30 seconden vraag 1 Waarom staat de walgvogel niet meer op het menu in hedendaagse restaurants?  

Presentatie over: "30 seconden vraag 1 Waarom staat de walgvogel niet meer op het menu in hedendaagse restaurants?  "— Transcript van de presentatie:

1 Mensa SlimmerIQuiz scholenstrijd 7 november 2018 de vragen en antwoorden zonder klok

2 30 seconden vraag 1 Waarom staat de walgvogel niet meer op het menu in hedendaagse restaurants?

3 30 seconden antwoord 1 De walgvogel is een andere naam voor de dodo. Niet alleen smaakte hij WALGelijk (vandaar zijn naam) maar hij is natuurlijk uitgestorven (en zo niet dan hartstikke beschermd)

4 30 seconden vraag 2 In welke volgorde worden de koffiekopjes gevuld?

5 30 seconden antwoord 2 Kijk goed, alleen A wordt gevuld! We hebben overigens ook punten gegeven voor het antwoord ABDC

6 inleiding voor vraag 3 In rekenboeken staat vaak een verhaaltje waar je een rekensom van moet maken. Kijk naar dit voorbeeld: Jan heeft 3 appels, Karel heeft er 10. Hoeveel appels hebben ze samen? De bedoeling is dan dat je daar eerst een sommetje van maakt en daarna pas het antwoord geeft. In dit geval zou dat zijn: = 13 Op de volgende dia staat een verhaaltje. Daar moet je een sommetje van maken en zo mogelijk het antwoord geven.

7 1 minuut vraag 3 Johan heeft 20 eieren in een mand. Hij geeft aan ieder kind 0 (nul) eieren. Aan hoeveel kinderen kan hij uitdelen voordat zijn mand leeg is? (Maak hier een som van en geef zo mogelijk het antwoord.)

8 1 minuut antwoord 3 Johan heeft 20 eieren in een mand. Hij geeft aan ieder kind 0 (nul) eieren. Aan hoeveel kinderen kan hij uitdelen voordat zijn mand leeg is? 20 : 0 = kan niet/oneindig Of 20 : oneindig = 0

9 20 seconden vraag 4 Chantal zit in de ontbijtzaal van een restaurant en kijkt in de richting van de opkomende zon. Zij ziet van rechts de ober aankomen. Vanuit welke windrichting komt de ober?

10 20 seconden antwoord 4 Chantal zit in de ontbijtzaal van een restaurant en kijkt in de richting van de opkomende zon. Zij ziet van rechts de ober aankomen. Vanuit welke windrichting komt de ober? Vanuit zuid.

11 30 seconden vraag 5 Welk(e) voedingsproduct(en) bevat(ten) geen graan? Couscous Patat Spaghetti Pizza Paneermeel

12 30 seconden antwoord 5 Welk(e) voedingsproduct(en) bevat(ten) geen graan? Couscous Patat Spaghetti Pizza Paneermeel

13 2 𝟏 𝟐 minuten vraag 6 Astrid, Berdine en Chantal zijn een drieling. Slechts één van de drie liegt, maar we weten niet wie. Op een dag merkt moeder dat iemand een hap uit de appeltaart heeft genomen. (Het is maar één hap, dus het is maar één dader.) Ze roept de meiden ter verantwoording. Dit is wat ze tegen moeder zeggen: Astrid: Chantal heeft het gedaan. Berdine: Astrid heeft het niet gedaan. Chantal: ik was het niet. Wie spreekt zeker de waarheid en wie heeft zeker niet van de taart gesnoept?

14 2 𝟏 𝟐 minuten antwoord 6 Slechts één van de drie liegt, maar we weten niet wie. Astrid: Chantal heeft het gedaan. Berdine: Astrid heeft het niet gedaan. Chantal: ik was het niet. Wie spreekt zeker de waarheid en wie heeft zeker niet van de taart gesnoept? Astrid en Chantal spreken elkaar tegen, dus één van de twee liegt. Berdine spreekt dus zeker de waarheid en dat betekent dat Astrid niet van de taart heeft gesnoept.

15 90 vraag 7 Geef een andere naam voor deze voedingsmiddelen: Aardnoten
seconden vraag 7 Geef een andere naam voor deze voedingsmiddelen: Aardnoten Gedroogde druiven Dikke, verzuurde melk Gegiste graanpap Ingedampt zeewater Orchidee peulen Zaad van de papaverplant Geklopt melkvet

16 90 antwoord 7 Geef een andere naam voor deze voedingsmiddelen:
seconden antwoord 7 Geef een andere naam voor deze voedingsmiddelen: Aardnoten-pinda’s Gedroogde druiven-krenten/rozijnen/sultana’s Dikke, verzuurde melk-yoghurt/karnemelk Gegiste graanpap-bier Ingedampt zeewater-zout Orchidee peulen-vanille Zaad van de papaverplant-maanzaad Geklopt melkvet-slagroom

17 inleiding voor vraag 8 Een “dingbat” is een woordpuzzeltje. Er staat een woord geschreven op een aparte manier. Zo staat hier het woord “ring”. Zie je dat de R in de G staat? R in G ... ring Je krijgt zo meteen drie dingbats om op te lossen. Succes.

