De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Ir. Veerle Forschelen Drs. Emilie Niesten 15 juni 2009 c09stdpot

Verwante presentaties


Presentatie over: "Ir. Veerle Forschelen Drs. Emilie Niesten 15 juni 2009 c09stdpot"— Transcript van de presentatie:

1 Ir. Veerle Forschelen Drs. Emilie Niesten 15 juni 2009 c09stdpot
Conceptrapportage Interesse en woonwensen ‘Goede Buren Buurt’ t.b.v. Stadgenoot/ Triade/ Ballast Nedam Ir. Veerle Forschelen Drs. Emilie Niesten 15 juni 2009 c09stdpot

2 Inhoudsopgave Onderzoeksverantwoording 3 Onderzoeksaanleiding 4
Methode Response Achtergrondkenmerken respondenten 7 Interesse ‘Goede Buren Buurt’ 14 Woonwensen tav woning Woonwensen tav voorzieningen 33 Invulling burenhulp-principe 50 Conclusies en aanbevelingen 59

3 Onderzoeks-verantwoording

4 Onderzoeksaanleiding
Stadgenoot, Triade en Ballast Nedam nemen gezamenlijk deel aan een prijsvraag uitgeschreven door de gemeente Almere voor een stuk grond in het Homeruskwartier (in het Noord-Oosten van Almere Poort). Stadgenoot is voornemens op het betreffende stuk grond een concept genaamd ‘Goede Buren Gezocht’ te realiseren. ‘Goede Buren Gezocht’ is een nieuw te bouwen buurt waar het prettig wonen moet worden voor een diversiteit aan bewoners. Het streven is om een buurt te creëren waar veel verschillende mensen wonen: jongeren, ouderen, mensen met of zonder verstandelijke of lichamelijke beperkingen, alleenstaanden en gezinnen. Een ander thema dat centraal moet staan in de buurt is ‘burenhulp’: het is de bedoeling dat bewoners elkaar op uiteenlopende manieren bijstaan en helpen. Als input voor het in te dienen plan heeft Stadgenoot USP Marketing Consultancy gevraagd een onderzoek uit te voeren naar de interesse en woonwensen ten aanzien van de ‘Goede Buren Buurt’.

5 Methode Een zestal medewerkers van Triade heeft zelf telefonisch de enquêtes afgenomen. Hierbij is een bestand van personen die eerder hebben aangegeven geïnteresseerd te zijn in het concept, gebruikt. Als kanttekening moet hierbij gemaakt worden dat de mate van interesse gepeild in dit onderzoek hierdoor gekleurd is. Voorliggend onderzoek is dan ook niet geschikt om de totale potentie van het project te peilen, maar het biedt uiteraard wel handvatten voor de invulling van het concept. Het merendeel van de respondenten was bekend met de Triade-medewerker die het interview heeft afgenomen.

6 Response De telefonische interviews zijn afgenomen van 5 tot en met 11 juni 2009. In totaal zijn er 73 respondenten ondervraagd: 38 respondenten hebben interesse om er zelf (met het eigen huishouden) te gaan wonen. 19 respondenten hebben interesse getoond voor iemand anders (hiervan hebben 17 respondenten de vragenlijst voor de andere persoon beantwoord). 16 respondenten hebben interesse vanwege werk of algemene belangstelling. De laatste groep valt buiten de doelgroep van het onderzoek en is dan ook niet geïnterviewd. Wel zijn van deze groep de contactgegevens verzameld/gecontroleerd om ze in de toekomst op de hoogte te kunnen houden van ontwikkelingen. In totaal zijn er dus 55 geslaagde interviews verzameld. Het responsepercentage bedraagt 86%. Uiteraard hangt dit sterk samen met het feit dat de respondenten al hebben aangegeven geïnteresseerd te zijn in het concept en geïnterviewd zijn door een bekende Triade-medewerker. De totale steekproef blijft klein, waardoor percentages niet te veralgemeniseren zijn en slechts een indicatie van de ondervraagde groep geven.

7 Achtergrondkenmerken respondenten - leeftijd
Gemiddeld zijn de respondenten met een beperking iets jonger (52% jonger dan 35 jaar) dan de respondenten zonder beperking.

