Bedrijfseconomie voor de horeca deel 1 4.5 t/m 4.6 Financieel Management Hoofdstuk 4 Bezettingsresultaat en bedrijfsresultaat.

Presentatie over: "Bedrijfseconomie voor de horeca deel 1 4.5 t/m 4.6 Financieel Management Hoofdstuk 4 Bezettingsresultaat en bedrijfsresultaat."— Transcript van de presentatie:

1 Bedrijfseconomie voor de horeca deel 1 4.5 t/m 4.6 Financieel Management Hoofdstuk 4 Bezettingsresultaat en bedrijfsresultaat

2  4.5 Bezettingsresultaat  4.6 Verkoopresultaat en bedrijfsresultaat

3  Bezettingsresultaat Het verschil tussen de totale constante kosten en de in de kostprijs van de productie doorberekende constante kosten. * Formule: Bezettingsresultaat = ( W- N) x C N  Bezettingsverschil Ontstaan indien de werkelijke bezetting of productieomvang afwijkt van de normale bezetting

4  Indien de werkelijke bezetting achterblijft bij de normale bezetting dan is er sprake van onderbezetting.  Voorkom onderbezetting met een goede planning en extra krachten. ‘In de zomer gaan veel werknemers een aantal weken op vakantie. Het is nog een hele klus om binnen het bedrijf alle vakantieplannen op elkaar af te stemmen’ Tips: 1. Tijdig vakantiedagen doorgeven 2. Bedenk maatregelen voor onderbezetting:  Parttime krachten in de vakantie vaker werken  Uitzendkrachten  Stagiaires  Vakantiehulpen Indien W > N spreken we van Overbezetting Indien W < N spreken we van Onderbezetting

5  De standaardkostprijs van een product Broxx was: Standaardkostprijs = € 300.000 + € 144.000 = € 4,20 100.000 120.000  De werkelijke productie is in dit geval hoger dan de normale productie. Meer constante kosten worden terugverdiend dan er gemaakt zijn. * Overbezetting : (w = 120.000 -/- N = 100.000) = 20.000 (C/N) = € 3.- Dus 20.000 stuks x € 3.- = € 60.000,- overbezetting Onderbezetting : alleen als de werkelijke productie 90.000 was. (90.000 stuks -/- 100.000 stuks) x € 3 = - € 30.000,- negatief

6 Opgaven 16: a. St.Kp = (C) 392.000 / (N) 28.000 + (V)339.600 / (W) 28.300 = 14 + 12 = 26 b. bezettingsres. = (W) 28.300 – (N) 28.000 ) x (C)392.000 / (N) 28.000 = 4.200 (overbezetting) Opgaven 17: a. St.Kp = 194.400 / 24.300 + 6 = 8 + 6 = 14 b. W = 148.800 : 6 = 24.800 bez.res. = ( 24.800 – 24.300 ) x 8 = 4.000 (overbezetting)

7 Verkoopresultaat Het verschil tussen nettoverkoopprijs en standaardkostprijs x afzet Formule: Verkoopresultaat = afzet x (p – st.kp) *P= nettoverkoopprijs st.kp = standaardkostprijs

8 Bedrijfsresultaat Is de optelsom van verkoopresultaat en bezettingresultaat. Schema: Verkoopresultaat = afzet x (p – st.kp)€……………….. Bezettingsresultaat= (W – N) x C €……………….. (positief of negatief) N + Bedrijfsresultaat (nettowinst)€……………...... * Bezettingsresultaat kan positief zijn, maar ook negatief. (negatief wordt het onderbezettingverlies afgetrokken van het verkoopresultaat)

9

10