Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdSimon Hartmann Laatst gewijzigd meer dan 6 jaar geleden
1
Welkom deze middag in de Chr. Ger. kerk van Biezelinge
Voorganger in deze doopdienst is ds. A.G.M. Weststrate Thema: Een veelbelovend verbond
2
Informatie voor onze gasten
De Bijbellezing is uit de vertaling van 1951 en wordt geprojecteerd. Bijbels liggen bij de entree. De psalmen en liederen worden geprojecteerd. Tijdens deze dienst is er crèche voor kinderen tot en met 3 jaar Tijdens de preek is er een kindernevendienst voor kinderen in de groepen 1 t/m 6 van de basisschool.
3
Mededelingen D.V. volgende week zijn de collectedoelen:
1e collecte: voor de kerk 2e collecte: voor de kerkelijke kassen Bij de uitgang: voor rente, aflossing en onderhoud van de gebouwen. D.V. volgende week hoopt ds. Weststrate in beide diensten voor te gaan.
4
Liturgie zondag 30 september 2018
Mededelingen Ps. 93: 1, 4 OB * Stil gebed * Votum en groet Opw. 770 Gebed Bediening Heilige Doop Schriftlezing: Deut. 26: 16-19 Ps. 48: 6 OB Kindernevendienst Preek Ps. 135: 2, 3, 7 NB Einde Kindernevendienst Collecte Dankgebed ELb. 167b: 1, 2, 4 * Geloofsbelijdenis * Opw. 710 * Zegen * Staande
5
Mededelingen
6
Psalm 93: 1, 4 OB
7
Psalm 93: 1 De HEER regeert; de hoogste Majesteit,
Bekleed met sterkt', omgord met heerlijkheid, Bevestigt d' aard', en houdt door Zijne hand Dat schoon gebouw onwankelbaar in stand.
8
Psalm 93: 4 Uw macht is groot, Uw trouw zal nooit vergaan;
Al wat Gij ooit beloofd hebt, zal bestaan; De heiligheid is voor Uw huis, o HEER, Eeuw uit, eeuw in, tot sieraad en tot eer.
9
Stil gebed Votum en groet
* Staande
10
Opwekking 770
11
Opwekking 770 Hoe wonderlijk mooi is uw eeuwige Naam.
Verborgen aanwezig deelt U mijn bestaan. Waar ik ben, bent U: wat een kostbaar geheim. Uw naam is ‘Ik ben’ en ‘Ik zal er zijn’.
12
Opwekking 770 Een boog in de wolken als teken van trouw,
staat boven mijn leven, zegt: Ik ben bij jou! In tijden van vreugde, maar ook van verdriet, ben ik bij U veilig, U die mij ziet.
13
Opwekking 770 De toekomst is zeker, ja eindeloos goed.
Als ik eens moet sterven, als ik U ontmoet: dan droogt U mijn tranen, U noemt zelfs mijn naam. U blijft bij mij Jezus, laat mij niet gaan.
14
Opwekking 770 ‘Ik ben die Ik ben’ is uw eeuwige naam.
Onnoembaar aanwezig deelt U mijn bestaan. Hoe adembenemend, ontroerend dichtbij: uw naam is ‘Ik ben’, en ‘Ik zal er zijn’.
15
Opwekking 770 O Naam aller namen, aan U alle eer.
Niets kan mij ooit scheiden van Jezus mijn Heer: Geen dood en geen leven, geen moeite of pijn. Ik zal eeuwig zingen, dicht bij U zijn.
16
Gebed
17
Bediening van de Heilige doop
18
Formulier voor bediening van de Heilige doop
19
Gemeente van onze Here Jezus Christus,
Eerst willen wij luisteren naar wat de Bijbel zegt over de instelling en de betekenis van de doop. Voordat de Here Jezus naar de hemel ging, droeg Hij Zijn discipelen op de wereld in te gaan en alle volken tot Zijn discipelen te maken. Zij die tot geloof kwamen, moesten gedoopt worden in de Naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Bij deze instelling van de christelijke doop heeft Jezus toegezegd dat wie gelooft en zich laat dopen, behouden zal worden, maar wie niet gelooft, veroordeeld zal worden. Kort daarna werd de Heilige Geest uitgestort op het pinksterfeest. Drieduizend mensen kwamen tot geloof en werden gedoopt.
