Download de presentatie
1
Hoofdstuk 1 Vermogensvorming
Beleggingsleer Siem de Ruijter Jan Van Doorslaer Hoofdstuk 1 Vermogensvorming
2
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Sparen en beleggen Inkomen Consumeren Sparen Onder matras steken Beleggen Bedoeling van beleggen Extra inkomen Vermogensgroei Risico © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
3
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Sparen en beleggen Oefening p. 17 Gaat het bij de onderstaande acties om beleggen of speculeren? Een aandeel kopen dat aangeraden is door een vriend. Hij heeft zelf net een pakket aandelen gekocht en zegt dat ze gaan stijgen. Aandelen kopen van een bedrijf, na uitvoerig de activiteiten en de cijfers van het bedrijf te hebben bestudeerd. Spelen met de lotto. Aandelen van een bedrijf kopen, omdat u denkt dat het overgenomen gaat worden. © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
4
Beoordelingscriteria van beleggingsvormen
Veiligheid Liquiditeit Return Fiscaliteit Kosten van de beleggingsvorm © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
5
Beoordelingscriteria van beleggingsvormen
Veiligheid Liquiditeit Return Fiscaliteit Kosten van de beleggingsvorm © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
6
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Veiligheid Welk risico neemt belegger? Spaarrekening <–> aandelen Risico Onzekerheid Wil daarvoor compensatie: risicopremie Ik heb aandelen – onderneming gaat failliet © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
7
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Veiligheid © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
8
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Soorten risico’s Koersrisico Debiteurenrisico Renterisico Valutarisico Inflatierisico © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
9
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Koersrisico Wat is toekomstige waarde? Spaarrekening Aandelen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
10
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Debiteurenrisico Uitgever komt afspraken niet (tijdig) na Rentebetaling Terugbetaling kapitaal Obligaties Bedrijven Staat © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
11
Extra info (zie hoofdstuk obligaties)
S & P Moody's Fitch Investment grade AAA Aaa AA+ Aa1 AA Aa2 AA- Aa3 A+ A1 A A2 A- A3 BBB+ Baa1 BBB Baa2 BBB- Baa3 Speculate grade BB+ Ba1 BB Ba2 BB- Ba3 B+ B1 B B2 B- B3 CCC+ Caa1 CCC Caa2 CCC- Caa3 CC Ca C D N/A © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
12
Extra info (zie hoofdstuk obligaties)
AAA zeer sterke capaciteit om de financiële verbintenissen na te komen. Highest Rating. Hoogste waardering of uitzonderlijke kwaliteit AA zeer sterke capaciteit om aan de financiële verplichtingen te voldoen A sterke capaciteit om aan de financiële verplichtingen te voldoen, maar enigszins gevoelig voor ongunstige economische omstandigheden en veranderingen in de omstandigheden BBB voldoende capaciteit om de financiële verplichtingen te voldoen, maar meer onderhevig aan ongunstige economische voorwaarden BBB- beschouwd als laagste investment grade door de marktdeelnemers BB+ beschouwd als hoogste speculatief door de marktdeelnemers BB minder kwetsbaar op korte termijn, maar geconfronteerd met grote onzekerheden om aan negatief lopende zakelijke, financiële en economische omstandigheden te voldoen op lange termijn B meer kwetsbaar voor ongunstige zakelijke, financiële en economische omstandigheden, maar op dit moment is de capaciteit nog aanwezig om aan financiële verplichtingen te voldoen CCC kwetsbaar en afhankelijk van gunstige zakelijke, financiële en economische voorwaarden om aan de financiële verplichtingen te voldoen CC zeer kwetsbaar C op dit moment zeer kwetsbaar voor omschreven verplichtingen en andere omstandigheden; er worden geen intresten meer betaald op lopende schulden D wanbetalingen op financiële toezeggingen; alle betalingen zijn gestaakt © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
13
Extra info (zie hoofdstuk obligaties)
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
14
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Renterisico Vaste rente (bv. kasbon) + bij dalende rente - bij stijgende rente Variabele rente (bv. spaarrekening) - bij dalende rente + bij stijgende rente Rente heeft ook invloed op koersen obligaties rente stijgt => koersen obligaties dalen rente daalt => koersen obligaties stijgen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
15
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Valutarisico Voorbeeld: USD Koers kan stijgen Koers kan dalen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
16
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
07/08/12 : 1 EUR = 1,24 USD © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
17
