De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Pedagogiek & Begeleiden in de groep.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Pedagogiek & Begeleiden in de groep."— Transcript van de presentatie:

1 Pedagogiek & Begeleiden in de groep.

2 Ga naar it’s learning en zoek de lesbrief pedagogiek op.
Knip en plak op je bureaublad. Maak een mapje Pedagogiek en begeleiden in de groep aan. Plaats alle aantekeningen + de opdrachten in de map.

3 Doelen Je verdiept je in groepsdynamica
Je onderzoekt diversiteit in de BPV Je bekijkt je eigen vaardigheden m.b.t. tot een veilig klimaat creëren Je verdiept je in verschillende pedagogen en hun invloed op het pedagogische klimaat Je zoekt uit hoe sociale problematiek het pedagogische klimaat kan beïnvloeden

4 Toetsvorm Bpv opdrachten 1. Groepsdynamica 2. Omgaan met diversiteit
3. Veilig pedagogisch klimaat creëren 4. Werkstuk pedagogiek

5 Programma: Soorten Groepen

6 Theorie: Soorten groepen bespreken
Lesopdracht met behulp van de theorie Maken en Nabespreken

7 Formele & Informele groepen
Gevormd door een organisatie of instelling  efficiency, doelgerichtheid en productiviteit Leden hebben geen invloed op de samenstelling Informele groep: Gevormd op basis van vrijwilligheid Deelname is niet verplicht (wel sociale druk mogelijk) Wisselt vaker van samenstelling Voor- en nadelen van Informele groepen?

8 Primaire & Secundaire groepen
Primair: Onderling vertrouwen + intimiteit Leden hebben duidelijke gevoelsband Van belang voor volledige behoefte van de mens aan sociaal contact Secundair: Oppervlakkige contacten Minder onderlinge beïnvloeding In welke groep is de sfeer het best?

9 Homogeen, Heterogeen & Gemengd
Gelijke kenmerken die voor alle leden van toepassing zijn Heterogeen Veel onderling verschillende kenmerken bij de groepsleden Voor het definiëren van een homogene of heterogenen groep moet vooraf bepaald zijn naar welke kenmerken je kijkt  bv. Sekse, niveau, cultuur en hoeveel van de kenmerken dominant aanwezig zijn.

10 Bijlage 2 lezen en samenvatten
Bijlage 1 Doen Bijlage 2 lezen en samenvatten

11 Les 2 groepsrollen

12 lesopzet kahoot Complimentenregen Welke rollen zijn er?
Groepsdynamica prezi Werken aan 1e opzet bpv-opdracht

13 Een positieve groep kent de volgende zeven rollen:
Leidinggevende rollen: Gezagsdrager, die laat natuurlijk leiderschap zien. Sociaal werker, die is behulpzaam en zorgzaam. Organisator, die zet de ideeën van gezagsdragers om in daden. Overige groepsleden: Verkenner, die neemt initiatieven als de bedoeling duidelijk is. Volger, die doen trouw wat er van hen gevraagd wordt. Appellant, die appelleert aan de gevoelens van zorgzaamheid en mededogen. Dit kan iemand zijn met een mentale of fysieke zwakte, maar ook iemand die verdriet heeft. Joker, die zorgt voor plezier en kan relativeren.

14 Welke rol heb jijzelf in de groep
Schrijf op een A4 jouw rol Maak je eigen profiel op basis van de categorieën van de metafoor. Dus bijvoorbeeld: ik ben de ‘clown’ en ik heb deze ‘ambities, grappen maken en lachen

15 Herkennen de anderen jouw rol?
gmn

16 Stap 5. Nabespreken op klasniveau
Als iedereen aan de beurt is geweest kijken we naar vragen als: Wat hebben we met elkaar in huis aan eigenschappen? Zijn bepaalde categorieën oververtegenwoordigd, of missen we wat? Hoe denken we dat we als klasgenoten op elkaar reageren? Hebben we dingen gehoord van elkaar die we niet wisten? Hoe vinden we het om elkaar feedback te geven? Zouden we dat in de praktijk vaker kunnen doen? Hoe?

17 Werken aan en/of huiswerk
Groepsdynamica prezi (zie lesbrief) Werken aan 1e opzet bpv-opdracht

18 Les 3 Invloeden op het groepsproces

19 Groepsproces Groepsproces = ontwikkeling in een groep (ontwikkeling van relaties, samenwerking, subgroepen, etc.) Verschillende “gebeurtenissen” hebben (grote) invloed op groepsproces. Als begeleider groep begeleiden wanneer er gebeurtenissen zich voordoen.

