Download de presentatie
GepubliceerdDiana Molenaar Laatst gewijzigd meer dan 9 jaar geleden
2
§2: politieke stromingen en partijen:
Deelvraag: Wat zijn de belangrijkste politieke opvattingen en welke partijen horen bij die opvattingen?
3
Ideologie Ideologie: “ Opvattingen over hoe de maatschappij functioneert, in de toekomst moet functioneren en wat de rol van de overheid daarbij moet zijn.” Mensen met dezelfde ideologie vormen een politieke stroming.
4
Ideologie → politieke partij
Een politieke partij: Heeft ideeën over alle belangrijkste beleidsterreinen (programma) Stelt kandidaten bij verkiezingen NB: Binnen een ideologie ontstaan en verdwijnen politieke partijen.
5
§2: politieke stromingen en partijen:
Links: Actieve overheid/ grote rol voor de staat. Redeneren vanuit het principe van gelijk (waardig)heid Komen op voor mensen met een zwakke positie in de samenleving Partijen met progressieve uitgangspunten. Meestal richting socialisme Rechts: zonder teveel overheidsbemoeienis/ beperkte rol voor de staat economische vrijheid partijen met conservatieve uitgangspunten Meestal richting liberaal
6
Links- Rechts dimensie sociaal- economisch/ sociale ongelijkheid
Politiek Links Communisme Socialisme / Sociaal- democratie Politieke ‘Midden’ Christendemocratie Politiek Rechts Liberalisme Fascisme
7
Links en Rechts Spotjes van politieke partijen
PVV CDA VVD PvdA GL D66
8
§2: politieke stromingen en partijen:
Socialisme: de staat moet het verschil in economische macht, dus arm en rijk, voorkomen. voor een eerlijke samenleving, gaat uit van een sterk overheidsingrijpen om sociale en maatschappelijke problemen op te lossen en kenmerkt zich door een sterke antipathie (afkeer) versus een (te) vrije markt. Liberalen: vrijheid en de ontwikkeling van het individu staat voorop. Het individu is verantwoordelijk voor het inrichten van zijn leven. Op economisch gebied is vrijheid ook belangrijk. Overheidsbemoeienis moet hierbij minimaal zijn.
9
§2: politieke stromingen en partijen:
Politieke Midden Christendemocratie: Zit tussen links en rechts in hechten veel waarde aan het gezin en Christelijke normen en waarden. Progressief: is een politieke stroming gebaseerd op progressie (vooruitgang). (verandering) Conservatief: is een politieke stroming die zich grondvest op de traditie. Het begrip "conservatisme" is afgeleid van het Latijnse conservare, dat "beschermen, in ongeschonden toestand bewaren" betekent. Weinig verandering, het oude in takt willen houden
10
§2: politieke stromingen en partijen:
11
§2: politieke stromingen en partijen:
Communisme: een extreme vorm van socialisme Gelijkheid staat centraal productiefactoren beheerd door de staat. Particuliere eigendom is niet toegestaan. Fascisme: Heeft zeer nationalistische en autoritaire beginselen. Keert zich tegen vrijheid, gelijkheid en tolerantie Voelen bedreigd door maatschappelijke veranderingen en ‘vreemde groepen’ Verering eigen natie en volk Agressieve rassenleer
13
Populisme: Politicologen kennen de volgende kenmerken toe aan populistische politici: afkeer van het partijestablishment/ gevestigde partijen; het volk staat op een voetstuk en naar haar ‘wil’ wordt constant gerefereerd; charismatisch leiderschap; er wordt een beroep gedaan op eenheid en vaderlandsliefde.
14
Populisme Populisme is eerder een ‘stijl’ dan een ideologie;
Populistische stijl en retoriek kan op alle posities binnen het politieke landschap worden ingezet. Populisten zeggen uit naam van de bevolking te spreken, hun wil te kennen en deze (zoals de bedoeling is van een democratie) te willen verwezenlijken. Populisme verwijst constant aan de economische en sociale status van de "gewone man".
15
“Gevestigde politieke partijen hebben soms de neiging nieuwkomers als populistisch te bestempelen. Gewoonlijk zijn die gevestigde partijen echter ook begonnen als gevolg van stemmen uit "het volk".”
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.