Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
“overleven en goed leven”
Hartfalen “overleven en goed leven” Symposium CRAGT 9 december 2017 De Block Yasmina Verpleegkundig specialist hartfalen UZ Gent
2
Aanpak oudere HF’er NIET ANDERS maar wel (nog) voorzichtiger
Niet behandelen = geen comfort Noden en wensen oudere = jongere Symptomen Kwaliteit van leven Opname vermijden (Prognose ) Meer conservatieve i.p.v. chirurgisch interventionele zorg Behoeftegestuurd werken, niet alleen pathologiespecifiek
3
Kennis omtrent HF WAT, HOE en vooral WAAROM verduidelijken
Patiënten weten vaak niet: wat er fout gaat met hun hart wat de link is tussen vochtopstapeling en HF welke de belangrijke alarmtekens van achteruitgang van HF zijn waarom medicatie, vochtbeperking, gewichtscontrole, … Informatie aanpassen i.f.v. cognitie
4
Intern liaisonteam geriatrie
Kennis omtrent HF (thuis) Verpleegkundige Zorgkundige Intern liaisonteam geriatrie Apotheker ,,,, Kinésitherapeut(e) (huis)Arts Mantelzorger KENNIS
5
HARTFALEN alarmtekenen herkennen
6
Alarmtekenen decompensatie
Mogelijke symptomen 2kg (of meer) gewichtstoename in 2-3 dagen tijd Hoesten (vochtophoping in de longen en/of bijwerking van ACE-remmers) Opgezette enkels of benen Vermindering van het inspanningsvermogen, toename van vermoeidheid Strakker zitten van kleren of een vol gevoel in de buik Hartkloppingen
7
Alarmtekenen decompensatie
Orthopnoe Nachtelijke aanvallen van kortademigheid goede voorspellers bij ouderen Villaneuva, P. & Alfonso, F. (2016). Heart failure in elderly. J. Geriatr. Cardiol. (13); Aza, N. & Lemay, G. (2014). Management of chronic heart failure in the older population. J. Geriatr. Cardiol. (11); 329 – 337.
8
Alarmtekenen decompensatie
Vergevorderd HF/acute decompensatie Orthopnoe Dyspnoe in rust Cachexie Minder eetlust Ascites Nierfunctie Leverenzymen Levensbedreigende ritmestoornissen
9
Alarmtekenen decompensatie
Belangrijk Herkennen van decompensatie in een vroeg stadium Orthostatische hypotensie en asymptomatisch lage bloeddrukken => GEEN alarmtekenen DUS behandeling niet aanpassen Villaneuva, P. & Alfonso, F. (2016). Heart failure in elderly. J. Geriatr. Cardiol. (13); Aza, N. & Lemay, G. (2014). Management of chronic heart failure in the older population. J. Geriatr. Cardiol. (11);
10
HARTFALEN goede opvolging
11
Gewicht Liefst dagelijks opvolgen (zo niet mogelijk, streven
naar min. 1x/week) – gewicht noteren Vochtopstapeling: grote gewichtsstijging (2 kg of meer) op korte tijd Vetopstapeling: geleidelijk aan stijging OPGELET: snelle vermagering = ondervulling? Diuretica afbouwen?
13
Gewicht Ongewenst gewichtsverlies – ondergewicht
Veel voorkomend bij eindstadium HF Uit zich in verlies van spier-, vet- en botweefsel = CARDIALE CACHEXIE Overvulling kan cachexie verbergen
14
Gewicht INTERVENTIES ongewenst gewichtsverlies Energierijke voeding
Voldoende kcal aanbrengen Matig gebruik van voeding met weinig voedingswaarde bv. bouillon, rauwkost, … (kleine) Frequente maaltijden Max 2 à 3 u tussen elk eetmoment laten Eten (drinken) waar zin in Rekening houden met evt. beperking zoals bv. diabetes Consult diëtist plannen
15
Voeding Individueel te bekijken
Niet elke HFpatiënt hartvriendelijke voeding geven Geen zout toevoegen en zoutrijke voeding beperken
16
Vocht Vochtbeperking: WAT? MIN/MAX 1500 ml IN
Soep, frisdrank, water, koffie/thee/melk Bij warm weer/koorts/diarree: 150 tot 300 ml extra Bij zeer magere of zeer zware/grote patiënt kan vochtbeperking aangepast worden i.f.v. het gewicht
17
Aandacht voor patiënten die te weinig drinken
MIN 1500 ml IN MAX 1500 ml IN Aandacht voor uitdrogingsverschijnselen = droge tong, geconcentreerde urine, sufheid, staande huidplooien, ….
