Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdMaria van der Berg Laatst gewijzigd meer dan 7 jaar geleden
1
Lespresentaties Versie 002 / Dec 2016
3
Inhoudsopgave H1+2 Introductie Eerste Hulp
H3 Benadering van een slachtoffer H4 Reanimatie met de AED H5+6 Luchtweg, Nekletsel, Stoornissen ademhaling H7 Stoornissen circulatie H8 Stoornissen bewustzijn H9 Stoornissen lichaamstemperatuur H10 Verwondingen H11 Kleine letsels H12 Letsels bewegingsapparaat H13 Vergiftigingen H14 Elektriciteitsletsel H15 Algemene ziekteverschijnselen
4
Introductie Eerste Hulp
5
Inhoudsopgave Inleiding Aandachtspunten verantwoorde hulpverlening
Besmettingsgevaar Emoties Juridische aspecten
6
Inleiding Eerste Hulp is de eerste schakel in de hulpverleningsketen
Afbeelding: Nederlandse Reanimatie Raad
7
Goede voorbereiding Eerste Hulp Doos Klein setje in rugtas/handtas
Programmeren nummers hulpdiensten AAA of 000 ICE (In Case of Emergency) Weet luidsprekerfunctie te vinden
8
Goede voorbereiding Let op gevaar Benaderen van het slachtoffer
Indien nodig zorgen voor professionele hulp Het verlenen van eerste hulp
9
Besmettingsgevaar Werk schoon en hygiënisch
Was handen met water en zeep Gebruik handdesinfectans Draag wegwerphandschoenen Vermijd contact met bloed, braaksel en lichaamsvocht Was en desinfecteer je handen na de hulpverlening
10
Emoties Emotionele reactie bij slachtoffer én hulpverlener is normaal
Probeer rustig te worden, krijg controle terug Doe geen ondoordachte dingen Vraag om hulp
11
Juridische aspecten Iemand in nood moet geholpen worden
Free Call system Handel naar eer en geweten, dan kun je niet aansprakelijk gesteld worden voor kosten Verleen alleen verantwoorde eerste hulp Niet-reanimeren verklaring
13
Benadering van een slachtoffer
14
Inhoudsopgave Veiligheid en situatie Reactie van het slachtoffer
Alarmeren van professionele hulpverleners
16
A. Veiligheid en situatie
Zorg voor een veilige werkomgeving Voorbeelden van gevaar Weersomstandigheden Gevaarlijke stoffen of gassen Verkeer Elektriciteit Agressie Volg aanwijzingen professionele hulpverlening op
17
Veiligheid en situatie
Help een slachtoffer bij voorkeur op de plaats waar hij ligt Zorg voor een veilige werkomgeving Indien er gevaar dreigt, probeer het slachtoffer te verplaatsen naar een veilige omgeving Indien de situatie niet veilig te maken is, wacht met hulpverlening op professionele hulpverleners
18
Verplaatsen van een slachtoffer
Noodvervoersgreep van Rautek Rautek uit de auto Verslepen aan de benen
19
Noodvervoersgreep van Rautek
Kniel achter het slachtoffer, plaats je handen onder de oksels Duw het slachtoffer omhoog en ga achter het slachtoffer zitten Pak de minst gewonde arm onder de oksels door, met je duimen aan de voorzijde van de arm Hurk en sta op, versleep het slachtoffer
20
Rautek uit de auto Snijd de gordel door, terwijl je het slachtoffer ondersteunt Trek het slachtoffer uit de auto Kom niet tussen het stuur en het slachtoffer als de airbag nog niet is uitgeklapt!
21
Stop hevig bloedverlies
Draag wegwerphandschoenen Pak een doek of kompres en druk deze op de wond Oefen druk uit op de wond totdat de bloeding stopt of je een wonddrukverband kunt aanleggen Bel bij hevig bloedverlies
22
B. Reactie van het slachtoffer
Benader het slachtoffer in zijn gezichtsveld Spreek het slachtoffer aan, schud voorzichtig aan de schouders Indien het slachtoffer niet reageert, bel en laat een AED halen
23
Brakend slachtoffer op de zij draaien
Pak het slachtoffer bij schouder en heup Draai het slachtoffer naar je toe Voorkom dat het hoofd naar achteren klapt Vang het slachtoffer op met je bovenbenen Draai een brakend ongevalsslachtoffer voorzichtig op de zij, er kan sprake zijn van nekwervelletsel
24
Buik-naar-rugligging
Leg de dichtstbijzijnde arm langs het slachtoffer Leg de andere arm gestrekt langs het hoofd omhoog Pak het slachtoffer bij de schouder en duw hem van je af Vang het hoofd op tijdens het draaien
25
Controle van de ademhaling
Vrijmaken van de luchtweg met de hoofd-kantel-kinliftmethode Kijk in de richting van de borstkas naar adembewegingen Luister naar ademgeluiden Voel met je wang naar luchtstroom Indien er sprake is van een ongeval, kantel het hoofd dan niet naar achter
26
Controle van de ademhaling
Indien er geen normale ademhaling is, start met reanimatie en sluit de AED aan zodra deze beschikbaar is Indien er wel een normale ademhaling is, houd de luchtweg vrij en blijf de ademhaling controleren
27
Stabiele zijligging Indien je een bewusteloos slachtoffer alleen moet laten, leg hem dan in de stabiele zijligging om de luchtweg vrij te houden Indien er sprake is van een ongeval, je bent alleen en je moet het slachtoffer alleen laten, leg hem dan voorzichtig in de stabiele zijligging
28
Stabiele zijligging Leg de dichtstbijzijnde arm loodrecht ten opzichte van het lichaam Pak de verst liggende hand Leg de hand met de handrug tegen de wang aan, blijf de hand vasthouden
29
Stabiele zijligging Pak het verst liggende been beet en draai het slachtoffer naar je toe Leg het been in een hoek van 90 graden ten opzichte van het lichaam Kantel het hoofd iets achterover en richt de mond naar beneden Indien er sprake is van een ongeval, kantel het hoofd dan niet naar achter
30
Stabiele zijligging Controleer de ademhaling, voel met één hand op de buik-borst overgang en één hand op de rug of er adembewegingen zijn Indien er geen ademhaling is of je twijfelt: draai het slachtoffer terug op de rug Controleer de ademhaling met de hoofd-kantel-kinliftmethode Start zo nodig met reanimatie
31
C. Alarmeren van professionele hulpverlening
Bel en zet mobiele telefoon op de luidspreker Volg de vragen van de meldkamercentralist: Locatie Naam en telefoonnummer Wat is er gebeurd? Aantal slachtoffers Leeftijd slachtoffers Is er gevaar?
33
Reanimatie met de AED
34
Inhoudsopgave Reanimatie Reanimatie van een volwassene
Reanimatie van baby’s en kinderen Niet-reanimeren en stoppen
35
A. Reanimatie Per week worden ongeveer 300 slachtoffers buiten het ziekenhuis gereanimeerd Ongeveer % overleeft een reanimatie Indien bij schokbaar ritme binnen 6 minuten reanimatie met AED wordt gestart is de kans op overleving % Hoe eerder begonnen wordt, des te groter de kans op overleving
36
Reanimatie van een volwassene
Bij een volwassene is de oorzaak van een adem- en circulatiestilstand vaak een hartprobleem
37
Keten van overleving Afbeelding: Nederlandse Reanimatie Raad
38
Reanimatie van een volwassene (alleen)
Spreek het slachtoffer luid en duidelijk aan en schud voorzichtig aan beide schouders Indien het slachtoffer niet reageert: bel en zet de telefoon op de luidspreker laat een AED halen Maak de luchtweg vrij met de hoofd-kantel-kinlilftmethode en controleer de ademhaling gedurende maximaal 10 seconden
39
Agonale ademhaling (gaspen)
Luidruchtige, zware, moeizame ademhaling Treedt op kort nadat de bloedsomloop stopt Wordt gezien bij 40% van de gevallen Géén normale ademhaling: teken van een circulatiestilstand!
