Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 BIMAIV04 Algemene Automatisering van de Informatievoorziening Week 1 Business IT & Management
Even voorstellen Jean-Pierre Beelen Hogeschooldocent Principal Consultant / Innovatiemanager Achtergrond Bedrijfskundige informatievoorziening > 25 jaar ervaring in ICT Management > 15 jaar ervaring in (Sales)Consultancy > 15 jaar ervaring Solution / Services Marketing Specialismen Business & ICT Alignment Marketing en Portfolio analyse ICT Management
Bereikbaarheid Profilehttp:// Twitterhttp://twitter.com/djiepiehttp://twitter.com/djiepie Fileshare
Wat gaan we doen? Theorie Infrastructuur Slides plus opdracht Hoor/werkcollege Opdracht Mendix (door Fedor Wagenaar) Werkcollege practicum Beoordeling Theorie (individueel); beide > 4, samen gemiddeld >= 5,5 Tentamen – Open vragen Opdracht Opdracht Mendix – Individueel (Voldoende/onvoldoende)
Planning 5 Mei-Bevrijdingsdag 12 Mei-BIVR102 en BIVR Mei-BIVR101 en BIVR Mei-BIVR102 en BIVR104 2 Juni-BIVR101 en BIVR103 9 Juni-Pinksteren 16 Juni-BIVR102 en BIVR Juni-? 30 Juni-Tentamenweek / Inleveren opdracht 7 Juli-Tentamenweek
Computernetwerken
1.1 Het doel van computernetwerken 1.2 Schema van zenden en ontvangen 1.3 Telecommunicatienetwerken 1.4 Datatransmissie 1.5 Transmissietypes 1.6 Transmissiesnelheden Inleiding
Het doel van computernetwerken Gemeenschappelijk gebruik van gegevens Gemeenschappelijk gebruik van apparatuur Eenvoudiger systeembeheer Gemeenschappelijk gebruik van software Beveiliging Elektronische communicatie Gemeenschappelijk gebruik van een internettoegang Rekenkracht verhogen Financiële besparing
Schema van zenden en ontvangen (1)
Schema van zenden en ontvangen (2)
Telecommunicatienetwerken Indeling op basis van geografische spreiding Indeling op basis van schakeltechnieken Indeling op basis van datacommunicatienetwerken Indeling op basis van hiërarchie
Telecommunicatienetwerken Geografische spreiding
Telecommunicatienetwerken Schakeltechnieken
Telecommunicatienetwerken Schakeltechnieken - Packetswitching FDM (frequency division multiplexing) STDM (synchronous time division multiplexing) ATDM (asynchronous time division multiplexing)
Telecommunicatienetwerken Schakeltechnieken - Circuitswitching
Telecommunicatienetwerken Schakeltechnieken - Messageswitching
Telecommunicatienetwerken Datacommunicatienetwerken Telefoonnetwerk ISDN-netwerk ADSL-netwerk Glasvezelnetwerk GPRS-netwerk 3G en 4G Straalverbindingen Satellietverbindingen
Telecommunicatienetwerken Datacommunicatie – Telefoonnetwerk Analoog netwerk voor akoestische signalen (spraak) Digitale communicatie via (de)moduleren (modem) Dial-up lines versus leased lines Beperkte frequentie, dus lagere overdrachtssnelheid Storingen maken verbindingen minder betrouwbaar PSTN (Public Switched Telephone Network) POTS (Plain Old Telephone System)
Telecommunicatienetwerken Datacommunicatie – ISDN-netwerk Integrated Services Digital Network Uitbreiding op het bestaande telefoonnetwerk Digitaal signaal i.p.v. analoog signaal Telefooncentrales aangepast in jaren 1980 en 1990 Snellere en stabielere verbindingen Conference call Mailbox Caller identification Dubbele bandbreedte
Telecommunicatienetwerken Datacommunicatie – ADSL-netwerk Asymmetric Digital Subscriber Line Hogere bandbreedte en stabielere verbinding Maximale afstand tot de centrale (5 km) Verschillende snelheden voor up- en downstream SDSL - Symmetric DSL HDSL - High bit rate DSL VDSL – Very High bit rate DSL