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
18
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
07/08/12 : 1 EUR = 1,24 USD © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
19
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
07/08/12 : 1 EUR = 1,24 USD © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
20
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Het inflatierisico Inflatie = geldontwaarding Producten en diensten worden duurder Je kan met eenzelfde bedrag minder aankopen dan voordien Spaarrekening 3 % Inflatie 2 % Dan hou je nog 1 % rendement over 1 000 EUR => EUR 20 EUR gaat op aan inflatie Reëel rendement: 10 EUR © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
21
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Het inflatierisico Inflatie België - consumentenprijsindex (CPI) Grafiek CPI België laatste jaar (augustus 2011 – juli 2012) Grafiek CPI België lange termijn Bron: Datum: 07/08/12 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
22
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Het inflatierisico © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer Bron: /09/11
23
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
24
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Het inflatierisico Inflatie Verenigde Staten - consumentenprijsindex (CPI) Grafiek CPI VS laatste jaar augustus 2011 – juli 2012) Grafiek CPI VS lange termijn Bron: Datum: 07/08/12 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
25
Marktrisico en specifiek risico
Doet zich voor bij aandelen afgeleide producten (opties, futures enz.) Marktrisico heel de markt Specifiek risico 1 bedrijf © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
26
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Marktrisico Voorbeelden oorlog wijziging rente economische groei algemeen beursklimaat politieke invloed werkloosheidsgraad wisselkoers vreemde valuta Rente daalt Spaarder loopt risico dat vergoeding op spaarrekening daalt Kredietcrisis Alle aandelen daalden aanzienlijk in waarde © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
27
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Specifiek risico 1 onderneming/aandeel Voorbeelden: tegenvallende winstcijfers verandering van directie geruchten overnamen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
28
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Marktrisico Wordt beïnvloed door verschillende factoren Rente Wijziging vennootschapsbelasting Conjunctuurcyclus Politiek Inflatie Gebeurtenissen in de wereld © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
29
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Marktrisico - rente Lage rente Om economie te stimuleren Goedkoper om te lenen voor gezinnen en bedrijven Economie reageert wel met vertraging Beurskoersen zullen hierdoor stijgen Hoge rente Om economie af te koelen Anders te hoge inflatie (holt koopkracht uit voor consument) Beurskoersen zullen hierdoor meestal dalen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
30
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Marktrisico – rente Grafieken - historische rente ECB Grafiek Europese rente ECB rentetarieven laatste jaar Grafiek Europese rente ECB langetermijngrafiek Bron: Datum: 07/08/12 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
31
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Marktrisico – rente Grafieken - historische rente FED Grafiek FED rente rentetarieven laatste jaar Grafiek FED rente lange termijn grafiek Bron: Datum: 07/08/12 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
32
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Marktrisico – rente Bron: Datum: 07/08/12 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
33
Marktrisico – wijziging vennootschapsbelasting
Hogere tarieven Minder winst voor bedrijven Daardoor lagere waardering Daardoor lagere beurskoersen Lagere tarieven Omgekeerde redenering © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
34
Marktrisico – wijziging vennootschapsbelasting
Bron: Datum: 07/08/12 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
35
Marktrisico – conjunctuurcyclus
Stippellijn = beurs Volle lijn = conjunctuur © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
36
Marktrisico – conjunctuurcyclus
Beurs loopt doorgaans 6-9 maanden voor op de conjunctuur Voorbeeld: Vanaf mei 2007: daling beurs Maart 2009: dieptepunt Pas sprake van verslechtering hele tijd na hoogtepunt op de beurs Vanaf maart 2009: opnieuw stijging beurskoersen Economische verbetering: pas tweede helft van 2009 Opnieuw verslechtering sinds midden 2011 tot midden 2012 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
37
Marktrisico – conjunctuurcyclus
Ondernemersvertrouwen Persbericht NBB augustus 2012 Bron: Datum: 07/08/12 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
38