40
Reanimatie van een volwassene (alleen)
Indien het slachtoffer géén normale ademhaling heeft: Plaats twee handen midden op de borstkas Geef 30 borstcompressies Geef vervolgens twee beademingen: Maak de luchtweg vrij met de kinlift Knijp de neus dicht en blaas rustig één seconde lang een normale ademteug in Wissel 30 borstcompressies ( x/min) af met 2 beademingen Als je alleen bent, haal dan alleen de AED als deze direct beschikbaar is
41
Beademen Indien beademen niet mogelijk is, bijvoorbeeld door bloed of braaksel in de mond, geef dan ononderbroken borstcompressies in frequentie van 100 – 120x per minuut
42
De Automatische Externe Defibrillator (AED)
Aanzetten door deksel te openen of aan-knop in te drukken Volg altijd de instructies van de AED op AED’s met en zonder schok-knop
43
Reanimatie met de AED Zodra de AED beschikbaar is:
Zet de AED aan en volg de gesproken instructies Verwijder de bovenkleding en ontbloot de borstkas Knip kleding zo nodig weg Maak eventueel de borstkas droog Plaats de elektroden zoals afgebeeld op de verpakking Eén elektrode onder het rechter sleutelbeen
44
Reanimatie met de AED Plaats de elektroden zoals afgebeeld op de verpakking De andere elektrode onder de linker oksel Raak het slachtoffer tijdens de analyse niet aan Indien een schok geadviseerd wordt, houd afstand en druk zo nodig op de schok-knop
45
Reanimatie met de AED Ga na het toedienen van een schok of wanneer geen schok geadviseerd is direct verder met het geven van borstcompressies Wissel 30 borstcompressies af met twee beademingen
46
Reanimatie met de AED (samen)
Hulpverlener A bedient de AED en luistert naar de gesproken instructies B A Hulpverlener B geeft 30 borstcompressies afgewisseld met 2 beademingen Na 2 minuten, als de AED opnieuw gaat analyseren, wisselen de hulpverleners van rol
47
Hulpmiddelen Beademingsdoekje Beademingsmasker Kledingschaar
Scheermesje Washandje
48
C. Reanimatie van baby’s en kinderen
Bij kinderen is de oorzaak van een adem- en circulatiestilstand vaak een ademhalingsprobleem
49
Reanimatie van een baby
Maak de luchtweg vrij met de kinlift - Plaats één vinger onder de punt van de kin - Hou het hoofd met het gezicht recht naar boven, kantel het hoofd niet naar achter Indien er geen normale ademhaling is, geef dan 5 beademingen Reageert het kind niet, start dan met 15 borstcompressies afgewisseld met 2 beademingen
50
Reanimatie van een baby
Plaats twee vingers midden op de borstkas Druk de borstkas 1/3 in Wissel 15 borstcompressies af met 2 beademingen Sluit de AED aan zodra deze beschikbaar is en volg de gesproken instructies
51
Reanimatie van een kind
Maak de luchtweg vrij met de hoofd-kantel-kinliftmethode Controleer de ademhaling Indien er geen normale ademhaling is, geef dan 5 beademingen Reageert het kind niet, start dan met 15 borstcompressies afgewisseld met 2 beademingen
52
Reanimatie van een kind
Plaats één hand midden op de borstkas Duw borstkas 1/3 in Geef 15 compressies Maak luchtweg vrij met de hoofd-kantel-kinliftmethode Knijp de neus dicht en geef 2 beademingen Wissel 15 borstcompressies af met 2 beademingen Sluit de AED aan zodra deze beschikbaar is en volg de gesproken instructies
53
AED bij kinderen Speciale kinderelektroden beschikbaar
Indien niet beschikbaar, dan volwassene elektroden gebruiken, ook bij baby’s Elektroden mogen niet overlappen, plaats dan op voor- en achterzijde borstkas
54
Reanimatie van een kind met de AED
Plaats één elektrode aan de voorzijde van de borstkas Plaats de andere elektrode op de rug, tussen de schouderbladen Indien het kind weer een normale ademhaling heeft, leg hem dan in de stabiele zijligging en controleer iedere minuut de ademhaling
55
Reanimatie in bijzondere situaties
Drenkelingen en verdrinking Pacemaker
56
D. Stoppen met de reanimatie
Je mag de reanimatie stoppen als: Professionele hulpverleners het overnemen Je uitgeput bent geraakt
57
Niet-reanimerenpenning
Rechtsgeldige verklaring Indien aangetroffen voor start reanimatie dan begin je niet Indien aangetroffen tijdens reanimatie, dan mag je stoppen, maar ook doorgaan tot professionele hulpverlening aanwezig
58
Reanimatie oproepnetwerken
Afbeelding: Hartstichting
60
Belemmering van de luchtweg, nekletsel en problemen met de ademhaling
61
Inhoudsopgave Normale anatomie Luchtwegbelemmering
Nekwervelletsel bij ongevallen Stoornissen in de ademhaling
62
Bouw van de luchtwegen Bovenste luchtwegen:
Mond-, neus- en keelholte tot aan het strottenhoofd Onderste luchtwegen: Luchtpijp, bronchiën en longen
63
Functie van de luchtwegen
Ademen Slikken
64
A. Luchtwegbelemmering
Verslikking Bedreigde of geblokkeerde luchtweg
65
Luchtwegbelemmering door verslikking
Milde luchtwegbelemmering Hoorbaar hoesten, andere geluide Paniek Blauw-paarse verkleuring gezicht Ernstige luchtwegbelemmering Hoesten zonder geluid Geen hoorbare of voelbare ademhaling In een later stadium bewusteloosheid
66
Eerste hulp bij verslikking
Spoor aan tot hoesten Bij niet overgaan van de klachten, bel 1-1-2 Bij een ernstige luchtwegbelemmering, bel 1-1-2 Geef 5 slagen op de rug, tussen de schouderbladen Hebben de rugslagen geen effect, geef daarna 5 buikstoten Wissel zo nodig rugslagen en buikstoten af
67
Buikstoten Ga achter het slachtoffer staan
Sla je armen om het bovenste gedeelte van de buik Laat het slachtoffer iets naar voren leunen Plaats een vuist in het bovenste deel van de buik Plaats je andere hand over de vuist en trek je handen met een snelle beweging naar je toe en naar boven, doe dit 5 keer Start reanimatie als het slachtoffer bewusteloos raakt en alarmeer 1-1-2
68
Verslikking bij baby Leg de baby op zijn buik op je onderarm en steun op je bovenbeen Sla met de muis van je hand 5x tussen de schouderbladen Als de obstructie nog aanwezig is, draai de baby dan op zijn rug Zet 2 vingertoppen in het midden van de borstkas en geef 5 krachtige stoten Herhaal deze handeling tot de obstructie los komt en controleer na elke handeling de mond Start reanimatie als de baby bewusteloos raakt en alarmeer 1-1-2
69
Oorzaken van bedreigde of belemmerde luchtweg
Verslikking Braaksel Bloed Verbranding door gassen en dampen Zwelling door allergische reactie
70
Bedreigde of geblokkeerde luchtweg
Luidruchtig Heesheid Moeite met ademen Benauwdheid Paniek Blauwe kleur lippen Rood aangelopen gezicht Geblokkeerd Niet kunnen praten of hoesten Geen luchtstroom bij de mond Paniek Blauwe kleur lippen Rood aangelopen gezicht
71
Eerste hulp bij volledige obstructie
Probeer de belemmering op te heffen door de mond te openen en de obstructie te verwijderen Bij bewusteloosheid, start reanimatie met 30 borstcompressies Ademt het slachtoffer weer normaal en is hij nog bewusteloos, leg hem dan in de stabiele zijligging Manuele mondinspectie wordt alleen uitgevoerd bij bewusteloze slachtoffers
72
Nekwervelletsel bij ongevallen
Functie van de wervelkolom Bescherming geven aan het ruggenmerg, de hersenstam en bloedvaten Steun geven Bewegingen van het hoofd mogelijk maken
73
Teken van nekwervelletsel
Pijn in de nek De nek niet willen of kunnen bewegen Het hoofd ondersteunen Verminderd gevoel of tintelingen in armen of benen Bewusteloosheid, soms met ademstilstand Onrustig en willen bewegen Geheugenverlies In de war zijn, of slaperig en suf
74
Eerste hulp bij nekwervelletsel
Ga na wat er is gebeurd en of er sprake kan zijn van nekwervelletsel (Laat) bellen Zeg het slachtoffer zich niet te bewegen en vertel hem wat je gaat doen Stabiliseer het hoofd met beide handen
75
Stabilisatie van het hoofd
Ga in een stabiele houding zitten achter het hoofd van het slachtoffer met je ellebogen op je knieën Plaats beide handen met gespreide vingers aan weerszijden van het achterhoofd van het slachtoffer, met beide duimen op het voorhoofd Zorg dat de oren niet bedekt worden door je handen en dat het hoofd niet meer kan bewegen Vraag hierna pas naar de klachten van het slachtoffer