Telecommunicatienetwerken Datacommunicatie - Glasvezelnetwerk Netwerk voor radio- en televisiedistributie Splitter voor datacommunicatie Afstanden tussen bedrijfsgebouwen overbruggen Geen elektrische maar optische signalen Snelheid afhankelijk van aantal actieve gebruikers
Telecommunicatienetwerken Datacommunicatie – GPRS-netwerk General Packet Radio Service Uitbreiding op het GSM-netwerk Hoeveelheid gegevens worden aangerekend Afstand tot zendmast is bepalend voor de snelheid Bedoeld voor GSM-toestellen en smartphones Bandbreedte is erg beperkt
Telecommunicatienetwerken Datacommunicatie - 3G en 4G UMTS (Universal Mobile Telecommunications System) 3de generatie mobiele communicatie (3G) HSDPA (High-Speed Download Packet Access) 5/10x UMTS HSDPA+ = 4G of LTE (Long Term Evolution) Vereist relatief veel zendmasten (ideaal in steden) Aanvaardbare snelheid voor internet
Telecommunicatienetwerken Datacommunicatie - Satellietverbindingen Lange afstanden, zelfs intercontinentaal Geostationaire satellieten ca. 35 km boven de aarde Datacommunicatie, telefoon, radio, tv, GPS, … Ontvangst via schotelantenne Nadeel: vertragingen door grote afstand Voordelen: - overal ter wereld beschikbaar - nooit overbelast (bijv. bij rampen) - internetverbinding in vliegtuigen
Telecommunicatienetwerken Hiërachie – Peer-to-peer Relatief goedkoop Geen algemeen probleem als één computer uitvalt Eenvoudig te realiseren Moeilijker te onderhouden Elke computer apart beveiligen Consistentie van gegevens moeilijk te waarborgen Doorgaans minder stabiel Enkel geschikt voor zeer kleine netwerkjes Gedecentraliseerd netwerk
Telecommunicatienetwerken Hiërachie – Servergestuurd Onderhoud kan centraal gebeuren Netwerkdiensten makkelijker te realiseren Consistentie van gegevens makkelijker waarborgen Geschikt voor grote en kleine netwerken Relatief duur Vergt specifieke kennis van netwerken Als de server uitvalt ligt het hele netwerk plat Gecentraliseerd netwerk
Datatransmissie
Transmissietypes Parallelle gegevensoverdracht Parallelle kabel = een draad per bit Plus draden voor REQ- en ACK-signalen
Transmissietypes Seriële gegevensoverdracht Asynchroon: - start- en stopbit markeren begin en einde van de bitreeks - pariteitsbit voor foutcontrole - afspraken over lengte van bitreeksen en snelheid van de gegevensoverdracht Asynchroon: - start- en stopbit markeren begin en einde van de bitreeks - pariteitsbit voor foutcontrole - afspraken over lengte van bitreeksen en snelheid van de gegevensoverdracht Synchroon: - gegevens niet per bitreeks maar per blok verstuurd - kloksignaal wordt meegestuurd voor synchronisatie - kleinere foutkans Synchroon: - gegevens niet per bitreeks maar per blok verstuurd - kloksignaal wordt meegestuurd voor synchronisatie - kleinere foutkans
Transmissietypes Seriële gegevensoverdracht
Transmissietypes
Transmissiesnelheden Bits per seconde (bps) Baud rate Bandbreedte Standaarden voor modems
Transmissiesnelheden Baud rate
Transmissiesnelheden Bandbreedte Grotere bandbreedte = hogere snelheid Ipv Hertz voor computernetwerken gebruik van bps Doorvoersnelheid variabel en bandbreedte constant Traagste link bepaalt snelheid van de verbinding Verschil tussen hoogste en laagste frequentie Afhankelijk van transmissiemedium Afhankelijk van de lengte van de kabel Eenheid: Hz, KHz of MHz
