Non, je n’ai pas de.

Presentatie over: "Non, je n’ai pas de."— Transcript van de presentatie:

1 Non, je n’ai pas de

2 Vertaal en antwoord ontkennend !
Heb jij een paraplu ? Tu as un parapluie ? Non, je n’ai pas de parapluie.

3 Vertaal en antwoord ontkennend !
Heb jij een gom ? Tu as une gomme ? Non, je n’ai pas de gomme.

4 Vertaal en antwoord ontkennend !
Heb jij nu een les ? Tu as une leçon maintenant ? Non, je n’ai pas de leçon maintenant.

5 Vertaal en antwoord ontkennend !
Heb jij hier potloden ? Tu as des crayons ici ? Non, je n’ai pas de crayons ici.

6 Heeft Sébastien een broer ?
Vertaal en antwoord ontkennend ! Heeft Sébastien een broer ? Sébastien a un frère ? Non, il n’a pas de frère.

7 Heeft Claire een computer ?
Vertaal en antwoord ontkennend ! Heeft Claire een computer ? Claire a un ordinateur ? Non, elle n’a pas d’ordinateur.

8 Heeft mevrouw Bonnet een zoon?
Vertaal en antwoord ontkennend ! Heeft mevrouw Bonnet een zoon? Mme Bonnet a un fils ? Non, elle n’a pas de fils.

9 Heeft de leerkracht blaadjes voor ons ?
Vertaal en antwoord ontkennend ! Heeft de leerkracht blaadjes voor ons ? Le prof(fesseur) a des feuilles pour nous ? Non, il n’a pas de feuilles pour nous.

10 Vertaal en antwoord ontkennend !
Is er een feest vandaag ? Il ya une fête aujourd’hui ? Non, il n’y a pas de fête aujourd’hui.

11 Vertaal en antwoord ontkennend !
Is er hier een radio ? Il y a une radio ici ? Non, il n’y a pas de radio ici.

12 Zijn er stoelen in de klas ?
Vertaal en antwoord ontkennend ! Zijn er stoelen in de klas ? Il y a des chaises dans la classe ? Non, il n’y a pas de chaises dans la classe.

13 Hebben jullie een tafel ?
Vertaal en antwoord ontkennend ! Hebben jullie een tafel ? Vous avez une table ? Non, nous n’avons pas de table.

14 Hebben jullie konijnen ?
Vertaal en antwoord ontkennend ! Hebben jullie konijnen ? Vous avez des lapins ? Non, nous n’avons pas de lapins.

15 Vertaal en antwoord ontkennend !
Hebben jullie dieren ? Vous avez des animaux ? Non, nous n’avons pas d’animaux.

16 Hebben Emma en Eline een hond ?
Vertaal en antwoord ontkennend ! Hebben Emma en Eline een hond ? Emma et Eline ont un chien ? Non, elles n’ont pas de chien.

17 Hebben je ouders een kat ?
Vertaal en antwoord ontkennend ! Hebben je ouders een kat ? Tes parents ont un chat ? Non, ils n’ont pas de chat.

18 Hebben mijnh. en mevr. Lepic kinderen ?
Vertaal en antwoord ontkennend ! Hebben mijnh. en mevr. Lepic kinderen ? M. et Mme Lepic ont des enfants ? Non, ils n’ont pas d’enfants.