Natuurkunde in de tweede klas Methodenavond BRC
Pulsar Tweede klas: 7 hoofdstukken 1. Onderzoek 2. Warmte 3. Water - dit wordt in de derde klas bij scheikunde behandeld 4. Geluid 5. Elektriciteit 6. Licht 7. Krachten
Pulsar Tweede klas: Leerboek en Activiteitenboek. Leerboek: Hoofdstuk opening – Do-it – 5 paragrafen, waarvan paragraaf 5 op VWO-niveau elke paragraaf sluit af met: Om te onthouden en met een Extra opdracht. Aan het eind van een hoofdstuk :een verdiepingsopdracht. Activiteitenboek: Hoofdstuk opening – Opdrachten Do-it – Opdrachten bij de paragrafen Bij elke paragraaf: Test jezelf en verdere praktikumopdrachten.
Pulsar derde klas: 6 hoofdstukken 1. Communicatie 2. Beveiligen 3. Pretpark 4. Medisch meten 5. Duurzame energie 6. Heelal
Pulsar derde klas Elk hoofdstuk gaat uit van een hoofdonderwerp: b.v. Hoofdstuk 1: Communicatie. In dit hoofdstuk worden verschillende natuurkundige onderwerpen behandeld, die allemaal met communicatie te maken hebben: geluidsnelheid, elektromagnetische golven, principe luidspreker, magnetisme, paraboolspiegel, geostationaire satellieten in cirkelbewegingen.
Hoofdstuk 2. Warmte 2.1 Warmte en temperatuur (wat is het verschil) 2.2 Verbranding en milieu (brandstoffen en gebruik van b.v. zonnepalen) 2.3 Warmtetransport (centrale verwarming, geleiding, stroming en straling) 2.4 Zuinig met energie (isolatie) 2.5 Amersfoort aan zee (broeikaseffect stijging zeespiegel?)
2.1 Warmte en temperatuur, DO-IT Je gaat de schaalverdeling op een thermometer maken zoals Celsius dat vroeger gedaan heeft, door de meter in kokend water en in smeltend ijs te plaatsen. Vervolgens ga je met jouw meter en met een `fabrieksthermometer’ de temperatuur in het lokaal, die van koud water en die van warm water meten.
Technieken in paragraaf 2.1 Warmte en temperatuur (1) 1. Meten: begrippen schaalverdeling op meetinstrument, meetbereik, meetwaarde, eenheid, aflezen meetwaarde 2. Berekeningen maken: Om 1 gram water 1 oC in temperatuur te laten stijgen is 4,18 Joules aan warmte nodig. Vul de tabel in: massa water 1 g 100 g ……….. 50 g temperatuurstijging 1 oC …….. 100 oC warmte 4,18 J ……… 4180 J 1000 J 250 J
Technieken in paragraaf 2.1 Warmte en temperatuur (met antwoorden) 2. Berekeningen maken: Om 1 gram water 1 oC in temperatuur te laten stijgen is 4,18 Joules aan warmte nodig. Vul de tabel in: massa water 1 g 100 g 2,4 g 50 g temperatuurstijging 1 oC 10 oC 100 oC 1 ,2 oC warmte 4,18 J 418 J 4180 J 1000 J 250 J
Technieken in paragraaf 2.1 Warmte en temperatuur (2) 3. Werken met een formule: Het aantal graden fahrenheit kun je uitrekenen met de formule: TF = 9/5 x TC + 32 Welke van de volgende formules is de juiste om de temperatuur in graden celsius uit te rekenen? A. TC = 9/5 x TF + 32 B. TC = 5/9 x TC -32 C. TC = 5/9 x (TF -32) D. TC = 9/5 x (TF -32)
Technieken in paragraaf 2.1 Warmte en temperatuur (3) 4. Maken van diagrammen: kiezen horizontale en verticale assen, schaalverdelingen op deze assen kiezen, grootheden en eenheden bij de assen plaatsen meetpunten plaatsen Grafiek als vloeiende lijn tekenen.
Technieken in paragraaf 2.1 Warmte en temperatuur (4) Temperatuur meten met de computer: Je hebt dan nodig: een computer, een meetpaneel, een temperatuursensor Ook moet op de computer een meetprogramma geïnstalleerd zijn, waarmee de meetwaarden in getallen en diagrammen weergegeven kunnen worden.
Practicum temperatuur meten Wat ga je onderzoeken? Hoe goed zijn je vingers als thermometers? Wat heb je nodig? 3 bekers water, één met heel koud, één met warm en één met lauw water en 2 vingers Wat moet je doen? - Steek een vinger van je ene hand in het warme water en een vinger van je andere hand in het koude water. - Steek na ongeveer een halve minuut beide vingers in het lauwe water. Schat eerst met je linker en vervolgens met je rechter vinger de temperatuur van het lauwe water. Schrijf deze geschatte temperaturen op. Meet daarna de temperatuur met een thermometer. Wat is je conclusie? ____________________________________________________________