20
De doop laat ons zien dat wij door de zonde onrein zijn en dat onze zonden afgewassen moeten worden. Als nageslacht van Adam zijn wij in zonde ontvangen en geboren en rust de toorn van God op ons. Job belijdt: Komt ooit een reine uit een onreine? Jezus zegt tegen Nicodemus dat wij het Koninkrijk van God niet binnen kunnen gaan als wij niet opnieuw geboren worden. Deze algehele vernieuwing kunnen wij onszelf niet geven en daarom zoeken wij onze zaligheid buiten onszelf in Jezus Christus. Bij Hem alleen is die te vinden. Het water bij de doop wijst heen naar het bloed van Jezus Christus, Gods Zoon, dat onze zonden afwast, zodat wij in Hem rein voor God zijn.
21
Onze zonden worden verzoend doordat God ons toerekent wat Christus door Zijn lijden en sterven heeft verworven. Bij onze doop ontvangen wij het teken en zegel van wat God ons in het verbond der genade belooft. -De Vader bezegelt ons dat Hij met ons een eeuwig verbond der genade sluit. Hij belooft ons dat Hij ons tot Zijn kinderen en erfgenamen aanneemt en altijd als een Vader voor ons wil zorgen, in voor- en tegenspoed. -De Zoon bezegelt ons dat Hij ons wast in Zijn bloed van al onze zonden. Hij doet ons delen in de gemeenschap van Zijn dood en opstanding om ons zo te doen sterven aan ons eigen ‘ik’ en te doen opstaan in een nieuw leven.
22
-De Heilige Geest bezegelt ons dat Hij in ons wil wonen en werken
-De Heilige Geest bezegelt ons dat Hij in ons wil wonen en werken. Hij belooft ons dat Hij ons tot leden van Christus wil heiligen, en zegt ons toe dat Hij ons deel wil geven aan wat wij in Christus hebben. Dat is het afwassen van onze zonden en het dagelijks vernieuwen van ons leven, totdat wij ten slotte zonder enige zonde, met heel de gemeente van de uitverkoren kinderen van God, eeuwig leven.
23
De Here geeft ons in de doop niet een bevestiging van ons geloof of van onze bekering, maar een teken en zegel van zijn verbondsbeloften. Met vrijmoedigheid mogen wij bidden om de vervulling daarvan. Aan dit gebed verbindt Hij Zijn zegen. Wanneer wij Hem echter niet geloven op zijn Woord, verbreken wij dit verbond. Dit ongeloof blijft niet zonder gevolgen. Tegenover Gods verbondszegen staat Zijn verbondswraak.
24
Nu willen wij horen waarom kleine kinderen gedoopt worden
Nu willen wij horen waarom kleine kinderen gedoopt worden. De kinderen van gelovige ouders ontvangen de heilige doop als teken en zegel van het verbond dat God ook met hen gesloten heeft, al begrijpen ze er nog niets van. Voor de Here horen zij er helemaal bij. Toen de Here zijn volk uit de slavernij van Egypte leidde, werden óók de kinderen bevrijd. Zij zijn een deel van zijn gemeente, waaraan Hij zijn heil belooft. Tot allen zegt Hij: Ik ben de Here, uw God. Hij belooft oud èn jong naar het beloofde land te brengen. Wanneer het merendeel in de woestijn omkomt, is dat geen gevolg van een tekort in Gods belofte, maar is dit enkel en alleen te wijten aan hun ongeloof.
25
Gods verbondsbeloften gelden voor de gelovigen en voor hun kinderen
Gods verbondsbeloften gelden voor de gelovigen en voor hun kinderen. De Here sloot een verbond met Abraham, de vader van alle gelovigen, en met zijn nageslacht. Als teken van dit verbond der genade moesten de jongens op hun achtste levensdag besneden worden. Wie de besnijdenis niet overeenkomstig Gods bevel uitvoerde, verbrak dit verbond en riep de toorn van God op. Nu het bloed van Christus heeft gevloeid, heeft de besnijdenis als teken van het verbond haar vervulling ontvangen in de christelijke doop. Paulus schrijft aan de christelijke gemeente te Kolosse dat zij die gedoopt zijn nu niet meer besneden behoeven te worden. In het Oude Testament ging het ten diepste om de besnijdenis van het hart. Dit geldt niet minder van het gedoopte kind in de nieuwtestamentische gemeente.