20 Invloeden op groepsproces
Invloed door: Individuele groepsleden Groepsleden die ‘buiten’ de groep vallen. Vb. Dominant / passief / stil Invloedrijke gebeurtenissen Positieve gebeurtenissen Negatieve gebeurtenissen Ruzie maken Pesten Subgroepvorming Ziekte en Dood

21 Invloed door individuele groepsleden
Groepsleden kunnen positieve / negatieve invloed hebben. Bij negatieve invloed: Probleem in beeld brengen Doel opstellen (wat wil je bereiken?) Plan van aanpak maken (kan gericht zijn op individuele groepslid, of op gehele groep)

22 Ruzie maken = verkeerde manier van communiceren en probleem oplossen
Beïnvloed sfeer / rust / veiligheid (ruzie maken hoort echter wel bij ontwikkeling) Snel aanpakken om erger te voorkomen Goed om groepsleden het zelf op te laten lossen. Ingrijpen indien dit niet lukt / de situatie te dreigend wordt. Actief luisteren / inleven Cliënt helpen gevoelens te verwoorden Groepsleden oplossing laten bedenken Bij herhaaldelijk ruzie zoeken  vaak meer aan de hand

23 Pesten Pesten heeft verschillende oorzaken
4 Partijen bij pesten: pester / gepeste / groep / begeleiders. Alle partijen betrekken bij oplossing, iedereen is verantwoordelijk. Als begeleider MOET je ingrijpen bij pesterijen (Jouw taak: veilige omgeving creëren)

24 Subgroepvorming Subgroepvorming kan positief en negatief zijn.
= groepje dat zich binnen een groep afzondert. Subgroepvorming kan positief en negatief zijn. Negatieve subgroepvorming als: Subgroep 1) de grote groep negeert 2) andere groepsleden buitensluit 3) negatief is richting groepsleden 4) zich superieur voelt Voorkomen / verminderen op zelfde manier als pesten

25 Ziekte en Dood Ziekte/ dood van groepslid, familielid van groepslid, collega. Belangrijk: er bij stilstaan en er tijd voor nemen met betrokkene. Als begeleider: Vertellen wat er aan de hand is / informatie geven Groepsleden gelegenheid geven tot uiten van gedachten / gevoelens Contact hebben met zieke / familie overledene Als groep gerichte activiteiten doen (vb. kaart schrijven , tekeningen maken gedenkhoekje inrichten)

26 Overige invloeden groepsproces
Technologische veranderingen: Vb. verbouwing waardoor groep (tijdelijk) kleinere leefruimte heeft) Invloed vanuit buitenaf Vb. Overheid die bezuinigingen doorvoert, waardoor er minder geld is voor goede begeleiding van een groep.

27 Lesopdracht Maak in aangewezen 3-tallen de uitgedeelde lesopdracht.
Ben je klaar, lever het in en ga werken aan een samenvatting. Sociogram maken

28 Drie belangrijke groepsverschijnselen
Groepscohesie = de groep is één geheel Groepsstructuur = de opbouw van de groep Groepsproces = het proces van samen optrekken

29 Groepscohesie = de groep is één geheel kun je versterken door:
Individuen de mogelijkheid geven om in groepsverband met ideeën te komen Groepsactiviteiten aanbieden Groepsleden eigen verantwoordelijkheid + taken geven die zij met elkaar uitvoeren Positieve acties van groepsleden belonen en te stimuleren Zo min mogelijk aandacht voor negatief gedrag Samen gezellige activiteiten organiseren Sociaal gedrag stimuleren

30 Groepsstructuur = de opbouw van de groep is goed
dat wil zeggen relaties en de rollen van de groepsleden zijn goed op elkaar afgestemd. Je hebt drie rollen 1. actievelingen 2. socialen 3. neutralen Doe de big five persoonlijkheidstest

31 Onderzoeken van het groepsproces

32 Groepsproces onderzoeken
Hoe pak je het onderzoeken van het groepsproces in het algemeen aan? Doel formuleren (wat wil je te weten komen met je onderzoek?) Onderzoeksresultaten verzamelen en rapporteren (o.a. schematisch weergeven) Onderzoeksresultaten analyseren en conclusies trekken

33 Groepsproces onderzoeken
Hoe kom je meer te weten van een groep? Observeren Interview Lezen van rapportage / dossiers / etc

34 Groepsproces onderzoeken
Waarom meer willen weten van groep? Bijvoorbeeld: Omdat groep niet goed functioneert. (hoe komt dat?) Om meer van de groep te weten. (wie heeft welke rol? hoe lopen de contacten?)