8 Achtergrondkenmerken respondenten - gezinssituatie

9 Achtergrondkenmerken respondenten – beperking
De vraagstelling bij deze vraag is geweest: “Heeft u (of iemand in uw huishouden) een beperking waardoor u minimaal één keer per week professionele ondersteuning nodig heeft (anders dan huishoudelijke hulp)? Er kan verwacht worden dat het hebben van een beperking de woonwensen (sterk) beïnvloedt. Om die reden zijn de resultaten naar dit kenmerk uitgesplitst en worden ze, waar interessant, gerapporteerd.

10 Achtergrondkenmerken respondenten – type beperking

11 Achtergrondkenmerken respondenten – inkomen (netto per maand van huishouden)
Het inkomen van de respondenten met een beperking ligt aanzienlijk lager dan het inkomen van de respondenten zonder beperking. Ook valt op dat alleenstaanden een (aanzienlijk) lager inkomen hebben dan samenwonenden/gehuwden met kinderen.

12 Achtergrondkenmerken respondenten – soort woning (huidige woning)

13 Achtergrondkenmerken respondenten – type woning (huidige woning)

14 Interesse ‘Goede Buren Buurt’

15 Op welke termijn verhuizen naar ‘Goede Buren Buurt’

16 Ook nog interesse indien pas over 2 jaar beschikbaar - 1
Aan de geïnteresseerden die ‘zo snel mogelijk’ of ‘binnen 2 jaar’ willen verhuizen naar de Goede Buren Buurt, is gevraagd of ze nog steeds interesse hebben indien een dergelijke buurt pas over 2 jaar beschikbaar is.

17 Ook nog interesse indien pas over 2 jaar beschikbaar - 2
De genoemde redenen waarom men ‘op de buurt wil wachten’, zijn: Er zijn geen/weinig alternatieven (3X). Geschikte woonplek voor zoon. Het concept interessant is. Maar liever eerder. Het een bijzonder verhaal is. Het een mooi project is. Het idee gewoon heel goed is. Het uniek is. Ik er rekening mee hou dat het zeker nog 2 jaar duurt. Ik graag wil. Ik helemaal voor dit verhaal ga! Ik zsm wil verhuizen, maar wacht desnoods. Kinderen wonen in Almere. Mits er niks anders komt voor die tijd. Past precies. Voor haar kinderen, leren om ook iets voor een ander te doen. We dan eerst gaan huren. Willen graag onze zoon in de buurt in Almere.

18 Aansprekende elementen ‘Goede Buren Buurt’ (spontaan)

19 Houding tav elementen ‘Goede Buren Buurt’

20 Woonwensen tav woning

21 Gewenste soort woning - 1
Vooral de huishoudens waarin één of meer personen een beperking heeft/hebben, geven de voorkeur aan een huurwoning (65% huur versus 26% koop). De groep huishoudens zonder mensen met een beperking geeft vaker de voorkeur aan een koopwoning (48% koop versus 39% huur). Bij een uitsplitsing naar gezinssituatie valt op dat alleenstaanden veelal de voorkeur geven aan huur (85%), terwijl een koopwoning met name gewild is onder samenwonenden/gehuwden met kinderen (69%).

22 Gewenste soort woning - 2
Aan de geïnteresseerden met de voorkeur voor een huurwoning is tevens gevraagd of ze eventueel ook een koopwoning zouden overwegen. Op deze vraag antwoordt 21% bevestigend, 69% ontkennend en 10% weet het niet. Vice versa blijkt dat 63% van de geïnteresseerden met een eerste voorkeur voor koop eventueel ook een huurwoning zou overwegen, 37% antwoordt ontkennend. Dit geldt sterker voor de huishoudens zonder personen met een beperking (83%) dan voor de huishoudens waarin één of meer personen een beperking heeft/hebben (38%). Er is dus een grotere interesse in huurwoning onder de respondenten dan in koopwoningen.

23 Gewenste type woning Huishoudens waarin één of meer personen een beperking heeft/hebben geven vaker de voorkeur aan een (huur) meergezinswoning of groepswoning en huishoudens zonder mensen met een beperking vaker aan een (koop) eengezinswoning.

