Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Koolwaterstoffen
2
Koolwaterstoffen Isomeren: zelfde molecuulformule andere structuurformule Kookpunt isomeren: vertakt lager kookpunt dan onvertakt
3
De algemene molecuulformule van een alkaan is:
Alkanen H | H— C—H | H H H H | | | | | | H—C—C—C— of —C—C—C— | | | | | | H H H CH4 C3H8 H H | | H— C—C—H | | H H C2H6 | | | | —C—C—C—C— | | | | C4H10 De algemene molecuulformule van een alkaan is: CnH2n+2
4
Naamgeving alkanen: lineair
Het aantal C-atomen in de langste ononderbroken keten bepaalt de naam van het molecuul. Aantal C op rij structuurformule naam methaan H | H— C—H | H ethaan H H | | H— C—C—H | | H H | | | —C—C—C— | | | propaan | | | | —C—C—C—C— | | | | butaan
5
Naamgeving alkanen: lineair
Aantal C op rij structuurformule naam pentaan | | | | | -C-C-C-C-C- | | | | | | | | | | | -C-C-C-C-C-C- | | | | | | hexaan | | | | | | | -C-C-C-C-C-C-C- | | | | | | | heptaan | | | | | | | | -C-C-C-C-C-C-C-C- | | | | | | | | octaan
6
Naamgeving alkanen: lineair
Aantal C op rij structuurformule naam | | | —C—C—C— | | | | —C—C— | | —C— | 6 hexaan Of ook wel weergegeven met
7
Naamgeving alkanen: cyclisch
De C-atomen kunnen ook in een ring zitten cyclo-alkaan. De naamgeving gaat hetzelfde alleen wordt nu de toevoeging cyclo voor de rest van de naam gezet. Aantal C-atomen op rij in de ring structuurformule naam cyclo pentaan 5 Tussendoortje
8
Naamgeving alkanen: vertakt
Het aantal C-atomen in de langste ononderbroken keten bepaalt de naam van het molecuul. Het aantal C-atomen in de zijketen bepaalt de naam van de zijgroep. De naam van de zijgroep eindigt op –yl. CH | | | | | | — C—C—C—C—C—C — | | | | | | CH CH | | | | | — C—C—C—C—C— | | | | | | —C—C— | | 2e 1e 2e 4e heptaan dimethyl 2,4- 2- methyl hexaan
9
Naamgeving organische moleculen: vertakt oefenen
Het aantal C-atomen in de langste ononderbroken keten bepaalt de naam van het molecuul. Je begint te tellen aan de kant waar je het eerste een zijgroep tegenkomt en blijft van die kant af door tellen. De volgorde van de zijgroepen is alfabetisch (NB: reken de voorvoegsels di, tri, etc niet mee in de naam) CH | | | | | — C—C—C—C—C— | | | | | | CH —C—C— | | | | | | | | —C—C—C—C—C—C— | | | | | | CH C2H5 4-ethyl-2-methyl hexaan 2,2-dimethylheptaan
10
Naamgeving organische moleculen: vertakt en cyclisch oefenen
Geef de namen van onderstaande moleculen CH CH | | | | | — C—C—C—C—C—CH | | | | | CH3 CH CH | | | | | CH3—C—C—C—C—C—CH | | | | | CH C2H5 CH3 CH | | | | | | — C—C—C—C—C—C — | | | | | | 2-methylhexaan 2,2,4-trimethylhexaan 4-ethyl-2,2,5,6-tetramethyl heptaan CH | | —C—CH2—C—CH | | —C—CH2— C—C2H | | C3H7 | H3C—CH — C—CH | | CH2— C—C2H | C2H5 1,1-diethyl-2,3-dimethyl cyclobutaan 1-ethyl-2,2-dimethyl-1-propyl cyclohexaan
11
Naamgeving alkanen: isomeren
Van moleculen kunnen verschillende vormen bestaan. Dit noemen we isomeren. Isomeren zijn moleculen met dezelfde molecuulformule maar een andere structuurformule. | | | | —C—C—C—C— | | | | | | | —C—C—C— | | | —C— | butaan = C4H10 Methylpropaan = C4H10
12
Naamgeving alkanen: isomeren
Geef de structuurformules en namen van alle isomeren van C5H12 | | | | | —C—C—C—C—C— | | | | | pentaan | | | | —C—C—C—C— | | | | —C— | 2-methylbutaan | —C— | | | —C—C—C— | | | —C— | dimethylpropaan