77
Stoornissen in de ademhaling
78
Inhoudsopgave Paniekaanval met snelle ademhaling
Astma en COPD/benauwdheid bij een longaandoening Letsel van de borstkas
79
A. Ademhalingsstoornissen
Ademhalingsmoeilijkheden Afwijkingen van de ademhalingsfrequentie Afwijkingen in diepte en regelmaat Stoornissen in de ademhaling leiden al snel tot zuurstoftekort
80
Oorzaken van stoornissen in de ademhaling
Vernauwing luchtwegen door astma, COPD Allergische reactie Ontstoken longweefsel door longontsteking Bewusteloosheid als gevolg van o.a. vergiftiging of hersenletsel Beschadiging ruggenmerg en zenuwen Stoornissen van de circulatie en/of het bewustzijn
81
Tekenen van stoornissen in de ademhaling
Benauwdheid of kortademigheid Blauw-paarse verkleuring van het gezicht, lippen en slijmvliezen Verwardheid, onrust Paniek Moeite met ademhaling Te snel of te langzaam ademen
82
Paniekaanval met snelle ademhaling
Meestal ten gevolge van psychische prikkel (stress, angst of schrik) Klachten als duizeligheid, misselijkheid, stekende pijn op de borst en tintelingen rond de mond en in de vingers Hyperventilatie is een symptoom van een onderliggende aandoening, zoals suikerziekte
83
Eerste hulp bij paniekaanval met snelle ademhaling
Zorg voor een rustige omgeving Ga na wat de oorzaak is, probeer de oorzaak weg te nemen Probeer samen de ademhaling onder controle te krijgen - Laat het slachtoffer voorover zitten - Tel samen mee met de ademhaling Bij enige twijfel over de oorzaak of klachten >5 min, bel dan altijd 1-1-2
84
Aastma en COPD/benauwdheid bij longaandoening
Astma is een chronische ontstekingsziekte van de longen Door prikkeling van de luchtwegen Aanvallen van benauwdheid en piepen COPD is een beschadiging van de longen Door erfelijke aanleg, langdurig inademen van schadelijke stoffen (rook), luchtvervuiling, astma en andere longziekten Littekens maken de wand dikker, zodat er minder lucht in kan
85
Astma en COPD Astma Benauwdheid Kortademigheid Hoesten Slijm opgeven
Piepende ademhaling, met name bij uitademen COPD Chronische benauwdheid Kortademigheid Continu hoesten en veel slijm opgeven Piepende ademhaling, met name bij het uitademen
86
Eerste hulp bij astma en COPD
Laat het slachtoffer zitten in de houding die hij zelf aangeeft Controleer de vitale functies Maak knellende kleding los Help, indien je instructie hebt gehad, het slachtoffer met innemen van zijn medicatie Bel bij ernstige benauwdheid, tekenen van zuurstoftekort of sufheid
87
Letsels van de borstkas
Door een stomp letsel (val of aanrijding, stuur tegen de borstkas) Dit kan leiden tot gekneusde of gebroken ribben, kneuzing van hart of longen of een klaplong Pijn bij de ademhaling, ademhalingsproblemen of shock Door een scherp voorwerp (mes, schotwond) Dit kan leiden tot hevig (inwendig) bloedverlies of een klaplong met een zuigende borstwond
88
Symptomen en eerste hulp
Benauwdheid en kortademigheid Niet goed kunnen doorzuchten Pijn bij de ademhaling Zuigende borstwond Eerste Hulp Bel bij een ongeval Laat het slachtoffer zitten zoals hij wil, behalve bij de mogelijkheid van nekwervelletsel Bedek een borstwond met een steriel kompres en vervang deze als hij vol bloed zit
90
Stoornissen in de Circulatie
91
Inhoudhoudsopgave Hevige bloedingen Shock Ernstige allergische reactie
Pijn op de borst
92
Bouw van de bloedsomloop
Hart Bloedvaten Slagaders (zuurstofrijk) Aders (zuurstofarm) Haarvaten (uitwisseling) Bloedcellen Rode bloedcellen (zuurstoftransport) Witte bloedcellen (afweer) Bloedplaatjes (stolling)
93
Tekenen van stoornis in de circulatie
Hevig bloedende wonden Het slachtoffer voelt zich ziek De huid is bleek of grauw De huid is koel of klam Foetushouding bij inwendig bloedverlies Pijn op de borst, eventueel met uitstraling naar de armen, kaken of schouderbladen
94
A. Hevig bloedverlies Veel bloedverlies in korte tijd
Gestaag bloedverlies Stoppen van bloedverlies heeft prioriteit Bloed dat het lichaam heeft verlaten kan niet meer teruggegeven worden Ook een kleine actieve bloeding kan leiden tot veel bloedverlies
95
Stoppen van hevige bloeding
Draag wegwerphandschoenen Laat het slachtoffer liggen Geef druk rechtstreeks op de wond Bel bij hevig bloedverlies Leg een wonddrukverband aan Bij veel bloedverlies kan het slachtoffer in shock raken
96
Stoppen van hevig bloedverlies
Wonddrukverband Steriel kompres Elastische (ideaal) zwachtel Traumazwachtel Extra druk op de wond
97
Aanleggen wonddrukverband
Bedek de wond met een kompres of een dekverband Leg daar overheen een ideaalzwachtel of cohesieve zwachtel Leg de zwachtel aan onder rek, zodat druk wordt uitgeoefend Leg de zwachtel vast met een stukje kleefpleister
98
Aanleggen traumazwachtel
Leg het kompres op de wond Houd het kompres vast en leg één slag door de clip Sla de zwachtel terug, zodat de clip omklapt Leg de zwachtel vast met een aantal slagen rondom het lichaamsdeel en bedek de randen van de zwachtel Sluit met de clip aan het einde van de zwachtel het verband
99
B. Shock Oorzaken van shock: Hevig bloedverlies Vaatverwijding
Shock is een teken van ernstig zuurstoftekort in de weefsels en organen, veroorzaakt door een tekort aan circulerend volume Oorzaken van shock: Hevig bloedverlies Vaatverwijding Belemmering bloedsomloop Onvoldoende pompfunctie hart Shock is een teken van een levensbedreigende situatie
100
Shock Gecompenseerde shock bij bloedverlies < 1 liter
het lichaam kan dit bloedverlies opvangen Gedecompenseerde shock bij bloedverlies > 1 liter het lichaam niet meer compenseren de bloedsomloop is niet meer efficiënt het lichaam neemt maatregelen door organen van minder bloed te voorzien Shock is geen ziekte, maar een symptoom van een levensbedreigende aandoening
101
Verschijnselen bij Shock
Snelle ademhaling Snelle hartslag Onrust Verwardheid Angst Dorst Misselijkheid/braken Bleke, klamme huid Zweten Bewustzijnsdaling Bewusteloosheid
102
Eerste Hulp bij Shock Stelp hevig bloedende wonden Bel 1-1-2
Voorkom afkoeling, warm niet actief op Laat het slachtoffer liggen en zo min mogelijk bewegen Leg zo nodig in stabiele zijligging Geef niets te eten of te drinken Start indien nodig reanimatie
103
C. Ernstige allergische reactie
Een allergische reactie is een abnormale reactie van het lichaam op lichaamsvreemde, maar soms ook lichaamseigen stoffen Door de allergische reactie gaan de haarvaten in de huid open staan, waardoor de huid rood en warm wordt Vaak is er ook zwelling en benauwdheid Dit is een anafylactische shock en kan levensbedreigend zijn
104
Eerste Hulp bij een ernstige allergische reactie
Bel 1-1-2 Leg het slachtoffer neer, maar laat het slachtoffer bij benauwdheid zitten Blijf de vitale functies controleren Help het slachtoffer eventueel bij het gebruiken van zijn eigen Epipen
105
D. Pijn op de borst Zuurstoftekort in de hartspier, bijvoorbeeld door een afsluiting in de kransslagader (hartinfarct), leidt tot pijn op de borst Andere oorzaken van pijn op de borst: Paniekaanval Maagklachten Longontsteking Scheur in de lichaamsslagader (aorta) Pijn op de borst is een hartinfarct totdat het tegendeel bewezen is
106
Verschijnselen bij pijn op de borst
Drukkende pijn midden op de borst - Uitstraling naar linker arm, hals, kaken of schouderbladen - Uitstraling naar de bovenbuik of bandgevoel om de borst Benauwdheid Bleke, klamme, grauwe huid, fors zweten Misselijkheid, braken Angst, onrust Bij vrouwen kan een hartinfarct zich soms anders presenteren dan bij mannen
107
Eerste Hulp bij pijn op de borst
Bel 1-1-2 Laat het slachtoffer in een voor hem comfortabele houding zitten Stel het slachtoffer gerust Help hem eventueel met innemen van zijn eigen medicatie Indien het slachtoffer het bewustzijn verliest en er is geen normale ademhaling: start reanimatie!
