid liturgische boeken.  Overal Regel Benedictus.  Bouw kerken en kloosters.  Kerstnacht 800: keizer gezalfd: ‘translatio imperii’. Karolingische renaissance:  Hof te Aken.  Culturele bloei. Karel de Grote

Karolingische Rijk: verbrokkeling in 9 de eeuw Lodewijk de Vrome verdeelt rijk onder drie zonen: begin oorlogen. Verbrokkeling veroorzaakt door feodalisme = relatie leenheer en leenman:  Leenheer: stuk grond aan leenman.  Leenman: in ruil trouw en militaire steun.  Maar:  Leenmannen willen meer en meer zelf baas zijn.  Leenmannen proberen gebied van naburige leenmannen in te nemen. Invallen andere volkeren:  M.Z.: Saracenen.  O.: Hongaren.  N.: Noormannen. = ‘Duistere eeuw’. Boegbeeld drakkar Noormannen

Karolingische Rijk: verbrokkeling in 9 de eeuw Door ontbreken centraal staatsgezag: paus kan vacuüm vullen. Vb. Nicolaas I ( ):  Spelt keizer Lotharius II de les ivm overspel.  Spreekt recht over bisschoppen.  Pseudo-isidorische decretalen: paus staat boven wereldlijk gezag.  Missionering Zuid-Oost- Europa door Cyrillus en Methodius. Cyrillus en Methodius

Heilig Roomse Rijk der Duitse Natie: 10 e E. Otto I  Herstel rijk Karel.  Benoemt betrouwbare bisschoppen.  Laat Johannes XII afzetten en Romeinen beloven dat paus enkel met instemming keizer kan gekozen worden. Otto II, Otto III. Hendrik III:  Laat Duitse bisschop tot paus kiezen.  Duitse pausen zijn hervormingspausen:  Voorafgaande Italiaanse pausen : onwaardige intriganten.  Hervormingen zullen zich later afzetten tegen inmenging keizer. Otto I

Vernieuwing in de Kerk: tegen inmenging van buitenaf: 10 e E.: Cluny Kerk wordt door wereldlijke macht gebruikt:  Vorsten verkopen bisschopszetels/abtstitels of geven ze aan gunstelingen.  Bisschoppen/abten waren meer leenmannen dan herders.  Bisschoppen/abten verkochten zelf ook ambten/privileges: simonie. Reactie: Cluny:  910, Willem van Aquitanië, onmiddellijk afstand van wereldlijk gezag.  Kozen zelf een abt.  Nadruk op studie en eredienst (later evenwicht ‘ora et labora’ daardoor weg).  Ernstige naleving regel Benedictus.  Veel navolging: vele abdijen stelden zich onder abt van Cluny: ‘Orde van Cluny’.

Vernieuwing in de Kerk: tegen inmenging van buitenaf: 11 e E.: Gregorius VII 1059: pauskeuze door kardinalen. Hildebrand van Cluny gekozen volgens deze procedure tot Gregorius VII in 1073:  Verzet zich tegen lekeninvestituur: kerkelijk ambt vergeven door leken.  Dictatus Papae: paus staat boven alle bisschoppen en vorsten.  Strijd met Hendrik IV ( ):  Bisschopsbenoeming te Milaan.  Rijksdag Worms 1076 zet paus af.  Paus doet keizer in de ban.  Keizer: boetetocht naar Canossa Compromis: Concordaat van Worms in  Keuze bisschop: door kerk.  Pas na keuze: tweevoudige investituur:  Geestelijke (staf en ring).  Wereldlijke (scepter). Hendrik IV voor Gregorius VII te Canossa

Kruistochten: 11 e -13 e E. Reeds vroeg pelgrimstochten naar H. Land. 7 e E.: Arabische moslims: tolerant. 11 e E.: minder tolerante Turken nemen Jeruzalem in en bedreigen Constantinopel. 1095: Urbanus II: te Clermont. Gemengde motivering.  H. Land terug christelijk.  Einde schisma met Oosten.  Avontuur en rijkdommen.  Strijdlust adel afgewenteld van westen naar Oosten.  Vroomheid. 1095: Urbanus II: te Clermont

Kruistochten: 11 e -13 e E. Eerste kruistocht:  Vestiging christelijke vorstendommen.  Godfried van Bouillon. Tweede: catastrofe. Derde:  opnieuw nederlaag,  maar toestemming pelgrims Jeruzalem. Vierde:  Inname Constantinopel.  Latijns keizerrijk houdt niet lang stand.  Relaties met kerken in O. grote schade. 1291: val van Akko.

Kruistochten: 11 e -13 e E. Balans:  Positief:  Gemeenschapsbewustzijn Europese christenheid.  Contact met kerken O.  Contact met Islamitische cultuur: herontdekking Aristoteles.  Negatief: bloedbad. Geestelijke ridderorden:  Johannieters - hospitaalridders.  Tempeliers.  Duitse orde. Johannieters

Machtig pausschap: hoogtepunt Innocentius III ( ). I. Wereldlijke macht: Kerk staat boven volkeren en paus leidt Kerk: paus is hoofd christenheid: ‘vicarius Christi’ ipv ‘vicarius Petri’.  Benoemt keizer Frederik II.  Verplicht Filips II August bij eerste vrouw te blijven door interdict op te leggen.  Verplicht Jan zonder Land Engeland en Ierland aan de paus te geven, en terug te krijgen als leengoed.  Is leenheer van Engeland, Ierland, Sicilië, Aragon, Portugal, Zweden, Denemarken, Polen, Bohemen, Hongarije, Dalmatië. Innocentius III