24 Gewenste huurprijs - 1

25 Gewenste huurprijs - 2 Bij de uitsplitsing blijkt dat de huishoudens zonder mensen met een beperking bereid is een hogere huur te betalen (52% meer dan 500 euro) dan de huishoudens met één of meer personen met een beperking (12% meer dan 500 euro). Dit ligt in de lijn der verwachtingen aangezien het inkomen van eerstgenoemde groep ook hoger ligt. Opvallend is dat maar liefst 42% van de huishoudens met één of meer personen met een beperking “weet niet/geen mening” antwoordt. Vervolgens is gevraagd of men ook een huurprijsklasse hoger zou overwegen, wanneer de woning aan alle eisen zou voldoen. Op deze vraag antwoordt 59% bevestigend. Dit geldt iets vaker voor huishoudens zonder personen met een beperking dan voor huishoudens waar wel mensen met een beperking deel van uit maken.

26 Gewenste koopprijs - 1

27 Gewenste koopprijs - 2 Opvallend is dat de huishoudens met iemand met een beperking bereid zijn een (iets) hogere koopprijs te betalen (33% meer dan euro) dan de huishoudens zonder iemand met een beperking (13% meer dan euro). Op de vraag of men bereid is een koopprijsklasse hoger te betalen, antwoordt 39% bevestigend. Dit geldt sterker voor de huishoudens met iemand met een beperking (54%) dan voor de huishoudens zonder iemand met een beperking (27%).

28 Gewenste aantal slaapkamers
Logischerwijs wensen samenwonenden/gehuwden met kinderen meer slaapkamers dan alleenstaanden.

29 Belang elementen woning - 1

30 Belang elementen woning - 2
Bovenstaande tabel toont het percentage van de verschillende groepen dat de verschillende elementen (zeer) belangrijk vindt. Uit de tabel blijkt dat huishoudens zonder personen met een beperking aan vrijwel alle aspecten meer belang hechten dan huishoudens waar wel iemand is met een beperking. Dit is een kritischer doelgroep.

31 Overige belangrijke zaken mbt de woning - 1
Op de vraag “zijn er nog andere zaken belangrijk in de nieuwe woning?” worden de volgende antwoorden gegeven: Aanpasbaar bouwen. Antislip in de douche. Apart berghok of slaapkamer. Bergruimte (9X). Bezoektoegankelijk voor mensen in een rolstoel (9X). Bouwmaterialen bewust kiezen (bv. zorgen dat het er lang mooi uit blijft zien). Centrale deur belangrijk ivm voorkomen inbraak. Een eigen voordeur (bv. entree en galerij met voordeur). Elektrische buitendeur, aangepaste kranen, sanitair dat ruim en aangepast is. Energiebesparende maatregelen (zonnecellen tegen de zijkant van het huis, bv. Passiefhuis). Garage zou man leuk vinden. Een bad is handig. Geen kerk, geen auto's, goede isolatie. Geluidsisolatie (4X). Geschakeld en geen stijve rijtjeswoning. Huis en werkplaats casco opleveren, zelf afbouwen.

32 Overige belangrijke zaken mbt de woning - 2
Kantoor aan huis, liefst uitzicht op water. Keuken gescheiden van de woonkamer. Kleine tuin (3X). Liefst atelier in de buurt of bij eigen huis. Liefst cluster met eigen appartement/unit en woonkeuken delen met andere huishoudens. Liefst kantoorruimte enigszins gescheiden van woondeel. Makkelijk aanpasbaar voor als ik zelf ouder word. Meldinstallatie voor acute hulp (noodknop). Mogelijkheid 2e uitgang naar andere woning kangoeroewoning. Nabootsen van gewoon woonhuis met ruime kamer. Redelijke tuin. Ruimte voor wasmachine en droger. Ruimte/atelier om te tekenen bij of in huis (bv tuinhuisje zou ook goed zijn). Traplift voor bezoek met handicap. Uitkijken op groen en liefst ook water. Veel licht in de woning niet te donker. Veiligheid (sloten). Zicht op 'levendigheid' en niet alleen op steen.

33 Woonwensen tav voorzieningen

34 Parkeergelegenheid Van de geïnteresseerden met een voorkeur voor een parkeerplaats of –garage (met vaste ofwel wisselende plekken) is 75% bereid hiervoor te betalen, veelal een bedrag van minder dan 25 euro per maand (22%) of tussen de 25 en 50 euro per maand (44%).