109
Stoornissen in het bewustzijn
110
Inhoudsopgave Flauwte/kortdurend bewustzijnsverlies Beroerte Epilepsie
Suikerziekte Hoofd- en hersenletsel Hersenvliesontsteking
111
A. Flauwte of kortdurend bewustzijnsverlies
Meestal het gevolg van een tijdelijk tekort aan zuurstofrijk bloed in de hersenen Kan optreden na lang in dezelfde houding staan, reactie op hevige schrik of emotie Het slachtoffer wordt slap, verliest het bewustzijn en zakt in elkaar Het slachtoffer voelt het vaak aankomen Meestal komt het slachtoffer bij als hij op de grond ligt Bij enige twijfel over de oorzaak, bel 1-1-2
112
Symptomen van (dreigende) flauwte
Het slachtoffer ziet bleek, heeft een klamme en bezwete huid Geeuwen Zoeken van steun Zwarte vlekken voor de ogen Duizeligheid of licht gevoel in het hoofd Misselijkheid Wazig zien Bewustzijnsverlies (wegraken) Plaatje dreigende flauwte invoegen
113
Eerste Hulp bij een (dreigende) flauwte
Zorg voor frisse lucht Laat het slachtoffer zitten of liggen Maak knellende kleding bij de hals los
114
Eerste Hulp bij een flauwte
Laat het slachtoffer tenminste 10 minuten liggen, eventueel met de benen omhoog Laat het slachtoffer daarna voorzichtig overeind komen Geef iets te drinken, mits hij de beker zelf vast kan houden Bel indien Er > 2 min bewustzijnsverlies is Het slachtoffer jonger dan 6 of ouder dan 40 jaar is Als er ook sprake is van pijn op de borst, hartkloppingen, pijn in de buik of rug, of het optreedt na een ongeval
115
B. Beroerte Er is zuurstoftekort in een klein deel van de hersenen
Herseninfarct of hersenbloeding Er is sprake van een levensbedreigende situatie bij Hevige hoofdpijn Braken Bewustzijnsverlies Plaatje anatomie beroerte invoegen
116
Symptomen van een beroerte
Verwardheid, spraakstoornissen of niet begrijpen wat er gezegd wordt Uitvalsverschijnselen van armen of benen Afhangende mondhoek Hoofdpijn, Misselijkheid of braken Onvermogen een oog te kunnen sluiten, afhangend ooglid Dubbel zien, verstoord beeld hebben Bewustzijnsstoornissen (ernstig!) Plaatje beroerte invoegen
117
Mond, spraak, armtest Vraag het slachtoffer de tanden te laten zien
Kijk of er sprake is van een afhangende mondhoek of asymmetrie van het gezicht Kijk of er spraakstoornissen zijn Laat het slachtoffer met gesloten ogen beide armen met de handpalm naar boven omhoog houden Kijk of een van de armen afzakt Noteer de tijd dat de klachten zijn begonnen
118
Eerste Hulp bij een beroerte
Onderken het probleem door de mond, spraak, arm-test toe te passen Bel direct indien er bij deze test een afwijking is of wanneer er sprake is van een stoornis in het bewustzijn in combinatie met hevige hoofdpijn, misselijkheid en braken Laat de test geen duidelijke afwijkingen zien, bel dan het spoednummer van de huisarts of de huisartsenpost Blijf bij het slachtoffer en controleer continu de vitale functies Plaatje anatomie beroerte invoegen
119
C. Epilepsie Epilepsie is hersenaandoening
Bij deze aandoening treedt een tijdelijke storing van de hersenfunctie op die zich uit in aanvallen Absences, grand mal Tijdens een aanval reageert het slachtoffer niet op zijn omgeving Koortsstuipen lijken vaak op epileptische aanvallen. Bel en laat epilepsie uitsluiten.
120
Epilepsie In ongeveer 70% van de gevallen is er geen duidelijke oorzaak Oorzaken kunnen zijn Erfelijke aanleg Hersenletsel (door de geboorte of een trauma) Infecties Overmatig alcohol- en/of drugsgebruik Vergiftiging Gebruik van sommige medicijnen
121
Symptomen van een epileptische aanval
Ritmische trekkingen van armen of benen Tongbeet, bloed in de mond Gestoord bewustzijn Urineverlies Plaatje epilepsie invoegen
122
Eerste Hulp bij een epilepsie
Bel direct bij een grote epileptische aanval Tijdens de aanval: Maak ruimte rondom het slachtoffer en voorkom dat hij zich bezeert Houdt de bewegingen niet tegen, dit kan leiden tot letsel Plaatje anatomie beroerte invoegen
123
Eerste Hulp bij epilepsie
Na de aanval: Controleer het bewustzijn, maak de ademweg vrij en controleer de ademhaling Indien er een normale ademhaling is, leg het slachtoffer in de stabiele zijligging Bescherm het slachtoffer tegen afkoelen Plaatje anatomie beroerte invoegen
124
D. Suikerziekte Suikerziekte, diabetes mellitus, is een stofwisselingsziekte Het lichaam is niet in staat het bloedsuikergehalte te reguleren Suiker wordt niet opgenomen uit het bloed, waardoor bloedsuikergehalte stijgt (hyperglycaemie) Oorzaak: tekort aan hormoon insuline of verminderde gevoeligheid voor insuline
125
Suikerziekte Type 1 (vanaf kinderleeftijd)
Er is een tekort aan het hormoon insuline Type 2 (bij ouderen of mensen met overgewicht) Er is een verminderde gevoeligheid van de cellen voor insuline Hypoglycaemie: een te laag bloedsuikergehalte Hyperglycaemie: een te hoog bloedsuikergehalte
126
Symptomen van suikerziekte
127
Eerste Hulp bij suikerziekte
Hypoglycaemie (te laag bloedsuikergehalte) Indien aanspreekbaar: geef wat zoets te eten en een boterham Indien verminderd bewustzijn: bel 1-1-2, leg het slachtoffer in de stabiele zijligging en smeer voorzichtig wat honing of stroop in de wangzak Hyperglycaemie (te hoog bloedsuikergehalte) Indien aanspreekbaar: bel de huisarts Indien bewusteloos: bel en leg het slachtoffer in de stabiele zijligging Geef bij twijfel over hypo of hyper toch wat zoets te eten. Knapt het slachtoffer niet snel op bel dan
128
E. Hoofd- en hersenletsel
Alle verwondingen aan hoofd, hersenen en schedel Oorzaken Val (van grote hoogte) Val op het hoofd Verkeersongeval Geweld Plaatje trauma capitis invoegen
129
Hoofd- en hersenletsel
Verschijnselen zijn zeer divers Vaak is de ernst van het letsel moeilijk in te schatten Hersenschudding is de lichtste vorm Vaak kortdurend bewustzijnsverlies en vergeten van wat er is gebeurd Dingen niet goed kunnen onthouden Bij een hersenkneuzing duurt het bewustzijnsverlies langer Plaatje trauma capitis invoegen Denk bij hoofd- en hersenletsel aan nekwervelletsel
130
Hoofd- en hersenletsel
Hersenschudding Kortdurend bewustzijnsverlies Enige verwardheid Het slachtoffer kan dingen moeilijk onthouden Hersenkneuzing Langer bewustzijnsverlies Licht tot ernstige beschadiging van de hersenen Wees bedacht op nekwervelletsel
131
Symptomen van hoofd- en hersenletsel
Bewustzijnsstoornissen Sufheid, verwardheid en concentratieverlies Trage reactie Geheugenverlies Onrust Snel geïrriteerd zijn Overgevoeligheid voor licht en geluid Een doof gevoel, tintelingen
132
Symptomen van ernstig hoofd- en hersenletsel
Verschil in pupilgrootte Een blauwe verkleuring achter het oor (Battle-sign) Brilhematoom Vocht uit neus of oor Uitvalsverschijnselen Bewusteloosheid Ademhalingsstoornissen Plaatje Battle sing
133
Eerste hulp bij hersenletsel
Controleer de vitale functies Stelp eventueel bloedverlies Zorg voor professionele hulp Bel bij bewustzijnsstoornissen direct of enige tijd na het ongeval Immobiliseer hoofd en nek indien het slachtoffer bewusteloos is
134
F. Hersenvliesontsteking
Hersenvliesontsteking kan ontstaan door een infectie met een virus, bacterie of schimmel Het slachtoffer kan snel ziek worden Kan levensbedreigend zijn Bel als er sprake is van bewustzijnsstoornissen Bel de huisarts, ook als slachtoffer bij bewustzijn is, bij verdenking hersenvliesontsteking
135
F. Hersenvliesontsteking, symptomen
Hoofdpijn, nekpijn/nekstijfheid Hoge koorts, koude rillingen Misselijkheid, braken Sufheid, verminderd bewustzijn Veranderd gedrag, verwardheid Overgevoeligheid voor licht Bleke of grauwe huid Rood-paarsje vlekjes Epileptische aanvallen of koortsstuipen
136
Eerste Hulp bij Hersenvliesontsteking
Controleer vitale functies Stelp eventueel bloedverlies Zorg voor professionele hulp Bel bij bewustzijnsstoornissen
138
Stoornissen in de lichaamstemperatuur
139
Inhoudsopgave Oververhitting Onderkoeling
140
Lichaamstemperatuur Normale lichaamstemperatuur is circa 37° Celsius
De oppervlaktetemperatuur van het lichaam wisselt als reactie op de omgeving De kerntemperatuur is de temperatuur van de dieper liggende weefsels en blijft onder normale omstandigheden constant Plaatje evaporatie/conductie ed
141
A. Oververhitting De lichaamstemperatuur stijgt door:
Overmatige warmteproductie Onvoldoende warmteafgifte We onderscheiden 3 soorten oververhitting: Hittekramp Hitte-uitputting en hittestuwing Hitteberoerte
142
Hittekramp Ontstaat tijdens of na inspanning bij warm weer
Door onvoldoende vocht- en zoutinname Symptomen: Spierkrampen De spieren zijn gevoelig of pijnlijk bij aanraking De spieren kunnen harder zijn dan normaal Het slachtoffer kan misselijk en duizelig zijn en zich onwel voelen
143
Eerste hulp bij hittekramp
Laat het slachtoffer direct stoppen met sporten of bezigheden Breng hem naar een koele ruimte of zorg voor schaduw Geef het slachtoffer iets zoets te drinken en iets zouts te eten Laat hem de spieren ontspannen en aanspannen (stretchen) Rust en afkoeling zijn belangrijk
144
Hitte-uitputting en hittestuwing
Ontstaat bij zeer warm weer of zware inspanning en te warm gekleed zijn Door veel zweten en onvoldoende vocht- en zoutinname ontstaat een tekort aan vocht en zouten Lichaamstemperatuur < 40 ° Celsius
145
Hitte-uitputting en hittestuwing
