Hoofdstuk ‘Contact’ ZINTUIGEN.

Presentatie over: "Hoofdstuk ‘Contact’ ZINTUIGEN."— Transcript van de presentatie:

1 Hoofdstuk ‘Contact’ ZINTUIGEN

2

3 Zintuigen Prikkel : Verandering in je omgeving
Zien van de klok Geur van de soep Voelen van de temperatuur Zintuigcel: Zet prikkel om in impuls

4 Drempelwaarde Prikkel niet groot genoeg? Zintuigcel geeft geen impuls door Langdurig dezelfde prikkel? Gewenning, de drempelwaarde wordt hoger

5 De huid

6 Herhaling 1. Wat doet een zintuigcel?
Prikkel omzetten in impuls 2. Welke zintuigencellen zitten er in de huid? Aanraking, druk, pijn, warmt en koud 3. Uit welke twee lagen bestaat de opperhuid? Hoornlaag en kiemlaag/slijmlaag 4. Waar in de huid zitten de meeste zintuigcellen? In de lederhuid 5. Welke smaken kun je proeven met je tong? Zoet, zout, zuur en bitter

7 Reukzintuig

8 Begrippen Prikkel : Verandering in je omgeving
Zintuigcel: Zet prikkel om in impuls Adequate prikkel: Zintuig is gevoelig voor één soort prikkel. Drempelwaarde : Beneden de drempelwaarde wordt de prikkel niet waargenomen (omstaat er geen impuls)

9 Herhaling Wat houd een adequate prikkel in?
Dat een zintuigcel gevoelig is voor mij één prikkel Wat is de adequate prikkel van je gehoororgaan? Trillingen (geluid) Hoe wordt je oog beschermt tegen uitdrogen? Traanvocht

10 Het oog

11 Het netvlies

12 Oog afwijkingen

13 Bijziend: oogbol te diep, beeld verafgelegen voorwerp valt voor netvlies voorwerp dat dichtbij is wordt wel scherp waargenomen

14 Verziend: oogbol niet diep genoeg beeld van veraf zou achter het netvlies vallen lens stelt scherp waardoor veraf toch scherp gezien kan worden dichtbij zien lukt niet omdat lens niet verder kan scherpstellen met positieve lens (bril/contactles) dichtbij wel scherp

15 Ouderdomsverziendheid:
ooglenzen verliezen elasticiteit bij accommodatie wordt lens niet meer zo bol dichtbij kun je zonder bril niet meer scherp zien

16 Samenvatting oogafwijkingen
Bijziend Verziend Oog te diep Beeld valt voor het netvlies Van dichtbij wel scherp zien Negatieve (-) lens (holle lens) Oog niet diep genoeg Beeld van achter het netvlies Van veraf wel scherp zien Positieve (+) lens (bolle lens) Kan ook ontstaan door ouderdom. Lenzen minder elastisch.

17 Het oor

18 Gehoorbeentjes Hamer Aambeeld Stijgbeugel

19 Herhaling In welk deel van het oor bevinden zich de gehoorbeentjes?
In het middenoor Waar in het oor bevinden zich de zintuigcellen? In het slakkenhuis Waar bevind zich de buis van Eustachius? Tussen het oor en de neus

20 Evenwichtszintuig Halfcirkelvormige kanalen
Registreert bewegingen van het hoofd Bevatten een vloeistof Vloeistof druk op bepaalde plekken tegen haartje Er ontstaat een impuls

21 Evenwichtszintuig Twee holten

22

23 Waar? Werking? In ovaal en rond blaasje
In de verbreding van de halfcirkelvormige kanalen Principe steunt op zwaartekracht: werkt in op kalkkristallen Werking? Principe steunt op traagheid Bij beweging hoofd: vloeistof blijft achter op de verplaatsing van de wand Kristallen drukken op de wimpers van de zintuigcellen Ampullaorgaan buigt af in bepaalde richting Prikkeling zintuigcellen Prikkeling zintuigcellen Impuls doorgeven naar hersenen via zenuwen Impuls doorgeven naar hersenen via zenuwen

24 Spierspoeltjes