Marktrisico – conjunctuurcyclus
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
39
Marktrisico – conjunctuurcyclus
Consumentenvertrouwen Bron: Datum: 07/08/12 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
40
Marktrisico – conjunctuurcyclus
Consumentenvertrouwen Bron: Datum: 07/08/12 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
41
Marktrisico – politiek
Politieke instabiliteit Slecht voor economisch klimaat/beurs Politieke beslissingen Voorbeeld: maximumtarieven gsm Goed voor consument Slecht voor telecombedrijven (winst onder druk) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
42
Marktrisico – inflatie
Onder controle houden van inflatie Goed signaal voor de beurs Eerste jaarhelft 2008 Hoge inflatie (tijdelijk liep die op tot 5 %) Reden: hoge olieprijzen Als overheden veel geld bijdrukken: inflatie Deflatie: daling prijspeil Ook niet goed voor beurs Reden: consumenten stellen aankoopbeslissing uit Beste scenario: lichte inflatie 2 % Criterium ECB © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
43
Marktrisico – gebeurtenissen in de wereld
Aanslag WTC New York 2001 Beurs korte tijd gesloten geweest Mexicaanse griep (begin 2009) Invloed bleek achteraf gezien beperkt Oorlogen VS en Afghanistan/Irak Stijgende beurzen Massale investeringen Leger, wapenindustrie, vliegtuigsector, producenten oorlogsschepen, toeleveranciers enz. © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
44
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Aanslag WTC 11 september 2001 Bron: © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
45
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Mexicaanse griep maart 2009: Mexico april 2009: VS en andere landen: : pandemie Bron: © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
46
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Aardbeving Japan 11 maart 2011 Bron: © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
47
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Specifiek risico 1 onderneming/aandeel Voorbeeld: Staking bij warenhuisketen Carrefour begin 2009 Sectorgenoten deden het in die periode beter op de beurs © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
48
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Bron:
49
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Specifiek risico Plannen of geruchten rond overnames of fusies Koers overnemer Daalt vaak Moet vaak veel betalen Hiervoor gaan lenen of nieuwe aandelen uitgeven (verwatering winst per aandeel voor de bestaande) Gaat overname lukken (onzekerheid ) Gaat overname verhoopte resultaat geven (onzekerheid) Koers prooi Stijgt meestal Overnemer zal immers prijs moeten betalen die hoger is dan de koers (anders zullen aandeelhouders niet willen verkopen) Geruchten kunnen vaak al genoeg zijn om koersen te doen oplopen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
50
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Overname gaat niet door Start overnamegeruchten Yahoo door Microsoft © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer Bron:
51
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
In april 2009 leiden geruchten dat Sun Microsystems zou worden overgenomen door IBM tot een stijging van de koers van Sun Microsystems met 75 % op 1 dag Uiteindelijk wordt het op 28 januari 2010 overgenomen door Oracle voor $ 7 miljard. © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
52
Marktrisico vs. specifiek risico
Specifiek risico kan men verminderen door te spreiden over verschillende beleggingsvormen aandelen, obligaties, vastgoed … = strategische diversificatie binnen elke beleggingsvorm geld nog verder te verdelen Geld dat men investeert in aandelen verdelen over verschillende aandelen = detaildiversificatie Verschillende sectoren = tactische diversificatie belegd vermogen wordt zo minder afhankelijk van prestaties van één aandeel © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
53
Marktrisico vs. specifiek risico
kan moeilijker vermeden worden door specifieke diversificatie kan men dit toch inperken Voorbeeld tussen november 2008 en begin december 2009 Goudmijnaandelen Sectoren telecom, voeding enz. bleken minder last te hebben van beursdalingen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
54
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Kredietcrisis Koers goud Bron: © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
55
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Eurostoxx 50 versus Tracker op telecom Bron: © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
56
Tracker op voeding/drank
Eurostoxx 50 versus Tracker op voeding/drank Bron: © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
57