Griepachtig beeld, onwel Lichaamstemperatuur niet hoger dan 40 oC Veel dorst Hoofdpijn Zwakte en vermoeidheid Misselijkheid en braken Veel zweten Koele, klamme huid Hittestuwing Rode, warme huid Verminderde of normale zweetproductie In een koele omgeving neemt zweetproductie toe Hoofdpijn Misselijkheid en braken Vermoeidheid
146
Eerste hulp bij hitte-uitputting en hittestuwing
Breng het slachtoffer naar een koele ruimte Trek te warme kleding uit Laat het slachtoffer liggen Vul vocht- en zouttekort aan Blijf de vitale functies controleren Koel het slachtoffer voorzichtig af, pas op voor onderkoeling Knapt het slachtoffer niet snel op, of zijn er stoornissen in het bewustzijn, bel dan 1-1-2
147
Hitteberoerte Lichaamstemperatuur is opgelopen tot > 40° Celsius
Rode, droge, warme huid Snelle hartslag en ademhaling Bewustzijnsdaling, verwardheid, bizar gedrag Dit is een levensbedreigende situatie Indien niet snel wordt ingegrepen zal het slachtoffer overlijden
148
Hitteberoerte Bel direct 1-1-2 Zorg voor een koele omgeving
Verwijder overtollige kleding Start met het actief afkoelen van het slachtoffer Besprenkel het slachtoffer met water Leg coldpacks onder de oksels en in de liezen
149
B. Onderkoeling De lichaamstemperatuur daalt door:
Onvoldoende warmteproductie Overmatig warmteverlies
150
Onderkoeling De lichaamstemperatuur is < 35 ° Celsius Oorzaken:
Verdrinking Verblijf in een koude omgeving zonder bescherming Jonge kinderen en ouderen zijn kwetsbaar Alcohol- en drugsgebruik (vaatverwijding)
151
Symptomen van onderkoeling
°C Rillen, bleke en koude huid < 34°C Rillen is gestopt, onregelmatige hartslag en ademhaling < 30°C Verlaagd bewustzijn < 28°C Meestal dodelijk, kamerfibrilleren
152
Onderkoeling Lichte onderkoeling Koud gevoel en klappertanden
Bleke en koude huid, soms met blauwe vlekken Blauwe verkleuring rondom de mond
153
Onderkoeling Ernstige onderkoeling Koud gevoel, geen klappertanden
Bleke en koude huid, soms met blauwe vlekken Extremiteiten, oren, lippen kunnen blauw zijn Bewegingen zijn moeizaam Toenemend slaperig of suf, gestoorde vitale functies Bewustzijnsstoornissen
154
Eerste Hulp bij lichte onderkoeling
Droge kleding? Wikkel het slachtoffer in een reddingsdeken Natte kleding? Verwijder kleding Wikkel een nat hoofd eerst in een gewone deken Wikkel het hoofd daarna in een reddingsdeken Breng het slachtoffer naar een warme omgeving Warm het slachtoffer op met huid/huid contact Geef het slachtoffer iets warms met suiker te drinken Geef geen alcoholhoudende dranken
155
Eerste Hulp bij ernstige onderkoeling
Bel direct 1-1-2 Breng het slachtoffer indien mogelijk in een warme omgeving Knip natte kleding weg, beweeg het slachtoffer zo min mogelijk Pak na natte kleding verwijderd te hebben het slachtoffer in Pak het hoofd, armen en benen apart in Warm het slachtoffer niet actief op Geef het slachtoffer niets te drinken Check regelmatig de vitale functies en start zo nodig de reanimatie
157
Verwondingen
158
Inhoudsopgave Eenvoudige wonden Ernstige wonden Brandwonden
Bevriezingen Verbanden en verbandmiddelen
159
Bouw en normale functie
Opperhuid Laag dode cellen Bescherming tegen vreemde stoffen en zonlicht Lederhuid Dicht bindweefsel, haarvaten, talg- en zweetklieren, haarwortels en zenuwen Rol in de warmteregulatie (kippenvel, zweetproductie) Onderhuids bindweefsel Vetlaag Bescherming tegen schokken en stoten
160
A. Eenvoudige wonden Snijwonden Niet dieper en langer dan 1 cm
Schaafwonden Oppervlakkig en nauwelijks bloedend Splinterverwondingen Nagelletsel
161
Eerste hulp bij eenvoudige wonden
Spoel de wond schoon met water Ontsmet niet de wond zelf maar de huid rondom de wond Dek de wond zo mogelijk steriel af, eventueel met niet-verklevend verband Een rechte wond kan worden gesloten met hechtstrips Duw een vishaakje door, in verband met de weerhaakjes
162
B. Ernstige wonden Diepe snijwonden
Wijkende wondranden en wonden dieper dan 1 cm Splinterverwondingen Metaal of glas dat niet verwijderd kan worden, oogsplinters Vuile wonden Doordringende wonden Scheurwonden Crushwonden
163
Eerste hulp bij ernstige wonden
Spoel eventueel de wond schoon, dek steriel af Laat de (huis)arts beoordelen Voorkom verder bloedverlies bij hevige bloedingen Bel bij hevig bloedverlies, voorwerpen in de wond, steekwonden, schotwonden, wonden bij botbreuken, mogelijke shock en amputaties Leg een geamputeerd lichaamsdeel in een plastic zak en zet deze zak in een zak met smeltend ijs Fixeer een voorwerp dat in de wond zit
164
C. Brandwonden Ernst van de brandwond wordt o.a. bepaald door:
Temperatuur, inwerkingsduur, grootte brandwond Waardoor veroorzaakt, vloeistof, gas, heet voorwerp etc. Leeftijd van het slachtoffer, jongeren/ouderen Door beschadiging van de huid ontstaat warmte- en vochtverlies, met daarnaast infectiegevaar Inwendige brandwonden ontstaan door het inademen van hete of bijtende gassen. Let op verbrandingen in het gezicht of verbrandingen van wenkbrauwen/neusharen
165
Brandwonden, symptomen
1e graads Opperhuid is beschadigd Pijnlijk, rood en gezwollen 2e graads Opperhuid en lederhuid is beschadigd Pijnlijk, glanzend rood/roze, gezwollen, huid voelt soepel Blaren 3e graads Opperhuid, lederhuid en onderhuids bindweefsel zijn beschadigd Wit/beige/zwart, droog en leerachtig Niet pijnlijk Rondom 3e graads: 1e en 2e graads verbrandingen
166
Eerste hulp bij brandwonden
Eerst water, de rest komt later! Koel minuten met lauw, zacht stromend water Verwijder (eventueel) sieraden in de buurt van de wond Dek de wond steriel met niet-verklevend gaas af Blus kleding of druk vlammen uit; niet hollen maar rollen! Laat vastzittende kleding zitten en houd kleding nat Laat blaren heel
167
Professionele hulp bij brandwonden
Bel altijd bij Grote 2e en 3e graads brandwonden Als de huid > 2-3% verbrand is (2e en 3e graads) Luchtwegverbranding en inhalatietrauma Verbranding door elektriciteit of chemische middelen Brandwonden in het gezicht, op gewrichten of geslachtsdelen Brandwonden bij kinderen en ouderen Bel de huisarts of huisartsenpost bij Kleine 2e of 3e graads verbrandingen 1e graads verbranding en ziekteverschijnselen
168
D. Bevriezingen 1e graads Pijnlijk, stekende pijn 2e graads
Pijnlijk, witte blaren met helder vocht of bloed 3e graads Spierwitte, gevoelloze, stugge huid Blaren en zwart verkleurde plekken Rondom de 3e graads bevriezing, ook 1e en 2e graads bevriezing Plaatje bevriezing invoegen
169
Eerste hulp bij bevriezing
Warm een 1e graads bevriezing op met lichaamswarmte, niet wrijven Warm bevroren lichaamsdelen minuten op met (maximaal 40 oC) warm water Laat blaren heel en dek wonden losjes steriel af Neem bij 2e en 3e graads bevriezing contact op met de huisarts Het ontdooien van een lichaamsdeel is zeer pijnlijk Bij bevriezingen heeft het slachtoffer een gestoord gevoel van temperatuur
170
E. Verbanden en verbandmiddelen
Wonddekverband Wonddrukverband Traumazwachtel Steunverband
171
Verbandmaterialen Steriel kompres Steriel niet-verklevend kompres
Brandwondenkompres met hydrogel Hydrocolloïde pleister afbeelding toevoegen? Hydrocolloïde pleister
172
Verbandmaterialen Hydrofiele zwachtel
Ideaalzwachtel (elastische zwachtel) Cohesieve zwachtel of zelfklevende zwachtel Snelverband Kleefpleister Wondpleister Vingerbob Hechtstrips
174
Kleine letsels
175
Inhoudsopgave Steken en beten Oren, ogen, neus en tanden
Kleine verwondingen
176
A. Steken en beten van insecten
Injectie van (gif)stoffen in de huid Bij, wesp, horzel Mier, vlo Pieterman, kwallen Slang Overdracht van bacteriën, virussen of parasieten Muggen (malaria, gele koorts, dengue, zika) Teken (Lyme, tick borne encephalitis) Hond, vleermuis (hondsdolheid)
177
Steek van een wesp Pijnlijk en brandend gevoel, roodheid, zwelling
Eerste hulp bij een wespensteek: Verwijder zo nodig de angel Breng zo nodig een jeukstillende crème aan Een wesp heeft geen uitwendig maar een inwendig gifzakje Na een wespensteek kan een levensbedreigende allergische reactie ontstaan: anafylaxie
178
Steek van een bij of hommel
Pijnlijk en brandend gevoel, roodheid, zwelling Vaak blijft de angel aanwezig en sterft de bij Eerste hulp bij een bijen- of hommelsteek: Verwijder zo nodig de angel, knijp niet in het gifzakje Breng zo nodig een jeukstillende crème aan Na een bijensteek kan een levensbedreigende allergische reactie ontstaan: anafylaxie
179
Steek van een mug Jeukende, rode zwelling
Eerste hulp bij een muggensteek: Voorkom krabben, hierdoor neemt jeuk toe Breng zo nodig een jeukstillende crème aan Voorkomen is beter dan genezen Gebruik in een risicogebied anti-malariatabletten Draag bedekkende kleding en smeer DEET
180
Beet van een teek Teek bijt zich vast in de huid en zuigt bloed
Eerste hulp bij een tekenbeet: Verwijder de teek zo snel mogelijk met een scherpe pincet of speciale tekenpincet Gebruik géén alcohol of andere middelen voordat de teek verwijderd is Knijp niet in het lijfje van de teek, hierbij kunnen bacteriën en of virussen worden overgedragen Noteer de datum van de tekenbeet
181
Beet van een teek, ziekte van Lyme
Ronde rode kring met witte kern (erythema migrans) Hoeft niet op de beetplaats te zitten Ziekteverschijnselen Hoofdpijn, moeheid Gewrichtsklachten Verlamming Neem contact op met de huisarts Teken kunnen meer problemen geven en meer overbrengen: hersenvliesontsteking, Krim-Congo virus
182
Wanneer professionele hulp bij een insectensteek/beet?
