De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Maatschappijleer havo 4

Verwante presentaties


Presentatie over: "Maatschappijleer havo 4"— Transcript van de presentatie:

1 Maatschappijleer havo 4
Nadya Karim - Periode 2 Maatschappijleer havo 4

2 Vandaag Schoolexamen en acuatoets (5 min)
Thema parlementaire democratie: leerdoelen van deze les (25 min) Zelfstandig werken H1 (15 min) Afsluiting: leerdoelencheck (5 min)

3 Leerdoelen Na deze les kun je in eigen woorden uitleggen wat een democratie is. ....kun je de kenmerken van een democratie benoemen. ....kun je de voordelen van een democratie beschrijven. ....kun je in eigen woorden uitleggen wat een dictatuur is. ....kun je de kenmerken van een dictatuur benoemen.

4 Nederland Rechtsstaat Parlementaire democratie
Constitutionele Monarchie Verzorgingsstaat

5 Democratie DEMOS= KRATEIN= Het volk Heersen/regeren/belissen
Democratie is... een bestuursvorm waarbij het volk direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming.

6 Directe en indirecte democratie
Nederland is een parlementaire democratie: het volk bestuurt zichzelf INDIRECT d.m.v. een gekozen volks-vertegenwoordiging. We kennen ook directe vormen van democratie, bijvoorbeeld een referendum (oftewel volksraadpleging).

7 Parlementaire democratie
Politiek= Het vinden van oplossingen voor maatschappelijke problemen en het besturen van een gemeente, provincie of een land. Parlementaire democratie

8 Kenmerken van een parlementaire democratie
Politieke grondrechten (stemrecht, recht op demonstratie etc) Politieke besluitvorming vastgelegd in de Grondwet (regering en 2e kamer mogen allebei wetten maken) Altijd rekening houden met minderheden in de samenleving Persvrijheid (media is de waakhond van de samenleving)

9 Dictatuur Waar kunnen we dictaturen aan herkennen?
Opdracht: Geef een een omschrijving van een dictatuur. Waar kunnen we dictaturen aan herkennen? Er is geen scheiding van machten Grondrechten worden niet gerespecteerd Er is geen vrije pers Oppositiepartijen zijn verboden Een grote politieke rol voor militairen Verkiezingsfraude Beslissingen verlopen vlot want er is nauwelijks tegenstand Dictatuur

10 Voordelen democratie?

11 Hele hoofdstuk, dus vraag 1 t/m 14
H1 maken Nu maken: Vraag 9, 11, 12, 13 Huiswerk: Hele hoofdstuk, dus vraag 1 t/m 14

12 Check jezelf! Leerdoelen behaald?
Kun je nu... .... in eigen woorden uitleggen wat een democratie is? ....de kenmerken van een democratie benoemen? ....de voordelen van een democratie beschrijven? ....in eigen woorden uitleggen wat een dictatuur is? ....de kenmerken van een dictatuur benoemen?

13 Huiswerk voor op het leerplein
Maken H1 van het thema Parlementaire democratie

14 H2 Politieke stromingen

15 Vandaag Leerdoelen (2 min) Politieke stromingen (15 min)
Aan de slag! (20 min) Afsluiting (8 min)

16 Leerdoelen Je kunt... ...benoemen welke politieke stromingen er zijn.
...de verschillen tussen de verschillende politieke stromingen benoemen. ...uitleggen naar welke politieke stroming jouw voorkeur uitgaat.

17 Sociaal-democratie Christen-democratie Liberalisme Gelijkheid
Gelijkwaardigheid Gelijke kansen Internationale solidariteit: ontwikkelingshulp SP-GL-PvdA Verantwoordelijke samenleving (naastenliefde) Harmonie in samenwerking tussen overheid, burgers en organisaties. Rentmeesterschap (milieu) Bijbel is uitgangspunt CDA-CU-SGP Vrijheid (economische en persoonlijk) Eigen verantwoordelijkheid Deregulering Vrije markt VVD

18 Populisme =meer een stijl van politiek bedrijven dan een ideologie!
Ze zeggen op te komen voor de burger. Deze partijen zijn lastig te plaatsen op de politieke balk. Waaien soms met alle winden mee. Nationalisme. Economische crisis zorgt voor een grotere populariteit van dergelijke partijen.