18 90 seconden vraag 8 Geef de betekenis van deze drie dingbats:

19 90 seconden antwoord 8 Geef de betekenis van deze drie dingbats: bessensap bier roomijs

20 inleiding voor vraag 9 kat-tijger-raaf-fazant-tyrannosaurus-spin-neushoorn Wat is er zo bijzonder aan het rijtje woorden hierboven? De laatste letter van een woord is de eerste letter van het volgende woord: Na kat komt tijger, na tijger komt raaf, na raaf komt fazant, enz. Verder zie je dat alle woorden dieren zijn, en dat we geen woorden herhaald hebben.

21 2 minuten vraag 9 Nu jij: Verzin een rijtje waar telkens de laatste letter van het ene woord de eerste letter van het volgende woord is. Alle woorden moeten een voedingsmiddel of een drank zijn. Je mag geen woorden herhalen. Hoe langer de rij hoe meer punten.

22 2 minuten antwoord 9 Bijvoorbeeld: Pinda-appel-limoen-nootjes-spinazie-erwt-toast

23 inleiding voor vraag 10 Een anagram is een verhaspeling van letters. In deze zin staat een anagram maar ook een aanwijzing over de betekenis van het woord dat we zoeken: De stermadam trad alleen in de hoofdstad op. Het antwoord is Amsterdam. Stermadam is een anagram van het woord Amsterdam en het woord “hoofdstad” was natuurlijk ook een aanwijzing. Op de volgende dia staan drie van die zinnen. Heel gemeen hebben we bij de laatste zin niet eens de anagram rood gemaakt. Zet hem op.

24 1 minuut vraag 10 Met een rap pedaal fietste hij naar de groenteboer. De man in het gips at lange slierten. Frans, Dirk en Jolanda dronken cola.

25 1 minuut vraag 10 Met een rap pedaal fietste hij naar de groenteboer. aardappel De man in het gips at lange slierten. spaghetti Frans, Dirk en Jolanda dronken cola. frisdrank

26 4 8 4 4 vraag 11 3 Maak met deze getallen het antwoord 24.
minuten vraag 11 Maak met deze getallen het antwoord 24. Je moet ieder getal één keer gebruiken. Je mag +, -, x, ÷ en haakjes gebruiken zoveel je wilt. Zoek zo veel mogelijk oplossingen.

27 4 8 4 4 antwoord 11 3 Bijvoorbeeld: 8 x (4 – (4 : 4)) = 24
minuten antwoord 11 Bijvoorbeeld: 8 x (4 – (4 : 4)) = 24 4 x 8 – 4 – 4 = 24

28 90 seconden vraag 12 Tafel dekken minuten Groenten snijden en in de schaal 10 minuten Oven voorverwarmen 5 minuten Groenteschotel in de oven 30 minuten Vlees bakken in de koekenpan 15 minuten Voor het avondeten maakt José een ovenschotel van groenten en bakt ze een lekker stukje vlees. Zij weet uit ervaring hoe lang alles duurt. Dat staat hierboven. Als José om begint, hoe laat kan ze dan, op zijn vroegst, aan tafel?

29 90 antwoord 12 Let op, dit is het tijdsschema: 17.50 groenten snijden
seconden antwoord 12 Tafel dekken minuten Groenten snijden en in de schaal 10 minuten Oven voorverwarmen minuten Groenteschotel in de oven 30 minuten Vlees bakken in de koekenpan 15 minuten Let op, dit is het tijdsschema: 17.50 groenten snijden even snel tussendoor de oven aanzetten, voorverwarmen schotel in de oven … je hebt je handen vrij tafel dekken vlees in de pan het vlees is klaar en de groenteschotel ook, eet smakelijk

30 50 seconden vraag 13 We gaan een pannetje water koken. Geef van de volgende situaties aan of daarvan het aan de kook brengen sneller gaat, langzamer gaat of dat het geen verschil maakt: Deksel op de pan Hoog in de bergen zijn Met heet water beginnen Regelmatig ijsklontjes toevoegen

31 50 seconden antwoord 13 Geef van de volgende situaties aan of daarvan het aan de kook brengen sneller gaat, langzamer gaat of dat het geen verschil maakt: Deksel op de pan – sneller, er ontsnapt minder warmte Hoog in de bergen zijn – bij lagere luchtdruk is het kookpunt minder dan 100 graden Met heet water beginnen – sneller, je bent eerder bij 100 graden Regelmatig ijsklontjes toevoegen – langzamer, een deel van de warmte wordt gebruikt om de ijsklontjes te smelten, wat er overblijft aan warmte is minder en dan duurt het langer voor je de 100 graden bereikt.

