2 HAVO Unidad 3: Mi casa es tu casa ¿Qué día es hoy? Hoy es miércoles el 2 de diciembre Welke dag is het vandaag? Vandaag is het 2 december.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Redekundig ontleden Over waarom, wat en hoe....
Advertisements

P OR Y PARA. W ANNEER P OR ? Niet-exacte tijdsaanduidingen (rond) - rond de jaren 50 (por los años cincuenta) Niet-exacte plaatsaanduidingen (door, langs,
Bienvenidos a la clase de español conjugar los siguientes verbos hablar llevar Escribir leer Escuchar aprender vivir 2.
Thuis leren en studeren. Tip Oktober © Have Tip November Tip December Tip Januari Tip Februari Tip Maart Tip April.
Een lessenserie van drie lessen
Grammar Chapter 1 Grammar Chapter 1 Who en What met een voorzetsel.
Diabetes bij jongeren.
Hoofdstuk 4 Waarom werken?
Mij een zorg!?.
¡me gusta España! spellen zoveel mogelijk adjetivos
Mijn Familie stamboom Marijke Maarten Nel Wim marion Roelof Harold
I Familie Panorama – Cliënt op 5 jarige leeftijd Doel: Voor mezelf kunnen kiezen Test: Collega na coachingssessie opbellen en afspraak afzeggen 1 meter.
Presentatie resultaten monitor INFORMATIEVAARDIGHEDEN landelijk versus lokaal maart 2014.
Lees de teksten en maak de vragen op je goed voor te bereiden.
Wikiwijs.
Mijn vader (Tino) Mijn moeder (Margreth) Mijn broer (Mike)
Vraagzinnen met vraagwoord
Blz. 98 Blok 4 5. Schrijfvaardig.
Wat gaan we doen vandaag?
Hoofdstuk 2 Grammatica zinsdelen
LES 1 EIGEN WOORDENLIJST 15 WOORDEN SP/NL INGELEVERD? INTRODUCTIE BOEK Week 37: 7-11 september.
Week 23 aug-3 sept Info voor 2 lessen. Les 1 Ophalen kennis 2 e jaar mbv foto presentatie /character-design-by-brett-bean-via.html.
Loopbaan oriëntatie en begeleiding
Hoy es viernes el 30 de octubre Vandaag is het vrijdag 30 oktober
3HD Unidad 3: Y tú, ¿cómo eres? Granada. Programa Start Unidad 3 Filmpje: Granada (3 op reis) Start taak Unidad 3 + eigen woordenlijst.
Hoy es lunes Vandaag is het maandag. Programa Proefwerk bespreken in vorm van SPEL Proefwerk uitdelen Eigen woordenlijst afmaken en inleveren Bron C Bron.
Hoe gebruik je een woordenboek?
Hoy es miércoles el 28 de octubre Vandaag is het woensdag 28 oktober.
3HD Unidad 3: Y tú, ¿cómo eres? Granada. Programa Inleveren eigen woordenlijst Nakijken opdr. 1 Bron C (maken opdr. 3 en opdr. 8) Bron D (uitleg en maken.
Hoofdstuk 1 Budgetlijn A3b.
Spaans week 9 les 1 3HD.
Miniles Spaans. Hola, me llamo ….. Vertel hoe je heet: hola, me llamo, ¿Y tú? Wie spreekt er al Spaans?Waarom zou je Spaans leren? Wie is er wel eens.
Miniles Spaans. Hola, me llamo ….. Vertel hoe je heet: hola, me llamo, ¿Y tú? Wie spreekt er al Spaans?Waarom zou je Spaans leren? Wie is er wel eens.
VRIJDAG 4 MAART NEDERLANDS. PROGRAMMA 15 minuten lezen Herhalen hoofdstuk 4 Oefeningen maken (TEST of oefenen op de site NN)
WEEK 2: 11 T/M 15 JANUARI Unidad 3: Y tú, ¿cómo eres?
ESPAÑOL 5 2MA Hoy es viernes el 18 de marzo. PROGRAMA  Lezen uit ‘Pobre Ana’ en de vragen maken10  Start U520  Stencil over Madrid (filmpje)  Bron.
1.7 Iedereen is bezig Samengestelde zinnen. Opa heeft alles wat zijn hartje begeert. Opa wil graag een hut hebben. Kun je hier één zin van maken?
Kennen en kunnen Wat je moet kennen en kunnen voor de SO Woordenschat H1 t/m H4 1. Woordraadstrategieën: -zoek een synoniem; -zoek een omschrijving of.
Grammatica zinsdelen H1 t/m H6
JE FAMILIE Paula Martín Muñoz Andrea Calero Guerrero.
Programa Leestekst (in stilte) Uitleg Bron G/oefenen Zelfstandig werken aan tarea (tijdschrift)
HERHALING U5 EN U6 2HSP. BRON D – UNIDAD 5 Het bezittelijk vnw geeft aan van wie iets of iemand is. In het Spaans hangt de vorm van het bezittelijk vnw.
MI CASA ES TU CASA ¡VAMOS AL INSTITUTO! 2HSP2. PROGRAMA ¿Qué día es hoy? Hoy es miércoles el dos de marzo Unidad 4 herhalen Proeftoets Unidad 4 Spelletjes.
MI CASA ES TU CASA ¡VAMOS AL INSTITUTO! 2HSP2. PROGRAMA ¿Qué día es hoy? Hoy es martes el primer de marzo Leestoets afronden (20 min./22 min. extra tijd)
Woordenschat Letterlijk en figuurlijk taalgebruik.
GRAMMATICA BLOK 1 T/M 4 Uitleg en voorbeelden Woordsoorten Basis leerjaar 4.
Les 4 havo Leesvaardigheistraining;
Een beoordeling schrijven
SO’s en toets SO  maandag 3 november Leren: TB blz. 16  alleen de persoonlijke voornaamwoorden TB blz. 21 helemaal! Dus ook de Frases clave!!! TB blz.
POR y PARA POR PARA Oorzaak/reden (vanwege)
Alinea: kernzin + uitwerking
Hoofdstuk 2 Grammatica zinsdelen
Verbondenheid.
Cursus 1.3 Reis door de tijd Klas 1 KGT Lesweek 3
Karel de grote leven en familie
Aantrekkelijk formuleren
Sociaal Maatschappelijke Dimensie – 1.1 Jezelf zijn
Raadseltjes familie.
EGO-document 6 bladzijden Het eerste cijfer voor MA PTA nummer 2
Soorten zinnen en verbindingswoorden
Hoe schrijf je een recensie?
Introductieles Spaans  ¡Bienvenido! Mart de Weerd // September 2017
Aan elkaar of los? Schrijven zonder fouten
Ordening Hoofdstuk 4.
Mondeling Nederlands Cursus 3 – Module 5 Dag 1.
Vergelijkingen oplossen
Interview verslag schrijven
Ordening Hoofdstuk 4.
Spreekbeurt: ‘Ik zorg voor mijn ’.
WOORDSOORTEN HAVO-2.
Transcript van de presentatie:

2 HAVO Unidad 3: Mi casa es tu casa ¿Qué día es hoy? Hoy es miércoles el 2 de diciembre Welke dag is het vandaag? Vandaag is het 2 december

Programa Unidad 3: Bron A Unidad 3: Bron C Tarea

Bron A Beluister het gesprekje uit bron A: waar gaat het over, denk je? Maken opdracht 1 en 3 (blz WB)

Bron C: leestekst Lees de tekst op blz. 28 in je WB en maak vraag 7a + 7b (blz. 66) In dit ‘familiealbum’ worden de familieleden van Pepe aan je voorgesteld. Je kunt deze tekst gebruiken als inspiratie voor je eigen taak (stamboom) Schrijf nu zelf zinnen over jouw familie. Schrijf per familielid 1 a 2 Spaanse zinnen. Deze zinnen kun je gebruiken in je tarea (stamboom)

Tips Mi primo/mi padre/mi madre/mi hermano -> als je mi voor een zelfstandig naamwoord zet, betekent dit: mijn (neef, vader, etc.) Als je het hebt over meerdere personen: bijvoorbeeld mijn ouders/mijn opa en oma, dan zeg je mis (mis padres, mis abuelos) In het Spaans hebben ze 1 woord voor:  Opa en oma: los abuelos  Broers en zussen: los hermanos (kan ook betekenen: broers)  Oom en tante: los tíos (kan ook betekenen: ooms)  Neven en nichten: los primos (kan ook betekenen: neven)

Voorbeeld zinnen Mi padre se llama …. (mijn vader heet…) Mi padre tiene … años (mijn vader is … jaar oud) Mi hermana menor se llama (mijn jongere zusje heet) Julia es mi hermana (Julia is mijn zus) Ideetjes: schrijf bijvoorbeeld iets over de leeftijd, karakter, uiterlijk, naam etc.

Deberes para viernes 4 de diciembre Leren:  Vaste woordenlijst: “el padre” t/m “la habitación” beide kanten.