Kengetallen.

Presentatie over: "Kengetallen."— Transcript van de presentatie:

1 Kengetallen

2 Ratio’s, verhoudingsgetallen of kengetallen
Drie ratio’s: Omloopsnelheid van de voorraad Omzet tegen inkoopprijzen Gemiddelde voorraad Staatsschuldquote: Staatsschuld BBP i/a ratio: ‘inactieven‘ ’ ‘actieven’

3 Ratio’s, verhoudingsgetallen of kengetallen
Drie ratio’s: Omloopsnelheid van de voorraad Omzet tegen inkoopprijzen Gemiddelde voorraad Staatsschuldquote: Staatsschuld BBP i/a ratio: ‘inactieven‘ ’ ‘actieven’

4 Ratio’s, verhoudingsgetallen of kengetallen
Drie ratio’s: Omloopsnelheid van de voorraad Omzet tegen inkoopprijzen Gemiddelde voorraad Staatsschuldquote: Staatsschuld BBP i/a ratio: ‘inactieven‘ ’ ‘actieven’

5 Ratio’s, verhoudingsgetallen of kengetallen
Drie ratio’s: Omloopsnelheid van de voorraad Omzet tegen inkoopprijzen Gemiddelde voorraad Staatsschuldquote: Staatsschuld BBP i/a ratio: ‘inactieven‘ ’ ‘actieven’

6 Voorraadwaarde per begin v.d. maand
(in duizend euro’s ) jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec 50 20 Wat is de gemiddelde voorraad ?

7 Voorraadwaarde per begin v.d. maand
(in duizend euro’s ) jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec 80 70 60 50 40 20 Wat is de gemiddelde voorraad ?

8 Voorraadwaarde per begin v.d. maand
(in duizend euro’s ) jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec 50 20 Wat is de gemiddelde voorraad ?

9 Voorraadwaarde per begin v.d. maand
(in duizend euro’s ) jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec 50 40 30 20

10 Voorraadwaarde per begin v.d. maand
(in duizend euro’s ) jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec 50 40 30 20 Gem. voorraad is ( 50+20)/2 = 35 (duizend euro) Stel omzet (tegen inkoopprijs) was 140 (duizend euro) Wat is de omloopsnelheid v.d. voorraad ?

11  Ratio i/a is ?  ‘Actieven’ (15 mensen)
‘Inactieven’ ( 5 mensen )  Ratio i/a is ?

12 Ratio i/a is ?  ‘Totaal ’ (18 mensen)
‘Inactieven’ ( 6 mensen )  Ratio i/a is ?