19
Vocht Dorst voorkomen Stimuleer een verdeling over de dag
Medicatie innemen met pap of yoghurt Hete en koude dranken IJsklontje Zoet/Zout stimuleert dorst Bitter of zuur werkt dorstlessend Mond spoelen met water of mondspray Goed kauwen = verhogen van speekselproductie Smeerbaar beleg = minder droge maaltijd
20
Hartrevalidatie, min. 2x/week
Beweging Thuiswonende oudere – buitenshuis verplaatsen mogelijk: Hartrevalidatie, min. 2x/week Thuiswonende oudere – buitenshuis verplaatsen niet mogelijk: kinésitherapie aan huis, min. 2x/week Oudere in WZC: min. 2x/week kiné hometrainer, wandelen, MOTOmed (arm)fiets spierversterkende oefeningen Elke vorm van beweging heeft een gunstig effect
21
Medicatie Diureticum = (dis)comfort?
Innamemoment aanpassen i.f.v. dagplanning Op wacht bij diarree/braken/koorts/ondervulling Zo min mogelijk innamemomenten per dag Polyfarmacie voorkomen: zin/onzin medicatie Cholesterolverlager bij cachectische patiënt? Te vermijden Bruistablet (Dafalgan®, Losferron®) Oplospoeders (Movicol®) 1 gram Dafalgan® = 1,4 g zout NSAID (Brufen®, Voltaren®, Diclofenac®, ….)
22
Checklist sinds 2014 verwerkt in het zorgenplan in het EPD
23
HARTFALEN Wat te doen bij
24
Kortademigheid Eén van de belangrijkste symptomen bij HF INTERVENTIES
Aanwijsbare oorzaak? te veel zout, te veel vocht, (plas)medicatie niet ingenomen, … Aanpassing medicatie nodig? Adviseer de patiënt een optimale houding (rechtopzittend) Bespreek angst voor kortademigheid met de patiënt Zuurstoftoediening enkel bij te lage saturaties Opletten met toedienen zuurstof voor psychisch comfort
25
Oedemen INTERVENTIES Eerst poging ontwateren met diuretica
Aanwijsbare oorzaak? te veel zout, te veel vocht, (plas)medicatie niet ingenomen, … Benen (regelmatig) in hoogstand (na inname diuretica) opgelet longoedeem bij sterk gezwollen onderbenen Bij sterk toegenomen oedemen: Eerst poging ontwateren met diuretica Indien onvoldoende effect na 2d: aanbrengen dauerbinden/rosidal/steunkous
26
Oedemen DAUERBINDEN (=lange rek) aanbrengen
Bij immobiele of weinig mobiele patiënten Van midden voorvoet tot onder de knie Spankracht gradueel laten afnemen Dagelijks gestaag meer oedeem wegdrukken i.p.v. onmiddellijk hard aanspannen ‘s Nachts windels verwijderen – aanbrengen voor het opstaan
27
Oedemen Rosidalwindels (= korte rek) aanbrengen Bij mobiele patiënten
Van midden voetrug tot onder de knie 2 windels per been in tegenovergestelde richting Beweging is aangewezen voor de effectiviteit van de compressie Mogen dag en nacht aan blijven – aanbrengen voor het opstaan
28
Eindstadium HF HF therapie (medicatie en CRT, niet ICD) belangrijkste manier symptoomcontrole, zelfs bij vergevorderd hartfalen Symptomen zijn meestal erger bij overvulling Eindstadium HF soms nodig ACE en B-blokker af te bouwen of te stoppen Mag niet te vroeg gebeuren want eens gestopt evolutie naar blijvend NYHA 4 Allen, L (2017). Palliative care for patients with advanced heart failure: decision support, symptom mangement and psychosocial assistance
29
Eindstadium HF Dyspnoe
Blijvende dyspnoe ondanks optimale HF therapie START opioïden Lage dosis (2 – 2,5 mg) is meestal voldoende Combineren met opstart laxativa Indien dyspnoe en angst: start benzodiazepines Zuurstof enkel bij bewezen hypoxie Allen, L (2017). Palliative care for patients with advanced heart failure: decision support, symptom mangement and psychosocial assistance
30
Eindstadium HF Deactivatie ICD Bespreken vroeg in de eindelevenfase
Van belang om de QoL te behouden tijdens stervensproces Betekent geen onmiddellijke verandering voor de patiënt (behalve bij herhaaldelijke VT) Functionerende pacemaker of CRT zal stervensproces niet verstoren Allen, L (2017). Palliative care for patients with advanced heart failure: decision support, symptom mangement and psychosocial assistance
31
Besluit Geen verschil in behandeling tussen oudere en jongere
Moeilijkere interpretatie van symptomen Als zorgverlener kunnen we de patiënt ondersteunen: door gericht te informeren en allerhande interventies aan te reiken om zo de beperkingen te minimaliseren en de kans op opname te verkleinen en de kwaliteit van leven te verhogen Allen, L (2017). Palliative care for patients with advanced heart failure: decision support, symptom mangement and psychosocial assistance
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.