35 Houding tav autoluwe wijk - 1
Aan de geïnteresseerden is de volgende vraag voorgelegd: “Hoe staat u tegenover het idee om parkeren gecentreerd en uit het zicht te laten plaatsvinden (bijvoorbeeld in een heuvel of parkeergarage). Dit betekent dat de wijk grotendeels autoluw kan blijven, maar ook dat u wellicht wat verder moet lopen om van uw auto naar uw huis te komen.”

36 Houding tav autoluwe wijk - 2
Huishoudens zonder iemand met een beperking staan hier iets positiever tegenover (65% positief) dan huishoudens mét iemand met een beperking (55% positief). Redenen positieve houding (en eventuele toelichting): Auto's zijn lelijk, is mobiel genoeg. Dan is het rustiger, meer lopen is goed. De auto niet voor deur staat, veiliger, gezelliger. De kinderen kunnen vrijer spelen. Dit overzichtelijk is en fraaier. Wel kunnen laden/lossen bij huis ivm gehandicapte zoon. Dit staat beter. Fantastisch idee, mits je wel bij je woning kunt komen met bijv. boodschappen. Fraai (2X). Geen parkeergarage (vies, onveilig) maar evt. heuvel wel interessant! Gezonde benen. Het dan is weggewerkt. Parkeergarage is mooi. Het lelijk is en onveilig met auto's. Het veiliger is en mooier uitzicht geeft.

37 Houding tav autoluwe wijk - 3
Het vriendelijk oogt zonder al dat blik, milieuvriendelijk. In de gelegenheid om zelf te lopen. Laden/lossen moet bij je huis kunnen. Maakt de buurt mooier, moet wel voor de deur uit kunnen stappen (laden/lossen). Maakt niet uit om een stukje te lopen. Maar wel een vorm van toezicht. Mits je in noodgevallen de woning wel kunt bereiken. Mooier (4X). Prettig als er weinig auto's in de straat rijden. Prettig zonder al dat blik. Prettiger uitzicht. Veiligheid voor de kinderen (2X).

38 Houding tav autoluwe wijk - 4
Redenen negatieve houding (en eventuele toelichting): Afhankelijk van een invalide-plek. Dan heb je geen zicht op je auto (vernieling). Is met boodschappen lastig. Met kind/boodschappen sjouwen is afstand een nadeel. Niet zo praktisch. Ongeveer 5 parkeerplaatsen nodig. Te ver lopen naar de auto is 's avonds onveilig en lastig. Te ver van je huis met spullen in en uit huis halen. Vandalisme in parkeergarage en bezoekers op kosten gejaagd.

39 Houding tav kleine eigen tuinen en gezamenlijk park - 1
Aan de geïnteresseerden is de volgende vraag voorgelegd: “Hoe staat u tegenover het idee om in de wijk slechts kleine eigen tuinen te creëren, maar wel veel gezamenlijke parkachtige ruimtes in te richten (daardoor ontmoetingsplekken en groene uitstraling van de buurt)?”

40 Houding tav kleine eigen tuinen en gezamenlijk park - 2
De huishoudens zonder personen met een beperking heeft een iets positievere houding (83% positief) dan de huishoudens mét iemand met een beperking (74% positief). Redenen positieve houding (en eventuele toelichting): Afspraken over gebruik gezamenlijke buitenruimte (ivm geluidsoverlast). Bevordert contact, is in deze buurt heel belangrijk. Dit contacten bevordert. Voorwaarde: onderhoud goed regelen. Dit genereert ontmoeting. Dit is voor kinderen fijn, gaat individualiseren tegen. Dit stimuleert ontmoeting. Kanttekening: je moet het goed organiseren om het goed te onderhouden. Dit vermindert de eenzaamheid. Een gezamenlijke groentetuin is leuk. Eigen tuin maar ook groen in de buurt voor ontmoeting Er anders een schuttingcultuur ontstaat. Maar een eigen privé-buitenruimte is noodzaak (dakterras of tuintje). Geeft buurtgevoel, contact met de buurt. Geen grote tuin nodig en een groot park om je heen nodigt uit om elkaar te ontmoeten.

