Overzicht van de stofwisseling

Presentatie over: "Overzicht van de stofwisseling"— Transcript van de presentatie:

1 Overzicht van de stofwisseling

2 Wat hebben jullie gisteren gegeten?

3 Opname van stoffen uit de buitenwereld
Verandering Opgenomen stoffen Afgegeven stoffen = stofwisseling

4 Opname van stoffen uit de buitenwereld
Zuurstof CO2 en H2O Koolstofdioxide en water Verandering Opgenomen stoffen Afgegeven stoffen = stofwisseling

5 Wat kan men onder stofwisseling rekenen?
Voedselopname Haaruitval Voedselvertering Bloedsomloop Nagelbijten Ademhaling Neuspeuteren Afscheiding Ontlasting tandenpoetsen

6 Opmerking Voedingsstoffen Omgevormd = vertering
Al het voedsel dat we eten is eigenlijk ongeschikt om opgenomen te worden in ons lichaam Voedingsstoffen Omgevormd = vertering

7 Bespreking van 2 soorten stofwisseling
Verteren Ademhaling

8 Verteren

9 Afbraak of splitsing zodat ze door de darmwand kunnen passeren

10 Hoe gebeurt dit? Kijk eens Het gebeurt door … Enzymen

11 Waar zitten de enzymen? Speeksel Maagsap Alvleessap darmsap

12 = ademhaling Ademhaling O2 Zuurstof CO2 en H2O
Koolstofdioxide en water Verandering Opgenomen stoffen Afgegeven stoffen = ademhaling

13 2 soorten ademhaling Longademhaling
Weefselademhaling : verbrandingsproces in levende cellen.

14 Weten jullie het nog? Hoe noemt men de verandering die opgenomen stoffen ondergaan in ons lichaam? Stofwisseling

15 Weten jullie het nog? Welke soorten stofwisseling kennen jullie?
Voedselopname Voedselvertering Bloedsomloop Ademhaling Afscheiding Ontlasting

16 Weten jullie het nog? Hoe noemt men de omvorming van voedsel tot voedingsstoffen? De vertering

17 Weten jullie het nog? Wat doen enzymen?
Zij helpen bij de afbraak en splitsing van voedingstoffen

18 Weten jullie het nog? Geef enkele voorbeelden waar enzymen in voorkomen? Speeksel Maagsap Alvleessap Darmsap

19 Weten jullie het nog? Wat is ademhaling?
Opname van zuurstof en afgifte van koolstofdioxide en water.

20 Weten jullie het nog? Noem twee soorten ademhaling Longademhaling
weefselademhaling

21 Vervoer van stoffen Voorbeeld van de vertering van koolhydraten.
Na vertering gebeurt er een opname door de darmwand in het bloed van Zuurstof Koolzuurgas (CO2) Voedingsstoffen

22 Vervoer van stoffen Soorten vervoer:
Vervoer van energie leverende stoffen : O2 Vervoer van bouwstoffen Vervoer van afvalstoffen Lymfe

23 Vervoer van energie leverende stoffen: O2
Grote bloedsom-loop: Zorgt voor vervoer door heel het lichaam Naar alle organen en weefsels

24 Kleine bloedsomloop: Door longen naar het hart en terug.

25 Vervoer van bouwstoffen
Voedingstoffen worden opgenomen in de dunne darm. Veel vertakte adertjes komen samen in de poortader. Deze komt uit in de lever. Alle schadelijke stoffen worden omgezet Suiker wordt eruit gehaald. Hoe werkt dat?

26

27

28

29 Vervoer van afvalstoffen
Welke afvalstoffen ken je? CO2 H2O Verbrandingsproducten Hoe wordt dit vervoerd? Door bloedvloeistof.

30 Vervoer van afvalstoffen
Naar waar wordt dit vervoerd? Nieren Lever Longen huid

31 Lymfe Wat is Lymfe? = Een deel van het bloedvloeistof dat door de wand van de haarvaten geperst wordt en het weefsel doordrenkt. Het bevat geen rode bloedcellen maar wel witte bloedcellen

32 Lymfe Hoe stroomt het? Door een eigen vatensystemen
Stroomt in 1 richting naar het hart Heeft geen pomp Vaten: lymfevaten en lymfeknopen

33 Lymfe Het lymfestelsel bevat veel lymfocyten en speelt een belangrijke rol bij de afweerreactie (= immuunreactie) van het lichaam tegen infecties met micro-organismen, zoals bacteriën en virussen. lymfocyten worden continu aangemaakt in het beenmerg

34 Vervoer van stoffen Vervoer van energie leverende stoffen : O2
Grote bloedsomloop Kleine bloedsomloop Vervoer van bouwstoffen Via dunne darm naar lever Vervoer van afvalstoffen CO2 , H2O, verbrandingsproducten door bloedvloeistof naar nieren, lever, longen en huid Lymfestelsel Eigen vatensysteem met bloedvloeistof met witte bloedcellen dat naar het hart stroomt. Belangrijk tegen infecties.

35 Verbruik van stoffen Stofwisseling =
opbouwstofwisseling + afbraakstofwisseling Of Metabolisme = Anabolisme + katabolisme

36 Anabolisme Alle processen die nodig zijn voor de opbouw (kweken van ) en herstel (herstel van )

37 Welke voedingsstoffen zijn voor anabolisme nodig?
Eiwitten en mineralen

38 Eiwitstofwisseling Er is een verschil met de suikerstofwisseling
Er zijn geen eiwitreserves Na de maaltijd : Eiwitten aminozuren Aminozuren  bloedeiwitten Overtollige worden afgebroken

39 Katabolisme = Alle processen waarbij door afbraak arbeidsvermogen wordt vrijgemaakt. Nodige voedingsstoffen: Vetten Koolhydraten of suikers Suiker + zuurstof geeft koolstofdioxide CO2 + H2O+ energie

40 Suikerstofwisseling Na een maaltijd  bloed is rijk aan suiker
Glucose wordt omgezet naar glycogeen in de lever 2 hormonen zorgen hiervoor Insuline Adrenaline Bij problemen: diabetes

41 Suikerstofwisseling Wat als de suiker op is? Appelflauwte
Vetten en eiwitten uit het lichaam worden suiker.

42 Quiz

43 Wat is de functie van de grote bloedsomloop?
Zorgt voor het vervoer door heel het lichaam. Vervoert de stoffen naar alle organen en weefsels

44 Wat is de kleine bloedsomloop?
De kleine bloedsomloop loopt door de longen naar het hart en terug.

45 Welke organen verbindt de poortader?
De dunne darm en de lever.

46 Welke afvalstoffen ken je?
CO2 H2O Verbrandingsproducten

47 Hoe worden de afvalstoffen vervoerd?
Door bloedvloeistof

48 Naar waar worden de afvalstoffen vervoerd?
Nieren Lever Longen Huid

49 Hoe stroomt lymfe? Door een eigen vatensysteem
Het stroomt in de richting van het hart. Het heeft geen pomp

50 Waarvoor dient het lymfestelsel?
Het speelt een belangrijke rol bij de afweerreactie.

51 Hoe noemt men anabolisme + katabolisme
Metabolisme

52 Wat is anabolisme? Opbouwstofwisseling
Alle processen die nodig zijn voor het kweken van spieren en herstel van beenbreuken

53 Welke voedingsstoffen zijn nodig voor anabolisme?
Eiwitten en mineralen

54 Wat is katabolisme? Alle processen waarbij door afbraak energie wordt vrijgemaakt.

55 Welke voedingsstoffen zijn er nodig voor katabolisme
Vetten en koolhydraten.