Bij een steek in mond, tong, keel of hals Bij een ernstige allergische reactie Jeuk en rode uitslag over het hele lichaam Zwelling van gelaat, lippen, mond, tong of hals Ademhalingsproblemen of hartklachten Koorts of ontstekingsverschijnselen na een steek of beet Een ernstige allergische reactie is levensbedreigend, bel direct 1-1-2
183
Steken en beten van dieren
Steken van dieren Pieterman Kwal Spinnen en schorpioenen Beten van dieren Hond, kat, knaagdieren Slangen
184
Steek van een Pieterman
Zandkleurige zoutwater vis, in ondiep water Steekt met rugvinnen die net boven het zand uitsteken Pijnlijk, maar niet dodelijk Eerste Hulp bij steek van de Pieterman Dompel aangedane lichaamsdeel 20 – 30 minuten in zo heet mogelijk water Ga bij aanhoudende pijn naar de huisarts
185
Steek van een kwal Steekt met tentakels die netelcellen bevatten
Gif Nederlandse kwallen in principe niet dodelijk Jeuk, brandende pijn, roodheid en soms blaren Eerste Hulp bij kwallensteek Spoel de steekplaats met zeewater Verwijder netelcellen met met een pincet of botte kant van mes Spoel 20 – 30 minuten met zo heet mogelijk water Gebruik eventueel iets tegen de jeuk Een steek van een tropische kwal kan dodelijk zijn
186
Beet van een spin of schorpioen
Hevige pijn, roodheid, zwelling Nederlandse spinnen niet giftig Uitheemse spinnen kunnen wel giftig en dodelijk zijn Neem contact op met de huisarts of met bij een beet van een mogelijk giftige spin of steek van een schorpioen
187
Beet van een slang Pijnlijk, meestal twee prikgaatjes
Indien beet van giftige slang, tekenen van vergiftiging Stoornissen vitale functies Misselijkheid, braken Spierkrampen Eerste Hulp bij slangenbeet Ga na om welke slang het gaat (let op eigen veiligheid) Bel en volg aanwijzingen centralist Houd aangedane lichaamsdeel laag en voorkom beweging
188
Beet of krab van een hond of kat
Soms ernstige en diepe verwondingen Per definitie besmette wond, risico op infectie Eerste Hulp bij beet of krab van hond of kat Spoel de wond met lauw water Leg een dekverband aan Neem contact op met de huisarts
189
Eikenprocessierups Brandharen zorgen voor jeukende rode huiduitslag
Eerste Hulp bij contact eikenprocessierups Douchen Kleding wassen Jeukstillende crème
190
Giftige planten Berenklauw Brandnetel
191
Berenklauw Rode huid, zwelt bij blootstelling zon Ernstige brandblaren
Eerste Hulp bij contact berenklauw Behandel de wond als een brandwond Jeukstillende crème
192
Brandnetel Steken door brandharen, blijven in huid zitten
Pijn, jeuk en branderig gevoel Eerste Hulp bij contact brandnetel Maak de plek schoon met water en zeep Gebruik jeukstillende crème (Tea Tree)
193
B. Oren, ogen, neus en tanden
Voorwerp in oor, oorpijn Oogletsel Voorwerp in neus, bloedneus Tand door lip, uitgeslagen tand
194
Voorwerp in oor, oorpijn
Laat een voorwerp in het oor door de huisarts verwijderen Druppel bij een insect in het oor lauw water in oor Oorpijn komt vooral bij kinderen voor Paracetamol, geen verbetering huisarts Oorpijn tijdens vliegen en zwemmen door drukverschillen “Klaar” de neus door deze dicht te knijpen en voorzichtig door de neus uit te blazen
195
Vuiltje in het oog, doordringend oogletsel, lasoog, stomp oogletsel
Verwijder vuiltjes alleen van het wit van het oog Laat metaal- of glassplinters door een arts verwijderen UV straling of fel licht (lasoog) Stekende pijn Hevig tranen Oogarts Stomp oogletsel Koel de omgeving van het oog Bij zichtproblemen, dubbelzien, hevige pijn professionele hulp
196
Chemische stof in het oog
Pijn, roodheid, tranen, zichtstoornissen Bel 1-1-2 Spoel overvloedig minimaal 30 minuten met water Gebruik eventueel een oogspoelfles
197
Bloedneus, overig neusletsel
Laat de neus snuiten, druk de neus boven de neusvleugels 5 minuten dicht Voorwerp in de neus Komt vaker voor bij kinderen Laat het vrije neusgat dichtdrukken, door de mond inademen en proberen te snuiten Lukt het niet, huisarts
198
Uitgeslagen tand, tand door de lip
Spoel de tand met volle melk en zet terug, tandarts Lukt dit niet dan tand meenemen in volle melk, tandarts Tand door de lip Druk met een steriel gaas de wond dicht Breng een koud kompres aan om pijn en bloeden te verminderen
199
C. Kleine verwondingen Blaren Splinters
200
Blaren Wrijvingsblaren Laat in principe een wrijvingsblaar heel
Als een wrijvingsblaar hindert prik hem door Werk steriel met een bloedlancet Dek de wond af met niet-verklevend materiaal Bloedblaren, brand- en bevriezingsblaren Prik bloedblaren en brand- en bevriezingsblaren nooit door Bij grote brand- en bevriezingsblaren, arts
201
Splinters Haal eenvoudige splinters met een pincet uit de huid
Is de splinter niet te verwijderen, huisarts Laat staal- of glassplinters door een arts verwijderen
203
Letsel van het bewegingsapparaat
204
Inhoudsopgave Kneuzingen en verstuikingen Ontwrichtingen Botbreuken
Spierscheuring
205
Bouw en functie Het bewegingsapparaat bestaat uit: Botten Banden
Spieren en pezen Gewrichten, kraakbeen en gewrichtskapsels
206
A. Kneuzingen en verstuikingen
Een kneuzing is een beschadiging van weefsel zonder huidbeschadiging Een verstuiking is een kneuzing ter hoogte van een gewricht waarbij de gewrichtsbanden uitgerekt zijn
207
Kneuzing of verstuiking, symptomen
Pijn in rust en bij beweging Later optredende zwelling Bloeduitstorting Bij een verstuiking kan er sprake zijn van functieverlies
208
Eerste Hulp bij kneuzingen en verstuikingen
Staak de activiteit Koel het aangedane lichaamsdeel 10 – 20 minuten met een coldpack Leg een doek tussen de coldpack en de huid Leg een steunverband aan Houd rust
209
Steunverband om de enkel
Begin bij het aanleggen van een steunverband bij de tenen Kijk in de rol bij het zwachtelen Pak de hiel mee in door slagen over, boven en onder de hiel Eindig met het steunverband boven de enkel
210
Steunverband om de pols
Begin bij het aanleggen van een steunverband bij de vingers Kijk in de rol bij het zwachtelen Zwachtel boven en onder de duim met schuine slagen Eindig met het steunverband bij de pols
211
Steunverband om de elleboog of knie
Zet de knie of elleboog in een licht gebogen houding Zwachtel zo dat de slag aan de buigzijde meer overlapt dan aan de strekzijde Leg het verband vast met een kleefpleister
212
Ontwrichtingen, symptomen
Hevige pijn Abnormale stand van het gewricht Het slachtoffer kan het getroffen lichaamsdeel niet goed gebruiken Soms zwelling en verkleuring
213
Ontwrichtingen, eerste hulp
Bij twijfel tussen ontwrichting of breuk ga uit van het ergste Laat het slachtoffer het getroffen lichaamsdeel ondersteunen Geef het slachtoffer niet te drinken of te eten Zorg voor professionele hulp
214
Botbreuken Pijn Het slachtoffer kan doorgaans het getroffen lichaamsdeel niet gebruiken Zwelling Soms een abnormale stand Bij een open botbreuk een wond ter hoogte van de breuk
215
Botbreuken, eerste hulp
