30-12-2018.

Presentatie over: "30-12-2018."— Transcript van de presentatie:

1

2 1. Wanneer elke seconde telt
Basale reanimatie: hartmassage en/of mond-op- mondbeademing voor volwassenen volgens de Richtlijnen 2002 van de Nederlandse Reanimatie Raad. Voorbeeld Algemene lijn

3 2. WAAROM IS REANIMATIE ZO BELANGRIJK?
Wekelijks krijgen 200 mensen buiten het ziekenhuis een hartstilstand, vaak zijn ze ouder dan 60 jaar. Meestal zijn slachtoffers thuis en bij meer dan de helft is één persoon aanwezig. Reanimatie is dan nodig en van levensbelang. Reanimatie verdubbelt de overlevingskans

4 3. DE NORMALE SITUATIE Hart en bloedsomloop (circulatie) zorgen voor zuurstof en andere voedingsstoffen. Het hart van een volwassene pompt in rust ongeveer 70 keer per minuut. Longen en ademhaling zorgen voor opname van zuurstof in het bloed en afvoer van koolzuur. Een volwassene ademt in rust 10 à 12 keer per minuut.

5 4. ALS HET MIS GAAT Bijna altijd is een acuut hartinfarct de oorzaak van een hart- of circulatiestilstand. Er is geen transport van zuurstof meer. De hersenen zijn het meest kwetsbaar. Bij een ademhalingsstilstand komt er geen zuurstof meer in het bloed.

6 5. DE CIRCULATIESTILSTAND
De verschijnselen bewusteloosheid binnen 10 à 15 seconden geen ( normale) ademhaling, soms gasping er is geen circulatie meer, geen hartslag ‘dood’ uiterlijk soms epileptiforme trekkingen

7 6. DE KETEN VAN OVERLEVING

8 7. WAT GAAT U LEREN? De benadering en het bewustzijn
De controle van de ademhaling Snel en goed hulp bij inroepen De mond-op-mondbeademing De controle van de hartslag en de hartmassage De reanimatie door u alleen

9 8. DE BENADERING EN HET BEWUSTZIJN
Zorg voor een veilige werkplek Controle van het bewustzijn schud voorzichtig aan de schouders - vraag: ‘ Wat is er gebeurd?’

10 9. DE BENADERING EN HET BEWUSTZIJN
Trek de aandacht van iemand - vraag aanwezigen te blijven als u alleen bent, roep en/of wenk - laat het slachtoffer niet alleen

11 10. DE BENADERING EN HET BEWUSTZIJN
Gelegenheid voor vragen Demonstratie Oefenen

12 11. CONTROLE ADEMHALING Controle van de ademhaling
- kantel hoofd naar achteren - korte inspectie mondholte pas de kinlift toe kijk, luister en voel maximaal 10 seconden of er ademhaling is

13 12. CONTROLE ADEMHALING Als er geen normale ademhaling is of u twijfelt, dan moet u mond-op-mondbeademing toepassen! Zorg eerst voor snelle alarmering als elke seconde telt!

14 13. SNELLE ALARMERING Er moet hulp komen via 1-1-2
laat iemand bellen en terugrapporteren als u alleen bent, eerst zelf bellen zeg dat het om een reanimatie gaat zet de buitendeur open, sluit de hond op en doe buitenverlichting aan begin met reanimeren

15 14. CONTROLE ADEMHALING EN
SNELLE ALARMERING Gelegenheid voor vragen Demonstratie Oefenen

16 15. DE ADEMHALING Beademen - hoofd achterover kantelen
neus dicht knijpen kinlift toepassen adem in en sluit mond goed af blaas rustig gedurende 2 seconden in kijk of borstkas omhoog gaat komen, zoals bij een normale ademhaling

17 laat slachtoffer uitademen
16. DE ADEMHALING laat slachtoffer uitademen geef 2 effectieve beademingen in maximaal 5 pogingen

18 17. DE ADEMHALING Als beademen niet lukt - controleer kort de luchtweg
verwijder eventueel los voorwerp hoofd achterover kantelen en kinlift toepassen geef 2 effectieve beademingen in maximaal 5 pogingen

19 18. DE ADEMHALING Gelegenheid voor vragen Demonstratie Oefenen

20 19. DE CIRCULATIE De controle van de circulatie
kantel het hoofd iets naar achteren voel altijd aan één kant naar de halsslagader voel met 2 of 3 vingertoppen voel ten hoogste 10 seconden of de halsslagader klopt of niet

21 20. DE CIRCULATIE Als de hartslag afwezig is of u twijfelt start dan altijd en onmiddellijk met de hartmassage! Ga als volgt te werk: - leg het slachtoffer op een harde ondergrond ga zitten tegen de bovenarm kleed het slachtoffer niet uit

22 21. DE CIRCULATIE De juiste massageplaats (1)
volg dichtstbijzijnde ribbenboog tot beide ribbenbogen bij elkaar komen onderaan het borstbeen zet op die plaats uw middelvinger - zet uw wijsvinger op het borstbeen

23 22. DE CIRCULATIE uw wijsvinger De juiste massageplaats (2)
zet de hiel van uw hand tegen uw wijsvinger

24 23. DE CIRCULATIE De juiste houding zet handen op elkaar
haak vingers in elkaar, borstkas is vrij strek ellebogen schouders boven de handen, door iets voorover te buigen

25 24. DE CIRCULATIE De hartmassage duw het borstbeen 4 à 5 cm soepel in
laat het borstbeen volledig terugkomen dat voorkom leunen maar houd contact met het borstbeen doe dit 15 keer; tel hardop de juiste snelheid is 100 keer per minuut (iets minder dan 2 per seconde)

26 25. DE REANIMATIE Reanimatie door één hulpverlener
Hartmassage en beademing combineren 15 x masseren, 2 x beademen frequentie, 100 x per minuut

27 26. DE CIRCULATIE Gelegenheid voor vragen Demonstratie Oefenen

28 27. MOND-OP-NEUSBEADEMING
Als mond-op-mondbeademing niet kan hoofd naar achteren kantelen onderkaak tegen bovenkaak blaas via de neus in 2 seconden zoveel lucht in dat de borstkas omhoog gaat komen

29 REANIMATIE DOOR TWEE HULPVERLENERS
28. EXTRA: REANIMATIE DOOR TWEE HULPVERLENERS Alleen door geoefende teams 15 hartmassages steeds afwisselen met 2 beademingen degene die masseert telt hardop