ZOUTEN METALEN MOLECULAIRE STOFFEN HAVO 4 - BRP
Lading is electrovalentie 1+ 2+ ZOUTEN 3- 2- 1- 3+ halogenen edelgassen Lading is electrovalentie
ZOUTEN 1+ 2+ 3- 2- 1- 3+ Na heeft 1 vrij electron Cl wil 1 electron extra Na Cl Na+ Cl-
ZOUTEN
ZOUTEN Bronnen, waar komen zouten voor? Gesteenten!! Mineralen, zouten opgelost in water Mineralen: Pyriet: bron van zwavel voor zwavelzuur Uraniumerts: stralend kerncentrale! Mica: warmtebestendig ruitjes in kachels
ZOUTEN 1+ 2+ 3- 2- 1- 3+ Al heeft 3 vrije electronen O wil 2 electronen extra Al O Al O O Al+3 O-2 O-2 Al+3 O-2
ZOUTEN water + ionen - ionen Geladen ionen bewegen door het water of in de gesmolten toestand
ZOUTEN METALEN Ionen Metaal met niet-metaal Ionbinding is sterk dus smeltpunt Stroomgeleiding hoog In gesmolten toestand dan zijn er vrije ionen Of in oplossing ook vrije ionen d.w.z. vrije geladen deeltjes METALEN Metaal Metaalbinding is sterk dus hoog smeltpunt Stroomgeleiding In vaste en gesmolten toestand dan zijn er vrije electronen d.w.z. vrije geladen deeltjes
METALEN spanningsbron stuurt e- Electronen bewegen vrij door metaal De electronen komen eruit rollen door de stuwing uit de bron
METALEN Bronnen, waar komen metalen voor? Gesteenten!! Mineralen, zouten opgelost in water MAAR: dan zijn het wel ionen!! Alleen edelmetalen komen als metaal voor in de natuur: GOUD, ZILVER Alle andere metalen zullen onder invloed van water, zuurstof en zwavel oxideren (roesten) en komen dus altijd als ionen in zouten voor. Pyriet bevat ijzer, Cassiteriet bevat tin.
MOLECULAIRE STOFFEN Moleculen en atomen Niet-metaalatomen Atoombinding tussen atomen is sterk dus moeilijk te ontleden Binding tussen moleculen afhankelijk van de massa Hoe groter de massa des te sterker de aantrekking tussen moleculen (= VANDERWAALSKRACHT) Hoe groter de massa hoe hoger het kookpunt Geleiding: Niet. Atomen en molekulen zijn niet geladen Naamgeving: op blz. 30 staan formules die je moet kennen en op blz. 31 staan regels over naamgeving
MOLECULAIRE STOFFEN 4 3 2 1 NIET-METALEN METALEN Lading is electrovalentie in ZOUTEN! Aantal bindingen in MOL. STOF is covalentie
MOLECULAIRE STOFFEN caffeïne zetmeel koolzaadolie
MOLECULAIRE STOFFEN Binding tussen atomen p+ p+ e- e- H H e- gemeenschappelijk bindings- electronenpaar = Atoombinding p+ p+ e- H-H
MOLECULAIRE STOFFEN Binding tussen atomen
MOLECULAIRE STOFFEN 8e- O 8p+ p+ p+ e- e- H H polaire atoombinding tussen O en H en N en H 6e- O 8p+ 2e- 2e- p+ p+ O en N trekken harder aan electronenpaar O structuurformule H H
MOLECULAIRE STOFFEN Binding tussen moleculen Binding tussen moleculen bepaalt in welke fase een stof zich bevindt
MOLECULAIRE STOFFEN Binding tussen moleculen Binding tussen moleculen is afhankelijk van molecuulgrootte / massa Vanderwaalsbinding is veel zwakker dan atoombinding
MOLECULAIRE STOFFEN Binding tussen moleculen Binding tussen moleculen is afhankelijk van molecuulgrootte / massa alleen??? Waterstofbrug is sterker dan vanderwaalsbinding, Maar zwakker dan atoombinding
OVERZICHT sterkte van binding binding geleiding metaal- binding METALEN metaal- binding (s) en (l) sterk ZOUTEN ion- binding sterk (aq) en (l) molecuul- binding MOLECULAIRE STOFFEN zwak niet atoom- binding sterk waterstof- brug redelijk zwak