Download de presentatie
GepubliceerdThomas Aalderink Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
Van spellend lezen naar directe woordherkenning
Verschillen tussen normaal lezende en dyslectische kinderen Constantijn Bloemendaal Begeleid door: dr. P.F. de Jong en drs. V.E.G. Martens
2
Spellend lezen Het woord wordt ontcijferd door het letter-voor-letter te verklanken ‘MUS’ /M/ - /U/ - /S/ /MUS/
3
Directe woordherkenning: Wanneer een woord uitsluitend wordt herkend op grond van de woordspecifieke orthografische informatie: het unieke patroon van letters dat het woord onderscheidt van alle andere woorden (van der Leij, 2003)
4
De opbouw van woordspecifieke orthografische kennis
De ‘self-teaching’ hypothese van Share (1995): “Beginning reading is beginning self-teaching” Het zelfstandig kunnen verklanken van onbekende woorden vormt een zelfonderwijzend mechanisme. Hoogfrequente woorden worden al snel direct herkend. Door het lezen van (nog) onbekende woorden creëert het kind continue zijn eigen leermomenten. Er is géén sprake van een strikt onderscheid tussen ‘fasen’ die gekenmerkt worden door een bepaald type van woordverwerking (verklanken, direct herkennen). De aard van verwerking is afhankelijk van de aanwezigheid van woordspecifieke orthografische kennis
5
Mogelijke verklaring trage woordidentificatie dyslectische kinderen:
Dyslectische kinderen blijven de meeste woorden hardnekkig spellend lezen, door een relatief onvermogen woordspecifieke orthografische kennis op te bouwen
6
Hypothesen onderzoek De kenmerkende trage woordidentificatie van dyslectische kinderen in vergelijking tot hun normaal lezende leeftijdsgenoten is het gevolg van moeite met het opslaan en aanwenden van woordspecifieke orthografische kennis Deze moeite met het opslaan van woordspecifieke orthografische kennis duidt op een stoornis en is niet inherent aan een laag leesvaardigheidsniveau op zich
7
Hoe kunnen we vaststellen of een kind een woord direct herkent of (nog) spellend leest?
De snelheid waarmee een kind een woord identificeert?
8
TWAALF
9
STRAAF
10
KERK
11
BLIS
12
KRACHT
13
KRAATS
14
Snelle woordidentificatie staat dus niet gelijk aan directe woordherkenning, want:
Zelfs onbekende woorden worden door normale, vaardige lezers snel herkend. Niet veel langzamer dan bekende woorden
15
Spellend lezen Directe woordherkenning
Seriële verwerking: alle letters in het woord worden na elkaar verklankt om vervolgens aan elkaar geplakt te worden. Parallelle verwerking: alle letters worden tegelijkertijd verwerkt. De klankvorm van een woord komt direct beschikbaar.
16
Benodigde data hypothesen?
De snelheid waarmee dyslectische kinderen woorden uit verschillende lengtecategorieën (vier letters, vijfletters, zes letters lezen) De snelheid waarmee normaal lezende leeftijdsgenoten dezelfde woorden lezen De snelheid waarmee jongere normaal lezende kinderen met een overeenkomstig leesvaardigheidsniveau als de dyslectische kinderen dezelfde woorden lezen
21
Conclusie (1): Terwijl dyslectische kinderen na 3 á 4 jaar leesonderwijs zelfs hoogfrequente woorden nog serieel verwerken, verwerken hun normaal lezende leeftijdsgenoten deze woorden al sterk parallel Zeer opvallend is echter dat deze kinderen niet alleen de woorden, maar ook de pseudowoorden (!) parallel leken te verwerken
22
Conclusie (2): Alhoewel dyslectische kinderen in staat zijn (pseudo)woorden veel sneller te lezen na het herhaald aanbieden daarvan, verandert dit niets aan de aard van de woordidentificatie Maar……dit geldt niet alleen voor dyslectische kinderen, maar ook voor de jongere, normale lezers
23
Vragen………… Hoe houdbaar is de woordspecifieke aanname in de self-teaching hypothese van Share eigenlijk? Wordt directe woordherkenning, of beter parallele woordherkenning, niet eerder mogelijk gemaakt door het opbouwen van meer algemene orthografische kennis? Wat betekent dit voor de hulp aan kinderen met leesproblemen en/of dyslexie?
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.