26
Aan de gemeente te Korinte schrijft dezelfde apostel dat de kinderen van een gelovige vader of moeder heilig zijn. Zij zijn niet zonder zonde, maar worden apart gezet van de wereld om hen heen, om de Here met en in Zijn gemeente te dienen. Heel de gemeente wordt daarom geroepen tot geloof en levensheiliging. Deze gemeente wordt in het Woord van God gewaarschuwd voor ongeloof. Allen wordt op het hart gebonden dat alleen wie gelooft wat de Here belooft, het heil metterdaad ontvangt. Wanneer Paulus het evangelie in Europa verkondigt, komen in Filippi Lydia en de gevangenbewaarder door de Heilige Geest tot geloof in de Here Jezus. Zij worden gedoopt met hun hele huis.
27
Op de pinksterdag heeft Petrus aan toegestroomde Joden en Jodengenoten verkondigd: Want voor u is de belofte en voor uw kinderen en voor allen, die verre zijn, zovelen als de Here, onze God, ertoe roepen zal. Zoals in het Oude Testament de beloften van het verbond heel de gemeente golden, zo komt de Here ook nu nog met zijn belofte van vergeving en vernieuwing tot de gelovigen en hun kinderen, want ook zij behoren tot zijn verbondsgemeente. Het gaat in het Oude en in het Nieuwe Testament om hetzelfde verbond met dezelfde beloften, ook al wisselt het teken ervan. Daarom mogen de gelovigen en hun kinderen slechts één keer de doop ontvangen. Wat God zegt, blijft gelden. De christelijke kerk belijdt dan ook: één doop tot vergeving der zonden.
28
Op grond van deze beloften van de drie-enige God behoren gelovige ouders dagelijks voor hun kinderen te bidden, en mogen zij vragen om de vervulling van die beloften van het verbond. Zij moeten hun kinderen van jongs af aan leren ook zelf daarom te bidden, in het vaste vertrouwen dat de Here deze gebeden zal verhoren. Ouders zijn ertoe geroepen hun kinderen in de vreze des Heren op te voeden en hun kinderen voor te gaan in het vertrouwen op God en in het leven voor Hem. Beiden, ouders en kinderen, worden opgeroepen te strijden tegen de zonde en een nieuw, godvrezend leven te leiden. Heel de gemeente ziet ernaar uit en bidt erom dat de gedoopte kinderen zelf de Here gaan kennen en in het openbaar belijdenis van hun geloof afleggen.
29
Psalm 103: 7 NB
30
Psalm 103: 7 NB Maar 's Heeren gunst zal over die Hem vrezen
in eeuwigheid altoos dezelfde wezen, en zijn gerechtigheid de eeuwen door. Zijn heil omsluit de komende geslachten; zo volgen zij die zijn verbond betrachten, van zijn barmhartigheid het lichtend spoor.
31
Gebed Doopvragen
32
Psalm 81: 9 NB
33
Psalm 81: 9 NB Leef uit mijn verbond. Vraag van Mij vrijmoedig.
Open wijd uw mond. Al wat u ontbreekt, al waar gij om smeekt geef Ik overvloedig.
34
Doopbediening
35
Psalm 105: 5 OB * Staande
36
Psalm 105: 5 God zal Zijn waarheid nimmer krenken,
Maar eeuwig Zijn verbond gedenken; Zijn woord wordt altoos trouw volbracht, Tot in het duizendste geslacht; 't Verbond met Abraham, Zijn vrind, Bevestigt Hij van kind tot kind. * Staande
37
Toespreken kinderen zingen
38
Slotgebed
39
Schriftlezing: Deuteronomium 26: 16-19
40
16Heden beveelt u de Here, uw God, deze inzettingen en verordeningen na te komen; onderhoud ze dan naarstig met geheel uw hart en geheel uw ziel. 17Gij hebt heden van de Here het woord aanvaard, dat Hij u tot een God zal zijn, en dat gij in zijn wegen wandelen moet, zijn inzettingen, geboden en verordeningen onderhouden en naar zijn stem luisteren.