41 Houding tav kleine eigen tuinen en gezamenlijk park - 3
Gezamenlijk geeft verbinding. Maar ook nog eigen tuin. Groene uitstraling is prettig. Groenere woonwijk en gezelliger. Het buiten fantastisch is. Het de contacten verbeterd. Het gezelligheid aan een buurt geeft. Open plekken geven lucht. Het leuk is. Het me wel aardig lijkt. Iedereen zich er bij betrokken voelt, bevordert contact . Je elkaar sneller ontmoet. Je elkaar tegenkomt. Kleine tuin is voor hem handig ivm overzichtelijkheid, als hij zich alleen voelt kan hij de gezelligheid opzoeken. Levendig. Levert contacten op. Meer gelegenheid om met elkaar iets te doen. Mensen elkaar ontmoeten, groen maakt mensen vrolijker dan beton en schuttingen. Mensen zijn meer betrokken bij elkaar.

42 Houding tav kleine eigen tuinen en gezamenlijk park - 4
Mijn trampoline daar dan ook kan staan. Mits ligging tussen de huizen in waardoor het een verlengde is van tuinen van woningen. Niet veel onderhoud aan eigen tuin en daarnaast gemeenschappelijk contact Ontmoeting beter mogelijk en gezellig. Picknicken, grasveld, bij elkaar in de tuin helpen. Ruimte is belangrijk en zo ontmoet je anderen. Sociaal contact, mensen tegenkomen. Veel groen, weinig onderhoud in eigen kleine tuin. Veel meer het doel van GBG, gezamenlijk. Wel goed onderhouden, draagvlak voor onderhoud toetsen. Zie je elkaar, ben je samen bezig. Redenen negatieve houding (en eventuele toelichting): De groep waar geïnteresseerde bij hoort juist een eigen tuin nodig heeft. Hebben we gehad, maar we hebben liever een grotere tuin. Ik graag een flinke privé-ruimte heb. Voor anderen misschien, maar voor mij niet. We liever een grote tuin hebben. Willen een eigen redelijke tuin hebben, met speelstoestel erin.

43 Behoefte gemeenschappelijke voorzieningen - 1

44 Behoefte gemeenschappelijke voorzieningen - 2
Uit de tabel blijkt dat huishoudens met iemand met een beperking meer behoefte aan een buurthuis/ontmoetingsruimte en gezamenlijke tuinen/groen hebben. Huishoudens zonder personen met een beperking hebben daarentegen meer behoefte aan speelgelegenheden voor kinderen en een gezamenlijke klusruimte/fietsenwerkplaats.

45 Overige behoefte gemeenschappelijke voorzieningen - 1
Op de vraag of men nog behoefte heeft aan andere gemeenschappelijke voorzieningen, worden de volgende zaken genoemd: Bankjes zo her en der, schone buurt, gezelligheid, lekker kunnen zitten. Basisscholen. Een café of iets waar je een biertje en een kop koffie kan drinken, een internetcafé oid. Een oppasdienst of oppas-uitwisseldienst Gezamenlijke activiteiten organiseren voor zowel mensen met als zonder beperking. Gezondheidscentrum (2X). Hondenuitlaatplek / hondenlosloopplek zodat kinderen er geen last van hebben. Kindercrèche. Meditatie ruimte (yoga, dansen, feesten), massagekamers. Openbaar vervoer (3X). Paar kano's gezamenlijk.

46 Overige behoefte gemeenschappelijke voorzieningen - 2
Samen eten. Speelgelegenheden ook voor iets oudere kinderen. Supermarkt (3X). Tafeltennistafel, pooltafel. Voetbalveld of iets van sport een bowlingbaan oid. Winkels in de buurt (3X). Zandbak, schaakspel, bolderkarren lenen. Zwembad (3X).

47 Niet ontbreken in een ‘Goede Buren Buurt’ - 1
Op de vraag ‘wat mag er volgens u zeker niet ontbreken in een ‘Goede Buren Buurt’ worden de volgende zaken genoemd: Brievenbus op loopafstand. Café, buurthuis met oude mensen (klaverjassen), niet alleen maar voor kinderen. Centrumpje met winkels, zorg, buurthuis, gezondheidscentrum, postkantoor, bank,Individuele, dagelijkse zorg en ondersteuning voor onze zoon. Contactpersoon, goede leiding, aanspreekpunt. Dat hij zich veilig voelt, dat er naar hem omgekeken wordt. Een goede mediator, om conflicten te kunnen beheersen. Die zullen namelijk toch ontstaan. Een ontmoetingsruimte. Gemeenschapszin en burenhulp en bijbehorende gemeenschappelijke ruimten. Gezamenlijke groenruimtes die gezamenlijk gedeeld kunnen worden, ruimte gevoel. Gezelligheid, sfeer, mensen door elkaar heen te plaatsen, voor elkaar klaar staan. Gezondheidscentrum met apotheek.