32 2 minuten vraag 14 Wat staat er op de ontbijttafel? Vul vijf woorden in op de figuur op je antwoordblad zodat er in de grijze verticale vakjes ook een woord staat. De vijf woorden zijn: zout, eitje, brood, thee, peper.

33 2 minuten antwoord 14

34 40 seconden vraag 15 Hier volgt een heel lange som: (5 – 0 ) x (5 – 1) x (5 – 2) x (5 – 3) x (5 – 4) x (5 – 5) = Wat is het antwoord?

35 40 seconden vraag 15 (5 – 0 ) x (5 – 1) x (5 – 2) x (5 – 3) x (5 – 4) x (5 – 5) = 5 x 4 x 3 x 2 x 1 x 0 = 0

36 inleiding voor vraag 16 In de komende dia’s gaat het over observatie, snel opletten en daarna overleggen wat je gezien hebt. In de volgende dia zie je een aantal voedingsmiddelen, sommige zijn weergegeven als plaatje, andere zijn geschreven. Je krijgt maar heel even de tijd om te zoeken naar welk voedingsmiddel twee keer vermeld/getekend staat, zo’n drie seconden. Echt waar, dat kan genoeg zijn. Ben je er klaar voor?

37 seconden 3 vraag 16

38 15 seconden vervolg vraag 16 Kort tijd om te overleggen en het antwoord op te schrijven. Wat zag je twee keer? Antwoord: banaan

39 30 seconden vraag 17 Denk even terug, welke vloeistoffen stonden er afgebeeld/vermeld?

40 30 seconden antwoord 17 Denk even terug, welke vloeistoffen stonden er afgebeeld/vermeld? ijsthee, sinaasappelsap, een kopje thee of koffie

41 20 seconden vraag 18 Nog een vraag: in welke richting stond de croissant afgebeeld?

42 20 seconden antwoord 18

43 20 vraag 19 Laatste vraag hierover: in welke richting stond het kopje?
seconden vraag 19 Laatste vraag hierover: in welke richting stond het kopje?

44 20 seconden antwoord 19

45 inleiding voor vraag 20 De paardensprong ziet er zo uit: Hij wordt vaak beschreven als “twee vooruit en één opzij”. Op de volgende dia staan drie puzzels. Spring van letter naar letter met de paardensprong en maak een woord. Je moet telkens alle letters gebruiken. Bij twee puzzels hebben de beginletters een kleur. Bij de laatste niet.

46 1 minuut vraag 20

47 1 minuut antwoord 20 appelsap limonade macaroni

48 30 seconden vraag 21 Als we deze machine aan het draaien zetten, welke as draait dan het snelst?

49 30 seconden antwoord 21 As B draait het snelst

50 30 vraag 22 Wat betekent dit verkeersbord? Kies uit:
seconden vraag 22 Wat betekent dit verkeersbord? Kies uit: Eenrichtingsverkeer voor wortels Verboden voor wortels Pas op, loslopende wortels Oversteekplaats voor wortels

51 30 antwoord 22 Wat betekent dit verkeersbord? Kies uit:
seconden antwoord 22 Wat betekent dit verkeersbord? Kies uit: Eenrichtingsverkeer voor wortels Verboden voor wortels Pas op, loslopende wortels Oversteekplaats voor wortels

52 60 seconden vraag 23 In deze ijssalon moet je altijd één bolletje, één saus en één topping kiezen. Hoeveel verschillende ijsjes kun je samenstellen?

53 60 seconden antwoord 23 5 x 3 x 4 = 60 ijsjes

54 40 seconden vraag 24 Dezelfde ijssalon, maar nu: Hoeveel ijsjes kun je samenstellen die geschikt zijn voor iemand met een chocolade-allergie?

55 40 seconden antwoord 24 4 x 2 x 3 = 24

56 Dat was het dan! Leg je pen of potlood neer alsjeblieft. We zijn klaar. Dank je wel voor je harde werken. De official gaat de quiz nakijken. Eén drietal mag door naar de finale op 14 november. Welk drietal dat is, krijg je vanmiddag nog te horen!