De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Etappe 1 De eerste stappen.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Etappe 1 De eerste stappen."— Transcript van de presentatie:

1 Etappe 1 De eerste stappen

2 Etappe 1: De eerste stappen
Inleiding • De bridgekaarten • Slagen maken • Kaartwaardering 1e1

3 Inleiding Geschiedenis van het bridge • Bridge in Nederland
• Internationale successen • Leermethode Huishoudelijke mededelingen 1e1

4 De bridgekaarten 52 kaarten, geen jokers Rangorde: Van hoog (Aas)
naar laag (2) A, H, V, B en 10 honneurs Vier kleuren 1e1

5 De bridgespelers Noord Noord en Zuid (NZ) spelen tegen
Oost en West (OW) West Oost Geel (NZ), roze (West) en blauw (Oost): Zuid 1e1 5

6 Het geven van de bridgekaarten
De gever (dealer) schudt de kaarten • Hij deelt de kaarten één voor één • Begint daarmee bij zijn linker buurman/-vrouw • Met de wijzers van de klok mee Iedereen krijgt zo 13 kaarten 1e1

7 Het sorteren van de bridgekaarten
Een hand Meestal Engelstalige kaarten Als diagram: Nederlandse en Engelse kaarten hier expres naast elkaar gebruikt. Overeenkomstig de praktijk. ♠ A 3 ♥ H B 8 4 ♦ V B 6 ♣ V B 4 2 Per kleur sorteren van hoog naar laag Steeds rood om zwart 1e1

8 Een slag bestaat uit vier kaarten.
Noord moet ♠ bekennen BEKENNEN MOET !!! 2e kaart 3e kaart West komt uit en vraagt schoppen Oost moet ook ♠ bekennen 1e kaart 4e kaart Een slag bestaat uit vier kaarten. Wie wint de slag? Zuid moet ook ♠ bekennen Zuid! 1e1

9 Een Slag (2) BEKENNEN MOET !!! West komt uit en vraagt schoppen
2e kaart 3e kaart West komt uit en vraagt schoppen 1e kaart 4e kaart Zuid speelt ♠3 ! Noord wint dan de slag. => Neem geen hoge kaart van partner over! Welke kaart speelt Zuid? 1e1 9

10 Bekennen Je moet altijd bekennen
• D.w.z. kaart bijspelen in kleur die gevraagd wordt • Indien je niet kúnt bekennen: speel dan lage kaart andere kleur 1e1

11 Het bijhouden van de slagen
Bij bridge houd je je kaarten bij je! Gewonnen slag rechtop neerleggen (plus) Verloren slag dwars neerleggen (min) 1e1 11

12 Het bijhouden van de slagen
Kaarten OW tegengesteld aan kaarten NZ Maar zo Ook niet zo Niet zo neerleggen Welk paar won de 2e slag? NZ Welk paar won de 4e slag? OW 1e1

13 Oefening 1: slagen maken, slagen bijhouden
Schud de kaarten en deel de kaarten. (Noord is eerste gever) Tel je kaarten vóórdat je ze bekijkt: controleer of het er 13 zijn (zo niet, dan opnieuw schudden en delen). Sorteer je kaarten op kleur en leg ze voor je open op tafel, zodat iedereen ze goed kan zien. Speler links van gever speelt eerste kaart, de rest bekent (indien mogelijk). Je wilt zoveel mogelijk slagen halen! Winnaar van de slag speelt eerste kaart volgende slag. Gewonnen of verloren slagen op juiste manier neerleggen. Een stok spellen per tafel. Er wordt met open kaarten gespeeld. Het gaat alleen om het bekennen, het winnen van de slag en het juist neerleggen van de gespeelde kaarten. Samen met partner! 1e1

14 Kaart in troefkleur altijd hoger dan kaarten in andere kleuren
Tot nu toe zonder troef 2e kaart 3e kaart Maar mét troef kan ook! Stel: Oost kan geen ♠ meer bekennen; ♥ is troef 1e kaart 4e kaart Zuid moet bekennen. Oost wint slag met ♥4 Kaart in troefkleur altijd hoger dan kaarten in andere kleuren 1e1 14

15 Troef (2) Stel: Oost kan geen ♠ meer bekennen; ♥ is troef
Stel: Zuid kan óók niet bekennen. Dan kan Zuid overtroeven. Zuid wint de slag met ♥8 1e1 15

16 Bekennen  (over)troeven
Je moet altijd bekennen (kaart bijspelen in gevraagde kleur) • We spelen óf zonder troef (Sant Atout) of met troef (♠, ♥, ♦ of ♣) Indien je niet kúnt bekennen en er is een troefkleur: je mag troeven (maar troeven is niet verplicht) Je kunt niet bekennen en er is al getroefd: Je mag overtroeven (maar overtroeven is niet verplicht) 1e1

17 Kaartwaardering  plaatjespunten
AHVB AHV AHB AH AVB AV HVB AB HV A HB H VB V B 1e1

18 Oefening 2: plaatjespunten tellen
AV HVB HB AVB AH AHB AHVB AHB B HV AHV VB AB H AHB AV VB AHVB A AHB Vraag de cursisten een voor een om het aantal plaatjespunten behorend bij de getoonde honneurcombinatie AVB HB V AB AH VB HVB 1e1

19 Oefening 3: slagen maken met troef
Schud de kaarten en deel de kaarten. (Noord is eerste gever) Tel je kaarten vóórdat je ze bekijkt: controleer of het er 13 zijn (zo niet, dan opnieuw schudden en delen). Sorteer je kaarten op kleur en leg ze voor je open op tafel, zodat iedereen ze goed kan zien. Speler links van gever speelt eerste kaart, de rest bekent (indien mogelijk) ♥ is nu troef! Je wilt zoveel mogelijk slagen halen! Winnaar van de slag speelt eerste kaart volgende slag. Gewonnen of verloren slagen op juiste manier neerleggen. Een stok spellen per tafel. Er wordt met open kaarten gespeeld. Het gaat alleen om het bekennen en evt. (over)troeven, het winnen van de slag en het juist neerleggen van de gespeelde kaarten. Samen met partner! 1e1

20 Samenvatting van etappe 1 (1)
Bridge speel je twee tegen twee, NZ tegen OW. • In het spel zitten 52 kaarten, verdeeld in 4 kleuren: ♠, ♥, ♦ en ♣. • Wij geven en spelen met de wijzers van de klok mee. • De 13 kaarten in elke kleur hebben een rangorde: Aas, Heer, Vrouw, Boer, 10, 9, …… 5, 4, 3, 2 De 5 hoogste kaarten in een kleur, AHVB10, zijn de honneurs. 1e1

21 Samenvatting van etappe 1 (2)
Doel van het spel is zoveel mogelijk slagen maken. Kaart van gewonnen slag: rechtop neerleggen. Kaart van verloren slag: dwars neerleggen. Bekennen moet, troeven en overtroeven mag. Je kunt spelen met troef, of zonder troef (Sans Atout). Plaatjespunten in een hand: A = 4p, H = 3p, V = 2p en B = 1p. 1e1

22 EINDE Etappe 1 1e1


Download ppt "Etappe 1 De eerste stappen."

Verwante presentaties


Ads door Google