Transmissiesnelheden Bandbreedte
Transmissiesnelheden Standaarden voor modems
2.1 Netwerktopologieën 2.2 Het OSI Reference model 2.3 Communicatieprotocollen Opbouw van netwerken
Netwerktopologieën Maasnetwerk Ringnetwerk Busnetwerk Sternetwerk
Netwerktopologieën Maasnetwerk Elke computer rechtstreeks met elkaar verbonden Indien geen rechtstreekse verbinding toch communicatie mogelijk via tussenliggende pc’s Vergelijking: wegennet Centraal beheer = onmogelijk Niet geschikt voor lokale netwerken Wel voor verbindingen tussen netwerken
Netwerktopologieën Ringnetwerk Één verbinding van computer naar computer Doorgaans coaxiale kabel Elke computer ontvangt berichten en geeft door Enkel ontvanger leest het bericht effectief in Bericht wordt doorgegeven tot bij afzender Unidirectioneel dataverkeer Actieve topologie Slechts één computer kan tegelijk zenden Hoe groter het netwerk, hoe groter de wachttijd Een defecte computer = netwerk plat
Netwerktopologieën Busnetwerk Één verbinding van computer naar computer Weerstand aan begin en einde (“terminator”) Bidirectioneel dataverkeer Passieve topologie Defecte computer legt niet hele netwerk plat
Netwerktopologieën Sternetwerk Centraal netwerkverdeeldoos (hub / switch) Doorgaans UTP-bekabeling Passieve hubs: bericht naar alle computers Actieve switches: bericht enkel naar bestemmeling Hub of switch defect: hele netwerk plat Een computer defect: geen invloed op netwerk
Het OSI Reference model
Bron: Jetter on BlogSpot
Het OSI Reference model Application Layar toepassingslaag presentatielaag sessielaag transportlaag netwerklaag verbindingslaag fysieke laag Levert geen diensten aan andere lagen Wel diensten aan computertoepassingen Activeert het juiste protocol voor verbinding
Het OSI Reference model Presentation Layar toepassingslaag presentatielaag sessielaag transportlaag netwerklaag verbindingslaag fysieke laag Informatie omzetten naar standaardformaten Gegevenscompressie en -decompressie Encryptie, decryptie en netwerkbeveiliging
Het OSI Reference model Session Layar toepassingslaag presentatielaag sessielaag transportlaag netwerklaag verbindingslaag fysieke laag Aanmelding voor een verbinding Synchroniseren van een verbinding Correct afsluiten van een verbinding
Het OSI Reference model Transport Layar toepassingslaag presentatielaag sessielaag transportlaag netwerklaag verbindingslaag fysieke laag Segmenteren / fragmenteren Maakt hogere lagen hardware-onafhankelijk Betrouwbaarheidsgarantie (QOS – 5 klassen) Afspraken over doorvoersnelheid
Het OSI Reference model Network Layar toepassingslaag presentatielaag sessielaag transportlaag netwerklaag verbindingslaag fysieke laag Verpakken en adresseren van pakketjes Routering (path determination) Op basis van IP-adres (logisch adres)
Het OSI Reference model Datalink Layar toepassingslaag presentatielaag sessielaag transportlaag netwerklaag verbindingslaag fysieke laag Pakketjes opdelen/samenvoegen tot frames Frame = fysieke eenheid LLC-laag en MAC-laag IP-adres gekoppeld aan MAC-adres
Het OSI Reference model Physical Layar toepassingslaag presentatielaag sessielaag transportlaag netwerklaag verbindingslaag fysieke laag Bits vervoeren zonder foutcontrole Beschrijft soort bekabeling, kabellengtes, modulatie- en codeertechnieken, … Variabelen: spanningen voor 1 en 0, lengte voor doorsturen van een bit, hoe verbinding maken en onderbreken, …
Vragen zijn welkom