Producenten doen aan fotosynthese

Presentatie over: "Producenten doen aan fotosynthese"— Transcript van de presentatie:

1 Producenten doen aan fotosynthese
Fotosyntheseproces

2 Het belang van licht Een plant heeft licht nodig: om te groeien;
groene kleurstof aan te maken; suiker aan te maken. Belang van licht Belang van bladgroenkorrels Belang van koolstofdioxide Vorming van zuurstofgas Het fotosyntheseproces Vorming van andere stoffen Belang van fotosynthese Groeien naar het licht Aanmaken van groene kleurstof Suiker aanmaken

3 Belang van bladgroenkorrels
Producenten (bv. planten) bevatten bladgroenkorrels:  alle groene plantendelen;  bevatten zetmeel. Belang van licht Belang van bladgroenkorrels Belang van koolstofdioxide Vorming van zuurstofgas Het fotosyntheseproces Groene plantendelen Bladgroenkorrels in een plantencel Vorming van andere stoffen Belang van fotosynthese Groene plantendelen bevatten zetmeel.

4 Belang van koolstofdioxide
Koolstofdioxide (CO2) is belangrijk voor de fotosynthese.  Opname van CO2 via de huidmondjes in het blad. Belang van licht Belang van bladgroenkorrels Huidmondje Belang van koolstofdioxide Vorming van zuurstofgas Het fotosyntheseproces Bladoppervlak (microscopisch) Vorming van andere stoffen Belang van fotosynthese Plant neemt koolstofdioxide op.

5 Vorming van zuurstofgas (O2-gas)
Tijdens de fotosynthese wordt er ook zuurstofgas (O2-gas) gevormd bij voldoende licht. Belang van licht Belang van bladgroenkorrels Belang van koolstofdioxide Zuurstofgas Vorming van zuurstofgas Het fotosyntheseproces Vorming van andere stoffen Belang van fotosynthese Vorming van zuurstofgas.

6 Het fotosyntheseproces
Voorwaarden fotosynthese: opname koolstofdioxide (CO2); opname van water; opvangen van licht; aanwezigheid van bladgroenkorrels. Er vinden stof- en energieomzettingen plaats. Belang van licht Belang van bladgroenkorrels Belang van koolstofdioxide Vorming van zuurstofgas Koolstofdioxide + water (energiearme stoffen) Het fotosyntheseproces Lichtenergie Vorming van andere stoffen Energie- omzetting Belang van fotosynthese Stofomzetting Glucose (energierijke stof) + zuurstofgas Chemische energie

7 Vorming van andere stoffen
Fotosynthese: vorming van suikers Wortels: opname van mineralen Belang van licht Belang van bladgroenkorrels Belang van koolstofdioxide Vorming van zuurstofgas Stofomzetting Het fotosyntheseproces Vorming van andere stoffen Bladgroen, eiwitten, hout, … Belang van fotosynthese Te weinig bladgroen

8 Belang van fotosynthese
Fotosynthese heeft een dubbel belang voor het leven op aarde: Producenten brengen energierijke stoffen in de voedselkringloop  consumenten zijn hiervan afhankelijk; Producenten hebben koolstofdioxide nodig  afremmen van versterkt broeikaseffect. Belang van licht Belang van bladgroenkorrels Belang van koolstofdioxide Vorming van zuurstofgas Het fotosyntheseproces Vorming van andere stoffen Stop de vernietiging van het regenwoud! Stop de vervuiling van de oceanen die veel plantaardig plankton bevatten! Belang van fotosynthese

9 Plant voor het raam groeit naar het licht toe.

10 Bij voldoende licht groeien de plantjes (tuinkers) goed en wordt er groene kleurstof gevormd in de plantendelen. Zonder licht wordt de groei van de plantjes (tuinkers) afgeremd en geen groene kleurstof gevormd.

11 Er worden ook reservesuikers (zetmeel) aangelegd.
Geen zetmeel op afgedekte plaats (indicator: lugol) Deel van het blad afgedekt van het licht. Groeien vraagt veel energie voor producenten  energierijke stoffen nodig. Energierijke stoffen (glucose, zetmeel) worden niet uit de bodem gehaald  ze worden in de plant aangemaakt onder invloed van licht. Er worden ook reservesuikers (zetmeel) aangelegd.

12 Bladgroenkorrel Plantencel met veel bladgroenkorrels

13 Dit deel van het blad bevat GEEN bladgroenkorrels.
Dit deel van het blad bevat bladgroenkorrels. Groene plantendelen bevatten bladgroenkorrels.

14 De lugol is NIET verkleurd:
bruingeel  bruingeel. De lugol is verkleurd: bruingeel  paars. Op de plaatsen waar bladgroen is, is er zetmeel aanwezig.

15 De plant neemt koolstofdioxide (CO2) op via de huidmondjes in het blad.

16 Ontkleurde blad bevat zetmeel.
Ontkleurde blad bevat geen zetmeel. Als de plant geen koolstofdioxide (CO2) kan opnemen uit de omgeving, wordt er geen zetmeel gevormd in het blad.

17 Bij waterpest kan je heel duidelijk de productie van zuurstofgas waarnemen tijdens de fotosynthese.

18 Stofomzettingen en energieomzettingen tijdens het fotosyntheseproces (schematisch)

19 Door een tekort aan ijzer wordt er minder bladgroen gevormd.