De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Autisme en pubers.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Autisme en pubers."— Transcript van de presentatie:

1 Autisme en pubers

2 puberontwikkeling Lichamelijk: Groeien Hormonale rijping Lichaamsbouw
Uiterlijke verschijning. Geestelijk: Abstract leren denken Identiteitsontwikkeling Losmaken van ouders Richten op de buitenwereld (vrienden)

3 Ontwikkeling in de puber. (identiteit)
Abstract leren denken -> plannen, oorzaak/gevolg Identiteitsontwikkeling -> wat wil ik, wat kan ik? Losmaken van ouders -> zelf bepalen Richten op de buitenwereld -> meer weg van huis

4 Hoe is het ook alweer? De ijsberg als beeld

5 Contextblindheid.

6 Context/waarneembaar

7 Context/niet waarneembaar
Wordt gevormd door waarnemingen. Het geheugen onthoudt dit en verbind bij een nieuwe ervaring.

8 Probleem??

9 Contextblindheid? Taalbeleving

10 Tot zover de theorie

11 Extra vragen van de tiener met autisme.
Zelfde verlangens als andere jongeren -> confrontatie met eigen mogelijkheden en onvermogens -> Onzekerheid en gebrek aan zicht op de toekomst -> Paniek -> en dan misschien: boosheid en verzet Verdriet en somberheid

12 Mogelijke gespreksonderwerpen
Relaties Zelfstandigheid Tienerboosheid Communicatie

13 zelfstandigheid

14 Relatie: wat bedoelen we nu precies?

15 Wat is de samenhang binnen relaties?
Centrale Coherentie (samenhang denken): Samenhang aanbrengen -> uitleg over seksuele ontwikkeling. emotioneel, sociaal en lichamelijk. Wat hoort er allemaal bij. Sluit aan bij situaties in het hier en nu

16 Relaties, waar gaat het over?
Zintuiggevoeligheid: lichamelijke reacties Centrale Coherentie (samenhang denken): Waarnemen losse details; wat is de betekenis? Executieve Functies (planning en uitvoering): Ik voel iets, jij doet iets; wat moet ik doen? Theory Of Mind (“inleving”): Wat voel je zelf en hoe laat je dat zien? Wat voelt de ander en hoe zie je dat? Hoe hou je rekening met wat de ander voelt?

17 Durf te bespreken Executieve functies (planning en uitvoering):
Houvast en overzicht geven -> Praktische, concrete uitleg, visueel ondersteund over eigen lichaam, Visuele informatie over masturbatie, vrijen, voorbehoedsmiddelen

18 Theory of mind en seksualiteit
Ondertitelen van gedrag Helpen gedrag/gevoel te duiden Scripts aanleren; hoe gedraag je je bij verliefdheid, relatie, opwinding, privé/openbaar? Regels aanleren (wat, waar, met wie, wanneer (hoelang) en hoe praten over seks, masturberen, vrijen etc) Hou zelf afstand

19 communicatie

20 Aanname en checken Je kind komt thuis uit school, smijt zijn/haar tas in de hoek en zijn/haar jas op de stoel. Als je vraagt of hij zijn/haar jas op wil hangen, schreeuwt hij/zij dat je niet zo moet zeuren.

21 Aanname; irritatie? Je kind zit achter de computer. Jij gaat boodschappen doen. Je spreekt af dat hij/zij over 15 min. aan zijn huiswerk begint. Na een half uur kom je thuis en ziet je kind achter de computer zitten .

22 Maak het doel helder en concreet

23 Accepteren en gebruiken van stiltes

24 Zinnen: Hoe concreter, hoe beter.

25 Check regelmatig of het verhaal duidelijk is.

26 Doe wat je zegt en zeg wat je doet.

27 Het punthoofd…

28 Boosheid; punthoofd? We zien: slaan, gooien, schelden, zichzelf pijn doen etc. We willen: STOP! Dat is symptoombestrijding want de oorzaak blijft. Ook pubers zonder autisme vertonen soms dat gedrag. Pubers met autisme puberen autistisch. Ze hebben hetzelfde begrip en de zelfde begrenzing nodig als andere pubers. Dat kan pas als het punthoofd er af is, de boosheid weg is want anders bereik je je kind niet.

29 Punthoofd, hoe komt het nu?
Ontstaan: stapeling van indrukken en gedachten Eenmaal punthoofd: uitbarsting van ongewenst gedrag Aan probleem gedrag ligt bijna altijd angst ten grondslag. als ouders samen achteraf -> terug naar de oorzaak met kind zelf -> Doorvragen. De situatie ontrafelen

30 Als de emoties weer wat rustiger zijn.
Doel van ontrafelen is begrijpen wat er gebeurd is in de beleving van de puber vraag met een leeg hoofd vraag door op de 5 (wat, wanneer, waar, wie,hoe) gebruik koppelwoorden (want.., dus.., en.., en toen..) ontvangen, herhalen en samenvatten teken mee met het verhaal

31 Punthoofd, hoe herken je dat?
Opdracht (ieder voor zich): waaraan herken je een punthoofd bij je eigen kind? Welk gedrag zie je? Zie je verschil tussen punthoofd en puberverzet? Waar aan?

32 Het oplossen van een punthoofd
begrip “dus dit is gebeurd…..”(helder op de 5) generaliseren (alle mensen hebben…, altijd als je op school loopt doe je…, wat je hier kan, kan je ook…) relativeren (dat hoort er bij) regel maken (als dit gebeurt, doe je…) in de tijd parkeren In de taak zetten (nu ga je…) grens aan geven en aangeven welk gedrag jij een volgende keer concreet verwacht (zoals bij andere pubers) .

33 Tips bij ongewenst gedrag
Ongewenst gedrag: wat is het exact, hoe uit het zich? Aanleiding: wat gebeurde voorafgaand aan ongewenst gedrag? In welke situaties: wanneer, waar en bij wie? Uitzonderingen: wanneer kwam het, in zelfde situaties, niet voor? Wat was toen anders? Oorzaak: auti-bril op: wat veroorzaakt deze reactie? vraag met leeg hoofd (trechteren) pak oorzaak aan mbv structuur en auti-communicatie

34 Tips bij communicatie Wees helder en zakelijk.
Doseer informatie (overprikkeling) Aansluiten bij (emotioneel) onwikkelingsniveau Sluit aan bij beleving en waarneming (auti bril) Ervaringen bespreken Herhalen en variëren in context (generaliseren) Controleren wat is opgepikt, terug vragen Visuele ondersteuning (voorwerpen, foto’s) Denk aan: wie-wat-waar-wanneer-hoe. Succes ervaringen op doen (oefenen)

35 Eerder herkennen toename stress, wat nu?
herken je welke situaties punthoofd opleveren? welke zijn dat? door welk aspect van ass wordt dit veroorzaakt? CC, EF, TOM, ZG? hoe kan je dat als ouder vóór zijn of wat heeft je kind daarin nodig? wat kan helpen: overprikkeling:rust inbouwen bv computer, koptel, tv gebrek aan samenhang of overzicht:aanbrengen door duidelijkheid op de 5 (dag)structuur, visueel, op maat, ketting van taken.

36 Tips bij TOM Theory Of Mind (“inleving”):
Benoemen wat je bedoelt: dit is opgeruimd! Benoemen wat past bij leeftijd geen appel doen op zelf reflectie Scripts aanleren: zo ruim je op!


Download ppt "Autisme en pubers."

Verwante presentaties


Ads door Google