Download de presentatie
1
Follow-up na mammacarcinoom
Dr. G. H. de Bock
2
De meeste patiënten met kanker blijven langdurig in zorg.
Hoofdstuk Organisatie van lange termijn follow-up na de behandeling voor mammacarcinoom De meeste patiënten met kanker blijven langdurig in zorg. Het aantal patiënten in nacontrole neemt sterk toe. Nacontrole is complex, effecten zijn niet altijd positief. Dit vraagt om doelmatige inzet van follow-up.
3
Doelen van follow-up Het geven van psychosociale ondersteuning Monitoren van effecten van (adjuvante) behandeling Het vroegtijdig ontdekken van in principe behandelbare recidieven
4
Hoofdstuk 1.3.3 Uitgangsvragen
Kan door follow-up de overleving verbeteren? Welke nacontrole is het meest geschikt? (inhoud) Hoe kan nacontrole het best worden uitgevoerd? (organisatie)
5
Kan door follow-up de overleving verbeteren?
Wat zegt de literatuur: Studies gericht op vroegtijdige opsporing van metastasen na mammacarcinoom Bijvoorbeeld Roselli del Turco et al, JAMA, 1994
6
Vroegtijdige opsporing metastasen (1)
7
Vroegtijdige opsporing metastasen (2)
8
Kan door follow-up de overleving verbeteren?
Wat zegt de literatuur: Studies gericht op vroegtijdige opsporing van lokale recidieven Ongeveer 40% van de lokale recidieven wordt gevonden in een asymptomatisch stadium. J Clin Oncol 2004; 22: Vroegdetectie geeft een betere overleving. Kans op locaal recidief neemt niet af met de jaren.
9
Vroegdetectie geeft betere overleving
Perrone et al; Tumori 2004;90:276-9 Moeilijk soort studie: retrospectief gedaan, prospectief nauwelijks haalbaar.
10
Primair mammacarcinoom > verhoogde kans op tweede mammacarcinoom
Tweede primaire tumor Primair mammacarcinoom > verhoogde kans op tweede mammacarcinoom Dit risico is levenslang verhoogd % per jaar Als ca voor 45e, dan 25% kans op contralateraal ca voor 75e Mammografie adequaat voor screening
11
Kan door follow-up de overleving verbeteren?
Wat zegt de literatuur: Nee Uitkomst is lokaal / contralateraal recidief / metastase Ja Uitkomst is lokaal / contralateraal recidief
12
Welke nazorg is het meest geschikt?
Wat zegt de literatuur: Tweede primaire tumoren: vooral mammogram Loco-regionale recidieven: zelfonderzoek, lichamelijk onderzoek, mammogram
13
Hoe kan nacontrole het best worden uitgevoerd?
Het is van belang dat patiënte minimaal tot 75ste jaar wordt gescreend. Als de patiënte uit de follow-up wordt ontslagen moet het duidelijk zijn wie de follow-up gaat doen. Wat te doen bij nieuwe klachten? Kennis van het eigen lichaam is van belang bij het herkennen van nieuwe afwijkingen.
14
Hoe kan nacontrole het best worden uitgevoerd?
Screening minimaal tot 75ste jaar. Na mastectomie verwijzing naar BOB (na 50ste) of nacontrole via huisarts. Actief terugverwijzen naar BOB of huisarts. Bij borstsparende behandeling voortzetting van nacontrole in ziekenhuis. Kennis van het eigen lichaam is van belang.
15
Hoe kan nacontrole het best worden uitgevoerd?
Er zijn op dit moment meerdere schema’s in omloop die deze uitgangspunten concretiseren. Deze schema’s gaan ook over vrouwen met een BRCA1/2 mutatie vrouwen met familiaire belasting voor mammacarcinoom follow-up middels MRI
16
Hoe kan nacontrole het best worden uitgevoerd?
In toekomst deze schema’s naast elkaar leggen. Kijken naar evidentie in de literatuur en overige overwegingen. In volgende richtlijn komen tot één schema.
17
Conclusie Screening minimaal tot 75ste jaar. Na mastectomie verwijzing naar BOB (na 50ste) of nacontrole via huisarts. Dan actief terugverwijzen naar BOB of huisarts. Bij borstsparende behandeling voortzetting van nacontrole in ziekenhuis. Kennis van het eigen lichaam is van belang.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.