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Holdings Diversificatie automatisch toegepast daardoor minder last van specifieke risico’s Als één onderneming het niet goed doet, kan dit worden gecompenseerd met resultaten andere ondernemingen Voorbeelden beurs Brussel Ackermans & Van Haaren GBL Sofina © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
58
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
versus Ackermans & van Haaren Bron: © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
59
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Eurostoxx 50 versus Ackermans & van Haaren Bron: © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
60
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
versus holdings Bron: © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
61
Beoordelingscriteria van beleggingsvormen
Veiligheid Liquiditeit Return Fiscaliteit Kosten van de beleggingsvorm © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
62
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Liquiditeit Verhandelbaarheid Omzetbaarheid in liquide middelen Liquide of niet Spaarrekening? Kasbon? Aandelen? bekende aandelen onbekende aandelen free float let op: aandeel kan in waarde dalen, als men het wil verkopen moet men dus rekening houden met eventuele minderwaarde Onroerend goed? © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
63
Beoordelingscriteria van beleggingsvormen
Veiligheid Liquiditeit Return Fiscaliteit Kosten van de beleggingsvorm © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
64
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Return Rendement Rechtstreekse opbrengst uit belegging = intrest op spaarrekening, intrest op obligatie, dividend op een aandeel Return Rendement + eventuele meer-/minderwaarde Kasbon: op voorhand gekend? Spaarrekening? Obligatie (in vreemde valuta)? Aandelen? © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
65
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Return - oefening Oefening p. 29 Een aandeel steeg over een periode van 4 maand van 38,00 EUR naar 52,00 EUR. In dezelfde periode werd een dividend toegekend van 1,20 EUR. Rendement? Return? © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
66
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Rendement Op jaarbasis: om te kunnen vergelijken Return 2 % op 2 weken Return 2 % op 1 jaar Kan uit verschillende componenten bestaan Voorbeeld: spaarrekening Basisrente + getrouwheidspremie Inflatie Voor inflatie: nominaal rendement Na inflatie: reëel rendement Belastingen en kosten Brutorendement: voor aftrek van belastingen en kosten Nettorendement: na aftrek voor belastingen en kosten © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
67
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Historische returns Periode 1900 – 2008 R = reële return (na aftrek van inflatie) N = nominale return (zonder rekening te houden met inflatie) Land Aandelen (R) Obligaties (R) Sparen (R) Aandelen (N) Obligaties (N) Sparen (N) België 1,9 % - 0,1 % - 0,3 % 5,5 % 7,4 % Denemarken 4,6 % 3,0 % 2,3 % 8,7 % 7,1 % 6,3 % Duitsland - 1,6 % 8,0 % 3,1 % 4,4 % Frankrijk 3,2 % - 0,2 % - 2,8 % 10,7 % 4,3 % Ierland 3,5 % 1,1 % 0,7 % 8,1 % 5,1 % Italië - 1,7 % - 3,7 % 10,6 % 6,7 % Nederland 4,7 % 1,4 % 7,7 % 3,7 % Spanje 0,4 % 9,6 % 7,2 % Verenigd Koninkrijk 9,2 % 5,4 % 5,0 % Zweden 2,5 % 11,1 % 6,2 % 5,6 % Gemiddelde 3,9 % 0,72 % 0,02 % 8,92 % 6,01 % 5,08 % © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
68
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Historische returns Periode 1900 – 2008 R = reële return (na aftrek van inflatie) N = nominale return (zonder rekening te houden met inflatie) Land Aandelen (R) Obligaties (R) Sparen (R) Aandelen (N) Obligaties (N) Sparen (N) Australië 7,3 % 1,5 % 0,7 % 11,4 % 5,5 % 4,6 % Canada 5,9 % 2,1 % 1,6 % 9,1 % 5,2 % 4,8 % Japan 3,8 % - 1,2 % - 2,0 % 11,2 % 5,0 % Noorwegen 1,7 % 1,2 % 7,7 % Verenigde Staten 6,0 % 1,0 % 9,2 % 4,0 % Zuid-Afrika 7,1 % 1,8 % 12,3 % 6,8 % Zwitserland 4,1 % 2,6 % 0,8 % 6,5 % 3,2 % © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
69
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Historische returns Periode 1991 – (bron: overzicht historische returns KBC ) © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
70
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Indien je ouders bij je geboorte een bedrag zouden beleggen van EUR, en dit zouden beleggen tot je 20ste verjaardag, dan zou dit op een spaarrekening een nominaal gemiddeld jaarlijks rendement geven van 5,08 %, op obligaties van 6,01 % op aandelen van 8,92 %. De EUR die ze belegd zouden hebben zou op een spaarrekening zijn aangegroeid tot EUR, bij obligaties tot EUR bij aandelen tot EUR. Indien we rekening houden met inflatie zou de spaarrekening een reëel gemiddeld jaarlijks rendement van 0,02 %, obligaties 0,72 % aandelen 3,90 %. We zien dus dat de spaarrekening en obligaties amper de inflatie dekken. Onze EUR zou na 20 jaar, rekening houdend met inflatie, immers gelijk staan met een spaarrekening van EUR een obligatieportefeuille van ,21 of een aandelenportefeuille van EUR. © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