13
Naamgeving alkanen: isomeren
Geef de structuurformules en namen van alle isomeren van C6H14 | | | | | | —C—C—C—C—C—C— | | | | | | | —C— | | | | —C—C—C—C— | | | | —C— | hexaan 2,2-dimethylbutaan | | | | | —C—C—C—C—C— | | | | | —C— | 2-methylpentaan | —C— | | | | —C—C—C—C— | | | | —C— | 2,3-dimethylbutaan | | | | | —C—C—C—C—C— | | | | | —C— | 3-methylpentaan
14
Naamgeving alkanen: isomeren
Geef de structuurformules en namen van alle isomeren van C7H16 | | | | | | | —C—C—C—C—C—C—C— | | | | | | | | —C— | | | | | —C—C—C—C—C— | | | | | —C— | heptaan 2,2-dimethylpentaan | | | | | | —C—C—C—C—C—C— | | | | | | —C— | 2-methylhexaan | —C— | | | | | —C—C—C—C—C— | | | | | —C— | | | | | | | —C—C—C—C—C—C— | | | | | | —C— | 3-methylhexaan 2,3-dimethylpentaan CH | | | | —C—C—C—C— | | | | CH3 CH3 | | | | | —C—C—C—C—C— | | | | | C2H5 3-ethylpentaan 2,2,3-trimethylbutaan
15
Naamgeving koolwaterstoffen: kenmerkende groepen
Kenmerkende groep Naam als ‘hoofdgroep’ Naam als ‘zijgroep’ = achtervoegsel = voorvoegsel O || -C-OH of COOH of -CH2-OH H | -N-H (of NH2) -zuur -ol hydroxy- amino- -amine
16
Naamgeving koolwaterstoffen: kenmerkende groepen
Kenmerkende groep Naam als ‘hoofdgroep’ Naam als ‘zijgroep’ = achtervoegsel = voorvoegsel -yn -C≡C C=C- | | H H Cl , Br, I , F -een Chloor-, broom-, jood-, fluor- fenyl- -benzeen
17
Naamgeving koolwaterstoffen: kenmerkende groepen oefenen
4-hydroxy-2-methylpentaanzuur 2,3-dibroom-3-chloorbutaan-1-amine 2-amino-5,7-octadieen-1,3,4,5,8-pent(a)ol Of beter 7-amino-1,3-octadieen-1,4,5,6,8-pent(a)ol
18
Naamgeving koolwaterstoffen: kenmerkende groepen oefenen
5-fenyl-2-hepteenzuur 2,4-dibroom-2,7-dichloor-3,6-diethyl-1,1,5-trifluor-4,5-dimethyl octaan-1-amine
19
Naamgeving koolwaterstoffen: cis-trans isomeren
trans-1,2-dichlooretheen cis-1,2-dichlooretheen trans-1,2-dichloorpropeen cis-1,2-dichloorpropeen 1,2-dichloorpropaan
20
Naamgeving koolwaterstoffen: cis-trans isomeren
Wanneer komt in de naam trans- te staan ?? trans-1,2-di chloorpropeen trans-1,2-di chlooretheen trans betekent dat links en rechts van de dubbele binding 2 verschillende groepen aanwezig zijn én dat één van de genoemde groepen boven en de andere onder de dubbele binding zit. cis-1,2-di chlooretheen cis-1,2-di chloorpropeen
21
Naamgeving koolwaterstoffen: cis-trans isomeren
Wanneer komt in de naam cis- te staan ?? trans-1,2-di chloorpropeen trans-1,2-di chlooretheen cis betekent dat links en rechts van de dubbele binding 2 verschillende groepen aanwezig zijn én dat allebei de genoemde groepen boven óf allebei onder de dubbele binding zitten cis-1,2-di chlooretheen cis-1,2-di chloorpropeen
22
Naamgeving koolwaterstoffen: cis-trans isomeren
Samengevat: Om cis/trans isomerie te krijgen moet er een dubbele binding in het molecuul aanwezig zijn én moeten links én rechts van de dubbele binding 2 verschillende groepen aanwezig zijn. Cis betekent dat links én rechts van de dubbele binding 2 verschillende groepen aanwezig zijn én dat de genoemde groepen allebei boven of allebei onder de dubbele binding zitten Trans betekent dat links en rechts van de dubbele binding 2 verschillende groepen aanwezig zijn én dat een van de genoemde groepen boven en de andere onder de dubbele binding zit.