19 Maken 20 minuten Nu in de les maken vraag 9, 10 en 11 Huiswerk:
Alle vragen van H2

20 Afsluiting Kahoot

21 Vandaag Huiswerkcheck Leerdoelen Uitleg H3 Aan de slag

22 Na deze les kun je... ...benoemen wat politieke partijen precies doen.
...kunnen uitleggen wat het verschil is tussen belangen/actiegroep en een politieke partij ....benoemen welke soorten partijen er zijn. ...het assenstelsel van het politiek spectrum uitleggen.

23 H3 Politieke partijen Wat zijn politieke partijen?
Ze hebben ideeen over hoe de samenleving ingericht en bestuurt zou moeten worden. Wat doen politieke partijen? Partijprogramma Burgers informeren Kandidaten selecteren

24 Verschil met belangen/actiegroepen
Dit zijn groepen mensen die opkomen voor 1 bepaald belang. Willen wel politieke invloed maar niet besturen. Doen niet mee aan verkiezingen. Lobbyen is hun ding!

25 Soorten partijen Komen meestal voort uit de 3 grote politieke stromingen. One-issuepartijen Populistische partijen Niet-democratische partijen

26

27 Ledenverlies Sinds de jaren ‘70 bij de grote drie: CDA-PvdA-VVD
Gevolgen: Ontzuiling Minder inkomsten door minder leden =minder leden, namelijk minder campagnegeld.

28 Aan de slag met Vraag 1, 5, 7, 8, 10, 13, 14 en 15 Bovenstaande vragen zijn ook huiswerk!!!

29 H4 Verkiezingen Actief en passief kiesrecht
Actief: je mag je stem uitbrengen als je 18 jaar of ouder bent Passief: Er mag op jou gestemd worden. Zwevende kiezers: je voelt je niet thuis bij een partij en stem altijd wat anders. Je maakt je keus in het stemhokje. Verkiezingen

30 Verkiezingen Op 4 niveau’s zijn er verkiezingen: Gemeente Gemeenteraad
Provincie Provinciale Staten Landelijk 2e Kamer Europees Europees Parlement Let op: de leden van de 1e Kamer worden gekozen door de leden van de Provinciale Staten.

31 Evenredige vertegenwoordiging
Alle uitgebrachte stemmen worden verdeeld over het aantal zetels 3% van het aantal stemmen  3% van het aantal zetels. 10 miljoen mensen hebben gestemd? Dit moet wordt verdeeld worden over 150 zetels. Kiesdeler= / 150 = stemmen per zetel. Dus bij stemmen heb je een zetel in de Tweede Kamer Maak opdracht 13 op bladzijde 78

32 Rekenvoorbeeld Aantal zetels in de Tweede Kamer 150
Aantal inwoners van Nederland 17 miljoen Aantal Nederlanders van achttien jaar en ouder 12 miljoen Aantal uitgebrachte stemmen 9 miljoen Het afgeronde opkomstpercentage is? De kiesdeler is in dit geval? Stel dat een partij stemmen heeft gekregen. Hoeveel zetels krijgt deze partij dan in de Tweede Kamer?

33 Aantal zetels in de Tweede Kamer
150 Aantal inwoners van Nederland 17 miljoen Aantal Nederlanders van achttien jaar en ouder 12 miljoen Aantal uitgebrachte stemmen 9 miljoen Het afgeronde opkomstpercentage is? 9 miljoen / 12 miljoen x 100%= 75% De kiesdeler is in dit geval? 9 miljoen / 150= Stel dat een partij stemmen heeft gekregen. Hoeveel zetels krijgt deze partij dan in de Tweede Kamer? / = 5 zetels

34 Wat gaat er vooraf aan de verkiezingen?
De partijen stellen een verkiezingsprogramma op De partijen kiezen een lijsttrekker (nr 1 op de kandidatenlijst) Kandidatenlijst VVD Alle partijen die meededen aan de verkiezingen Partijen gaan campagne voeren  flyeren, spotjes op tv, debatten op tv