Houd het getroffen lichaamsdeel onbeweeglijk Ondersteun het getroffen lichaamsdeel Verwijder sieraden in de buurt van de breuk Dek de wond bij een open botbreuk voorzichtig af Schakel professionele hulp in
216
Specifieke botbreuken
Gebroken ribben of borstbeen Gebroken nek of wervels van de wervelkolom Gebroken heup of bekken Gebroken bovenbeen
217
Gebroken ribben of borstbeen
Oorzaak: ongeval Klachten kneuzing en breuk zijn hetzelfde Pijn bij inspanning, lachten, hoesten, bewegen, ademhalen Risico: klaplong, bloed in de longen Pijn bij breuk borstbeen is heel plaatselijk Zorg voor professionele hulp
218
Gebroken nek of wervels van de wervelkolom
Oorzaken: verkeersongevallen, vallen van hoogte, ongevallen bij sporten Nekwervelkolombreuk > 50% van de wervelkolombreuken (Tijdelijke) gedeeltelijke of gehele verlamming Door dikker beenvlies komt dit bij kinderen minder voor Bij kinderen wel mogelijk ernstig letsel ruggenmerg Onbeweeglijk houden en professionele hulp
219
Gebroken heup of bekken
Komt voornamelijk voor bij ouderen en bij botontkalking Ontstaat door val of verkeersongeval Heupbreuk: aangedane been is verkort en voet ligt naar buiten Bekkenbreuk: benen liggen naar buiten gedraaid Risico: inwendige bloedingen, shock Onbeweeglijk houden en professionele hulp
220
Gebroken bovenbeen Dijbeenbreuk
Oorzaak: ongeval met veel kracht, botontkalking Risico: veel bloedverlies, shock Continu vitale functies controleren, professionele hulp
221
D. Spierscheuring (zweepslag)
Oorzaak: plotselinge overbelasting, overrekking op klap op spier, vaak door onvoldoende warming up of heftige beweging Symptomen Pijn in aangedane spier Kuiltje op plaats spierscheur Zwelling en bloeduitstorting Eerste Hulp Stop inspanning en koel 10 – 20 minuten Steunverband Huisarts Niet masseren
223
Vergiftigingen
224
Inhoudsopgave Vergiftigingen via het spijsverteringskanaal
Vergiftiging via de luchtwegen Vergiftiging via de huid of ogen Vergiftiging door inspuiting direct in de bloedvaten (parenteraal) Alcohol en drugs
225
Bouw en normale functie
Gevolg vergiftiging van ongemak tot levensgevaar Schade is afhankelijk van soort, hoeveelheid, sterkte, uitwerking Schade is ook afhankelijk van slachtoffer: leeftijd, conditie, geslacht en lichaamsgewicht
226
A. Vergiftiging via het spijsverteringsstelsel
Mogelijk letsel Chemische verbrandingen mond en slokdarm Stoornissen vitale functies na opname in bloed Soorten vergif Petroleumproducten: lampolie, wasbenzine Bijtende stoffen: ontstoppers, ovenreinigers, koelvloeistof Algemene stoffen: planten, besjes, medicijn, alcohol, drugs
227
Vergiftiging via het spijsverteringsstelsel
Symptomen petroleumproducten Misselijkheid en overgeven Irritatie slijmvliezen Gezwollen buik Bewustzijnsstoornissen Beginnende chemische longontsteking (later)
228
Vergiftiging via het spijsverteringsstelsel
Symptomen bijtende stoffen Chemische verbranding mond en/of slokdarm Pijn bij het slikken Misselijk Vergrote of verkleinde pupillen Buikkrampen Afwijkende huidskleur Bewustzijns- en ademhalingsstoornissen
229
Vergiftiging via het spijsverteringsstelsel
Symptomen algemene stoffen (niet bijtend) Stoornissen van het zenuwstelsel, epileptische aanvallen Neusbloedingen Bloed ophoesten Misselijkheid en braken Bewustzijns- en ademhalingsstoornissen Kinderen zijn vaak slachtoffer van vergiftiging. Let op veiligheid!
230
Vergiftiging via het spijsverteringsstelsel
Eerste Hulp Let op eigen veiligheid Controleer vitale functies slachtoffer Bel bij stoornissen vitale functies Overleg in andere gevallen met de huisarts Laat het slachtoffer niet drinken en niet braken Laat het slachtoffer bij inname bijtende stoffen de mond spoelen
231
B. Vergiftiging via de luchtwegen
Oorzaken Inademen gassen bij brand Inademen dampen mengen schoonmaakmiddelen Inademen gierputdampen Inademen chloordampen zwembad
232
Vergiftiging via de luchtwegen
Symptomen Tranende ogen Irritatie en/of zwelling slijmvliezen mond, neus, keel Overmatige slijmvorming Keelpijn, hoesten Beschadiging bovenste luchtwegen Benauwdheid Verstoring vitale functies
233
Vergiftiging via de luchtwegen
Eerste Hulp Let op gevaar Haal slachtoffer uit gevaarlijke omgeving, zorg voor frisse lucht Laat slachtoffer in comfortabele houding zitten Controleer continu vitale functies Bel bij stoornissen vitale functies Bij eventuele reanimatie géén beademing als slachtoffer cyanide, zwavelwaterstof of fosforzuur heeft ingeademd
234
C. Vergiftiging via de huid of de ogen
Oorzaken en gevolgen Contact van giftige stoffen met huid of ogen Gifstoffen kunnen door de huid worden opgenomen of op de huid inwerken Directe gevolgen of soms na dagen Soms pas effecten na meerdere keren contact
235
Vergiftiging via de huid of de ogen
Symptomen huid Rode, grauwe of witte huid Pijn of jeuk Zwelling en/of blaarvorming Symptomen ogen Pijn, roodheid, tranen, gevoel dat er iets in het oog zit Zichtstoornissen Trekkingen van de oogspieren
236
Vergiftiging via de huid of de ogen
Eerste Hulp Bel 1-1-2 Let op gevaar voor jezelf Controleer vitale functies slachtoffer Verwijder kleding als gifstof in kleding zit Niet over de huid wrijven Spoel minimaal 30 minuten met water Gebruik eventueel een oogdouche Indien mogelijk verwijder contactlenzen
237
D. Vergiftiging door inspuiting direct in de bloedvaten
Injectie van medicijn Prikaccidenten met besmette naalden Steken en beten van vissen, slangen, schorpioenen, spinnen Effecten zijn plaatselijk en/of betreffen het hele lichaam
238
Vergiftiging door inspuiting direct in de bloedvaten
Symptomen plaatselijk Pijn, zwelling, ontstekingen, bloedblaren Stollingsstoornissen Afstervend weefsel Symptomen systematisch Hoofdpijn, misselijkheid, braken Duizeligheid, flauwtes, stuipen Buikpijn, diarree
239
Vergiftiging door inspuiting direct in de bloedvaten
Eerste Hulp Let op eigen veiligheid Behandel symptomen met een coldpack Verzorg wonden Laat het slachtoffer niet te veel bewegen Laat zijn extremiteiten rusten Bel 1-1-2
240
E. Alcohol en Drugs Veel verschillende middelen
Veel verschillende gewenste en ongewenste effecten
241
Alcohol Het effect van het gebruik is onder andere afhankelijk van:
Het geslacht, man of vrouw Lichaamsgewicht, hersenvolume Ervaring met drank Conditie Snelheid van drinken Lege of volle maag
242
Symptomen alcohol Adem ruikt naar alcohol
Onderdrukking pijngewaarwording Ontspanning, opgewektheid, minder remmingen Overschatting, toegenomen zelfvertrouwen Misselijkheid, braken, hoofdpijn Onvaste gang, zwalken Gestoorde spraak Bloeddoorlopen ogen
243
Symptomen bij overmatig alcoholgebruik
Blackouts, verwardheid Geheugenverlies Concentratieproblemen Vermoeidheid Bij alcoholvergiftiging Bewusteloosheid Ademhalingsstoornissen Onderkoeling
244
Eerste hulp bij alcohol
Controleer vitale functies Bel zo nodig 1-1-2 Zorg voor een rustige omgeving Stel het slachtoffer gerust Geef het slachtoffer als hij bij bewustzijn is water te drinken Diabetes patiënten kunnen bij een hypoglycaemie dronken gedrag vertonen zonder dat ze alcohol gedronken hebben.
