De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Inkomen les 8 37 t/m 46.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Inkomen les 8 37 t/m 46."— Transcript van de presentatie:

1 Inkomen les 8 37 t/m 46

2 Begrippen Loon- en prijsspiraal Opeenvolging van hogere lonen en hogere prijzen, waarbij het een steeds het gevolg is van het ander

3 Begrippen Geimporteerde inflatie Inflatie als gevolg van gestegen prijzen van geimporteerde producten

4 Begrippen Winstinflatie Situatie dat prijzen verhoogd worden, omdat de producten meer winst willen maken

5 Begrippen Geldontwaarding Minder waard worden van geld

6 Begrippen Inkomenverdeling Geheel van verschillen van inkomens van burgers in een land

7 Begrippen Reele rente Rente waar het inflatiepercentage is afgehaald

8 Begrippen Hyperinflatie Situatie van extreem hoge geldontwaarding

9 opdracht 38a Wat gebeurt er met reele waarde geld als prijzen stijgen Lager; Je kunt voor hetzelfde geld minder producten kopen.

10 opdracht 38b Prijzen stijgen met 100% RIC = NIC : PIC x 100 RIC = 100 : 300 x 100 RIC = 33,3% dus daalt met 67,7%

11 opdracht 39a: geldfunctie
Truus koopt een brood ruilmiddel

12 opdracht 39b: geldfunctie
Brommer is € waard rekenmiddel

13 ruilmiddel opdracht 39c: geldfunctie
Nora ontvangt haar loon op d’r bankrekening ruilmiddel

14 opdracht 39d: geldfunctie
Ali stopt € 100 in zijn spaarpot spaarmiddel

15 opdracht 40a Spaargeld omzetten in giraal geld Spaargeld overboeken naar betaalrekening

16 opdracht 40b Spaargeld omzetten in chartaal geld Spaargeld contant opnemen

17 opdracht 41: 2e rij Totale geldhoeveelheid bestaat uit giraal geld chartaal geld

18 opdracht 41: 3e rij chartaal geld bestaat uit munten bankbiljetten

19 opdracht 42 hoofdwerkzaamheden bank beheren spaar- en betaalrekeningen verzorgen giraal betalingsverkeer verstrekken kredieten

20 opdracht 43 Begrip branchevervaging Bedrijven gaan andere werkzaamheden verrichten dan in de bedrijfstak gebruikelijk is

21 opdracht 44 Waarom geven banken krediet? Daar verdienen ze geld aan (verschil tussen leenrente en spaarrente)

22 opdracht 45 Als kredieten worden afgelost geldhoeveelheid neemt af; Geld in handen van primaire banken hoort niet bij de geldhoeveelheid

23 46a: Renteverhoging beperkt inflatie
Renteverhoging, dus Mensen gaan meer sparen en mensen gaan minder lenen dus minder uitgeven dus minder vraag naar prod. dus prijzen minder omhoog dus minder inflatie

24 opdracht 46b Welk soort inflatie heeft ECB weinig grip Geimporteerde inflatie

25 opdracht 46c Waarom een renteverlaging Minder sparen Meer lenen Meer uitgeven: stimuleren bestedingen

26 Huiswerk: LET OP Opdrachten 1 t/m 4 INZICHTVRAGEN (pagina 37/38)


Download ppt "Inkomen les 8 37 t/m 46."

Verwante presentaties


Ads door Google