35 Invloeden op de verkiezingen
Spindoctors: communicatiedeskundigen die kandidaten adviseren over een zo positief mogelijk imago Media: via de media proberen partijen de zwevende kiezer te beïnvloeden Opiniepeilingen: hoe hoog of laag staan de partijen in de peilingen. Strategisch stemmen Invloed van peilingen

36 Meest recente peiling Maurice de Hond

37 Aan de slag met: Werkboek Blz. 76 vr. 5 en 7 Blz. 77 vr. 10
Blz. 77, opdr. 12 Blz. 79, opdr. 16 Lesboek paragraaf 4, blz. 82 t/m 85

38 Vandaag Leerdoel Uitleg Aan de slag PO

39 H5 De regering Leerdoelen: Na deze les kun je
het verschil tussen kabinet en regering uitleggen. benoemen welke taken de regering en kabinet hebben. uitleggen in welke fasen een kabinetsformatie verloopt. uitleggen wat ministriële verantwoordelijkheid inhoudt. uitleggen wat een kabinetscrisis kan veroorzaken.

40 Uitslag 2e Kamer verkiezing 2017
150 zetels 76 zetels nodig om wetten te kunnen aannemen

41 Kabinetsformatie Deze begint direct na de verkiezingen waarbij een nieuwe 2e Kamer is gekozen. Doel is: om een kabinet te gaan vormen van ministers en staatssecretarissen die.. Samen steun hebben van een meerderheid, minstens 76 kamerleden (1 meer dan de helft van 150) Het samen eens zijn over het toekomstige beleid dat gevoerd gaat worden

42 Verschillen Kabinet: Ministers en staatssecretarissen Regering: Koning en ministers

43 Kabinetsformatie in 2 fasen
Welke partijen willen en kunnen samenwerken? O.l.v. een informateur wordt gezocht naar een coalitie (=samenwerkingsverband). Er wordt gewerkt aan een regeerakkoord. Fase 2 Welke mensen komen er in het kabinet? O.l.v. een formateur (meestal nieuwe MP) worden de nieuwe ministers en staatssecretarissen bij elkaar gezocht. Dan volgt de benoeming door de Koning.

44 Regering

45 Taken Koning Handtekening onder de aangenomen wetten
Troonrede voorlezen op Prinsjesdag Benoeming ministers en staatssecretarissen Zich laten informeren door de MP Nederland vertegenwoordigen in het buitenland.

46 Taken ministers o.l.v. Premier (MP)
De ministers vormen het Dagelijks bestuur in NL Hun taken: Wetsvoorstellen indienen Uitvoeren van aangenomen wetten Leidinggeven aan de ambtenaren op het ministerie Opstellen van de jaarlijkse rijksbegroting en deze aanbieden aan parlement.

47 Ministriële verantwoordelijkheid
Koning is lid van de regering, maar heeft geen formele macht. Koning is onschendbaar, de ministers zijn verantwoordelijk. (art. 42, lid 2 van de Grondwet)

48 Taakverdeling Dienen wetsvoorstellen in ...
Verantwoordt zich tegenover ... REGERING K + ministers PARLEMENT 1e + 2e Kamer Controleert of wetten correct worden uitgevoerd door... Stemt over wetsvoorstellen die uitgevoerd worden door ...

49 Verschil ministers en staatssecretarissen
Ministers zijn verantwoordelijk voor beleid van hun ministerie Een staatssecretaris is een onderminister, die een bepaald deel van het beleid van een minister onder zijn hoede neemt. Ze zitten dus ook niet in de ministerraad Tegenwoordig: minister van onderwijs en minister voor onderwijs. Verschil: De van=minister is eindverantwoordelijk voor de begroting.

50 De duur van een kabinet Een kabinet wordt voor 4 jaar benoemd. Tenzij... Het vertrouwen van het parlement in het beleid van een bewindspersoon wordt opgezegd (Motie van Wantrouwen). Zetelroof en daardoor verlies van meerderheid kabinet in de 2e Kamer. Onenigheid in kabinet Als kabinet valt is er een demissionair kabinet die ons land bestuurd.

