Temperatuur en volume: uitzetten of krimpen

Presentatie over: "Temperatuur en volume: uitzetten of krimpen"— Transcript van de presentatie:

1 Temperatuur en volume: uitzetten of krimpen
Hoofdstuk 4.3 Temperatuur en volume: uitzetten of krimpen

2 Inhoudsopgave Uitzetten en krimpen Uitzetten van vaste stoffen
Het bolletje van s’Gravesande Uitzetten van vloeistoffen Uitzetten van gassen

3 Uitzetten en krimpen Bijna alle stoffen worden bij het verwarmen iets groter. Dit heet uitzetten. Bijna alle stoffen worden bij het afkoelen kleiner. Dit heet krimpen.

4 Uitzetten van vaste stoffen
Hoeveel een vaste stof van een bepaalde lengte uitzet, hangt af van de soort stof en van de temperatuurstijging. Een bimetaal bestaat uit twee verschillende metalen, die aan elkaar zijn vastgemaakt. Bij verwarmen trekt een bimetaal krom. Het metaal dat het meest uitzet, komt in de ‘buitenbocht’. Bimetalen past men toe in thermometers. Klik op de pijl voor de demonstratie van ‘het bolletje van s’Gracesande’.

5 Het bolletje van s’Gravesande
Bij kamer temperatuur kan het bolletje precies door het gat in de houder. Als het bolletje verwarmd word zal het uit gaan zetten. Doordat het bolletje uitzet past het niet meer door het gat in de houder.

6 Het uitzetten van vloeistoffen
Verschillende vloeistoffen zetten verschillend uit Vloeistoffen zetten bij gelijke temperatuurstijging meer uit dan vaste stoffen

7 Uitzetten van gassen Bij gelijke temperatuurstijging geldt:
Gassen zetten veel meer uit dan vloeistoffen en vaste stoffen Alle gassen zetten evenveel uit.

8 Als stoffen niet genoeg ruimte hebben om uit te zetten of te krimpen, ontstaan er grote krachten.
Deze krachten zijn bij vaste stoffen het grootst.

9 Gemaakt door: Nando Kartoredjo G2C
Einde Gemaakt door: Nando Kartoredjo G2C

10