35 Groepsproces onderzoeken Hulpmiddel 1 - Sociogram
Onderlinge relaties van groepsleden worden zichtbaar. Sociogram = manier om informatie over het groepsproces te rapporteren.

36 Groepsproces onderzoeken Hulpmiddel 1 - Sociogram
Betekenis pijlen Inkomende pijl: de ander neemt initiatief tot contact Uitgaande pijl: zelf contact zoeken met de ander

37 Groepsproces onderzoeken Hulpmiddel 2 – inventarisatie heterogeniteit/homogeniteit
Voor verschillende kenmerken aangeven of het homogene of heterogene kenmerken voor de groep zijn. Vb Kenmerk Homogeen Heterogeen Sekse X Cultuur Religie Opleidingsniveau

38 Groepsproces onderzoeken Hulpmiddel 3 – Sterkte-zwakte analyse
Voor verschillende kenmerken aangeven of het een sterk of zwak punt is van de groep. Let op: Sterke kenmerken kunnen tegelijk zwakke kenmerken zijn. Kenmerk Sterk Zwak Leeftijd X Elkaar helpen x Rol van dominante figuren Begrip voor elkaar

39 Hoe kun je nu ontwikkeling in het groepsproces brengen?
Opdracht: bespreek in 3-tallen hoe jij een positief groepsproces in gang kunt brengen.

40 Pedagogiek les 4 Roos van Leary

41 Opzet les Doel: Je oriënteert je op groepsdynamische principes Kijk naar de sociogrammen

42 Roos van Leary

43 Wat is de roos van Leary? Volgens de Amerikaanse psycholoog Timothy Leary heeft ons gedrag consequenties voor het gedrag van de ander. Door je op een bepaalde manier te gedragen beïnvloed je het gedrag van de ander. Zijn bevindingen resulteerden in de Roos van Leary. groepsdynamica

44 Wat is de roos van Leary? Model
Geeft inzicht in communicatie tussen 2 mensen Inzicht in dit proces kan helpen vastlopende communicatie vlot te trekken Dit helpt je bijvoorbeeld bij de relatie met kinderen, ouders/familie en collega’s Zelfinzicht is van wezenlijk belang om te weten wat je eigen basisgedrag is en wat dit voor een reactie oproept bij anderen. groepsdynamica

45 Beïnvloeding Let op: We veroorzaken zelf het gedrag van de ander door ons eigen gedrag! Dit geeft ons dus de mogelijkheid invloed uit te oefenen op het gedrag van een ander en bijvoorbeeld iemand uit te nodigen tot gewenst gedrag. Leary onderscheidt 2 dimensies / aspecten groepsdynamica

46 1e Dimensie Betreft Controle/invloed; Hoe oefenen we invloed uit op een ander? Dominant gedrag  boven-gedrag  overheersend gedrag Submissief gedrag  onder-gedrag  onderdanig gedrag groepsdynamica

47 2e Dimensie Betreft omgang met elkaar: Hoe persoonlijk of afstandelijk benaderen we elkaar? Vriendelijk  samen-gedrag Onvriendelijk  tegen-gedrag groepsdynamica

48 Let op: groepsdynamica

49 Opbouw Roos van Leary 4 gedragstypen: Boven/dominant
Dominant onvriendelijk Dominant vriendelijk Submissief onvriendelijk Submissief vriendelijk Tegen Samen Boven Onder/submissief groepsdynamica

50 Opbouw Roos van Leary 8 subtypen van gedrag: Dominant onvriendelijk
Dominant vriendelijk Submissief onvriendelijk Submissief vriendelijk groepsdynamica

51 Hoe zit dat dan bij mij? Doe de zelftest en maak je persoonlijke Roos van Leary. Op welke manier herken je de uitkomst: Op school Op de BPV Thuis? Welk gedrag lok jij automatisch uit in een ander? Bekijk de tips voor de praktijk (boek/reader) en bedenk wat jij daarmee kan op de BPV. Mijn rol in groepen Tip: laat iemand die jou goed kent ook eens de vragen invullen over jou en vergelijk de uitkomsten. Tip 2: Stop de test met een reflectie in je portfolio. groepsdynamica


Download ppt "Pedagogiek & Begeleiden in de groep."

Verwante presentaties


Ads door Google