41
18En de Here heeft heden van u het woord aanvaard, dat gij zijn eigen volk zult zijn, zoals Hij u gezegd heeft, en dat gij al zijn geboden zult onderhouden – 19dan zal Hij u verheffen tot een lof, een naam en een sieraad, boven alle volken die Hij geschapen heeft en dan zult gij een volk zijn, geheiligd aan de Here, uw God, zoals Hij gezegd heeft.
42
Psalm 48: 6 OB
43
Psalm 48: 6 Want deze God is onze God; Hij is ons deel, ons zalig lot,
Door tijd noch eeuwigheid te scheiden: Ter dood toe zal Hij ons geleiden.
44
Aanvang kindernevendienst
45
Een veelbelovend verbond
Preek: Een veelbelovend verbond Schriftlezing: Deuteronomium 26: 16-19 Tekst: Deuteronomium 26: 19 Zingen na de preek: Psalm 135: 2, 3, 7 NB
46
Psalm 135: 2, 3, 7 NB
47
Psalm 135: 2 NB Prijst den Heer, want Hij is goed.
Stemt uw snaren en vertolkt dat zijn naam ons leven doet. Hij koos Jakob tot zijn volk, Israël tot kroonsieraad van zijn goddelijke staat.
48
Psalm 135: 3 NB Boven al wat blinkt in eer, boven alle machten uit,
is de Heer een enig Heer. Hij volvoert wat Hij besluit. Hemel, aarde, zee en land, zelfs de oervloed dwingt zijn hand.
49
Psalm 135: 7 NB Hij heeft Israël dat land als een erfdeel toegedacht.
Heer, uw naam houdt eeuwig stand. Van U spreekt het verst geslacht. Uw genaderijk bestel schept het recht voor Israël.
50
Einde kindernevendienst
51
Collecte Deze collecte is bestemd voor: 1. Kerk 2. Zending
Bij de uitgang: rente, aflossing en onderhoud
52
Dankgebed
53
ELb. 167b: 1, 2, 4
54
Evangelische Liedbundel 167b: 1
Wees mijn vooruitzicht, o Heer, door de tijd; niets blijft voor mijn hart dan dit ene: Gij zijt. Vervul mijn gedachten, houd Gij er de wacht. Wees lichtend aanwezig bij dag en bij nacht.
55
Evangelische Liedbundel 167b: 2
Wees Gij mijn wijsheid, het woord in mijn mond. Wees Gij met mij één in uw heilig verbond: Gij - machtige Vader; ik - waarlijk uw kind, dat in uw gemeenschap zijn oorsprong hervindt.
56
Evangelische Liedbundel 167b: 4
Ik zoek geen rijkdom, voorbijgaande eer, want Gij zijt mijn schat en mijn erfdeel, o Heer! Wees Gij, Soevereine, mijn Eerste altijd; mijn hart, wees uw Hoeder geheel toegewijd.
57
Geloofsbelijdenis * Staande
58
Opwekking 710 * Staande
59
Opwekking 710 Zegen mij op de weg die ik moet gaan.
Zegen mij op de plek waar ik zal staan. Zegen mij in alles, wat U van mij verlangt. O God, zegen mij alle dagen lang! * Staande
60
Opwekking 710 Vader, maak mij tot een zegen; ga mij niet voorbij.
Regen op mij met uw Geest, Heer, Jezus, kom tot mij als de Bron van leven, die ontspringt, diep in mij. Breng een stroom van zegen, waarin U zelf steeds mooier wordt voor mij. * Staande
61
Opwekking 710 Zegen ons waar we in geloof voor leven.
Zegen ons waar we hoop en liefde geven. Zegen om de ander tot zegen te zijn. O God, zegen ons tot in eeuwigheid! * Staande
62
Opwekking 710 Vader, maak ons tot een zegen; hier in de woestijn.
Wachtend op uw milde regen, om zelf een bron te zijn. Met een hart vol vrede, zijn wij zegenend nabij. Van uw liefde delend, waarin wij zelf tot bron van zegen zijn. * Staande
63
Zegen * Staande
64
Tot volgende week zondag
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.