Machtig pausschap: hoogtepunt Innocentius III ( ). II. Hervormingen in de Kerk: Vierde Lateraans Concilie van 1215:  Iedere Pasen: communie en oorbiecht.  Huwelijk wordt kerkelijk.  Preken in volkstaal.  Kathedraalscholen voor vorming clerus.  Euchariste: ‘transsubstantiatie’. Innocentius III aanvaardt regel van Franciscus

Herbronning van het kloosterleven: 12 e -13 e E. Ook abdijen slachtoffer van rijkdom en politiek. I. Terugkeer naar kluizenaarsleven door kartuizers:  1084: Bruno van Keulen: La Chartreuse (Grenoble).  Cel, enkel voor bepaalde gebedstijden en maaltijden op zon- en feestdagen samen.

Herbronning van het kloosterleven: 12 e -13 e E. II. Herbronning van Cluny: Cisterciënzers:  Robertus van Molesme in 1098 te Citeaux:  Strikte naleving regel.  Grote armoede en eenvoud.  Bernardus van Clairvaux: met 30 anderen in 1112 te Citeaux:  Sticht Clairveaux.  Belangrijk man: Las pausen en vorsten de les. Schreef regel tempeliers. Liet Petrus Abelardus veroordelen.  Monastieke theologie: Hart, innerlijkheid, religieuze ervaring. Navolging van lijdende Christus. Beminnen van God. Begin van nieuwe traditie van christelijke mystiek in W. Bernardus van Clairvaux

Universitaire theologie Ca. 1200: kathedraalscholen worden universiteiten. Scholastiek: geloofsinhouden via verstand inzichtelijk maken.  Bvb. godsbewijzen.  Harmonie, synthese, systematisering.  Uiteindelijk: vervreemding van geloofswerkelijkheid.

Universitaire theologie Anselmus van Canterbury:  ‘fides quarens intellectum’.  Godsbewijs: God bestaat, daar Hij het ‘meest volmaakte’ is, en bestaan is meer volmaakt dan niet-bestaan.  Verklaring incarnatie: satisfactie-leer: enkel God kan genoegdoening geven voor de belediging van de menselijke zonde. Petrus Abelardus:  Verzamelt tegenstrijdige uitspraken.  Daarom: niet via autoriteiten, maar via kritisch onderzoek kan waarheid gevonden worden.  Veroordeling Synode Sens Petrus Lombardus: ‘Sententiën’: het handboek voor theologie in ME. Gratianus: ‘decretum’: synthese alle juridische teksten. Anselmus van Canterbury

Universitaire theologie: Thomas van Aquino (1226/7-1274) Herontdekking Aristoteles: vanuit observatie werkelijkheid tot algemene begrippen. Thomas:  Openbaring maakt rede niet ongedaan, maar vult deze aan.  Summa theologiae. Thomas van Aquino

Terugkeer naar armoede en evangelische prediking: 12 e E. Kritiek op rijkdom kerk en verlangen terugkeer oerkerk:  Armoede en eenvoud.  Verkondiging evangelie.  Rondtrekkende groepen:  Kritiek op wantoestanden clerus.  Volgden geen bestaande regel.  Preken zonder daarvoor gewettigd te zijn.  Nadruk op Bijbel als autoriteit, verwerpen van niet-Bijbelse gebruiken.  Veroordeeld!  Bvb. Waldenzen (Petrus Waldes).

Terugkeer naar armoede en evangelische prediking: Franciscanen Franciscus van Assisi ( ):  Rijke familie.  Bekering: Christus dienen door armoede en prediking. Eerste orde: ‘Franciscanen/Minderbroeders’:  Goedkeuring paus.  Niet alleen aalmoes, maar ook zichzelf geven aan de armen.  Ook geestelijke armoede.  Zielzorg en verkondiging gewone volk (bvb. kerststal en kruisweg).  16 e E.: herbronning: kapucijnen. Tweede orde: Clara van Sciffi: clarissen. Derde orde: leken.

Terugkeer naar armoede en evangelische prediking: Katharen Zuid-Frankrijk 12 e E.: gnosticisme en manicheïsme:  Goed vs. kwaad.  Menselijke ziel gevangen in lichaam.  Christus gezonden door goede God om mensen leren zich te bevrijden. Kritiek op rijke kerk:  Koos voor materie/duivel.  Zuivere kerk: enkel door Bijbel.  Grote aanhang.

Terugkeer naar armoede en evangelische prediking: Dominicanen Dominicus de Guzman ( ): door armoede en prediking katharen bestrijden. Predikheren:  Belang goede vorming (>< Franciscanen): om katharen te weerleggen.  Dominicanessen en derde orde. Bedelorden (13 e E):  Franciscanen, Dominicanen, Augustijnen en Karmelieten.  Weigeren vaste inkomsten.  Leven van bedelen. Inquisitie:  Opgericht tegen katharen (1184: per bisdom, 1232: centraal Rome).  Bepaalden ketterij, wereldlijke macht voerde vonnis uit.  1252: foltering toegelaten.  Zwarte bladzijde! Dominicus de Guzman

Romaanse bouwkunst zwaar, rondboog-gewelf, donker, ingetogen

Gotische bouwkunst kruisgewelf, grotere vensters (glasramen), spitsbogen, verticale oriëntatie

Biblia pauperum stripverhaal ongeletterden, meer realisme, meer inleving timpaan van Chartres