48 Niet ontbreken in een ‘Goede Buren Buurt’ - 2
Goede balans tussen samen dingen doen en privé, bijv. wel een eigen tuin. Goede Buren, coördinatiepunt. Goede communicatie met elkaar: van elkaar op de hoogte zijn, elkaar helpen, goed praten, communiceren, niet de deur platlopen, wel eigen leven. Goede openbaar vervoerverbinding (5X). Goede professionele ondersteuning die samenwerkt met familie en buren/vrijwilligers. Goede verlichting (2X). Heel veel groen. Landelijke en groene uitstraling. Leuke mensen die openstaan voor elkaar, maakt niet uit wat je verdient. Mensen die een oogje in het zeil houden, een praatje maken. Mensen die iets voor elkaar over hebben. Niet een te inclusieve buurt wordt, niet te speciaal, wel geïntegreerd in de wijk. Ontmoetingspunt (3X) Sociale makelaar en iemand die vragen kan doorverwijzen. Soort coördinatiepunt. Speeltuin.

49 Niet ontbreken in een ‘Goede Buren Buurt’ - 3
Stilte (bv. geluid van speelplaats via heuvel te dempen), harmonie. Supermarkt in de buurt (4X). Voldoende veiligheid, contact met politie en wijkbeheerder. Winkels op loopafstand (6X).

50 Invulling burenhulp-principe

51 Houding tav verplichte betrokkenheid vooraf - 1
Aan de geïnteresseerden is de volgende vraag voorgelegd: “Hoe staat u tegenover het idee om belangstellenden in een Goede Buren Buurt te verplichten om ook in het voortraject actief te zijn om in aanmerking te komen voor een woning (bijeenkomsten bezoeken, dingen uitzoeken, organiseren, uiteraard ieder naar eigen kunnen)? Dit om vooraf al betrokkenheid bij de buurt te creëren, graadmeter of mensen gemotiveerd zijn voor het idee van GBG, elkaar alvast leren kennen. “

52 Houding tav verplichte betrokkenheid vooraf - 2
Huishoudens zonder iemand met een beperking staan hier iets vaker negatief tegenover (26% negatief) dan huishoudens mét iemand met een beperking (10%). Redenen positieve houding (en eventuele toelichting): Belangrijk maar wel een keuze wat je doet en hoeveel tijd je daar aan besteedt. Betrokkenheid creëren/laten zien (5X) Contacten opdoen. Dit laat je motivatie zien. Elkaar leren kennen (6X). Goed om bij te dragen maar GEEN verplichting. Het hele idee is dat je elkaar helpt. Het iets speciaals is. Het moet een werkende buurt worden. Het nodig is om mensen aan elkaar te binden, mits niet te streng. Iedereen moet laten zien dat hij achter het idee staat. Je dan het kaf van het koren scheidt. Je moet aangeven daadwerkelijk bereid te zijn de handen uit de mouwen te steken. Je dan weet of mensen gemotiveerd zijn en je leert ze kennen.

53 Houding tav verplichte betrokkenheid vooraf - 3
Je hier kunt zien of mensen bereid zijn in elkaar te investeren. Je kan proeven of je verwachtingen uitkomen. Je wil erover meepraten dus dan moet je er ook aan meedoen. Je zo de serieuze mensen selecteert, er ontstaat een groepsproces, je weet of het iets voor je is. Leuk, maar moet wel zinnig zijn (niet alleen kennis maken maar iets doen). Maar wel met professionele ondersteuning, ook in de jaren erna. Moet niet een te grote verplichting worden. Tot op zekere hoogte, hoeveel tijd kost dit, ligt er aan om welke manier je in het project stapt. Verplichten is prima, zelf verantwoording dragen. Voor wat, hoort wat. Wel naar ieders kunnen. Zegt iets over hoe serieus mensen geïnteresseerd zijn. Zegt iets over motivatie van mensen. Zij het moeten doen.