23
Naamgeving koolwaterstoffen: cis-trans isomeren oefenen
Geef de correcte systematische namen van de volgende stoffen 1 2 3 4 1: trans-2-hexeen 2: 1-buteen 3: trans-3-hexeen 4: cis-4-octeen
24
Fossiele-, alternatieve brandstoffen en milieu
Fossiele brandstoffen zijn miljoenen jaren geleden ontstaan uit oude planten- (steenkool) en micro-organismenresten (aardolie) NB: Aardgas is een ‘bijproduct’ hiervan Aardolie is een mengsel en heeft per bron een andere samenstelling en bestaat hoofdzakelijk uit koolwaterstoffen Globale samenstelling aardolie: 83 m% C ; 12 m% H; 3 m% S; 1 m% O; 1 m% N
25
Fossiele-, alternatieve brandstoffen en milieu
Globale samenstelling aardolie: 83 m% C ; 12 m% H; 3 m% S; 1 m% O; 1 m% N Vormt CO2 Mogelijk een versneld broeikaseffect Vormt SO2 Met zuurstof en water een oorzaak van zure regen Vormt NOx Met zuurstof en water een oorzaak van zure regen
26
Fossiele-, alternatieve brandstoffen en milieu
Aardgas heeft als voordeel dat het makkelijk te transporteren is en vrijwel geen zwavel bevat minder milieuonvriendelijk Aardgas wordt gemengd zodat het een vrijwel contante verbrandingswarmte heeft Een deel van het aardgas wordt gereformed voor gebruik in de industrie: CH4 + H2O CO + H2 De H2 kan verder gebruikt worden voor bv NH3 produktie
27
Fossiele-, alternatieve brandstoffen en milieu
Industrie: SO2 zure regen door reactie met H2O en O2 in de lucht NOx zure regen door reactie met H2O en O2 in de lucht NOx onstaat o.a. door reactie van N2 met O2 bij hoge T CO door onvolledige verbranding van koolstofverbindingen wordt uiteindelijk omgezet in CO2. Verder nadelig effect voor de mens bij inademen op straatniveau CO2 door volledige verbranding van koolstofverbindingen broeikasgas
28
Fossiele-, alternatieve brandstoffen en milieu
Verkeer (gemotoriseerd) SO2 door gebruik niet ontzwavelde diesel NOx , CO , CO2 zie industrie CpHq onverbrande benzine Door de driewegkatalysator wordt een deel van deze stoffen bij een benzinemotor omgezet in minder schadelijke stoffen: 2 CO + O2 2 CO2 ; 2 CO 2 NO N2 + 2 CO2 4 CpHq + (4p+q) O2 4p CO2 + 2q H2O Om de uitstoot van roet bij een dieselmotor (fijn stof = zeer slecht voor de longen) tegen te gaan wordt gebruik gemaakt van een roetfilter.
29
Fossiele-, alternatieve brandstoffen en milieu
Broeikaseffect Door de aanwezigheid van broeikasgassen (CO2, H2O en CH4) in de atmosfeer hebben wij de mogelijkheid tot leven op de aarde. Als de samenstelling van de atmosfeer verandert zal ook de opname/afgifte van warmte veranderen en kan het klimaat veranderen. De mens heeft zijn invloed hierop maar er is een flinke discussie aan de gang hoe groot deze is. Er zijn ook wetenschappers die kunnen beargumenteren dat de aarde niet opwarmt maar juist afkoelt.
30
alternatieve energie Soort Voorbeeld 1 Voorbeeld 2 zon wind aarde
wind ; ;van_windenergie.html?trailer=25 aarde / Waterstof Biomassa (biodiesel) water
31
Petrochemische industrie
32
Petrochemische industrie
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.