De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

9. Fluctuaties in de economische groei

Verwante presentaties


Presentatie over: "9. Fluctuaties in de economische groei"— Transcript van de presentatie:

1 9. Fluctuaties in de economische groei

2 Economisch gebeuren is een dynamisch gebeuren, dat fluctuaties vertoont
waarbij: ‘economisch gebeuren’ = multidimensioneel: productieniveau, verdeling van inkomens en vermogens, werkloosheidspeil en prijspeil meestal gemeten door het bbp

3 Tijd-spanne Seizoens-bewegingen Conjunctuur-bewegingen Lange golven
Economische groeitrend Tijd-spanne 1 seizoen Aantal jaren +- 50 jaar 2 eeuwen (cfr. hs 8)

4 1. De lange golven = via statistisch onderzoek vastgestelde lange golfbewegingen met periodiciteit van 50 à 60 jaar met opgaande en neergaande fase van elk 20 à 30 jaar (voor het eerst vastgesteld door de Rus Kondratieff, vandaar ook Kondratieff-golfbeweging genoemd (hij werd later nog verbannen naar Siberië)) Verklaringen: Technologische vernieuwingen E.a., zeer uiteenlopende … En ook wel betwist … hb p 233 tabelletje met concrete jaartallen

5 Opgepast: is geen exacte wetenschap!

6 2. De seizoensbeweging Betekenis
fluctuaties in economisch verloop (bezetting, werkgelegenheid, prijzen) te wijten aan jaarlijkse seizoenen. natuurlijk landbouw, bouw, toerisme, … conventioneel (feest- en vakantieperiodes) eindejaarsperiode voor voedingssector, Paasperiode voor chocolademakers, …

7 Kenmerken Kort Regelmatig Voorspelbaar Niet gelijktijdig voor alle sectoren Aanpak Gediversifieerde productie (of openingsuren) Voorraadvorming Studenten- en interim-arbeid Overuren

8 3. Conjunctuurbewegingen
Betekenis = periodes van versnelling en vertraging van de economische groei Normaliter gepaard met respectievelijk: daling / stijging van de werkloosheid toename / afname van de inflatie

9 Recessie = 2 (of meer) kwartalen van “negatieve groei” (reëel bbp neemt af) bijv. 2009! (vaak op jaarbasis nog steeds groei – maar niét in 2009: toen was er een krimp van 2,7%)) Depressie = langere periode van negatieve groei (op jaarbasis) (sinds WOII niet voorgekomen in België) bijv. Griekenland van 2009 tot 2014 hb p 239 tabel met jaartallen

10 Toepassing: evolutie bbp België per kwartaal en recessie van 2009
‘Kettingeuro’s’ wil zeggen: invloed van inflatie uitgeschakeld ‘Cijfers voor België: zie http ://stat.nbb.be 

11 Kenmerken Zichzelf versterkend proces (zowel – als +) (via multiplicator en accelerator) Algemeen (meeste sectoren / veel landen) Zekere periodiciteit (maar duur en amplitudo verschillen) Belang inkomens van de staat en van de bevolking (lage groei leidt o.a. tot werkloosheid en lagere winsten) Conjunctuurcrisis kan tot politieke machtswissel leiden (dus politici zijn ervoor beducht) Diepe conjunctuurcrisis (bijv. jaren ’30) kan onberekenbare gevolgen hebben (bijv. nazisme)

12   3.1 Conjunctuurindicatoren meten de conjunctuur indicator
bnp in constante prijzen Consumenten-vertrouwen Conj.-indicator van de NBB kenmerken enkelvoudig beschrijvend kwantitatief samengesteld beschrijvend & licht voorspellend kwalitatief voorspellend elementen BNP in constante prijzen (dus met vertraging beschikbaar)   Maandelijks peiling (dr NBB) bij 1850 huishoudens over hun beoordeling v/d economie en v hun eigen econ. situatie Maandelijkse conjunctuurenquêtes bij bedrijven (die peilen nr het ver-trouwen v/d ondernemers in verschillende sectoren o.b.v. vragen over bestel-lingen, vooruitzichten werkgelegenheid, voorraden, …) Conjunctuurklok: verschuif zelf de tijdsaanduiding en stel vast dat de donkerblauwe icoontjes verwijzen naar de voorspellende indicatoren en bijv. het lichtblauwe bolletje van de werkloosheid “de feiten achterna holt”.  (of voor meer uitleg:  ))en zie daarna:

13 Onderbroek barometer van economie (De Standaard - 2 september 2009)
 over de de MUI (Men's Underwear Index) (…) De theorie is simpel: de verkoop van mannenondergoed is doorheen de jaren meestal redelijk stabiel. In tijden van economische crisis echter zullen de meeste mannen de tijd tussen de aankoop van nieuwe onderbroeken proberen te rekken. Met als resultaat dat de verkoop achteruitgaat. 'De onderbroek is typisch een uitgestelde aankoop', zegt Marshal Cohen van het onderzoeksbureau NPD Group. 'Het is ongeveer hetzelfde als tienduizend kilometer extra proberen te rijden met je huidige auto.' (…) Dat er in tijden van economische malaise precies op de aankoop van ondergoed wordt bespaard, hoeft niet te verbazen. Behalve je levenspartner krijgt haast niemand je nieuwe onderbroek te zien. Dus voelen de meeste mannen ook weinig tot geen sociale druk om regelmatig met een nieuw setje voor de dag te komen. (…) Het voorspellen van economische trends aan de hand van externe factoren (de lengte van rokken, het aantal voorgeschreven antidepressiva, de verkoop van lippenstift...) is vaak niet meer dan nattevingerwerk. De onderbroekenindex heeft evenwel als voordeel dat het een zeer beroemde fan heeft. Niemand minder dan Alan Greenspan (de vorige voorzitter van de Federal Reserve, de Amerikaanse Centrale Bank) liet zich (…) al op de Amerikaanse National Public Radio ontvallen dat ook hij de verkoop van slips en boxershorts nauw in de gaten houdt om de toestand van de economie correct te kunnen inschatten. Aantal zwangerschappen (De Standaard – 26 februari 2018)  ook het aantal zwangere vrouwen in een land kan een crisis voorspellen (maar niet altijd)

14 3.2 Verklaringen voor de conjunctuurbewegingen
3.2.1 Exogene en endogene verklaringen Exogene verklaringen (= extern aan de economie) - militaire conflicten en terrorisme bijv Golfoorlog bijv. “9/11” - 11 sept aanslagen VS bijv Irakoorlog - politieke gebeurtenissen bijv Val Berlijnse Muur - embargo’s bijv. Irak, Iran - innovaties bijv. dot-com hype eind jaren ‘90 - psychologische reacties (+ of -) op voorgaande bijv. vrees voor nieuwe aanslagen

15 Endogene verklaringen (= intern aan de economie) marktonevenwichten en aanpassingsreacties daarop, meestal na een verschuiving van de GLOBALE VRAAG of GLOBALE BESTEDINGEN, t.g.v. wijzigingen van: monetaire factoren (interest, wisselkoersen, …) preferenties beschikbaar inkomen (~ inflatie, belastingsdruk, werkloosheid, beurscrashes …) verwachtingen (rond interest, inflatie, werkloosheid, …) cfr. ‘index van het consumentenvertrouwen’ politieke keuzes (belastingdruk, overheidsinvesteringen, …) uitvoerpositie (~ wisselkoersen, loonverschillen, …) investeringsklimaat (~ intrest, verwachtingen, …) woningbouw (~ intrest, verwachtingen, …) Bijv.: 08-09: o.a. door financiële crisis: V↓↓ => econom. crisis ! ook huidige crisis te verklaren door verschillende van deze factoren

16 3.2.2 Het belang van veranderingen in de globale vraag lectuur

17 3.3 Conjunctuurbeleid Theorie van Keynes:
overheid moet optreden om de golfbewegingen (in beide richtingen!) te temperen  door het versterken of afzwakken van de VRAAG - bijv. jaren ’30 in VS: Roosevelt: grote infrastructuurwerken - maar ook in 2009 waren veel herstelplannen ‘Keynesiaans’ Igv hoogconjunctuur: Restrictief beleid (afzwakken) Igv laagconjunctuur: Expansief beleid (versterken) Budgettair: Belastingen Overheidsuitgaven Verhogen Verminderen Verlagen Vermeerderen Monetair: Intrest Geldhoeveelheid Verlagen* De geldhoeveelheid wordt bijvoorbeeld verruimd als de centrale bank zelf obligaties opkoopt (in ruil voor ‘vers geld’) (en indien zonder verdere compensaties) * cheap money

18 Bij de economische crisis in 2008-2009 riepen ondernemers op tot een Keynesiaans beleid:

19 Uitgebreide documentaire fin. crisis (NL): klik hier (facultatief)
3.4 De recessie van 2009 kredietcrisis (VS - hypotheekleningen niet meer betaald + huizenmarkt stort in elkaar) () financiële crisis (VS + nadien elders: banken in de problemen) veel mensen verliezen veel geld + vertrouwen↓↓ + moeilijk om te lenen + … vraag ↓ (consumptie en investeringen)  werkloosheid ↑ … = economische crisis (zie dia 10) Maatregelen: Monetair (door centrale banken): interest ↓ geldhoeveelheid ↑ Budgettair (door overheden): overheidsinvesteringen ↑ belastingen ↓ premies, uitkeringen, subsidies ↑ Kredietcrisis visueel uitgelegd: zie en Uitgebreide documentaire fin. crisis (NL): klik hier (facultatief)

20

21

22 budgettaire tekorten ↑ ↑  een van de mede-oorzaken van:
Maatregelen ter bestrijding van de economische crisis van 2009 (zie hoger) budgettaire tekorten ↑ ↑  een van de mede-oorzaken van: SCHULDEN- en EUROCRISIS in (wordt behandeld in hs 13) opnieuw economische laagconjunctuur van 2011 tot 2013 (klik hier) Kredietcrisis visueel uitgelegd: zie en


Download ppt "9. Fluctuaties in de economische groei"

Verwante presentaties


Ads door Google