H. Lukens.  Les 2 van Projekt: ich bin…  Vragende voornaamwoorden (Interrogativpronomen)  “Spiel”  Üben.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Uitleg bijwoordelijke bepaling (bwb)
Advertisements

Ondernemingsplan van <Naam van jullie bedrijf>
Anticonceptie.
Welke kenmerken schrijven jij of anderen aan God toe? Roept u maar!
Uitleg lijdend voorwerp (lv)
DAT IS HET ! Joep was zo’n figuur, waar je echt helemaal gek van kon worden. Hij was altijd goed gehumeurd en had altijd iets positiefs te melden. Als.
7.3: Trampolinebed of hangmat? Intro HC Opdracht HW + nakijken.
Redactioneel schrijven Les 2
Media & Creativiteit / Pia Terstroet (wiki)
Media & Creativiteit / Pia Terstroet (wiki) Altijd bij vragen de slides van de vorige.
Bezittelijk voornaamwoord
Uitleg bijvoeglijke bepaling (bvb)
De omtrek van een cirkel
Welke keuze maak jij voor jezelf?
Seksueel grensoverschrijdend gedrag
OFC28 mediawijsheid les 7 leren door te maken
OFC28 mediawijsheid les 3.
Kijk eerst even waar je moet zitten!
Uitleg persoonsvorm (pv)
Woordenschat groep 5, thema 6, les 4
Woordenschat groep 5 Thema 5, les 4
Fehler und Heimtücken Kapitel 2 Aufgabe 44
Tekenopdracht Voor en achter elkaar.
Nothing Is As It Seems Lesson 4 Romeo and Juliet.
Familie: cool! Montag 1. Dezember.
Familie: cool! 12. Februar 2014.
Saskia Best HRO – CMD HERFST 2009 Concept Development –31 augustus 2009.
Les 1: Armoedeval D2G, D2F.
Ruimte voor de Rivier Hoofd en deelvragen.
Werkvormen in de klas Onderwijsassistent Leerjaar 2 Periode 3, week 1
Herhalingscombinaties
Je gaat de dialoog voorstellen oefenen. Per dia zie je steeds twee zinnen. De ene zin is voor Peter, de andere voor Heiner. Door op het luidsprekertje.
Wat zijn verwijswoorden en hoe gebruik je die?
Persoonlijk voornaamwoord
Wikimedia Les 1. Wat is Wikimedia? Weten we het nog?
Week 4 Conversatieanalyse - interactie in de klas.
De betrekkelijk voornaamwoorden
LAATSTE LES! 13 JANUARI WAT GAAN WE VANDAAG DOEN? Lesdoelen Leesvaardigheid Feedback geven Verrassingsles!
Groep 6 Wat doe ik vandaag?. TIPS om te doen O Je zit vandaag onverwacht thuis. Je krijgt wat tips om vanmiddag te doen. Je hebt soms wel een PC nodig.
Stof voor Proefwerk Trabitour C – Kapitel 9 Je moet kennen en kunnen: Woordjes AB Zinnen TB Bezittelijke voornaamwoorden - TB 48 Werkwoorden.
Ein informeller Brief Gute Tipps. Formuleringen Hoe gaat het met je? = Wie geht es (geht’s) dir? Ik heb het druk = Ich habe viel zu tun. in de vakantie.
Meewerkend voorwerp 3VWO
Grammatik C + I Redemittel D + J
PERIODE 3: KAPITEL 3 Grammatik C + J Redemittel D + J.
PERIODE 4: KAPITEL 4 + 5C + 6C Grammatik 4: C +I Grammatik 5: C Grammatik 6: C Redemittel D + J.
Cliënt en mediawijsheid Hoe mediawijs ben jij? MZ blok 4 Les 1.
Briant College H2 het onderwerp. Briant College H1 De persoonsvorm vinden en zinsdeelstrepen zetten Hoe vind je de pv? -zin vragend maken -de zin van.
SVP op dezelfde plaats zitten als vorige keer s.v.p. Wat gaan wij doen? -De vorige les (ca. 5 min.) -Huiswerk bespreken (ca. 5 min.) -Meegebracht voorwerp.
MEDIAWIJSHEID LES 2 Laura van Vught. INTRODUCTIE o Vorige les: Zoeken op het Internet. Herkennen van betrouwbare sites. o Lessen Mediawijsheid Les 1:
Die deutsche Satzbau Welche Reihenfolge, in Beziehung auf die Verben, muss man beachten, wenn man einen deutschen Satz schreibt?
1. Wat gaan we vandaag doen ?
Rekenen.
S/k/l interviewen.
Onbepaald voornaamwoord
Opdracht interview Doel
Het persoonlijk voornaamwoord
Voeren en verzorgen Blok 2, Paard en ezel.
Beste Havo 4..
Cursus 6.3 : Europese Eenwording 2 KGT Lesweek 3
J. van Os Maurick College Tweede klas
H2 het onderwerp.
J. van Os Maurick College Tweede klas
E-health domotica E-learning
Berichten in de media Mediaboodschappen.
E health, Domotica en E-learning
Berichten in de media Mediaboodschappen.
Les 3: regels en afspraken met de klas
Hoofdstuk 3 Water Wat gaan we doen vandaag? Opening
Transcript van de presentatie:

H. Lukens

 Les 2 van Projekt: ich bin…  Vragende voornaamwoorden (Interrogativpronomen)  “Spiel”  Üben

 Aan het einde van de les kunnen jullie Nederlandse en Duitse vragende voornaamwoorden opnoemen.  Aan het einde van de les kunnen jullie zinnen maken die beginnen met een vragend voornaamwoord.

 Was haben wir letzte Stunde gemacht?  Hausaufgaben: Wo handelt es sich um? Was sind interrogativpronomen? Nl -> Beispiele? D-> Beispiele? Fragen?

WER? WAS? WELCHE ? WANN? WOHIN? WOHER? WIE? WO? WARUM?

 De klas bedenkt vragen die je zou kunnen stellen als je iemand wilt leren kennen.  Eén iemand staat voor de klas en heeft de antwoorden. (geeft dus antwoorden op de vragen van de klas)  De klas moet raden over wie het gaat.  Tip: het zijn bekende personen uit Duitsland!

 Zoek de opdracht zometeen op via it’s learning  Onder het kopje vragende voornaamwoorden  W: je gaat de opdrachten maken die op it’s learning staan.  H: dat mag je in tweetallen doen of alleen  H: als je een vraag hebt stel je die aan mij  T: 20 Minuten  U: je kunt de vragende voornaamwoorden gebruiken in zinnen  K: de opdrachten van de vorige les afmaken en inleveren. Deze opdrachten ook inleveren via it’s learning

 Mittwoch den 14. Januar.  1 e Stunde: de vragen van les 1 en de opdrachten van les 2 (vandaag) zijn af en ingeleverd.  Nächste Woche: Kiezen van een Bundesland en persoon. Bundesland beter leren kennen.