54 Houding tav verplichte betrokkenheid vooraf - 4
Redenen negatieve houding (en eventuele toelichting): Altijd op vrijwillige basis houden. Samenspraak duurt veel te lang, lukt nooit om aan alle ideeën tegemoet te komen. Beter als mensen zelf bewust voor wijk kiezen. Als je ze verplicht, hoe doen ze dan later mee in de buurt? Iedereen dat zelf mag weten en je weet toch niet of het wel doorgaat. Je al gemotiveerd bent. Je mensen niet kan verplichten. Niet verplicht, maar vrijblijvend. Omdat het niet altijd zal lukken om naar Almere te gaan. Verplichten nooit goed is.

55 Zaken bijdragen voor anderen - 1

56 Zaken bijdragen voor anderen - 2
Onderstaande tabel toont de uitsplitsing naar de groep met een beperking en de groep zonder beperking.

57 Aantal uur bereid te besteden aan burenhulp
Gemiddeld is men bereid 5,6 uur per week aan ‘burenhulp’ te besteden. Men geeft tevens aan dat de gezinsleden ook nog gemiddeld 5,1 uur per week kunnen besteden. Samenwonenden/gehuwden met kinderen (7,5 uur zelf en 9,0 uur door gezinsleden) geven aan wekelijks meer tijd aan ‘burenhulp’ te kunnen besteden dan alleenstaanden (4,0 uur zelf).

58 Wijze van regelen ‘burenhulp’
Huishoudens mét iemand met een beperking zijn vaker van mening dat er een verplicht aantal uren moet zijn dan huishoudens zonder personen met een beperking (10% versus 4%). Huishoudens zonder mensen met een beperking zijn vaker van mening dat het geheel vrijblijvend moet zijn (17% versus 6%).

59 Conclusies en aanbevelingen

60 Conclusies en aanbevelingen - 1
Allereerst moet opgemerkt worden dat het merendeel van de ondervraagden zeer positief en enthousiast is over het project. Veel respondenten geven aan graag in de ‘Goede Buren Buurt’ te willen wonen of ze vinden het zeer geschikt voor een familielid. Ook is de animo om actief te worden in de buurt groot. Van de 55 ondervraagden geeft 75% (41 respondenten) dan ook aan graag een uitnodiging te willen ontvangen voor de bijeenkomst op zaterdag 27 juni. Uiteraard is dit resultaat gekleurd door het feit dat alle ondervraagden al eerder hebben aangegeven geïnteresseerd in het concept te zijn. Meer dan de helft van de geïnteresseerden wil binnen nu en 2 jaar verhuizen (60%). Een groot deel van deze groep wil echter wel ‘op de buurt wachten’ indien een dergelijk buurt pas over 2 jaar beschikbaar is (85%). Met name de aspecten ‘burenhulp’ en ‘sociaal contact/controle’ spreken geïnteresseerden in het concept ‘Goede Buren Gezocht’ aan. Deze zaken zullen dan ook centraal moeten staan bij de invulling van het concept. Er is met name interesse in (meergezins-) huurwoningen. Van de geïnteresseerden geeft 15% aan de voorkeur te geven aan groepswonen. Dit zal dan ook zeker een plaats moeten krijgen in de ‘Goede Buren Buurt’. Bij interesse voor een koopwoning is er met name interesse in eengezinswoningen.

61 Conclusies en aanbevelingen - 2
De prijs die men bereid is te betalen voor een woning in de ‘Goede Buren Buurt’ ligt relatief laag (46% huurprijs van minder dan 500 euro en 56% koopprijs van minder dan euro). Er is echter nog wel een groep die aangeeft een prijsklasse hoger te overwegen. Een voorwaarde is dan echter wel dat de woning en woonomgeving aan alle eisen voldoet. Eén van de uitgangspunten van de wijk is variatie in de samenstelling van de bewoners, voor wat betreft zaken als leeftijd, achtergrond en het hebben van verstandelijke of lichamelijke beperkingen. Ook inkomensniveau speelt hierbij een rol. Het gemiddelde huishoudinkomen van de ondervraagde geïnteresseerden is laag. Dit geldt met name voor de huishoudens waarin 1 of meer mensen een beperking hebben. Het valt dan ook aan te bevelen om te onderzoeken of er ook interesse in het concept is onder hogere inkomensgroepen om zo de wijk op dit aspect gevarieerder te maken en ook duurdere woningbouw te kunnen realiseren. De wensen ten aanzien van het aantal slaapkamers zijn bescheiden: 57% heeft voldoende aan 1 of 2 slaapkamers. Uit vergelijkbare onderzoeken van USP blijkt dat men minimaal een (zelfstandige) woning met 2 à 3 slaapkamers wenst. Dit is logischerwijs anders bij groepswonen.

