Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 4

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Inlijsten van figuren Kees Vleeming [bew gk].
Advertisements

30 x 40 = 1200 m2 8.1 Omtrek en oppervlakte 40 m 30 m
2 vmbo basis 4.1Vlakke figuren
Oppervlaktes K v Dorssen.
Schaalberekeningen Hoofdstuk 1 Australië.
B-CAD Technisch tekenen les 2
Oppervlakte en inhoud.
Inhoud van een balk en cilinder
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 3 Powerpoints staan op med.hro.nl/houmj/Klas_1BCEHI_Inductief/
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 1
Workshop C verhouding van inhoud, lengte en oppervlakte &
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 5
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 1 Powerpoints staan op med.hro.nl/houmj/Klas_1BCEHI_Inductief/
Procenten Cursusjaar Gecijferdheid 4 Les 2 Procenten Cursusjaar
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 3
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 4
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 2
1. lesoverzicht les WiG volgens lesmodel Realistisch Rekenen
Workshop Meten – 1 Training voor de kennisbasistoets rekenen-wiskunde Onderdeel Meten, deel1: oppervlakte en inhoud.
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 2 Powerpoints staan op med.hro.nl/houmj/Klas_1BCEHI_Inductief/
verhoudingen – breuken – procenten - kommagetallen
Omtrek. 2 cm 8 cm2 cm + + += of 4 x 2 cm8 cm= Omtrek van een vierkant = 4 x z Omtrek van een veelhoek
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 5
Les 3 omtrek oppervlakte inhoud
Inlijsten van figuren Kees Vleeming [bew gk].
SCHAAL in toepassingssituaties
Les 9: meten en meetkunde in de tuin
Les 9: meten en meetkunde in de tuin
Metend rekenen 5de leerjaar.
Bereken de inhoud van de kubus en balk
Huisvesting en klimaat V41
Rekenen Meten en Meetkunde 2f Les 3 Omtrek, oppervlakte en inhoud
Les 8 Meten en Meetkunde in huis Les 9 Meten in de tuin
Meten en Meetkunde Verbanden
Meten en meetkunde les 3: omtrek, oppervlakte en inhoud
Omtrek, oppervlakte en inhoud
Rekenen Verbanden les 3: Rekenen met tabellen 1 Verbanden les 5: Rekenen met grafieken, diagrammen en tabellen.
Rekenen Meten en Meetkunde 2f Les 3 Omtrek, oppervlakte en inhoud
Les 9: meten en meetkunde in de tuin
Rekenen Les 5: rekenen met grafieken, diagrammen en tabellen
Les 1 Meten en meetkunde: Schaal
SCHAAL in toepassingssituaties
Meten en Meetkunde Verbanden
Rekenen Les 6 Meten en Meetkunde in het verkeer Les 7 Meten in recepten Les 5 figuren slaan we over!
Driehoeken tekenen Driehoeken tekenen Driehoeken tekenen
Rekenen Meten en Meetkunde 2f Les 3 Omtrek, oppervlakte en inhoud
En oppervlakte van ruimtefiguren
Hoofdstuk 13 Omtrek en oppervlakte. Hoofdstuk 13 Omtrek en oppervlakte.
oppervlakte en inhoudsmaten
Transcript van de presentatie:

Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 4 Powerpoints staan op med.hro.nl/houmj/Klas_1BCEHI_Inductief/

Warming-up Wat is de oppervlakte van een haaientand op de weg?

Warming-up antwoord 1 De hele rechthoek: 50 cm x 60 cm = 3000 cm2 De groene driehoek: ½ x 25 cm x 60 cm = 750 cm2 De blauwe driehoek: ½ x 25 cm x 60 cm = 750 cm2 3000 – 750 – 750 = 1500 cm2

Warming-up antwoord 2 Verplaats de gele driehoek, dan krijg je een rechthoek: 25 cm x 60 cm = 1500 cm2

Lesoverzicht Lesonderdelen verwerking Rekenen met omtrek en oppervlakte van driehoeken en rechthoeken Rekenen met inhoud van balken, en schetsen maken van balken verwerking Bestuderen van en oefeningen maken uit de reader

Terugblik Zijn er vragen over het huiswerk? De schaal van een afbeelding van een tennisbaan is 1:300. De baan is in het echt 24 meter lang. Hoe lang is het tennisbaan op de afbeelding? 5 cm op de kaart komt overeen met 0,25 km in het echt. Op welke schaal is deze kaart getekend? Zijn er vragen over het huiswerk?