71
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Invloeden op return Hoogte van de rente Algemene stemming op de beurs Waarde van vreemde valuta Economische verwachtingen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
72
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Invloeden op return Hoogte van de rente Rentestijging Bestaande obligaties dalen in waarde nieuw uitgegeven obligaties geven immers hogere rente Beleggers houden geld op spaarrekening want rente wordt interessanter en kopen daardoor geen aandelen Voor ondernemingen wordt het duurder om te lenen = minder winst = lagere beurskoersen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
73
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Invloeden op return Algemene stemming op de beurs positieve stemming: stierenmarkten negatieve stemming: berenmarkten Beurs Frankfurt Beurs NY © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
74
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Invloeden op return Waarde vreemde valuta daling munt beleggingen in die munt worden minder waard ondernemingen die omzet realiseren in die munt zullen minder winst realiseren in lokale munt negatief effect op aandelenkoers © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
75
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Invloeden op return Economische verwachtingen Goed => stijgende aandelenkoersen Slecht => dalende aandelenkoersen © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
76
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Risico en return Hebzucht - angst Hogere return: moet men meer risico nemen Bediende - zelfstandige Spaarrekening - aandelen Spaarrekening bank A geeft hogere rente dan die van bank B © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
77
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Risico en return Extra vergoeding voor risico: risicopremie 2 modellen: Capital Asset Pricing Model (CAPM) Sharpe ratio © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
78
Kracht van kapitalisatie
Jaarlijks rendement wordt bij het kapitaal gevoegd Zodat rendement het jaar erop op een grotere kapitaalbasis wordt berekend Zie ook bespreking return kasbon p © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
79
Kracht van kapitalisatie
Voorbeeld Belegging 100 EUR – 3 jaar – 4 % Opbrengst jaar 1: 100 EUR x 4 % = 4,00 EUR Opbrengst jaar 2: (100 EUR + 4,00 EUR) x 4 % = 4,16 EUR Opbrengst jaar 3: (100 EUR + 4,00 EUR + 4,16 EUR) x 4 % = 4,33 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
80
Beoordelingscriteria van beleggingsvormen
Veiligheid Liquiditeit Return Fiscaliteit Kosten van de beleggingsvorm © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
81
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Fiscale gevolgen Bruto <–> netto Intresten: RV 21 % Vrijstelling intresten spaarrekening (1 830 EUR – aanslagjaar 2012) Dividenden: RV 25 % of 21 % Meerwaarde: vrijgesteld van belasting Mogelijkheden Afhouding aan de bron Via belastingaangifte © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
82
Beoordelingscriteria van beleggingsvormen
Veiligheid Liquiditeit Return Fiscaliteit Kosten van de beleggingsvorm © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
83
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Kosten Kosten spelen belangrijke rol op uiteindelijke return 5 % return – 2 % kosten Bruto return: 5 % Netto return: 3 % Spaarrekening: doorgaans gratis Aandelen kopen en verkopen Grootbank versus online bank Fondsen Instap- en uitstapkosten Beheerskosten, administratiekosten en bewaarkosten © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
84
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
MiFID Sinds 1/11/07 Europese richtlijn Moet zorgen voor betere evenredigheid tussen Voorgestelde producten Risicoprofiel klant © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
85
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
MiFID Know your customer regels die de kennis over de cliënt moeten bevorderen Inform your customer regels waardoor de financiële instellingen verplicht worden om hun cliënten te informeren over mogelijke risico’s in verband met het beleggingsproduct Organisation of the financial institution regels waarbij financiële instelling hun interne organisatie en bedrijfsuitvoering moeten optimaliseren Best execution in markets regels om orders in financiële instrumenten optimaal uit te voeren © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
86
© Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
MiFID Uit: MiFID in de praktijk, brochure van Febelfin uit 2007 © Uitgeverij De Boeck Beleggingsleer
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.