62 Conclusies en aanbevelingen - 3
De geïnteresseerden hechten het meeste belang aan een buitenruimte (84% (zeer) belangrijk). Daarnaast wordt ook een milieuvriendelijke/energiezuinige woning (75%) en een eigen entree (zeer) belangrijk gevonden (74%). Tevens wordt bergruimte relatief vaak genoemd in de open antwoorden. Huishoudens zonder iemand met een beperking zijn kritischer ten aanzien van de invulling van de woning en de omgeving. Deze groep heeft ook meer uitwijkopties naar andere mogelijk interessante woningen/wijken. Er zal dus niet alleen goed naar de specifieke wensen van de huishoudens mét mensen met een beperking gekeken moeten worden, maar zeker ook (voor een gevarieerde wijk) naar de mensen zonder beperking. Zeker wanneer ook in het hogere segment woningen gebouwd gaan worden. Met betrekking tot de parkeervoorzieningen geeft het merendeel van de geïnteresseerden parkeerplekken op straat voldoende te vinden (49%). Men staat veelal positief ten opzichte van het idee van een autoluwe wijk (58% positief). Een voorwaarde moet dan wel zijn dat men kan laden/lossen bij de woning.

63 Conclusies en aanbevelingen - 4
Maar liefst 77% van de geïnteresseerden staat positief ten aanzien van het idee om in de wijk slechts kleine eigen tuinen te creëren, maar wel veel gezamenlijke parkachtige ruimtes in te richten (daardoor ontmoetingsplekken en groene uitstraling van de buurt). De meest genoemde reden hiervoor is dat het het contact tussen de bewoners versterkt. Een voorwaarde is dan wel dat er afspraken moeten worden gemaakt over zaken als onderhoud en gebruik. Er zal dan tevens controle moeten zijn of deze afspraken nageleefd worden. Een aanbeveling voor Stadgenoot is dan ook om erover na te denken hoe dit het beste georganiseerd kan worden. De behoefte aan gemeenschappelijke voorzieningen is groot. Met name een buurthuis/ontmoetingsruimte is gewenst (82%), gevolgd door een gemeenschappelijke klussendienst (75%). Winkels in de buurt is ook een veelgehoorde wens. Van de geïnteresseerden staat 68% positief tegenover het idee om belangstellenden vooraf te verplichten in het voortraject actief te zijn. Op deze manier wordt ‘het kaf van het koren gescheiden’ en blijven alleen de echt gemotiveerde bewoners over.

64 Conclusies en aanbevelingen - 5
De meest genoemde zaken die men in een ‘Goede Buren Buurt’ kan bijdragen voor anderen, zijn “gezelschap bieden” (45%), “boodschappen doen” (43%) en “kleine klusjes doen” (43%). De voorkeur voor de wijze waarop deze ‘burenhulp’ geregeld moet worden, gaat uit naar een flexibel aantal uren, maar wel één persoon of organisatie die het coördineert. Wederom wordt hier de wens uitgesproken voor coördinatie en controle. Kortom iemand die zaken in de gaten houdt, regelt en ingrijpt waar nodig. Huishoudens zonder mensen met een beperking zijn in dit onderzoek opvallend positief over wonen met mensen met een beperking en vinden zaken als rolstoeltoegankelijke wijken etc. belangrijker dan USP in vergelijkbare onderzoeken ziet. Bij alle percentages moet goed in de gaten gehouden worden dat er slechts een beperkte groep is ondervraagd en deze resultaten niet te veralgemeniseren zijn naar grote groepen.


Download ppt "Ir. Veerle Forschelen Drs. Emilie Niesten 15 juni 2009 c09stdpot"

Verwante presentaties


Ads door Google