Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdRoeland van der Wal Laatst gewijzigd meer dan 6 jaar geleden
1
DE VAL VAN DE LAGE MIDDENKLASSE?
Decenniumdoelen OF HOE ARMOEDE AAN DE DEUR VAN DE LAGE MIDDENKLASSE KLOPT
2
Onderzoeksproject De lage middenklasse in België
Laure-lise Robben, Aaron Van den Heede, Wim Van Lancker Centre for Sociological Research, KU Leuven Team Social Policy and Social Work Parkstraat Leuven
3
Hoe gaan we te werk? Middenklasse afbakenen aan de hand van netto beschikbaar equivalent gezinsinkomen Drie surveys: Sociaal Economisch Panel (SEP) 1985, 1988, 1992, 1997 European Community Household Panel (ECHP- 1998, 1999, 2000 European Union Statistics on Income and Living Conditions (EU-SILC) Armen Lage middenklasse (Verder: Lage MKL) Kern middenklasse (Kern MKL) Hoge middenklasse (Hoge MKL) Rijken % mediaan inkomen < 60% 60-80% 80-120% % > 200% Centre for Sociological Research, KU Leuven
4
Evolutie van de mediane inkomens
1985 2016 ARM €669 €911 LMK €892 €1281 KMK €1238 €1856 HMK €1783 €2650 RIJK €2912 €4272 Uitgedrukt in prijzen van 2013 Centre for Sociological Research, KU Leuven
5
De middenklasse in België
38% 33% 20% 18% 16% 10% Centre for Sociological Research, KU Leuven
6
Regionale verschillen
1985 2016 Centre for Sociological Research, KU Leuven
7
De lage middenklasse is vergrijsd
Er zijn veel meer 65+-ers dan vroeger 1985: 20% van de lage middenklasse was 65+ 2016: 32% van de lage middenklasse is 65+ Geen enkele inkomensklasse ‘bevat’ zoveel ouderen Centre for Sociological Research, KU Leuven
8
De lage middenklasse is geïndividualiseerd
Er zijn veel meer alleenstaanden en alleenstaande ouders dan vroeger 1985: 9% was alleenstaand, 4% alleenstaande ouder, 43% koppels met kinderen 2016: 25% alleenstaand, 9% alleenstaande ouders, 28% koppels met kinderen In de groep armen: 15% alleenstaande ouders in 2016 versus 5% in 1985 Centre for Sociological Research, KU Leuven
9
Andere sociodemografische kenmerken
Scholingsgraad: veel minder laaggeschoolden, maar die zijn veel meer geconcentreerd in de groep armen en in de lage middenklasse Immigratie: aandeel Belgen in de lage middenklasse is gedaald van 92% naar 88% tussen en 2016. Dit is echter een veel minder sterke daling dan in de groep armen. In 1985 hadden 92% van de armen de Belgische nationaliteit, vandaag is dat 77%. Het zijn vooral de recente nieuwkomers die in die groep belanden. Centre for Sociological Research, KU Leuven
10
Tewerkstelling: aandeel actieven met inkomen uit arbeid
Centre for Sociological Research, KU Leuven
11
Sociale mobiliteit Actieve leeftijd (25-64) Gepensioneerden (65+)
ARM LMKL KMKL HMKL RIJK 56,4% 26,0% 14,8% 2,4% 0,4% 20,6% 45,0% 30,4% 4,0% 0,0% 5,0% 14,4% 60,8% 19,2% 0,7% 1,6% 3,0% 16,0% 72,0% 7,6% 5,5% 9,9% 30,5% 54,1% Totaal 12,6% 15,1% 32,3% 34,3% 5,8% Gepensioneerden (65+) ARM LMKL KMKL HMKL RIJK 58,3% 33,5% 6,7% 0,0% 1,5% 11,2% 74,5% 14,3% 5,6% 17,8% 66,3% 9,0% 1,3% 2,2% 3,4% 29,4% 61,7% 5,9% 12,7% 22,2% 16,0% 43,3% Totaal 16,1% 36,7% 32,2% 12,1% 2,9% Centre for Sociological Research, KU Leuven
12
Sociale mobiliteit in de lage middenklasse
Actieve leeftijd (25-64) Gepensioneerden (65+) 34% 11% 75% 45% 14% 21% Centre for Sociological Research, KU Leuven
13
Sociale mobiliteit in de lage middenklasse
Actieve leeftijd (25-64), Laagopgeleiden: 24% Huurders: 26% Werklozen: 35% Hoogopgeleiden: 44% Huiseigenaars: 40% Voltijds werkend: 45% Stijging van 5% of meer van het arbeidsinkomen: 62% Meer volwassenen aan het werk: 62% Daling van 5% of meer van het arbeidsinkomen: 25% Minder volwassenen aan het werk: 42% Centre for Sociological Research, KU Leuven
14
Overheidsherverdeling
Centre for Sociological Research, KU Leuven
15
Levensstandaard: eigenaars naar leeftijdsgroep
Centre for Sociological Research, KU Leuven
16
Levensstandaard: zich geen vakantie kunnen veroorloven
Gepensioneerden LMK: 74% in 1985 39% in 2016 Actieve leeftijd LMK: 66% in 1985 45% in 2016 Centre for Sociological Research, KU Leuven
17
Levensstandaard: eindjes niet aan elkaar kunnen knopen
Gepensioneerden LMK: 20% in 1985 22% in 2016 Actieve leeftijd LMK: 22% in 1985 37% in 2016 Centre for Sociological Research, KU Leuven
18
Conclusie 1. De omvang van de lage middenklasse blijft stabiel, de samenstelling wijzigt onder invloed van individualisering, immigratie, scolarisatie, gezinsverdunning, vergrijzing Leeftijd blijkt belangrijke breuklijn 2. Twee realiteiten inzake de levensstandaard en subjectieve onzekerheid binnen de lage middenklasse voor ouderen en mensen op actieve leeftijd 3. De lage middenklasse niet zomaar gelijkstellen met armoede. Deze laatste groep heeft minder vaak werk, een lagere levensstandaard, meer subjectieve onzekerheid en is ernstiger materieel gedepriveerd 4. Mobiliteit uit armoede klein, mobiliteit in en uit lage middenklasse groter. Verschillend voor: Ouderen: eindstation Voor de actieve leeftijd: tussenstation Centre for Sociological Research, KU Leuven
19
DE VAL VAN DE LAGE MIDDENKLASSE?
Decenniumdoelen OF HOE ARMOEDE AAN DE DEUR VAN DE LAGE MIDDENKLASSE KLOPT
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.