Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Argumenteren en betogen II
Nederlands deeltijd jaar 2 | Gerbrich de Jong en Henk Wolf | college 3 Argumenteren en betogen II
2
Collegedoelen Na dit college
kun je belangrijke drogredenen uitleggen en herkennen
3
Waarom drogredenen (her)kennen?
Je herkent de zwakke punten in andermans argumentatie. Je kunt zwakke punten in je eigen argumentatie vermijden.
4
Drogredenen Van Dale: valse, bedrieglijke reden of redenering
Synoniem: sofisme spitsvondige, maar niet steekhoudende redenering
5
Soorten drogredenen Het ontduiken van de bewijslast; onlogica;
het misbruik van autoriteiten; de geloofwaardigheid van de ander aanvallen; verwarring stichten.
6
Soorten drogredenen Het ontduiken van de bewijslast; onlogica;
het misbruik van autoriteiten; de geloofwaardigheid van de ander aanvallen; verwarring stichten.
7
Het ontduiken van de bewijslast
We moeten veel meer aan sport doen. Geef mij één goede reden waarom we dat niet zouden moeten doen. Dat weet toch iedereen? Dat zal iedereen met me eens zijn. Wie met een stelling komt, moet die verdedigen (‘bewijslast’). Wie de bewijslast ontduikt, geeft geen argument.
8
De overhaaste generalisatie
Volgens mij lezen rechtenstudenten nooit boeken. Piet studeert rechten en ik heb hem nog nooit met een boek gezien. Er wordt een verregaande conclusie getrokken op basis van te weinig voorbeelden. Arjen Lubach
9
Cirkelredenering Natuurlijk is vrijheid van meningsuiting belangrijk. Iedereen moet immers kunnen zeggen wat hij wil. Opgebouwd volgens deze formule: stelling, want stelling In het argument wordt het standpunt herhaald.
11
Soorten drogredenen Het ontduiken van de bewijslast; onlogica;
het misbruik van autoriteiten; de geloofwaardigheid van de ander aanvallen; verwarring stichten.
12
Vals dilemma Zwarte Piet moet blijven. Ons feest mag namelijk niet verloren gaan.
13
Verkeerde oorzaak-gevolgrelatie
Als het regent, is de stoep nat. De stoep is nat, dus het heeft geregend. Ook wel: onjuist beroep op causaliteit
14
Valse analogie Je mag dat boek niet dubbelvouwen: daar kan het niet tegen. Ik vouw jou toch ook niet dubbel! De rug van een boek wordt vergeleken met de rug van een persoon. Onzin. Je kunt dit ook een onjuiste vergelijking noemen
15
Drogreden van het hellend vlak
Als we de files oplossen door wegen te verbreden en nieuwe wegen aan te leggen, is het einde voorlopig nog niet in zicht. Als het ene knelpunt is opgelost, ontstaat de file bij een ander knelpunt. Ook dan blijkt asfalt de juiste oplossing en uiteindelijk wordt het hele land geasfalteerd.
16
Soorten drogredenen Het ontduiken van de bewijslast; onlogica;
het misbruik van autoriteiten; de geloofwaardigheid van de ander aanvallen; verwarring stichten.
17
Onjuist beroep op autoriteit
De Amerikanen hadden nooit een atoombom op Japan moeten gooien. Einstein was daar ook fel tegen. Vooronderstelling: als Einstein ergens tegen is, moet iedereen er tegen zijn. Is de genoemde persoon werkelijk een autoriteit op dat gebied? Heeft de autoriteit belang bij wat hij zegt?
19
Autoriteit aanvallen
20
Soorten drogredenen Het ontduiken van de bewijslast; onlogica;
het misbruik van autoriteiten; de geloofwaardigheid van de ander aanvallen; verwarring stichten.
21
Persoonlijke aanval Karel kan daar niet over oordelen. Hij heeft zijn studie niet eens afgemaakt. Vooronderstelling: wie zijn studie niet heeft afgemaakt, kan geen zinnige dingen zeggen.
22
Vertekenen van het standpunt
Ga je niet mee naar de wedstrijd? Dus jij gaat je lekker zitten vervelen in je eentje?
23
Soorten drogredenen Het ontduiken van de bewijslast; onlogica;
het misbruik van autoriteiten; de geloofwaardigheid van de ander aanvallen; verwarring stichten.
24
Ambiguïteit Snoep is voedsel Ik heb geen voedsel Dus ik heb geen snoep Tijd is geld Ik heb geen geld Dus ik heb geen tijd De ambiguïteit zit in het woordje ‘is’.
25
Een betoog van Arjen Lubach
filmpje (13 min.)
26
Volgende week Argumentatieschema’s (H2)
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.