Download de presentatie
1
Lekker en Gezond de Quiz
2
Vraag 1 Waarom is vis zo gezond?
A) Omdat er in vis veel onverzadigd vet zit B) Omdat er in vis minder vet zit dan vlees C) Omdat er in vis veel verzadigd vet zit, en dat is het beste voor je.
3
Vraag 2 Wat eet een koe in de winter? A) Hooi B) Kuilgras C) Haver
4
Vraag 3 Welke producten worden er van melk gemaakt? Noem er 5
5
Vraag 4 Hoe lang moet kaas rijpen voordat je jonge kaas krijgt?
A) 3 maanden B) 1 jaar C) 6 weken
6
Vraag 5 Verse groenten zijn véél gezonder dan blik-, pot- of diepvriesgroenten. A) Niet waar. In diepvriesgroenten zitten de meeste vitamines. B) Niet waar. In de groenten zitten ongeveer evenveel vitamines. C) Waar. Blik-, pot- of diepvriesgroenten worden zo bewerkt dat veel vitamines verdwijnen.
7
Vraag 6 Pure chocolade is gezond.
A) Waar. Eindelijk is het bewezen. Snel die extra repen inslaan dus. B) Niet waar, maar pure choco bevat wel meer gezonde stofjes dan witte choco en melkchocolade. C) Niet waar. Chocolade is snoep en dus ongezond.
8
Vraag 7 Een product met het is altijd gezond.
A) Niet waar. Het slaat op het minst ongezonde product uit een voedingscategorie. Dat kan dus ook een zak chips zijn. B) Waar. Als je voor een product met dit logo kiest, weet je zeker dat je gezond eet. C) Niet waar. Het betekent dat het merk van het product het meest voordelig is.
9
Vraag 8 Wortels zijn goed voor je ogen.
A) Niet waar. Dan moet je kilo’s wortels per dag eten. B) Waar. Heb jij ooit een konijn met een bril gezien? C) Waar. In wortels zitten stoffen die goed zijn voor je ogen.
10
Vraag 9 Je moet 1,5 liter per dag drinken.
A) Niet waar. Alleen als je heel veel sport. B) Niet waar, veel meer. Je hebt alleen aan water al 2 liter per dag nodig. C) Waar. Het is belangrijk om zeker 1,5 liter vocht per dag binnen te krijgen.
11
Vraag 10 Een product dat veel E-nummers bevat, is altijd ongezond.
A) Niet waar. Het zijn juist hulpstoffen om een product gezonder te maken. B) Niet waar. Maar er zijn wel mensen die overgevoelig zijn voor sommige E-nummers. C) Waar. Een E-nummer geeft aan dat er veel vet of suiker in een product zit.
12
Klaar!!
13
Geef je antwoordformulier aan een ander groepje…
Samen nakijken Geef je antwoordformulier aan een ander groepje…
14
Antwoorden Vraag 1 = A Vraag 2 = B
Vraag 3 = ijs, vla, yoghurt, kaas, boter…. Vraag 4 = C Vraag 5 = B
15
Antwoorden Vraag 6 = B Vraag 7 = A Vraag 8 = C Vraag 9 = C Vraag 10= B
16
Extra Vraag! Hoeveel mest produceert een koe per dag?
Zet je antwoord op een briefje!
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.