245
Drugs De lichamelijke en geestelijke effecten zijn onder andere:
Verdovend – heroïne, GHB Stimulerend – cocaïne, speed, XTC Waarnemingsveranderend – LSD, paddo’s Verslavend
246
Verdovende middelen Symptomen bij gebruik verdovende middelen:
Slaperig, verlies van bewustzijn Desoriëntatie Ademhalingsproblemen Droge mond, kleine pupillen Lage bloeddruk, blauwige nagels en lippen
247
Stimulerende middelen
Symptomen bij gebruik stimulerende middelen: Agressief gedrag Paniekaanvallen, paranoia Duizeligheid, misselijkheid Hoofdpijn, pijn op de borst Hoge bloeddruk
248
Waarnemingsveranderende middelen
Symptomen bij gebruik waarneming veranderende middelen: Psychose, (pseudo)hallucinaties Extreme depressie Angstgedachtes Synesthesie (horen van kleuren, zien van geuren) Onvoorspelbare emoties
249
Eerste hulp bij drugsgebruik
Let op eigen veiligheid, voorkom escalatie situatie Controleer vitale functies Bel bij stoornissen vitale functies Zorg voor een rustige omgeving Stel het slachtoffer gerust Leg bewusteloze slachtoffers in de stabiele zijligging
251
Elektriciteitsletsel
252
Inhoudsopgave Oorzaken en mechanisme Symptomen
253
Elektriciteit Elektriciteit zoekt de weg van de minste weerstand
Ingangswond op contactplaats met stroombron Uitgangswond, meestal dicht bij de aarde
254
Elektriciteit Weg die stroom door het lichaam aflegt bepaalt type letsels Stroomsterkte bepaalt ernst van de letsels Door weerstand ontstaat warmteproductie: brandwonden Samentrekking spieren leidt tot verscheuring en botbreuken Stroom kan hartritme verstoren
255
Hoogspanning Hoogspanning is zeer gevaarlijk
Vonken/vlammen kunnen over grote afstand overspringen Houd tenminste 10 meter afstand De aangekochte foto bij Petra opvragen
256
Verschijnselen bij elektriciteitsletsel
Brandwonden (ingangs- én uitgangswond) Spierkrampen Botbreuken Beschadiging zenuwen, bloedvaten, weefsels Hartritmestoornissen (kamerfibrilleren) Adem- en circulatiestilstand Bewusteloosheid
257
Eerste Hulp bij elektriciteitsletsel
Denk aan eigen veiligheid! Probeer stroombron uit te schakelen of contact met stroombron te onderbreken Controleer de vitale functies, start bij niet-normale ademhaling reanimatie Bel 1-1-2
258
Blikseminslag Zeer hoge ontlading, zeer hoge temperatuur
Zeer ernstige inwendige schade Grote kans op ademhalings- en circulatiestilstand Ook letsels door schokgolf mogelijk Trommelvliezen, klaplong, oogletsel Letsel door wegslingeren
260
Algemene ziekteverschijnselen
261
Inhoudsopgave Koorts Hoofdpijn Maagdarmklachten Kinderziekten
262
A. Koorts Normale reactie van het lichaam bij ziekte of ontsteking
Normale lichaamstemperatuur 37° Celcius Koorts bij temperatuur > 38° Celcius Hoge koorts > 40° Celcius
263
Verschijnselen bij koorts
Koude rillingen Klappertanden Zweten Onwel Verschijnselen van de onderliggende oorzaak
264
Eerste Hulp bij koorts Rust Voldoende eten en drinken
Ondersteunen, nat washandje Paracetamol volgens bijsluiter Neem contact op met huisarts indien koorts met: Temperatuur > 40°C Sufheid, ernstige hoofdpijn Benauwdheid Aanhoudend braken of diarree
265
Koorts bij kinderen Normale temperatuur 36,5 - 37,5°C
Vaak koorts zonder duidelijke oorzaak Indien niet na 3 dagen over, neem contact op met de huisarts
266
Koorts bij kinderen Contact met huisarts indien koorts samen gaat met:
Steeds zieker worden Sufheid Rood-paarse vlekjes Aanhoudend braken of diarree
267
B. Hoofdpijn Komt vaak voor, meestal onschuldig
Veel verschillende oorzaken Bonzend Stekend Zeurend
268
Eerste Hulp bij hoofdpijn
Geef het slachtoffer rust Geef paracetamol volgens de bijsluiter Laat het slachtoffer voldoende drinken Bel indien plotselinge hoofdpijn met misselijkheid, braken en/of bewustzijnsstoornissen Bel huisarts indien hoofdpijn met hoge koorts, slecht zien, stijve nek of langer dan 1 dag hoofdpijn
269
C. Maagdarmklachten Uitdroging Voedselvergiftiging
270
Voedselvergiftiging Door een virus, bacterie of parasiet
Reizigersdiarree: onvoldoende verhit voedsel, ongewassen salade of gewassen met besmet water Voorkomen door goede handhygiëne en goed verhitten van voedsel
271
Verschijnselen bij voedselvergiftiging
Misselijkheid en braken Buikpijn of buikkramp (Waterdunne) diarree Bloed bij de ontlasting Koorts Hoofdpijn
272
Uitdroging Ontstaat door vochtverlies in combinatie met weinig eten en drinken Aanhoudend braken Aanhoudende diarree Met name baby’s, jonge kinderen en ouderen erg gevoelig
273
Verschijnselen bij uitdroging
Dorst Droge slijmvliezen Slappe, gerimpelde huid Lusteloosheid, slapheid Sufheid Huilen zonder tranen Diepliggende ogen of ingezonken fontanel
274
Eerste Hulp bij voedselvergiftiging en uitdroging
Zorg voor voldoende vochtinname Geef Oral Rehydration Solution of kokoswater Geef rust en ondersteuning Bel indien er sprake is van: Hevige buikpijn in combinatie met rugpijn Bleke, klamme huid, verschijnselen van shock Bel de huisarts indien er sprake is van: Hoge koorts Aanhoudende diarree, braken of bloed bij de ontlasting
275
D. Kinderziekten Vijfde ziekte Zesde ziekte Roodvonk Mazelen Rode Hond
Hand-voet-mondziekte Waterpokken Koortslip Krentenbaard
276
Vijfde ziekte Veroorzaker: virus Leeftijd: 4 - 10 jaar Verschijnselen:
Rode wangen Roze rode onregelmatige vlekjes op borstkas, billen, armen, benen Soms koorts en jeuk, meestal mild
277
Zesde ziekte Veroorzaker: virus Leeftijd: 6 maanden tot 3 jaar
Verschijnselen Hoge koorts, verdwijnt na dagen Opgezette lymfeklieren hals en achter de oren Na verdwijnen koorts lichtrode vlekjes gezicht, borstkas, billen Zo nodig paracetamol volgens bijsluiter
278
Roodvonk (scarlatina)
Veroorzaker: streptococcen bacterie Leeftijd: jaar Verschijnselen: Begint met keelpijn en hoge koorts Vervolgens felrode (ruwe) uitslag over hele lichaam en gelaat, mond en neus blijven meestal vrij Eerst witte tong, na 3 dagen felrood Zo nodig paracetamol en via huisarts antibiotica
279
Mazelen Leeftijd: 6 maanden - 4 jaar
Zeer besmettelijk (vaccinatie), kans op ernstige complicaties Verschijnselen: Hoge koorts en griepachtige verschijnselen Na dagen rode vlekjes, beginnend op hoofd en uitbreidend naar rest van het lichaam Complicaties: hersenvliesontsteking, longontsteking, oorontsteking Contact met huisarts
280
Rode hond (rubella) Veroorzaker: virus Verschijnselen:
Begint met verkoudheid Rode vlekjes over gehele lichaam Soms koorts Soms gezwollen klieren Gevaarlijk voor zwangeren en op volwassen leeftijd
281
Hand-voet-mondziekte
Veroorzaker: virus Verschijnselen Blaasjes in de mond, op handen en voeten Drinken erg pijnlijk Genezen binnen weken Zo nodig paracetamol volgens bijsluiter Gevaarlijk voor zwangeren en ongeboren kind
282
Waterpokken Veroorzaker: varicella virus
Verspreiding via druppeltjes in de lucht Verschijnselen: Over gehele lichaam jeukende bultjes, blaasjes en korstjes Meestal binnen 10 dagen verdwenen Koelen met washandje, zo nodig jeukstillende crème Gevaarlijk voor zwangere indien waterpokken niet doorgemaakt
283
Koortslip Veroorzaker: herpes simplex virus Verschijnselen
Kleine gele blaasjes op rode ondergrond Meestal rond lippen of in gelaat, soms rond oog Zeer besmettelijk, gevaarlijk voor baby's Indien bij oog contact opnemen met de huisarts
284
Krentenbaard Veroorzaker: bacterie Verschijnselen:
Geel-bruine korstjes op ontstoken ondergrond Meestal in gelaat, kan overal Zeer besmettelijk Antibioticazalf via huisarts
285
Wanneer de huisarts bellen?
Hoge koorts (> 40 graden) Koorts of vlekjesziekten bij baby's < 3 maanden Sufheid Aanhoudend braken of diarree Gierende ademhaling of aanhoudend kwijlen Kind dat alleen maar zieker wordt Kind dat niet meer kan eten of drinken, of niet meer plast
286
Wanneer 1-1-2 bellen? Bewustzijnsstoornissen
Blauw-paarse verkleuring van lippen of gelaat Koortsstuipen Hoge koorts Rood-paarse vlekjes/puntjes die niet weg te drukken zijn
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.