Doelen Aan het einde van de les: Kun je de omtrek en oppervlakte berekenen van bepaalde rechthoeken en driehoeken, en weet je hoe je in het algemeen hiermee kunt rekenen Kun je de inhoud berekenen van een balk en er een schets van tekenen, en weet je hoe je in het algemeen bij andere balken doet.

Omtrek Formuleer in tweetallen wat omtrek precies is en hoe je die kunt bepalen. Bepaal de omtrek van de onderstaande figuren. Vraag plenair naar hoe de omtrek van de figuren met een meetlint bepaald kan worden (14 cm, 14 cm, 12 cm) en laat studenten op elkaar reageren tot een mooie verwoording is bereikt (vertel ook daarna: ‘een touwtje erom heen trekken’). Vraag door bij de tweede figuur, waarom is die omtrek gelijk aan die van de eerste (vanaf rechtsonder evenveel omhoog en naar rechts)? Waarom die van de derde niet (de schuine lijn is de kortste afstand tussen de twee hoekpunten, korter dus dan de andere weg via het vierde hoekpunt van de rechthoek)? PS Omtrek van cirkels wordt niet in CIJ2 behandeld.

Oppervlakte Hoe wordt de oppervlakte van een rechthoek berekend? Wat in dit lokaal heeft de vorm van een balk? Hoe wordt de oppervlakte van een balk berekend? In deze cursus leer je ook de oppervlakte te berekenen van driehoeken, maar dan alleen van driehoeken waarvan de drie hoekpunten precies op een roosterpunt liggen. Plenair: geef studenten de beurt, en probeer samen tot een verwoording te komen die gebruikt kan worden in groep 5. Laat studenten elkaar aanvullen. (l x b; het lokaal zelf, oppervlakten van alle vlakken optellen, ramen, kozijnen, …; l x b x h)

Oppervlakte rechthoekige driehoek Hoe kun je de oppervlakte van deze rechthoekige driehoek bepalen? Kun je een regel formuleren om de oppervlakte te bepalen van elke rechthoekige driehoek? Vraag plenair om een antwoord, en vraag alternatieven. (halve basis maal hoogte… maar ook de helft van een rechthoek. Zorg dat die laatste manier ook genoemd wordt).

Oppervlakte driehoek Hoe kun je de oppervlakte van deze driehoeken A en C berekenen? Overleg in viertallen. Halve basis maal hoogte kan bij C wel (bij A niet, want wat is de hoogte?), maar zorg ook dat een student verwoordt dat je een buitenrechthoek kunt tekenen, en dan de twee rest-driehoeken kunt aftrekken. Als studenten daar niet mee komen, geef dan zelf hints bij het rondlopen. Aan het einde nog even recapituleren. (A: 20 – 2,5 – 2 – 6 = 9,5 cm2; B: 16 – 2 – 8 = 6 cm2)

Balken Noem een aantal eigenschappen van een balk Wat is het verschil tussen een balk en een kubus? Hoe bepaal je de inhoud van een balk? Hoe teken je een schets van een balk? Plenair interactief. Vraag studenten antwoord op deze vragen, en laat ze aanvullen totdat de formulering geschikt is voor groep 7. (rechte hoeken, zijvlakken zijn rechthoeken – maar hoeven geen vierkanten te zijn zoals bij een kubus, inhoud = lxbxh, schets: voorvlak, 3 schuine lijnen 30 graden, verbinden en stippeltjes)

Inhoud berekenen – 20 cm onder de rand Een zandbak is 3 m lang, 2 m breed en 1 m diep. Er wordt zand in gestort tot 20 cm onder de rand Schets de zandbak, en geef in je schets aan tot hoever het zand komt. Hoeveel kuub zand zit er in de zandbak? (licht duidelijk toe). Zet de studenten zelfstandig of in tweetallen aan het werk, loop rond voor vragen. Aan het einde vragen aan studenten om hun antwoord te verwoorden / laten zien + toelichten. Wie heeft het anders gedaan? Welke manier is handiger / beter? Waarom? (3 x 2 x 0,8 = 4,8 kuub zand)

Evaluatie Hoe kun je omtrek en oppervlakte berekenen van rechthoeken en driehoeken? Hoe kun je inhouden berekenen van balken en er een schets van tekenen? Presentielijst + vragenlijst invullen Werken uit de reader als er in de les nog tijd over is Geef beurten, en laat studenten elkaar aanvullen

Verwerking Oefeningen maken uit de reader: H5 opgaven Oefeningen maken uit de voorbeeldtoets: De oneven opgaven Over de voorbeeldtoets: De vorm en lengte van de toets en de voorbeeldtoets komen niet helemaal overeen. We hebben de ervaring dat studenten die 20 uur studeren voor deze cursus een voldoende resultaat behalen.