Kenmerk 47 Eenwording Europa - Les 1: Eenwording Europa

Presentatie over: "Kenmerk 47 Eenwording Europa - Les 1: Eenwording Europa"— Transcript van de presentatie:

1 Kenmerk 47 Eenwording Europa - Les 1: Eenwording Europa
1950-Heden - de tijd van televisie en computer Kenmerk 47 Eenwording Europa - Les 1: Eenwording Europa

2 H13: § 6: p 1950 1960 1965 1970 1975 1980 1985 1990 2000 2010 Samenwerking - start Het Marshallplan (1947) maakt samenwerking noodzakelijk De VS eisten dit alvorens steun te verlenen Steun in goederen en geld voor de wederopbouw Samenwerking die niet kwam met de landen in Oost-Europa, omdat deze hulp als een vorm van Amerikaanse imperialisme zagen

3 H13: § 6: p 1950 1960 1965 1970 1975 1980 1985 1990 2000 2010 Samenwerking - EGKS In 1951 wordt de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal opgericht. Doelstelling De Zes willen de productie van kolen en staal gemeenschappelijk beheren Economische voordelen Schaal vergroting & concurentievermindering Politieke voordeel Je houdt elkaars wapenproductie in de gaten Je moet concurreren met de SU Hiertoe wordt het Europees Parlement opgericht

4 Samenwerking - Europese Gemeenschap
H13: § 6: p 1950 1960 1965 1970 1975 1980 1985 1990 2000 2010 Samenwerking - Europese Gemeenschap Het succes van EGKS krijgt vervolg in de Europese Economische Gemeenschap. In 1957 werd deze in Rome opgericht Tevens richtte men Euratoom op In 1967 worden beide samengevoegd tot de Europese Gemeenschap In 1993 trad het verdrag van Maastricht in werking, waardoor de EU een feit werd

5 - Europese Gemeenschap - groei
H13: § 6: p 1950 1960 1965 1970 1975 1980 1985 1990 2000 2010 - Europese Gemeenschap - groei Het succes van de Gemeenschap trok om verschillende redenen nieuwe leden aan. Engeland kon haar oude koloniale banden niet opnieuw aanhalen en ging zich op het Continent richten (1973). Tegelijk kwamen Denemarken en Ierland erbij. Daarna volgende veel zuidelijke landen die mee wilden liften. Het succes nam ook blokkades bij Euro-sceptische landen weg

6 Minder samenwerking - politieke (on-)wil
H13: § 6: p 1950 1960 1965 1970 1975 1980 1985 1990 2000 2010 Minder samenwerking - politieke (on-)wil Frankrijk heeft onder De Gaulle (tot 1969) lange tijd nauwere politieke samenwerking tegengehouden Naar buiten toe tracht(-te) de EU/EG altijd eensgezind op te treden. In de praktijk lukte dit bij belangrijke gebeurtenissen vaak niet.

7 H13: § 6: p 1950 1960 1965 1970 1975 1980 1985 1990 2000 2010 Organisatie EU Hof van Justitie Deze controleert de Raad van Ministers op uitleg en toepassing van EU-regels

8 Einde van de natie-staat in Europa?
H13: § 6: p 1950 1960 1965 1970 1975 1980 1985 1990 2000 2010 Einde van de natie-staat in Europa? Idealiter woont binnen een natiestaat een homogene bevolkingsgroep. Kennen we dergelijke staten in Europa? Welke andere staatsvormen kennen we? Verliest de natiestaat aan betekenis binnen het Europa van de EU? Oorzaken Regionalisme (Friezen, Walen, Basken, enz.) Mondialisering De EU?