51 Aan de slag!

52 Afsluiting! Kun je nu... benoemen welke taken de regering en kabinet hebben? uitleggen in welke fasen een kabinetsformatie verloop? uitleggen wat ministriële verantwoordelijkheid inhoudt?

53 Vandaag Leerdoelen Uitleg Aan de slag Afsluiting

54 Leerdoelen H6 Parlement
Verschil kunnen benoemen tussen 1e en 2e Kamer Kunnen benoemen welke rechten de 2e kamer heeft om haar wetgevende en controlerende taak uit te voeren Kunnen uitleggen hoe een wet tot stand komt

55 1e kamer: H6 Het parlement 75 leden
Indirect gekozen door de Provinciale Staten Kunnen voorgestelde wetten alleen goed- of afkeuren.

56 H6 Het Parlement 2e Kamer 150 leden
Kunnen wetten maken en wetten goed- of afkeuren Direct gekozen door het volk

57 De macht van het parlement
Wetgevende taak Controlerende taak Stemrecht Budgetrecht Recht van initiatief Recht van amendement Vragenrecht Motierecht Motie van wantrouwen Recht op een parlementaire enquete

58 Hoe komt een wet tot stand?
Er is een maatschappelijk probleem Een minister of een Kamerlid maakt een wetsvoorstel De 2e Kamer debatteert over het wetsvoorstel 2e Kamerleden kunnen de wet aanpassen (amendementen indienen) De 2e Kamer stemt over de amendementen en het definitieve wetsvoorstel De 2e Kamer stemt over het wetsvoorstel. De Koning en verantwoordelijke minister ondertekenen het wetsvoorstel. De wet wordt gepubliceerd en is daarmee direct van kracht.

59 H7 Invloed op politieke besluiten

60 Invloed van burgers op de politiek
Stemmen Actievoeren Lid worden van een politieke partij Media informeren Burgerinitiatief Bezwaarschrift Burgerlijke ongehoorzaamheid

61 Invloed van de media op de politiek
5 politieke functie van de media: Informatieve functie: Berichtgeving over politiek Onderzoekende of agendafunctie: Signaleren van problemen Commentaarfunctie: Commentaar geven op politieke kwesties Spreekbuisfunctie Iedereen krijgt ruimte om zijn mening te geven Controlerende functie Kritisch volgen van politici en kijken of zij hun werk doen

62 Na het bestuderen van H8 Gemeente en provincie
Kun je uitleggen waarom Nederland een gedecentraliseerde eenheidsstaat is. welke taken de gemeente heeft. welke taken de provincie heeft.

63 Decentralisatie

64 Gemeentebestuur Het college van B&W= dagelijks bestuur
Wethouders (voorgedragen door partijen) Burgemeesters benoemd voor 6 jaar door minister van Binnenlandse Zaken. Hij is verantwoordelijk voor openbare orde, coördinatie bij rampen, opvang vluchtelingen, voorzitten vergaderingen van het college. Blz. 102 Burgemeesters als probleemoplossers Gekozen burgemeester

65 Taken van de gemeente Staat dicht bij de burger. Taken: Openbare leven
Burgerzaken, politie, huisvuil, groenvoorziening, bouwvergunningen etc Nieuwe taken: Jeugdzorg Werklozen Langdurig zieken en ouderen (wonen)

66 Provinciaal bestuur Elke 4 jaar verkiezingen voor Provinciale Staten
Zij kiezen de Gedeputeerden, dat zijn een soort minister van de provincie. Commissaris van de Koning =voorzitter van Gedeputeerde staten als Provinciale Staten De C vd K wordt benoemd door de minister van Binnenlandse Zaken.

67 Taken van de Provincie Ruimtelijke ordening, natuur & milieu
Financieel toezicht op gemeenten Structuurvisie: welke activiteit past waar in de provincie? Rekening houden met Rijksbeleid, deze is leidend.

68 Spanningen binnen de overheid
Vluchtelingenopvang

69 Maken H8 in je werkboek leerdoelen


Download ppt "Maatschappijleer havo 4"

Verwante presentaties


Ads door Google