Download de presentatie
1
Weglopen Johanna Kruit
2
Weglopen Ik loop de weg steeds verder weg. Nu ben ik zonder huis
Weglopen Ik loop de weg steeds verder weg. Nu ben ik zonder huis. En ieder woord dat is gezegd duwt me vooruit. Stop Nee Stom Nee Rot
3
Weglopen Ik loop de weg steeds verder weg. Nu ben ik zonder huis
Weglopen Ik loop de weg steeds verder weg. Nu ben ik zonder huis. En ieder woord dat is gezegd duwt me vooruit. Stop Nee Stom Nee Rot
4
Weglopen Ik loop de weg steeds verder weg. Nu ben ik zonder huis
Weglopen Ik loop de weg steeds verder weg. Nu ben ik zonder huis. En ieder woord dat is gezegd duwt me vooruit. Stop Nee Stom Nee Rot
5
De avond doet de gordijnen dicht. De wind trekt aan mijn haar
De avond doet de gordijnen dicht. De wind trekt aan mijn haar. Het regent wat op mijn gezicht. Of huil ik nou? - Wat raar!
6
De avond doet de gordijnen dicht. De wind trekt aan mijn haar
De avond doet de gordijnen dicht. De wind trekt aan mijn haar. Het regent wat op mijn gezicht. Of huil ik nou? - Wat raar!
7
De avond doet de gordijnen dicht. De wind trekt aan mijn haar
De avond doet de gordijnen dicht. De wind trekt aan mijn haar. Het regent wat op mijn gezicht. Of huil ik nou? - Wat raar!
8
Er komt een fietser op de dijk. Wat doet die hier zo laat
Er komt een fietser op de dijk. Wat doet die hier zo laat? Ik wil niet kijken maar ik kijk tot vader voor me staat
9
Er komt een fietser op de dijk. Wat doet die hier zo laat
Er komt een fietser op de dijk. Wat doet die hier zo laat? Ik wil niet kijken maar ik kijk tot vader voor me staat
10
Er komt een fietser op de dijk. Wat doet die hier zo laat
Er komt een fietser op de dijk. Wat doet die hier zo laat? Ik wil niet kijken maar ik kijk tot vader voor me staat
11
Er komt een fietser op de dijk. Wat doet die hier zo laat
Er komt een fietser op de dijk. Wat doet die hier zo laat? Ik wil niet kijken maar ik kijk tot vader voor me staat
12
Ik wil niks zeggen maar ik praat
Ik wil niks zeggen maar ik praat. Zijn hand ligt op mijn haar Kom, zegt hij, kom, het is al laat. Stil nu maar. Praat
13
Ik wil niks zeggen maar ik praat
Ik wil niks zeggen maar ik praat. Zijn hand ligt op mijn haar Kom, zegt hij, kom, het is al laat. Stil nu maar. Praat
14
Ik wil niks zeggen maar ik praat
Ik wil niks zeggen maar ik praat. Zijn hand ligt op mijn haar Kom, zegt hij, kom, het is al laat. Stil nu maar. Praat
15
Ik wil niks zeggen maar ik praat
Ik wil niks zeggen maar ik praat. Zijn hand ligt op mijn haar Kom, zegt hij, kom, het is al laat. Stil nu maar. Kom, kom het is al laat. Stil nu maar.
16
Nu gaan we samen op de fiets. Ik denk aan niets.
17
Nu gaan we samen op de fiets. Ik denk aan niets.
18
Nu gaan we samen op de fiets. Ik denk aan niets.
19
Weglopen Ik loop de weg steeds verder weg. Nu ben ik zonder huis
Weglopen Ik loop de weg steeds verder weg. Nu ben ik zonder huis. En ieder woord dat is gezegd duwt me vooruit. De avond doet de gordijnen dicht. De wind trekt aan mijn haar. Het regent wat op mijn gezicht. Of huil ik nou? - Wat raar! Er komt een fietser op de dijk. Wat doet die hier zo laat? Ik wil niet kijken maar ik kijk tot vader voor me staat. Ik wil niks zeggen maar ik praat. Zijn hand ligt op mijn haar Kom, zegt hij, kom, het is al laat. Stil nu maar. Nu gaan we samen op de fiets. Ik denk aan niets. Johanna Kruit
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.